Binnenland.
Sluis, 19 Augustus.
Den lln dezer was het 20 jaren geleden
dat de heer J. H. Hennequin alhier als
Burgemeester werd geïnstalleerd. Daar die
dag voor velen onopgemerkt voorbijging
willen we even aanstippen dat dit 20-jarig
tijdstip een niet onbelangrijke plaats inneemt
in de geschiedenis van Sluis. Hoewel alle
veranderingen in deze gemeente wel geene
verbeteringen waren we denken aan de
vele uitgestorven of naar elders vertrokken
familiën moeten we bekennen dat de
verbetering der haven, het aanleggen van
den grindweg en het daarstellen van een
telegraafkantoor den bloei van den handel
zeer bevorderden en zijn we een woord
van dank schuldig aan den man die steeds
zijn beste krachten wijdde aan de belangen
van onze stad en deze streek getuige
hiervan zijne bemoeijingen voor het nieuw
uitwateringskanaal en den aankoop der ves
tingwerken alhier.
"Zeer gerechtvaardigd is dan ook het alge-
gemeen vertrouwen dat nog onlangs bleek
door zijn herkiezing als Hd van den Ge
meenteraad, en het eerekruis dat zijne borst
versiert moet eveneens worden aangemerkt
als een blijk van waardeering van den man
'wien nooit moeite noch zorgen te veel waren
indien het de belangen van zijne geboor
testad gold.
Mocht het den werkzamen en waardigen
man nog lang gegeven zijn, om, gesteund
door hooggeschatte Wethouders en Raad en
voorgelicht door onzen zaakkundigen Secre
taris, zijne humane principes hier in toe
passing te brengen.
Het onweder dat 11. Donderdag boven
deze streek woedde heeft hier en daar eenige
verwoestingaangericht. Zoo werd een boompje
op den wal achter den tuin van den heer
J. M. Hennequin gespleten en op de hofstede
van de weduwe Lako een groot gat in den
grond geslagen.
Door de Staatscommissie belast met
het afnemen van het examen van vroedvrou
wen, zitting gehouden hebbende te Amster
dam, is ook eene acte van bevoegdheid als
vroedvrouw uitgereikt aan M. S. Hooftman
van Sluis.
Door ds. E. Barger, te Lunteren is
voor het beroep naar deze gemeente bedankt.
Opgave van brieven geadresseerd aan
onbekenden verzonden door het Postkan
toor te Sluis naar
NOORD-AMERIKA.
A. de Bruin te Allegan en J. Coppenjan
te Williarnsport.
FRANKRIJK.
P. van Overbeke te Lille.
In verhand met de wet op de honds
dolheid in Nederland, zijn aan de verschil
lende gemeentebesturen modellen van muil
korven toegezonden om daarvan hij voor
komende gelegenheden gebruik te maken.
De Commissaris des Konings in de pro
vincie Zeeland maakt bekend, dat de opening
der jacht op klein wild in deze provincie,
is bepaald op Woensdag den 1 September
a. s. voorts, dat de korte jacht dagelijks,
met uitzondering van den Zondagen de
lange jacht op den Maandag, Woensdag en
Zaterdag van iedere week alsmede op de
vier dagen voorafgaande aan do sluiting
der jachtzal geoorloofd zijn.
Voor reizigers die des morgens per
boot van CA uur uit Breskens naar Vlis-
singen vertrekken om van daar per spoor
naar Holland enz. te gaan, is het een groot
gerief dat die hoot in cle groote vluchthaven
aankomt, omdat men van daar terstond bij
't havenstation gelegenheid heeft in 't spoor
te gaan (men komt ongeveer tien minuten
vóór het vertrek van den trein te Vlissingen.)
Met primo November zal, zijn wij goed
ingelicht, gelegenheid bestaan tot liet ver
voer van veo van Vlissingen naar Sheerness.
Men verneemt dat de heer Dujardin,
vroeger kassier, (treuriger nagedachtenis)
voor een paar dagen uit Brugge is ver
trokken
De suikerconventie tusschen Belgie,
Engeland, Frankrijk en Nederlandis gesloten.
