Algemeen overzicht. Buitenland. Ik eindig mei te herhalen Komt op als één man, gij allen die een hart hebt voor de verheffing van het volk tot dit overschoonc woord «ieder Nederlander heeft de eervolle roeping «persoonlijk met goed en bloed voor de verdediging van hotVaderland in te staan." 's Gravenhage 17 Augustus 1875. v. L. Stirum (M. D.) oud-minister. De opstand van Herzegowina tegen Tur kije doet den naam van dit klein ter nau- wernood in West-Europa gekend Vorstendom met glans vooruitkomen en drukt op allés wat hem raakt eenen bijzonderen stempel van belangrijkheid. Herzegowina telt cene bevolking van om trent 400,000 inwoners. Allen behooren tot liet Slavonisch ras en de meesten belijden de christelijke godsdienst. Het woord Herzegowina komt van het Duitscho Herzog (Hertog). Deze titel werd eerst in 't jaar 1440 toegekend aan Stepkanus, destijds heer van dit land. In 1481 werd het recht van opperleenmanschap over Her- zegowine uitgeoefend door den Koning van Hongarije. Wel is Herzegowina van Hongarije afge scheiden door Bosnië en Slavoniedoch kunnen deze twee provinciën worden aan gezien als eertijds van de monarchie des hertogs Stephanus te hebben deelgemaakt. In 1483 werd Herzegowina veroverd dooi de Turken. De adel giug over tothetisla- mismus om zijne voorrechten te behouden; docli beys of landvoogden van den Turk geworden, waren de keeren van Herzegowina geene ijverige Mahomedanen. Zij bleven hunne Turksche overkeerscliers eenen grooten haat toedragen. De Sultan van Turkije oefende eer een zoogenaamd dan een meester schap over Herzegowina uit tot in 'tjaar 1850. Te dien einde brak er een opstand van de beys tegen het Turksche bestuur uit, doch die werd gedempt door Omer- Pacha. De leider van dien opstand was zekere Ali. Ilij werd door de Turken gevangen en in zijne gevangenis om het leven gebracht. Sedert dien tijd bleef de Turk in vrede Herze gowina bekeerschen. Maar de kwellende maatregels waarvan de Herzegowiners sedert eeuwen van wege de Turken de slachtoffers bleven, hield het vuur van den opstand in hunne gemoederen aan het branden. Dat vuur is eindelijk uitgebarsten. De Horzogewiners eischen 1" Afschaffing der bovenbelastingen 2° Vermindering van den taks op het kweeken van schapen3". Vermindering der schadeloosstelling te be talen voor het vrij zijn van de militaire dienst 4" Inrichting van de politiedienst uit Slavonische inboorlingen in plaats van uit Turken. Bloedige gevechten grepen plaats op 12", 13 en 14 Augustus rond de stad Trebinje. De uitslag was dat de Turken verslagen werden on naar de stad terugweken. Het verlies was van beide zijdon zeer gevoelig Trebinje bleef niettegenstaande hunne neer laag in de handen der Turkenmaar de toestand der stad schijnt veel verergerd, sedert het getal der belegeraars door 2000 Montegrijnen vermeesterd is. De Herzogewiners zijn meester van de bergen Schouma en Glivo, zoodat het onmo gelijk is dat de stad Trebinje, slecht ver sterkt, slecht gewapend en verdedigd, lang tegenstand biede. Trebinje wordt beheerseht door de twee genoemde bergen, en indien de oproerlingen over kanonnen beschikt hadden, kon de stad geene twee uren weerstand bieden. Het getal inwoners is 3000 meest allen Muzelmannen Heteenigstc bezwaar dat te overwinnen is, is do tamelijke breede vesting, die gevoed wordt door de Trebignestiza. Zoodra de oproerlingen meester zijn van de stad, zijn zjj meester van de baan, die zoowel naar Montenegro als naar Suttorina leidt. Het is Dervisk-Paeka die als Turksck landvoogd Herzegowina, en tevens Bosnië, beheert. Dervisk-Paclia