Landbouw.
in over te gaan tot liet benoemen van een
lid van de Eerste Kamer der Staten-Gene-
raal, in plaats van den heer Fransen van
de Putte, overleden.
In do afgeloopen maand is te Gent
■overleden mejufvrouw Nathalie De Hertog.
Zoo als men weet, was zij eene der erf
genamen van de nalatenschap van wijlen
don Franschen generaal graaf Van Dumme,
Lekend door zijne bedijkingen van de
Stophia,- Austerlitz,- Diomede en andere
polders in dezen omtrek. Bij haar ologra-
phisch testament, heeft zij over een groot
gedeelte van haar vermogen beschikt, ten
voordeele dor R. C. kerken der gemeenten,
waarin hare goederen gelegen zijn.
Zoo heeft, dus wordt ons van betrouw
bare zijde medegedeeld, onder anderen de
kerk te Oostburg het belangrijk legaat
van fr. 40,000 van de erflaatster verkregen,
Dit vermogen zal mitsdien weder voor
een groot dool in de doode hand overgaan,
voor zoo ver het verzet van de erfgenamen
hierin 'gecno verandering brengt.
De heer de Stuers de ijverige bevorderaar
van den zin voor kunst onder zij ne landgenoo-
ten, heeft in het Novembernummer van het
letterkundig maandschrift de Gids oen krach
tig betoog geleverd voor de noodzakelijk
heid om »met vereende krachten" den kunst
zin wakker te schudden die in vroegere
eeuwen, getuige de grootsche gebouwen en
kunst gewrochten op allerlei gebied die nog
overig zijn, in ons land zóó algemeen was;
als voorbeeld wordt o. a. het schoone Stad
huis te Sluis, dat met enkele boogvensters
en geveltjes, in ons midden de gedachtenis
levendig houdt aan dien langvervlogen tijd.
De heer de Stuers -ascht dat op de scholen
bij het onderwijs iu do verschillende vakken
ook een woord over de kunst worde ge
sproken en men bv. niet alleen weten mo
ge hoe, do graven van Holland, Henegou
wen enz heeten maar tevens niet onbekend
blijve met schilders als van Eijk en Hem
line in Brugge bekend als: van Eijck en
Memliug). De heer de Stuers eindigt zijne
heer lezenswaardige beschouwing, met het
opwerpen van een plan tot het stichten ecner
vereeniging ter bevordering van den kunst
zin onder ons volk.
Een goed werk zoude men doen, wanneer
onder ons, waar nog zoovele bewijzen van
de kunstvaardigheid en goeden smaak
onzer Vaderenvoorhanden zijn, eens be
vattelijk het streven van den hr. de Stuers
uiteengezet werd.
Tengevolge van storm cn regen hoort
men uit verschillende streken van ons land
van overstroomingen die wel niets veront
rustends hebben maar toch hier cn daar
veel ongemak en zelfs schade veroorzaakten;
talrijke schipbreuken, ook op onze kusten
zijn in de laatste dagen voorgevallen.
Het gebeurt dikwijls dat do heerlijk
ste - zoetwatervisch zijn aangenamen smaak
verliest door grondigheid, een eigenschap
die hij dikwijls, zelfs nog lang nadat hij
in stroomend water is gezet, behoudt. Men
kan dien smaak wegnemen als men een
stuk broodkorst met den visch kookt. Die
zelfde uitwerking hebben ook versche houts
kolen. Ook kan men brood en kolen tege
lijk gebruiken. Een andere methode om vis-
schen den grondigen smaak te ontnemen,
bestaat hierin, dat men ze eenige malen in -
frisch water, waarin wat zout is opgelost
laat uitwateren. Dit moot' zoo lang worden
herhaald, als het water er nog slijmerig
uitziet.
Men schrijft uit Vlissiugen
Bij het bestuur van het Belgisch loods
wezen is Dinsdag een telegram ontvangen,
houdende bericht, dat de Belgische loods-
kutter no. 2, schipper Baels tusseheu Duin
kerken en Nieuivpoort is verongelukt. De
equipage heeft zich voor hot grootste ge
deelte kunnen redden, doch drie der op
varenden worden vermist. Twee daarvan
zijn vaders van talrijke huisgezinnen.