Ook de bekende circulaire van den
Min. van Bin. Zaken betreffende inmen
ging van openbare ambtonaren in de ver
kiezingen, heeft reeds belangrijke gevol
gen gehad. Mr. J.. H. de Laat de Kan-
ter, schoolopziener in liet vierde distr. van
Zeeland, heeft zich per missieve tot den
Commissaris des Konings in Zeeland ge
wend en daarbij op krachtigen doch waar
digen toon zijn grondwetttg recht gevin
diceerd om zich te bemoeien met verkie
zingen, 't zij met of zonder aanduiding zij
ner openbare betrekking; een ministerieel
verbod mag volgons den heer de Kanter
geenszins den ambtenaren Iiud rechten als
staatsburgers ontnemen. Wij zijn 't vol
komen eens met den heer de Kanter en
wenschen hem geluk met zijne forme hou
ding. (Z. C.)
De gevolgen van de oustnimige
openlijke inmenging van den bisschop in de
zaken der gumeentê/erkiezingen te Roer
mond laten zich reeds diep gevoelen in
dat stadje. In de raadsvergadering van den
10 Aug. werdenóegeloofsbrievendernieuw-
gekozen raadsleden onderzocht, die op de
orders van den bisschop gekozen zijn.
Maar tegelijk was een schrijven ingeko
men van den burgemeester den heer Louis
Beerenbroek, waarbij hij zijn herbenoe
ming als lid van den raad afslaat met
openlijke aanwijzing van gronden, en wel
omdat de heeren Bloemen en Fouquet uit
den raad zijn geworpen. Een ander raads
lid, de heer Leurs, gaf indirect zijn ver
langen te kennen om af te treden door
zijn geloofsbrieven te Iaat in te zenden.
Eindelijk verklaarde de wethouder Miehiels
do Kossenicli dat hij, na 't geen 'tdage-
lijksch bestuur was bejegend, zijn ontslag
nam als lid van den raad, terwijl het
nieuwgekozen lid Audriossen niet werd
toegelaten op grorirl van onvereenigbaar-
heid van betrekkingen.
Bij de d. d. schutterij te Ziorikzee
is benoemd tot tweeden luitenant mr.
M. B. de Jonge van Elieraeet.
Z. M. heeft benoemd tot ridder in de
orde van den Nederlandschen Leeuw de
heer C. M. van Visvliet, inspecteur van
het lager onderwijs in Zeeland.
De Tijd, deelt mede, dat hier te lande
een seminarie zal worden opgericht ter aan
kweeking en opleiding van missionarissen
voor China, Mongolië en verdere heidensche
landen. Het huis daartoe is reeds aange
kocht; dit ligt in het dorp Steyl, een uur
gaans van Venlo. Ook de personen, die de
stichting zullen besturen en het onderwijs
verschaffen, zijn reeds gevonden. Het zijn:
een Oostenrijker, een Duitscher, een Neder
lander en een Luxemburger.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
In do zitting der Tweede Kamer van
16 dezer is de heer mr. Fokker beëedigd en
heeft hij zitting genomen. Hij heeft den
Minister Heemskerk geïnterpelleerd over
do vertraging zijner eedsaflegging. De Mi
nister ontkende dat zijnerzijds vertraging
had plaats gehad, zijnde 't concept-besluit
dadelijk aan den Koning opgezonden. De
heer Van Wassenaer Catwijk heeft den
Minister van Oorlog geïnterpelleerd over
't gebeurde hij de oefening der troepen
nabij 's Bosch.
Daar de Minister, ofschoon de berich
ten overdreven achtende, inlichtingen ge
vraagd heeftwordt deze interpellatie ver
daagd. Do heden aan de orde gestelde
ontwerpen zijn aangenomen waaronder
de afstand van liet marine-etablissement te
Vlissingen aan dhr. Smit, te Ridderkerk.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen
het antwoord der Regeering op bet Kamer
verslag betreffende de militiedienst. Het
gewijzigd wetsontwerp laat de hoofdbegin
selen der wet ongedeerd. De Regeering blijft
tegen de geheele afschaffing der dienstver-
vanging.
