zaken, met instandhouding van hol kon.
besluit van 5 Aug. 1S68, verleende pensi-
oou een tweede pensioen voileend ton laste
vandon Stoat,tenhedrage van f1453 'sjaars.
Uit goede bron vernomen wij dat de
hoer S. Lako te Middelburg, hij de jongste
examens voor middelbaar onderwijs aktovoor
landbouwkunde verkregen hebbende, den
3 Januari e. 1;., van rijkswege eene weten
schappelijke reis naar Wcenen zal onder
nemen. Z. D.
GEMENGDE BERICHTEN.
Naar men verneemt, zullen de nieuwe
éencontstukken niet vóór Maart o. k. in
omloop gebracht worden.
Te Vlaardingen wordt een beroep op
do openbare liefdadigheid gedaan, tot het
oprichten van een fonds voor visscherswe-
diiwen en weezen.
De muntmeester te Utrecht heeft voor
f 25,000 nieuwe bronzen ééncentstukken
gestort bij den betaalmeester.
Met 1 Januari a. s. treedt te Veere
conc inkomstenbelasting in werking, waar
in zal worden aangeslagen ieder, die een in
komen bezit van meer dan twee honderd
gulden.
Door den minister van oorlog is be
paald, dat de volgende bepalingen, gemaakt
voor een gedeelte van het loopend jaar, ook
van toepassing zullen zijn op 1878. De soldij
wordt verhoogd mot f 0.02 per dag, hot
ration munitiebrood verminderd, tot op 0,6
KG. per dag. Het zakgeld (minste bedrag)
wordt bepaald op voor grenadiers en jagers
f 0,55, voor infanterie f 0,50, voor do corp
sen f 0,65 per 5 dagen. De korting van het
zakgeld ten behoeve van het kleed- en repa
ratiefonds houdt op.
Het grondwettig bezwaar te'gen het
niot vooraf hoeren van den raad van State
bij de instelling van het niouwe departe
ment van waterstaat, enz., vond bij de
leden der Eersto Kanier, die aan het onder
zoek in de afdeclingen medewerkten, geen
weerklank.
Vrij algemeen gaven do leden hunne in
stemming te kennen met het denkbeeld van
splitsing van het ministerie van hinneu-
landscho zaken.
De bezwaren van leden tegen do instel
ling van een nieuw departement waien
hoofdzakelijk van fmantieclen aard.
Het volgende woord van hulde, wel
verdiend, vond zijne plaats in het Algemeen
Dagblad van Ned. Indie van 30 Oct. jl.
«Een detachement mariniers, sterk 100
man, onder bevel van een officier, is per
Madura uit Nederland alhier aangekomen
en op het wachtschip geplaatst. Een deta
chement, van ongeveer gelijke sterkte, is
gereed,om in don loop van November Indie
Ie verlaten en naar Nederland terug te kee-
ren. Van 1873 tot op heden nam dat deta-
chement een werkzaam doel aan do verschil
lende krijgsverrichtingen, zoowel te water
als to land, togen het voormalig rijk van
Atchin. Met het bewustzijn, naar eer en
plicht voor Koning en Vaderland gestreden
cn hun korpsgeschiedenis met menige
schoone cn roemrijke bladzijde verrijkt te
hehbon, koeren de mariniers mot sterk ge
dunde gelederen naar het Vaderland terug.
«Als bewijs hoezeer dan ook diensten hij
het Oost-Indische leger gewaardeerd wer
den, dient dat de mariniers hij don zegevie
renden tocht door het Alchineosche gebergte
onder den onvergetelijken dapperen Pel,
door dien generaal dikwerf tot eerewacht
werden verkozen.
In een feuilleton der Amst. Ct. is «de
verachtelijke klasse der woekeraars" onder
handen genomen. Wij lezen daarin o. a. het
volgende
«In een groote werkplaats in onze stad
had op zekeren dag oen der knechts hot ge-
uk, een drietal honderd guldon uit de loterij
to trekken hij zeidc onmiddellijk zijn
dienst op, en gaf op de vraag van zijn baas:
«wat hij dacht te gaan uitvoeren?" ten ant
woord «ik ga van mijn renten leven!" Bij
de opmerking dat hij «dan niet vet soppen
zou," gaf hij een ontwijkend antwoord,
glimlachte veelbeteekenend en verdween.