Men schrijft ons uit Wilhelminadorp
nVrijdagnamiddag arriveerde Z. K. H.
de kroonprins der Nederlanden geheel in
cognito te Wilhelminadorp en overnachtte
aldaar met eenige Hollandsche lieeren ja
gers in het jachthuis.
Den volgenden dag nam Z. K. H. deel
aan de jachtpartij.
Zondagvoormiddag zijn de lieeren weder
met hunnen vorsteÜjken gast vertrokken."
Gistermorgen passeerde Z. K. H. onze
stad en vertrok met het spoor van 10,2.
G. C.
Te Arnhem werd don 30sten October
de apotheker v. A.- aldaar met zijne vrouw
en twee meiden ernstig ongesteld, onmid-
delijk na het eten van eene geringe hoe
veelheid karnemelk; zij kregen aanhouden
de hrakingen en werden hevig benauwd.
Dej heer v. A. zelf was na een lijden van
4 uur weder veel beter; hij had slechts één
lepel van de melk gebruikt. Zijne vrouw,
die drie lepels gegeten had (wegens een
eenigszins bijtend gevoel in den mond en
de keel was zij huiverig meer te nemen),
leed niet alleen aan voortdurende hrakingen
en benauwdheden, maar ook aan buikpijn,
diarrliee en krampen in kuiten en voeten
zij was bijna bewusteloos, de pols was soms
niet te voelen, zoodat zij eenigen tijd in
een zorgelijken toestand verkeerde. Thans,
vijf dageu 'na de vergiftiging zijn de ver
schijnselen veel verbeterd, doch haar maag
is zoo gevoelig dat zij, bij het gebruiken
van eenig voedsel, misselijken pijnlijk wordt.
Eene der meiden die weinig gebraakt heeft,
is nog bedlegerig en klaagt over vrij lie
vige buikpijnen. De andere meid heefteen
hooge gevoeligheid der maag overgehouden.
De beide meiden hadden slechts drie lepels
van de melk gebruikt. De hond, na even
aan het bord gelikt te hebben, braakte ook
hevig.
De karnemelk was den vorigen dag in
een ijzeren pan gekookt en toen zonder eenig
nadeelig gevolg genuttigd; hetovergebleve-
ne was warm in eene bruin aarden pan ge
daan en daarin den volgenden avond weer
gekookt.
Bij scheikundig onderzoek is gebleken, dat
het glazuur van die pan bestond uit eene
groote boeveelheid antimonium en lood.
Bovenstaande waal-neming bevestigt hetreeds
bekende feit, dat de bruin en geel aarden
pannen tegenwoordig met een zoo vergiitig
glazuur bedekt zijn, dat men niet genoeg
voor haar gebruik kan waarschuwen, en dat
zij geheel uit de keukon moesten verbannen
worden. (Hygieia.)
Zuidzandc. 19 Nov. De avond van dezen
dag was voor een groot getal ingezetenen
dezer gemeente een zoo genoegelijke avond,
gevolgd door een gedeelte van den nacht
zelfs, dat storm en regenbuijen geheel ver
geten werden.
De alhier gevestigde Rederijkerskamer
»A1 doende leert men' hield haar eerste
winterbijeenkomst.
De ondervoorzitter de openingsrede hou
dende, wees op het feit, dat de kamer
weldra hoopte haar 15 jarig bestaan te
vieren en dat men al doende in dat tijdperk,
zicli verbeugen mocht ook veel geleerd te
hebben, hij wees er op, hoe zij in dien
tijd van de eenvoudige voordracht van losse
stukken overgegaan was tot de dramatische
voorstellingen en ook op dat gebied gedaan
en geleerd had als bewijs van eendrachtig
doen en leeren, merkte hij op dat zij nog
steeds haren eersten secretaris en eersten
voorzitter had.
Een woord van kiessclie hulde viel den
E. A. Beschermheer de waardige Burge
meester A. J. Risseeuw, die de kamer met
alle zijne krachten steunt ten deel, eene
warme hulde werd gebracht aan den eere
voorzitter A. J. van Cmijningen, wethouder
der gemeente, die den bloei der kamer naar
zijne beste krachten bevorderd en dat nog
onlangs hij zijn GOe verjaardag getoond
heeft.
