TWEK DAGEN OP DE JICHT. B u i t e-n 1 a n<L FEU ILL ET 0 Eene Javaansche geschiedenis. verlecnen als Minister van Oorlog, onder dank betuiging voor de vele en gewichtige dien sten aan Zijne Majesteit don Koning en aan den lande bewezen, en 2o. tot Minister van Oorlog te benoemen den lieer II. J. Enderlein, Kolonel van de genie; 't een en ander met ingang van 29 April a. s. Er bestaat groote kans, dat al de mijnwer kers van Zuid-Wales zich aan de voorwaar den door de patroons gesteld, zullen ónder- werpen. Op een te Dowlais gehouden, druk bezochte, meeting althans werd besloten, met de loonsverlaging van 15 percent genoegen te nemen. Kardinaal Manning heeft aan den Standard een brief doen toekomen, waarin hij ont kent gedurende zijn verblijf te Rome met den Paus te hebben onderhandeld over een te volgen plan, voor 't geval de Engelsche Katholieken met de Regeering in conflict mochten geraken. Dezelfde prelaat, die zich weinig schijnt te storen aan den raad zijner geneesbeeren, om zich vooreerst wat rustig te houden, ont ving Zaterdag een deputatie van katholieke Parlementsleden. In antwoord op hunne ge- lukwenschen zeide Manning, dat een conflict als waarvan men op het vasteland getuige was, in Engeland tot de onmogelijkheden be hoorde, daar het volk te zeer verlicht was, en dat Duitschland zijn ondergang te gemoet ging, wanneer het sommige slaafsche wetten niet terugnam. BELGIE. Er leeft te Sainzée, in de provincie Luxemburg een ouderling met' name Burnotte, die in juli aan staande zijn 100ste jaar bereikt hebben. Hij kan nog schrijven zonder bril en zich schrikt nog niet terug voor lange wandelingen te voet. Hij werd in 1775 onder Maria-Thefesia geboren en zag 14 gouverne- mentsvormen elkander opvolgen. Binnen land. SLUIS. Naar men ons bericht is alhier de lezing van het Weekblad Vooruitaan de Katho lieke lezers verboden. Of 't helpen zul Aangenomen het beroep naar Nieuwvlict, door W. IC. Breukink, em. pr. te Acquoy. Men schrijft uit Groningen. Door Gedeputeer de Staten dezer provincie is aan den Minister van Binnenl. Zaken een adres ingediend, waarbij zij hunne volkomene instemming betuigen met de in 1860 en later steeds hier te lande en ook elders vooropgestelde overtuiging, dat bij den aanleg van XVII. „Ik ben \an plan om op 't oogenblik generaal Trufiano een oorveeg te gaan geven. Binnen een uur zullen we dus zeker duellecrenwilt gij mijn getuige zijn?" „Twijfelt gij aan mijn antwoord hernam ik hem de hand reikende. „Gij zult mij wel niet onbescheiden vinden," vervolgde ik na eenige oogenblikken stilte „als ik u de reden van uwe gevaarlijke handeling vraag spoorwegen iu dc eerste -plaats verbinding van be langrijke zeehavens met groote centraalpunten in aanmerking behoort te komen. Van wege den waterstaat heeft een onderzoek plaats gehad naar eene afdoende verbetering dei- haven te Breskens. Naar men verneemt, staat dat onderzoek in verband vooreerst met de liaveiiwer- 1 en van Vlissingen en ten andere met de in het wetsvoorstel Kappeijne opgenomen directe verbin ding met Belgie. (Handelsblad) De bekende voetreiziger L. C. Du dok-De Wit, zal op 1 mei aanstaande 's nachts ten 4 ure Am sterdam verlaten om naar Weenen te wandelen. Van Amsterdam tot Munster zal hem vergezellen de heer M. C. Hassoldt, van Munster tot Wee nen zal de heer De Wit zijn reis voortzetten in ge zelschap van den heer IL Kettner. De geheele reis is ongeveer 270 uren gaans die men denkt in 40 a 45 dagen, met 8 uren per dag af te leggen, te volbren gen. In voorname plaatsen, zooals te Munster en te Kassei, wordt een dag vertoefd. Zaterdagmorgen omstreeks half twaalf is het op de Atsjinezen veroverde stuk geschut op plechtige wijze naar het koloniaal militair invalidenhuis Bron beek vervoerd. Het fraaie koperen kanon werd, nadat het even als het vorige met bloemen ver sierd was, begeleid door artillerie en infanterie cn hare muziek, naar zijn bestemming gebracht, waar het door den generaal-kommandant aan het hoofd van het korps invaliden plechtig werd ontvangen, om gevoegd te worden bij de andere talrijke bewij zen van dapperheid eu moed, aldaar reeds aan wezig. Wij ontleenan aan de Java-Bode o. a. het vol gende: Gedurende de maand Februari stierven te Atsjin 429 menschen, nagenoeg het sterkte-cijfer van een ba- taillon uitmakende. Het incompleet van de troepen te Atsjin is daar door tot p. m. 4000 man aangegroeid, tengevolge waarvan het met de operation tegen den vijand niet zoo snel kan gaan, als wel wenschelijk wezen zou. De Atsjinees windt daardooi telkens tijd om zich van een geleden verlies te herstellen en nieuwe posities in te nemén of versterkingen aan te leg gen. „Het plan schijnt te bestaan" zoo schrijft on ze correspondent om hospitaal-barakken te bou wen op de vlakte ten N. O. van den Kraton. Maar als dit plan werkelijk bestaat, dan wordt er al zeer weinig ijver en