De afdeelingen der Tweede Kamer
zijn heden 17 dezer vóór den aanvang der
openbare vergadering bijeengekomen tot een
nader onderzoek van de gewijzigde kies
tabel en ter overweging van het ontwerp
betrekkelijk de verbetering van den Rot-
terdamschen waterweg, waarvoor de Mi
nister van Binnenlandsche Zaken de ur
gentie heeft gevraagd.
Asirdcnbui'g. Gedurende het woeden van
de jongste onwedersstaarden een aantal
menschen naar den toren in de meening dat
zij iets aan den afleider zouden kunnen be
speuren. Daaronder waren welontwikkelde
ambachtslieden. Men schijnt nog wonder
lijke denkbeelden omtrent Se werking der
electriciteit te koesteren. Ter geruststelling
der nieuwsgierigen deelen wij mede, dat geen
der buien zoo nabij was, dat er eenig ge
vaar bestond bijgevolg niets kon gezien
worden. Het vuur dat sommigen kort na
een der buien op de spits der torens zagen
is niets anders dan het onschadelijk St.
Elmusvuur, dat het einde van storm en on
weer voorspelt en daarom reeds door onze
oude zeelieden met den naam van vrede-
vuurtje bestempeld werd. Reeds de ouden
kenden die vuurtjes of liever lichtjesen
schreven ze toe aan de bekende twee
lingbroeders Castor en Pollux, beschermers
der zeelieden.
Aan een particulier schrijven uit 's Bosch,
ons welwillend door een abonné afgestaan
ontleenen we het volgende:
'sBosch, 15 Augustus. De troep is (als
naar gewoonte) uitgerukt om 6 uur en om
iy» uur teruggekeerd. De exercitiën hebben
plaats gehad op de Cromvoortsche heide (die
zeer vlak is) ongeveer 2 uur van de stad.
Overigens is er een gewone manoeuver uit
gevoerd, die de troepen tegenwoordig haast
eiken dag maken, met het oog op de a. s.
oefeningen in de Peel en omdat er 2 lich
tingen miliciens meer onder de wapenen zijn.
Vanéén bataillon zijn er 49 achtergebleven,
daar dit bat. het verst geweest was en
steeds had gemarcheerd. In het geheel waren
er 60 a 70 achterblijvers, waaronder 1 kapt.,
2 luitenants en 1 onderofficier.
Een groot gedeelte van deze lui zijn na
op de Vughterheide eenige rust genomen
te hebben stadwaarts gekeerd. Enkelen zijn
daar gebleven, die dan ook 's avonds met
eene kar gehaald zijn. Van dezen zijn er
ongeveer 20 naar het hospitaal gegaan. (De
meesten waarschijnlijk met doorgeloopen
voeten denk ik.) Twee waren er nog al erg
ziek. Van dooden is geen kwestie, niette
genstaande mij den eersten dag verteld
werd dat er één was den volgenden dag
ging het praatje door de stad dat er drie
dooden waren enz.
Gelukkig is hier niets van waar. Overigens
is er niets geheux-d. Deze week heeft er eene
dei-gelijke manoeuver plaats gehadmaar
toen zijn ze nog wat verder geweest en er
is er geen één achtergebleven waaruit volgt,
dat de marsch toch niet zóó gi'oot is ge
weest, maar toen was het ook niet zoo warm
als op dien bewusten dag, want toen was
de hitte haast onuitstaanbaar en dan gepakt
en gezakt op eene vlakke heide, waar geen
enkel frisch plaatsje is om eens te rusten.
Vei'gelijk hij dit verhaal de Bossche en
de Rotterdamsche Courant eensdan kunt
ge wel eenig verschil vinden. De Bossche
schrijft er wel wat weinig van maar de Rot
terdammer is zeer overdreven. Verder heeft
de kolonel Pfeiffer, de reg. kommandant,
zijne verdediging gezet in de Bosschedie
heb ik echter niet gelezen.
IJzciidijkc, 11 Augustus. Het onweder
van Zaterdag avond heeft ook te IJzendijke
sporen van zijn doortogt achtergelaten.
In den Oudemanspolder sloeg de bliksem
op het wagenhuis der hofstede van den heer
Camiel Cortvriendt. Dank de spoedige en
krachtdadige hulp van de brandspuit, werd
alles gebluscht en zijn er geene onheilen te
betreuren. De roerende goederen van den