FRANKRIJK.
Dinsdag namiddag te 3 ure zag men de wan
delaars in de Avenue des Champs-Elysées in al
lerijl angstig vluchten; de koetsiers legden de
zweep over de paarden paarden; de ruiters in
galop. Een tiental gardiens de la Paix zetten met
ontbloote sabels een dollen hond na, die, Parijs
verlatende, eveneens zijn wandeling om den vijver
wilde maken. De honden vooral, die uit instinkt
deze vreeselijke ziekte schenen te herkennen, vlucht
ten voor hem. Negen van deze dieren, minder
snel dan hij, werden door hem achterhaald en ge
beten.
Maar bij den Are de Triomphe hadden ernsti
ger ongelukken plaats. Een kleine knaap en een
meisje werden door hem gebeten.
Yervolgd door 40 personen, rende het dier de
rue Chaillot in en naar den winkel van de mode
maakster Louise Rutin. Deze zag hem aankomen,
snelde hem te gemoet en wierp de deur dicht,
juist toen het dier op den drempel was. Zij drukte
nu met alle macht tegen de deur en hoorde de
Beenen kraken. Een oogenblik later kon zij de
deur openen, de hond was stervende; de gardiens
de la paix maakten hem af met hunne sabels.
Slechts vier van de gebeten honden heeft men
kunnen opvangen en afmaken.
Binnenland.
Pij den landbouwer de Or. in de gemeente
Biervliet zijn elf paarden de staarten afgesneden;
de bedrijvers dezer brutale daad zijn nog niet
■ontdekt.
Blijkens een bij liet departement van koloniën
ontvangen telegram van den Cfouv -generaal van
Nederlansch-Indie. dd. 18 dezer, had de militaire
en civiele bevelhebber in Atsjiu, kolonel Pel, dei
14 dezer het volgende aan de Tndische regeering
geseind
De gezondheid was zeer ongunstig; er viel veel
tegen; den vorigen dag had men een cholorageval
gehad. Te koto. Alam was een batterij opgericht,
die de 'rivier tot Longbatta bestrijkt. Gewond
waren luitenant van den Brandeler (aan den rech
terarm) en 15 minderen, waarvan 4 ernstig; ge
sneuveld 1 militair en 1 koeli. De oorlogspartij
had twee invloedrijke hoofden afgezet, omdat zij
weigerden te vechten. Het volk wil niet meer
vechten als liet niet door de hoeloebalangs wordt
aangevoerd. Imam Longbatta wil vechten tot het
laatst.
De commissie voor het gedeukteeken, opgericht
te Ginnekeu ter eere der nagedachtenis van de
militaire 1 die bij de verdediging der Citadel van
Antwerpen sneuvelden, noodigt met goedkeuring
van Z. M. deu koning allen, die gerechtigd zijn
tot het dragen van de Citadel-medaille, uit tot de
bijwoning der plechtige onthulling van dat monu
ment, 't welk in tegenwoordigheid van den koning,
Uit het Fran sch.
XXYIX.
//Omdat hij u niet heeft kunnen naderen, Me
vrouw, omdat bij liet slachtoffer van de vreeslij k-
ste onrechtvaardigheid geweest is."
z/Ga voort Markies zeide Maria terwijl zij den
graaf de Loinvilliers aanzag:
z/Het verhaal van zoo veel lijden en ellende
zal u ongelooflijk voorkomen zeide* de Maubry
met sombere bitterheid.
Het is nu zes maanden geleden dat ik van St.
den 30n Nuvélnber a. s. op nader te bepalen uur,
zal plaats hebben. Het uur zal zoo spoedig mo
gelijk worden bekend gemaakt.
EEN GOED BAANTJE.
In het Ambtenaarsblad leest men onder den titel
//een aardig sommetje gevonden voor verhooging
van traktementen," het volgende
//Zoo dikwijls ik mij verplicht en gerechtigd
achtte mee te doen als mijne pllega's hoewel
tot heden vruchteloos om verhooging van trak
tement vroegen, en wij deden het'reeds meer
malen zoo dikwijls kwam bij mij de vraag op:
waar moet dat meerdere geld voor die honderden
ambtenaren vandaan komen Het Staatsbudget
dreigt ieder jaar met een tekortde belastingen,
ik voel het ieder jaar zelfs als ik mijn aanslagbil
jet betaal, zijn reeds hoog opgevoerd wij vragen
wel, maar is het wel billijk te vragen? Is er wel
geld
Eiifiu, ik stelde mij gerust met de overtuiging
dat er ten slotte wel geld zou gevonden worden;
in ieder geval is dit niet onze zaak. -Men heeft
de ambtenaren noodig of heeft ze niet noodig; in
het laatste geval schaiïe. men ze afin het eerste
geval bezoldige men ze zoo als het betaamt.
