NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
ft". 04.
ijflieude Jaargang.
A0. 1874
Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Yhijdag.
Prijs per Dmk maanden voor het voormalig 4de district
Zeeland f 1,15 voor de overige plaatsen des Rijks, franco
per post f 1,30. Afzonderlijke Nummers f 0,05.
Dinsdag 1 Decemb.
O
Prijs Advertentiënvan 1 5 regels f 0,75 elke regel
daarboven O.IS1/".Grootc letters naar het getal gewone
regels die zij beslaan.
Voor den Werkenden stand en Weldadigheid 6 Ct. per regel.
Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betredendebenevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten,
te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO.
Welflelen Heere M. Litep Maztire to (Muif.
Geachte Heer,
Mw laatste stuk in dit Weekblad (no. 93)
noopt mij nog een klein wederwoord tot U
te richten.
Alvorens mij echter tot de ontleding van
eenige uwer stellingen te bepalen, moet ik
een paar opmerkingen voorat doen gaan.
Ik heb in mijn eerste, zoowel als in mijn
tweede stuk, alleen gesproken van de land
bouwers in mijne omgeving. Van landbou
wers in de gemeenten Cadsand, Groede, Zuid-
zande, N'ieuwvliet Oostburg e. a. plaatsen kon
natuurlijk gecne sprake zijn, toen ik den
landbouwers er een verwijt van maakte, dat
zij te Aardenburg den lieer de Ileucker niet
waren komen hooien; van hunne verhouding
onderling, van de behandeling hunner werk
lieden heb ik bij de bespreking van het van
de harre vallen uitdrukkelijk verklaard niets
te weten en U onvoorwaardelijk te geloo-
ven. Ja ik mag nog verder gaan: ik heb
herhaaldelijk hooren vertellen, dat de land
bouwers in 't land van Cadsand, ik bedoel
niet de gemeente alleen hunne arbeiders
behandelen op eene wijze die veel lol verdient.
Maar ik bid U bij alles, wat ik schrijf, dus
ook bij dit stuk, in 't oog Ie houden, dat ik
mijne beweringen nooit bouw op bet fonde
ment van hooren zeggen, maar steeds op dat
van weten en hennen. Op het hooren zeggen
van den kwaadspreker bouwt de vuige las
teraar zijn stelsel van verdacht maken door
het hooren zeggen wordt zoo menig dutsje
de dupe van een grappenmaker.
En nu ter zake.
Ik ontken, dat er buitengewone eer tee-
komt aan de landbouwers, die de voordracht
des beeren de Beueker te Groede hebben
bijgewoond, 0111 de eenvoudige reden, dat het
in hun eigen belang was daar te komen.
Niemand moet in 't bizonder geeerd worden,
omdat hij zijn particulier voordeel behartigt.
Ik vind dat zij verstandig gehandeld hebben
en als zoodanig wil ik ben gaarne tot Voor
beeld stellen aan de landbouwers uit onze
streek, zij toch schitterden door hunne af
wezigheid.
Op wetenschappelijk gebied acht Gij eene
geleidelijke, nimmer rustende overreding vol
doende.
Gedeeltelijk ben ik het met U op dat punt
eens, gedeeltelijk niet. Als men een slapet-
moet overtuigen, moet men hem lusschen-
beide eens danig schudden, want te midden
van uw overredendst betoog._domnjeft hij in
en raakt de kluts kwijt. Bovendien moet men
beginnen om zoo'n slaper flink wakker te
maken en dat gaat niet met een liefelijk
redeneerinkje. Dat klinkt in hunne ooren
ais een zacht ruischend beekje, dat ben tot
dutten uitnoodigt.
En op geestelijk gebied Geachte Heer, dut
ten onze landbouwers, even lekker als ik
vroeger op een warmen zomerdag onder de
middagprcek. En nu spreek ik van alle land
bouwers de uitzonderingen daargelaten
van bet vierde district. Iloe zij met hunne
kinderen bandelen staat in mijn eerste stuk,
en zoo als bet daar beschreven is, vindt men
bet in iedere gemeente.
Verlang ik dan dat ze hunne jongens naar
eene landbouwschool zenden, om daar een
beetje te leven als heer en naderhand onge
schikt voor 't Werk te zijn
Dat zij verre van mij. Ik verlang, dat zij
hunne kinderen van hun zesde of zevende
jaar getrouw naar de school zenden en ze
die doen bezoeken tot hun vijftiende jaar
toedan zal in die kinderen het begrip ont
wikkeld zijn; zij zullen in staat bevonden
worden den cursus voor landbouw te volgen.