Verder zei de spreker op schertsende
wijze eenige belangrijke woorden over de
kunst van zien, hij wees er op hoe hier en
overal menschen waren die vooruit zagen,
hoe er daarentegen ook waren die achteruit
zagen en alzoo een behoorlijken blik op
de toekomst en het verleden geworpen werd,
doch dat er ook ter zijde zienden, echte
dwarskijkers waren, knib'belaars en vitters
die overal iets aan te merken hadden.
Hij vergeleek ze hij zoogenaamde appel-
bieën (wespen) en dergelijk onnuttig ge
dierte dat juist altoos aan de beste vruch
ten knaagde, doch, merkte hij op, dergelijk
ongedierte kan in deze gemeente niets uit
werken; want wij zorgen er voor dat we
een fijn gevlochten netje over de vruchten
hangen. Deze korte, krachtige met voldin
gende voorbeelden als bewijzen, gestaafde
toespraak werd van de zijde des publieks
uitmuntend begrepen, dat door een dave
rende toejuiching van zijne goedkeuring
deed blijken.
Met nieuwen lust werden daarop de dra
matische stukken gespeeld en de voordrach
ten gehouden. Daaronder was opmerkeliik-
om de flinke houding en gepaste vrijmoe
digheid der spelers »Het spook te MidcU r-
nacht" uitgevoerd door een vier al kna
pen van 14 a 15 jaar, die dan ook
welverdienden bijval vonden.
Gelijke eervolle onderscheiding viel ook
den overigen te beurt, maar inzonderheid
de leden A. M. Ie Grand en A. de Koker
in een dramatische voorstelling, 't Moge
hen aanmoedigen om op den ingeslagen
weg moedig voort te gaan.
De eigenlijke declamatie der losse stuk
ken voldeed uitmuntend, inzonderheid die
van den lieer J. Risseeuw Az., die een ge
dicht van onzen geliefden volksdichter Tol
lens voordroeg dat allerloffelijkst uitgei oerd
werd geacht.
De vergadering werd gesloten door een
kort maar krachtig woord van den onver-
moeiden Voorzitter de heer H. G. Fokker,
vooral dankt ZEd. het publiek voor zijne
bewijzen van goedkeuring, voor zijn aan
dacht en stilte onder voordracht en spel.
Deze heer verdient mede den dank der
kamerleden daar hij geene moeite ontziet
om al zijne krachten aan den bloei dei-
kamer te wijden.
Het overige gedeelte van den nacht lie p
in eene zeer opgewekte stemming ten einde
middelbni-g, 24 Nov. Naar wij vernemen
is in de gisteren alhier gehouden zitting van
de Kamer van Koophandel en Fabrieken dooi
den secretaris dier Kamer de vraag gedaan
of van hare zijdeniet ondersteund diende
te worden de beweging tot het verkrijgen
van een tolverbond tusschen Nederland en
Belgie.
De zaak is tot nader order aangehouden
terwijl inmiddels den secretaris is opgedra
gen inlichtingen omtrent deze zaak in te
winnen.
In eene der volgende zittingen kan men
derhalve eene nadere bespreking van deze voor
het 4e en 5e district zoo belangrijke kwestie
tegemoet zien.
Het SlvAsck Weekblad ook zoo veel
mogelijk nuttig voor land- en tuinbouw
willende maken, zoo zullen nu en dan
uit Landbouwschriften zoodanige stukken
overgeuomeu worden, als wij in het be
lang der landelijke nijverheid wensclielijk
oordeelen.
middelen tegen Slakkcnschadc.
Om slakkenschade bij het graan to
voorkomen, dient men dit zoo vroeg mo
gelijk te zaaien, 'tls toch bekend, dat de
jonge, teere plantjes vooral door deze die
ren worden aangetast. Wanneer dus de
planten eenigszins zijn opgeschoten, vóór
de slakken zich in massa vei-tooncn, dan
is de schade natuurlijk zoo groot niet.
Ook het droogleggen is eene goede zaak
in deze, want hoe drooger grond, hoe
minder slakken. Het inbijten van het zaai
zaad met verschillende in water opgeloste
zouten, waarbij men bittere of scherprie-
kende stoffen voegt, wordt mede zeer voor-
deelig geacht. Als zoodanig bijtmiddel kan
men gebruikenkalkwater met salpeter
of keukenzout en een aftreksel van uien
of gier ook kalkwater met eeii aftreksel
van uien, of van pepermunt of kruizemunt
schijnt bruikbaar. Verder beveelt men