beschikte over 6,000 man doch op zijn aandringen is hem eene versterking van 14,000 man uit Turkije toegezonden. Het is niet de eerste maal dat de landvoogd in Herzegomine te strijden heeft. In den opstand van 1850 diende Dervish-Pacha onder Omer-Paclia. Volgens de laatste tijdingen, trokken ver scheidene vrije korpsen Serviërs over Bosnië de Herzegowiners ter hulp, terwijl ook de opstand uitgebarsten was in Turksch Croatië. Een telegram uit Constantinopel van den 20 Augustus meldt dat de gezanten der groote Mogendheden aldaar in onderhande ling zijn met den grootvizier en den Sultan. Zij hebben den Sultan aangeraden de vijan delijkheden in Herzegowina op te schorten en de grieven en de eischen der opstande lingen te onderzoeken. De Sultan heeft ge weigerd. Nadere berichten melden ddt het be vestiging behoeft wat het Neue Fremden- blatt als tijding uit Constantinopel dd. 21 Aug. mededeelt, dat de Sultan de ver zoenende bemiddeling der noordelijke mo- genheden zou hebben aangenomen. De Parijsche Temps zegt dat de mi nister van buitenlandsehe zaken van Rus land Donderdag geneiaal Leflö heeft ver wittigd dat or weldra eenRussische nota betrekkelijk de Herzogewina zal worden uitgevaardigd. Husseiu Avni-pacha is tot minister van oorlog in Turkije benoemd. To Agram Croatië zijn berigten.ontvan- gen dat de opstand in Bosnië zich uit breidt. Duitschlaud. Met betrekking tot het gerucht dat de Fransche Regeering de groote bedevaart uit Duitsckland naar Lourdes zou verbieden, wordt in sommige Duitscho bladen nader gemeld, dat het in de be doeling schijnt te liggen, aan de Duitsehers vrij te laten zich naar Lourdes te begeven, mits niet gezamenlijk of in optocht, omdat er in Frankrijk eene sterke antipathie tegen de-Duitsche natie bestaat en zulk een op tocht dus lichtelijk aanleiding zou kunnen geven tot ongeregeldheden. Prins Karei van Beieren is, overeenkomstig zijn uitersten wil, zonder vorstelijke praal ten grave gebracht. Blijkens een openbaar gemaakt extract uit zijn testament mocht zijn stoffelijk overschot niet op een pronk bed gelegd of tentoongesteld worden, moch ten alleen de leden der vorstelijke familie en enkele bijzondere vrienden er bij worden toegelatenmocht er bij de begrafenis slechts één geestelijke voor den lijkdienst aanwezig zijn, geen klok geluid, geen militair vertoon gemaakt worden, enz. Ook heeft hij in het stuk den Koning verzocht, het Hof geen rouw te doen dragen en geen openbare ver makelijkheden zooals anders hij overlijden van een lid der Koninklijke familie gebrui kelijk is voor zekeren tijd te doen stil staan. Belgie. In de Gazette van Eecloo., van 22 dezer leest men het volgende OVER »E POEDERS. In de polders is de oogst bijna geheel weggeruimd. Nogmaals werd daarbij het gebrek aan werkvolk gevoeld. Het is vooral in de polders dat daaraan behoefte bestaat, en daar weer hebben de landbouwers de hooge eischen van den dagloon moeten ondergaan: de taks zoowel van het veldwerk als van de dienst- huur is in de polderstreek ruim verdubbeld Bij deze beschouwing echter willen wij niet stilstaan. Waarop wij hier in 't bijzonder wijzen, is op het verschijnsel, dit oogstjaar algemeen opgemerkt, dat er al meer en meer vlaamsclie landbouwers naar de verkoopingeu van poldervruchteii opkomen. De meeste landbouwers uit het Meetjes land volgen geregeld al de vruchtverkoopin- gen op die niet enkel in de Vlaamsclie voorpolders, maar ook in de verste Zeeuw- sclie polders gehouden worden. Dat komt hierbij Onze landbouwers leggen zich al meer eu meer toe op den veekweek. De waarde der granen