Laat dan gedurende de vier wintermaanden
onderwijzers in den landbouw eens per week
voor ben eene voordracht houden over land
bouw de ouderen mogen daar ook nog
wel eens komen luisteren wat dunkt U,
zou dat voorstel practised onuitvoerbaar zijn
Maar thans? Op twaalfjarigen leeftijd spe
len gegoede boerenkinderen voor koewachter;
op bun veertiende voor tiende knechten
dat, nadat zij de school tot bun twaalfde
jaar zeer ongeregeld hebben bezocht.
Sommige landbouwers wonen ook zoover
van school: slecht weer,... scheidt uit, ik
bid bet U, met die verontschuldigingen. In
dien onze landbouwers niet sliepen op gees
telijk gebied, indien zij iels over hadden voor
de ontwikkeling hunner kinderen, dan zouden
ze hunne kinderen die einden niet te voet
laten afleggen; zij bebben knechts, zo hebben
paarden, ze hebben phaetons; ze zouden hunne
kinderen naar de school rijden en een armen
jongen, die in hunne buurt woont, opladen;
daarmede zou bij slecht weer, bij slechten
weg, misschien een uur van den dag gemoeid
zijn, maar ook dat, Geachte Heer, heb ik in
't belang hunner eigene kinderen nog niet van
de harren zien vallen. Waarom niet
Omdat ze bun belang en het belang» hun
ner kinderen niet begrijpen; omdat zij het
onderwijs niet waardeeren; want hij, die 't
waardeert, zendt zijne kinderen geregeld, en
de openbare scholen van dit schooldistrict
zijn, er moge eene enkele uitzondering zijn,
goed, dat durf ik verklaren en die 't niet
gelooft moei zich niet bepalen tot llooren zeg
gen, maar bij moet ze bezoeken, en dan eens
vragen 0111 de lijst van schoolverzuim te zien.
Schoolverzuim van kinderen van landbouwers
Gij wilt de Landbouwers voortdurend over
tuigen van bet nuttige der landbouwweten
schap. Nooit heb ik iets anders in U voor
ondersteld, maar indien Gij den volzin, waarin
die betuiging voorkomt, nog eens aandacht:g
naleest, erkent Gij daarin dan niet uitdruk
kelijk, dat al uwe moeite geweest is als bet
zaad op do rotsen. Niet alleen, dat bet geene
vruchten gaf; de vogelen hadden liet al weg,
voor dal het schieten kon.
En nu mijne stellingen.
Gij erkent dat de pachten waarschijnlijk
hooger zullen worden, maar als Gij dan verder
zegt, dat we de zaken moeten nemen zoo
als ze zijn, dan kan ik 11 geen gelijk geven,
tenzij Gij er bijvoegten na ze genomen te
bebben zoo bewerken; dat ze worden, zooals
ze behooren te zijn.
Dat de arbeiders, het benoodigde personeel,
niet erg handelbaar is, is de schuld van de
loongevefs. Geen arbeider kan genoeg ver
dienen 0111 zijn huisgezin le voeden en te
kle'eden; bij moet al spoedig zijne kinderen
meè laten werken; vrekkige landbouwers
ik spreek van mijne omgeving - nemen
kinderen van acht jaar in dienst om op koeien
te passen, om bonen in ie leggen 0111 aar
dappels te planten; die kinderen behoorden
in de school te zijn, thans verwilderen zij;
wilt Gij uit dat geslacht redelijke mensehen
zien opgroeien? Wilt Gij vijgen lezen van
een doornstruik, liet arbeidende geslacht
zal nog verder achteruitgaan, indien de staat
niet met een wet tusschenbeiden komt en
bet gebruik van arbeiders beneden de 14 ja
ren verbiedt. De school moet herstellen, wat
sedert jaren en eeuwen bedorven is. De ktrk
heelt daaraan al achttien eeuwen getobt, maar
ze begint hoe langer hoe meer te kort te
schieten. Geeft den mënschen onderwijs, on
derwijs en nog eens onderwijs! Dan zullen
zo hun eigen belang leeren begrijpen. Als
we ze maar zoover bebben. De kerk trekt
te veel wissels op de eeuwigheid. Daarin
ligt te veel een bangmakend geen opvoe
dend element. Uit vrees voor de kerk doet