L. S. J Èiilll NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUVSCH-VLAAIDEREN. Te weinig gekend. N°. 48. Zestiende Jaargang. A0. 1875. li. A. VOIISTEliiW VAN OIJEV V 11' Pit "Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag. Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district Zeeland ƒ1,15; voorde overige plaatsen des Rijks, frawo per post 1,30. Afzonderlijke Nummers 0,05. Prijs Advertentiönvan 1 5 regels f 0.75 elke regel daarboven OjlS1/»-Groote letters naar het getal gewone regels die zij beslaan. Voor den Werkenden stand en Weldadigheid 6 Ct. per regel. Ingezonden Stukken en Brieven, de Bedactie betreffende, benevens Adverteutiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO. De tegenwoordige redactie van het Sluisch Weekblad heelt bij dezen de eer haren lezers mede te d elen, dut zij met lo Juli ophoudt aan dit blad werkzaam te zijn en, dat zij zieh vérecnigd heeft met den heer J. J. Vrolijk tot de uitgave van het Weekblad voor Zeeuwsch Vlaandereivs Westelijk deel, dat 1o Juli verschijnen zal. Prijs per jaargang 2,80. Het Weekblad verschijnt iederen Maandag. Voor verdere bijzonderheden verwijst zij naar het proefnum mer, dat den 3 Juli wordt uitgegeven. Namens de Hedactie In 1818 werd de Maatschappij van Wel dadigheid in het leven geroepen door den Generaal van den liosch; in de onbe- bouwde streken van Drente en Overijse) wer den koloniën aangelegd, met het doel om aan vrije mannen werk te verschaffen en hun bij behoorlijken arbeid eene voldoende toekomst te verzekeren. Een samenloop van omstandigheden, waarin financisele verwikke lingen de hoofdrol vervulden, waren de oor zaak, dat de gestichten Vecnhuizen en Om- merschans in het leven werden geroepen, waardoor de Maatschappij van Weldadigheid, als contractant met de regeering de verzorg- ging van weezen en de verpleging van be delaars op zich nam. Olschoon de band tusschen deze twee on- vereenigbare deelen slechts administratief was, heefL dit ongelukkige huwelijk der Maatschap pij van Weldadigheid veel kwaad gedaan, en ecu blaam op haar geworpen, waarvan zij, ondanks de sterkste vertoogen nog niet ge zuiverd is. Dc Nederlandschc liefdadigheid begon aan merkelijk minder te vloeien toen men niet meer alleen de vrije koloniën, de oorspron kelijke instelling, begiftigen kon, maar meer en meer in de. meening moest verkeeren, dat men met zijne contributie ook de ge stichten steunde, wier bevolking eigenlijk ge heel door den staat moest onderhouden wor den, zooals ook werkelijk het geval is. Na veel haspelens en veel gelobs had in September 185'J de scheiding plaats, dieFre- deriksoord, Willemsoord en Wilhelmina'soord weder als de koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid aanwees, terwijl Veenhui- zen en Ommerschans geheel ten laste van het Rijk kwamen en van toen af ook Rijksge- slichten genoemd zijn. Ik deel die bijzonderheden mede. omdat mij maar al te dikwijls gebleken is, hoe men ten opzichte van de koloniën van de M. v. W. allerlei scheve gedachten koestert. lloe dikwijls hoort men toch niet bewe ren, dat het Rijk maar voor zijne bedelaars moet zorgen, wanneer om eene bijdrage wordt aangezocht voor de M. v. W. Deze kentgeene bedelaars. De koloniën worden bewoond door Arbeiders en vrijboeren, door vrije menschen, die om te beginnen ecnige onder steuning behoeven. Die ondersleuning ver leent hun de M. v. W. Eene andere instelling, waarvan weinig gehoord wordtis de Kruisberg. De Kruisberg is eene gevangenis voor jon gens, die bij hunne toelating den leeftijd van aohtien jaren nog niet bereikt hebben. De verslagen van zoodanige inrichting doen ons vaak een diepen maar treurigen blik slaan in ons volksleven en maakt ons maar al te duidelijk bekend met de gevolgen van schoolverzuim en straatopvoeding. In een verslag over 1873 toch lazen wij, dat 230 van de 247 gevangenen tot de school werden toegelaten, omdat zij geen voldoend onderwijs hadden ontvangen en dat de 11 overige als te oud, daar niet waren toege laten. Van die 247 zaten daar gevangen: 5 wegens valschheid in geschrifte 1 bedelarij; 1 moord; 9 moedwillige mishandeling; 5 aantasting der zeden; 203 diefstal of poging daartoe; 2 j oplichterij; 9 misbruik van vertrouwen; 8 brandstichting en vernieling; 1 desertie; 1 insubordinatie. Groepeert men de gevangenen volgens hun nen leeftijd dan heeft men jongei' dan 10 jaren 2 tusschen 10 en 13 41 13 en 10 1U2 10 en 18 63 18 en 20 20 boven 20 19 247 Ook hier is de welsprekendheid der cijfers groot. in de school zijn de leerlingen verdeeld in drie klassen, elk van twee aldeelingen en ont vangen les van een hoofd- en hulonderwijzcr. De minstontwikkelden krijgen 's zomers 6 uur per dag onderwijs, 's winters 3. Kunnen de leerlingen vrij goed lezen en schrijven en de hoofdbewerkingen der rekenkunde dan komen zij in de middelste klasse; kunnen de leer lingen hunne gedachten behoorl |k op 't pa pier brengen en zijn zij goed bekend met de tiendeelige breukendan gaan zij over naar de hoogste klasse. De leeflingen der middelste klasse krijgen des zomers 0 uren per week, 's winters 3 uren per dag, die der hoog ste klasse 3 uren per week in den zomer en in den winter 3 uren per dag onderwijs. Gedurende den overigen tijd van den dag krij gen zij onderricht in eenig ambacht. De heer de Haan genoegzaam bekend als schijver van De Noord-Nedcdandsche Land bouw Koloniën, zegt van het onderwijs: »Wij hadden het genoegen het onderwijs eenige oogenblikken bij te wonen en het werk van de jongens te zien. Verscheidene leer lingen konden zeer goed, eenigen fraai schrij ven. Het lezen en rekenen ging ook zeer goed. Do stilte en aandacht met welke dc leer lingen het onderwijs volgden, waren voorbeel dig, en maken eene vrij scherpe tegenstelling met het gegons, dat menige dorps- en stads school in de gewone maatschappij meer doet gelijken op eene bewoonde bijenkorf of iets anders godruischmakends dat op eene kweek plaats van kennis en beschaving. Van den zang worJt veel werk gemaakt. De jongen, die niet onderwezen in de straf gevangenis komt, verlaat haar gewoonlijk toe gerust met de noodige kennis om eenmaal vrij gelaten in zijn onderhoud te voorzien en over het algemeen zou dat goed gaan, indien niet al te vaak de vloek op hem bleef rusten dat hij gezeten heeft. Waarom zoo vraagt de schrijver, waarom die jongelingen, die daar op den Kruisberg wor den groot gebracht niet opgeleid voor zee man? In België heeft men op de rcformscho- lan die proef genomen, en zij is uitmuntend geslaagd. En op den Kruisberg zijn even goed als in België energieke jongens genoeg. De siaperigen en de tragen uit de huisge zinnen, waartoe de meeste gevangenen behoo- ren, betreden niet zoo licht den weg der mis daad. Het zijn juist de slimsten (de verstan digste!]) die, helaas! vaak door hunne ouders

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1875 | | pagina 1