staat zoo laag, dat de landbouwer iu die kuituur geen bestaan meer vindt hij is dus gedwongen de toevlucht tot de veefokkerij te nemen. Door de officieele statistiek wordt het bewezen, dat Belgie betrekkelijk veel minder slaohtvleesch ver bruikt dan eenige van zijne naburige na tiën. Uit dien hoofde neemt dat verbruik in Belgie ook gestadig toe. Wel voert Holland bier alle jaren eene groote massa slachtbeesten inmaar Frank rijk trekt er eene niet mindere massa uit. Deze overwegingen ontsnappen der scherp zinnigheid van onze landbouwers niet. Daar om leggen zij zich bijzonder toe op den veekweeken *t is om zich aan voldoende voeder te bevoorraden dat zij de polder- venditien bezoeken. Wat hieruit te leeren is behoeft nauwe lijks te worden aangemerkt: het spreekt luidop uit de feiten. De uitvoer van de vruchten uit de pol ders is sedert korten tijd wel vertiendub- beld. En de middelen van vervoer? Dié zijn, op weinig uitzonderingen na, dezelfde geblevenTusschen het Meetjesland en het Zand van Kadzand niets dan slijkerige we gen, modderpoelen, geen enkel eindje spoor weg, gebrek aan steenwegen overal. Tus schen het vierde en het vijfde distriet van Zeeland bestaat zelfs geen gemeenschaps- weg en tusschen de Belgische grens en de polders onder Biervliet eu Hoofdplaat, even als tusschen die grens en de polders onder St.-Kmisligt nog geen enkele bestrate weg Aan de vertegenwoordigers van die streek in 't bijzonder, aan de provinciale staten van de beide Vlaanderen en van Zeeland in 't algemeen acht te geveneerst op 't verschijnsel der toenemende uitbreiding van de gemeenschap tusschen beide grensge westen en ten tweede op de behoeften clie daaruit ontstaan. De week is nietig aan staatsnieuws. Uit Brussel is niets anders toegekomen dan het verhaal eener mislukte voorstelling van de stierengevechten, die er naar Spaanschewijze Zondag hebben plaats gehad. De voorstelling is, zeer gelukkig voor de eer van Belgie, onder het gefluit van het publiek gevallen. De stieren waren niet woest, niet wreedaardig genoeg om indruk te maken op de verhard e zenuwen der zinnelijke Brusselaars, en er werd ook geen bloed genoeg vergoten. De Brusselsclie beschaving is moeilijk te paaien, gelijk men ziet. Over twee jaar vond ook De Groof, de vliegende man, geen hij- val. De Brusselaars floten hem uit, omdat hij zich den nek niet had willen breken. Vele stedelingen vallen flauw van hanenge vechten in den buiten wel te verstaan, en dat is ook verboden. De boeren, die aan hanengevechten vermaak nemen, heeten die gevoeligaards Barbaren. Maar stierenge vechten, met veel bloedverlies, dat trekt de stedelingen aan. (G. v. E.) De Brugsche beeldhouwer Picquery, de maker der standbeelden van van Mem- linc en van Maerlant, heeft naar de ten toonstelling van Brussel het ontwerp van een op te richten standbeeld van Breydel en De Coninck gezonden. Dit beeld in gips heeft zoo wat 214 meters hoogte, en aan den voet zal alleen het Vlaamsch op schrift staan „Aan onze Vlaamsclie volks helden Jan Breydel en Pieter de Co ninck. 1302." Kapitein Verstraete gelooft de praetische oplossing van het gewichtig vraagstuk Ant- werpen-Terneuzen, Gent-Vlissingen en Ca lais gevonden te hebben met eene nieuwe haven op de kusten der Noordzee tusschen Oostende en Blankenberge op te richten. De nieuwe haven zou meer dan 110 hecta ren oppervlakte hebben, dat wil zeggen twee maal meer uitgebreid dan de haven van Brest. Zij zou niet veel kostengemakke lijk te verdiepen zijn en verbonden kunnen

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1875 | | pagina 2