„Een poosje later kwam zijn baas hem
tegen. „Wel Jan 1 hoe gaat het, leef je
nog altijd van je renten?"„Zeker, baas!
en wat goed!" Maar, kerel! hoe leg je
dat dat aan „Hoor eens, baas! ik
zal de zaak nu maar vertellen, maar praat
er niet verder over 's ochtends in de vroegte
ga ik met een partijtje geld de deur uit
en kuier naar de Groenmarktik kijk daar
eens rond en sla nu en dan eens op mijn
broekzak, dat de schijven rammelen. Van
alle kanten komen dan de kleine kooplui,
die graag in willen slaan en geen geld
hebben; den een leen ik vijf, den ander
tien, een derden twintig gulden, op voor
waarde datzepnij des 's avonds vijf vijftig, elf
en twee-en-twintig gulden teruggeven." -
En doen ze dat Zeker!" Maar heb je
dan nooit een bankroet V" -„Zeer zelden,
want lui, daar ik aan te kort kom, leen ik
nooit meer."" „Dan verdien je dus tien
percentp'er dag?" „Ja, baas!" „Dat
is verscheiden duizenden percenten in het
jaar „Precies haas „Maar Jan
dat is gemeene woeker." „Och, baas
als ik het niet doe, dan doet een ander het,
en in ieder geval heb ik er een gemakke
lijk en prettig leventje door."
Ter loops doe ik hier mijn lezer, die het
zich niet Herinneren mocht, opmerken, dat
in ons land de woeker-wet sedert jaren is
afgeschaft."
Aan het einde van zijn stuk zegt de schrij
ver
■•Wie helpt or een handje mee om de
woekeraars en helers achter de vodden te
zitten Hij bewijst een weldaad aan de sa
menleving; hij helpt veel kwaad voorko
men, en dat is wel zoo nuttig als bedreven
kwaad te straffen of gestraften tot het goede
terug te brengen." -
BRIEVEN UIT PARIJS.
Parijs, 18 December 1877.
Zij, die lot nog toe altijd ongcloovig het
hoofd hebben geschud wanneer er sprake
was van de tentoonstelling, zullen nu loch
eindelijk wel wat meer moed krijgen. Do
heer Krautz, de commissaris-generaal heeft
ten minste weinige dagen geleden in een
openbaar gemaakten brief op de meest stel
lige wijze verklaard, dat er van uitstel geen
kwestie was en in geen geval kwestie van
zou zijn. De inzenders kunnen dus gerust
zijn.
't Is waar, de heer Krautz heeft de politiek
niet in handen en als de donkere wolken,
die reeds maanden lang don Fransehen poli
tieleen hemel verduisteren,tot een uitbarsting
komen, zal geen commissaris-generaal met
den besten wilvan de wereld tegendon stroom
op kunnen roeien en de gebeurtenissen zoo
danig leiden, dat alles nog in tijds terecht
komt.
Zóó iets zou alleen een Amsterdamsehen
gemeenteraad maar gegeven zijn; tenminste
als wo het Handelsblad kunnen gelooven.
En waarom zouden we dat niet? Het Han
delsblad behoort immers niet tot de familie
van den baron van Munchausen
Dezer dagen namelijk las ik in dat blad
dat de Gemeenteraad in 1873 bij eenvoudig
Raadsbesluit alle «gebeurtenissen van de
openbaro straat verwijderd heeft."
't Is kras niet waar Eu toch het staat er
duidelijk.
De grootste waarborg voor hot tijdig door
gaan der Tentoonstelling is ongetwijfeld
gelegen in de verbintenissen door Frankrijk
met hot buitenland aangegaan, in de aan
zienlijke toebereidselen door de Fransche
inzenders zelf gemaakt en in hun nationalen
trots die tegenover den vreemde geen
uitstel hoegenaamd zou dulden.
IIoc verdoold de Franschen onderling dan
ook zijn mogen, omtrent al heigeen do grooto
expositie aangaat heerscht tusschen allen
zonder onderscheid de meest volmaakte
overeenstemming. Op het Champ de Mars
en het Trocadero worden do werkzaamheden
dan ook voortdurond met kracht voortgezet.