voortvarendheid betoond om het goede denkbeeld dat trouwens oud, zeer oud, is te verwezenlijken." N. M. Ct. Uit Goriucbem schrijft men aan het U. D. dd. 23 April: omtrent den eenige dagen geleden in de na burige gemeenten Randwijk plaats gehad hebbenden Hendrik antwoordde niets, maar reikte mij een sterk geparfumeerd briefje, waarop' ik een gewone laffe liefdesverklaring kon lezen, zooals men ze bij honderden in brievenboeken kan vinden en met veel innigheid onderteekend: „Uw Ettore!" Ik was eerst in de verbeelding, dat dit onge lukkige briefje aan Madeleine's adres was, maar Hendrik licbtte mij beter in, door er bij te voe gen, dat de onbeschaamde vreemdeling dit schan delijke minnebriefje den vorigen dag aan zijne nicht had durven ter hand stellen. //Nu, maar als mejuffrouw Anadji haren Ettore niet in het gezicht heeft uitgelachen" her nam ik terwijl ik mijn lachen niet kon bedwingen, „dan is zijn proza niet naar verdienste be loond." „Gij Franschen steekt met alles den spot," zeide mijn vriend op verwijtenden toon,- „maar mijn besluit staat vast, ik zal dien kerel doódcn!" voegde hij er bij met eene woeste hevigheid, die mij deed denken aan de hardnekkige vijanden van brand, zijn wij in straat gesteld le berichten, dat, na het door de justitie te Gorinchem aldaar inge stelde lokale onderzoek, de hoogbejaarde hoofdon derwijzer dier gemeente Z. op haren last gearre steerd en gevankelijk naar het huis van arrest te Gorinchem is overgebracht, als verdacht van moed willige brandstichting. Heden werden in genoemd gesticht door de rechter-eoramissaris reeds meer dan dertig getuigen gehoord. Een briefje door den rampzaligen Z. in der haast en heimelijk aan zijne afwezige vrouw ge schreven, tijdens den officier van justitie zich in zijne woning bevond en waarbij hij haar o. a. aan maande bij een verhoor toch vooral op hare hoede te zijn, wist de rechterlijke ambtenaar in handen te krijgen hetgeen hoofdzakelijk tot zijne arresta tie heeft geleld. Vrijdag middag had te Goes een vooival plaats, dat gelukkig onder de zeldzaamheden behoort. Voor eenigen tijd huwden N. V. met J. L. B., onder de meest armoedige omstandigheden, en wel zoo dat het paar weldra zonder huisvesting was. Naar men ons mededeelt vernachten zij dan hier, dan daar. Nu Vrijdag nacht moet de man weer in eene slaapstede hebben vernacht, terwijl de vrouw elders een onderkomen vond. In den middag van dien dag beviel de vrouw op het onverwachts van eene dochter, zich tot kraamkamer kiezendehoe wel naar wij veronderstellen, niet volkomen met haren wil de zoogenaamde „Stoofweide" naast de gasfabriek, achter het locaal voor lijders aan besmettelijke ziekten. Door een paar voorbijgangers werd onmiddellijk om geneeskundige hulp gezon den, die dan ook weldra daar ter plaatse kwam en haar verleend werd. Van verschillende zijden werd het benoodigde aangebracht, zoowel voor de kraam vrouw als voor de nieuwelinge, want wij behoe ven niet te zeggen dat daarvoor, al zeer weinig, of liever in 't geheel niet gezorgd was. Op last van den gemeente-verloskundige, in over leg melrden commissaris van politie, die mede te dier plaatse tegenwoordig was, werd zij opgeno men iu genoemd locaal en aldaar goed verpleegd. (AT. G. Ct.) Te Slikkerveer is den 21sten dezer van de werf der scheepsbouwmeesters A. Smit, te water gelaten het clipper-fregatschip Nóach IV, groot omstreeks 1000 Java lasten, gebouwd voor reke ning van den heer Fop Smit jrte Rotterdam. Onmiddellijk daarna werd de kiel gelegd voor een clipper-fregatschip van gelijk charter, genaamd Noach V, mede voor rekening van genoemden heer. Beide schepen zijn bestemd voor geregelde vaart tusschen Nederland en Java. Terwijl de oppasser van debeeren in het Kon. Zoöl. Genootschap te Amsterdam dezer dagen met iemand voor een der hokken stond te praten, trok een beer met zijn klauw den arm des oppassers naar zich toe, en verminkte dien zoozeer, dat hij afgezet is moeten worden. Lodewijk XIV. „Vergun mij u tegen te spreken, mijn. waarde Hendrik; ik houd vol, dat zulke onpassende stre ken niet met het pistool naar met een stok ge straft worden. Als gij geene andere redenen hebt om den galanten Italiaan tot een duel uit te da gen. „En als ik nu eens andere redenen had" zeide mijn vriend op eens met bevende stem. Toen hield hij plotseling op, alsof hij vreesde zijne woorden niet meer meester te zullen zijn. Na een oogenblik gezwegen te hebben voegde hij er bij „Vraag nïij, bid ik u, niet naar een geheim, dat niet alleen mij zelf betreft. Die man of ik moet sterven. Verstaat gij „Volkomen. En daar ik van harte geneigd ben u den treurigen dienst, dien gij mij vraagt, te bewijzen, zult gij mij ongetwijfeld ook wel een kleiue gunst willen verleenen. De toorn is een slechte raadgever, en morgen zoudt gij misschien

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1875 | | pagina 2