Het enorme gebouw voor do machinerieën
bestemd, nadert nu ook zijne voltooiing.
Minder schoon in uiterdijken vorm, belooft
deze afdeeling eene der interessantste te zijn,
welke wij tezienzullen krijgen: voor Frank
rijk is zij stellig een der gewichtigste. Schier
bijnaalle groote industrieelen zullen er ver
tegenwoordigd wezen, zoodat men er een
volledig overzichtzal hebben over de hoogte,
waarop men het hier te dien opzichte ge
bracht heeft on mitsdien zal kunnen beoor-
declen in hoeverre do Fransche machines
kunnen concurreeren met andere, speciaal
Engelscheen Duitsche. Van te m:er gewicht
is dit voor Frankrijk, daar zijn fabrikaat,
hoewel iets duurder, ontegenzeggelijk op
een meer geacheveerde bewerking en eene
grooteru soliditeit kan bogen, daar de strenge
bepalingen, hier op het machine wezen be
staande, de fabrikanten er aan gewend heb
ben de uitersten zorg aan hun arbeid te be
stedon. En ook aan nieuwe praetischo uit
vindingen is hier geen gebrek. Ter staving
mijner beweringen noem ik alléén de grooto
fabriek van stoom- en andere werktui
gen van «Hermann-Lachapelle" alhier, die
ook in Holland voor velen een oude kennis
is, vooral bij fabrikanten van minerale wa
teren. Deze zullen op de aanstaande ten
toonstelling door dien fabrikant weder een
geheel nieuw systeem tot bereiding van dio
wateren geëxposeerd kunnen zien, hetwelk
door zijne eenvoudigheid cn doeltref
fendheid aanzienlijke voordeelen aanbiedt
boven alle andere. De heer Hermann La
chapelle is een zware concurrent voor
Engelsche en Belgische fabrikanten en
hij is geenszins de eenige.
Alweer aangenomen altijd dat de tentoon
stelling doorgaat en het politieke geharre
war dus eindelijk ophoudt. Ieder doet hier
tegenwoordig aan politiek; zelfs beginnen
do schooljongens er nu al mode. De leer
lingen der politechnisehe school hebhen het
voorbeeld gegeven door met hun 4 of 5 hon
derden een bezoek te brengen aan het graf
van Thiers. Ik was toevallig op Père La-
ehaise en woonde daar de demonstratie bij.
Een reusachtige immortellenkrans werd in
do kleine kapel bij de andere gevoegd; een
vergulde inscriptie op een zwart marmeren
steen verschaft aan deze hulde een blijvend
aandenken.
Ge ziet het, met do politiek wordt hier al
vroeg begonnen. Mij dunkt zelfs wel wat al
te zroeg. Jongens moeten jongens blijven,
hun les leeren, knikkeren on hoepelen,maar
geen partij kiezen in Staatszaken, en dat
was het hier eigenlijk.
Een bezoek aan hot graf van Thiers is wel
een tochtje naar Père Lachaise waard. Hon
derden immortellenkransen liggen er mans-
hoogton op elkander gestapeld. In de kapel
zelfs, waarvan de deur altijd openstaat, is
er al geen plaats meer voor, zoodat men al
begonnen is ze er aan de buitenzijde tegen
aan te hangen. Behalve de krans der leer
lingen van de politechnisehe school, wordt
de aandacht bijzonder getrokken door een
van de stad Parijs, door een van Bolfort
de vesting met zooveel moeite door Thiers
voor Frankiijk behouden en vooral door
die, welke Havre heeft gezonden.
Het was een heerlijke dag, om die zoo
hooggelegen stad der dooden te bezoeken,
vanwaar men zulk een prachtig uitzicht ge
niet over de zooveel lager gelegen stad dor
levenden. Hoog en droog liggen de dooden
hier zeker, en het Zutfensche raadslid dat
zich in der tijd tegen den aanleg eener ta
melijk laag golegen nieuwe begraafplaats-
verklaarde, «omdat do ligging er zoo onge-