Nu kwam mij dezer dagen in handen de Tijd'
spiegel, Augustus IS74, en daarin een artikel over
de Munt. Toen ik dat gelezen had ging mij een
licht op: ik had een ton gouds, zoo niet meer,
ieder jaar, gevonden.-
Het bewuste artikel is in het geheel zeer inte
ressant, maar wat mijhet meest trof was de om
standigheid, dat er in, ons land een ambtenaar is
die, als zoodanig, gemiddeld jaarlijks een inko
men geniet van meer'dan honderd vijf en twin
tig duizend gulden ieder jaar zeg ik. Hij
wordt precentsgewijs betaald en krijgt van iedere
tien millioen guldens,, .diein 's Rijks Munt wor
den geslagen na; aftrek van zijne onkosten,
acht en zedig düizeruhf/uldendaarvan moet hij
twaalf zoogenaamde muntgezellen bezoldigen wei
nig ontwikkelde lieden, die vroeger als koetsier,
winkelbediende en dergelijke huil kost verdienden;
ze. worden ook precentsgewijs betaald en ontvan
gen zoo wat met hun twaalven een-en-twintig
duizend gulden; dit heb ik, meen ik, gelezen in
een vroeger artikel in de Tijdspiegel een jaar of
wat geleden.
Er blijft dus voor den muntmeester, voor ieder
tien millioen gulden die geslagen wordt, een kleine
vijftig duizend gulden over; maar nu lees ik in
de Tijdspiegel dat. er jaren zijn, zooals bijv. 1873
en zooals ook dit jaar het geval zal wezen, waarin
niet slechts tien maar dertig en veertig milli
oen gulden gemunt wordt; de muntmeester heeft
dus in het afgeloopen jaar een honderd tachtig
duizend gulden verdiend én hij zal dit jaar min
stens even zooveel verdienen.
Is het niet ontzettend, dat een ambtenaar zulk
een kollossaal traktement of inkomen geniet, ter-
Domingo afvoer op een kléin schip, dat onder
Spaansche vlag voer, overwegende redenen beletten
mij op een ander vaartuig te wachten. Een storm
wierp ons op de kust vim St. Christophe, de be
manning redde zich, maar het vaartuig werd te
gen de rotsen verbrijzeld. Dc arme boeren, die
aan de kust wonen verschaften ons huisvesting
en eenige kleed ing, want wij hadden aan alles ge
brek. Ik dacht natuurlijk mij te moeten wenden
tot deu gouverneur van St. Christophe den baron
Loinvilliers-de-Poincy!
Tk schreef hem mijn naam en stelde mij onder
uwe bescherming, vervolgens voegde ik nog een
brief bij dien welken hij u schreef.
"Die brieven heb ik 'niet ontvangen;" Yiel
Maria hem in de reden, maar ga voort Heer
Markies.
z/Ik hoopte op een antwoord," vervolgde
Maubry ik wachtte ongeduldig, op middelen om
naar Martinique; te komen maar geen enkel schip zelfs
niet de minste sloep deed zich op. Plotseling ontvang
wijl er honderden nauwelijks brood hebben ?- Bo
vendien geniet die ambtenaar vrije woning (bespot-
telijk, met zoo'n tractement en van het Rijk
krijgt hij renteloos in gebruik de gebouwen en,
werktuigen ter waarde van circa driemaal honderd
duizend guldende onderhoudskosten en reparaties
komen ook ten laste van het Rijk.
En dat die muntmeester geen boven alle an
dere uitstekend bekwaam man behoeft te zijn, dat
staat ook in de Tijdspiegeleen gewoon men-
sehenverstand schijnt voldoende te wezen- voor
die betrekking.
Het bewuste artikel komt mij voor met zaak
kennis geschreven te zijn; de schrijver komt tot
de conclusie dat liet rijk beter deed om de munt
zelf te beheereueen flink directeur aan te stellen
in 'plaats van den muntmeester en dien directeur
een vaste bezoldiging des uoods van zes of zeven
duizend gulden te geven; de geheele munt inrich
ting kon dan blijven precies zooals ze nu is, -
Dit is zoo wat de quintessens van het artikel in
de Tijdspiegel.
Maar nu ga ik nog een stap verder. Als hét
idee van dien schrijver ingang vond, dan zou men
jaarlijks een honderd duizend gulden vrij geld
krijgen; en zou dat sommetje dan niet kunnen
worden besteed tot verbetering der traktementen
van een aantal andere ambtenaren
Het zou in alle geval iets meer beteekenen dan
17,000 gulden die verleden jaar op de begrooting
werd uitgetrokken.
Yoor 't geen er overgehouden werd als men
f 180000 met f.GOOO vermindert, zou men aan
690 onderwijzers die te weinig tractement heb oen
eene verhooging toekennen van f 250 ieder. Wat
belieft Uzou dat niet helpen
V ARIA!
Uit een statistek door een Duitsch flnaiicieman
opgemaakt blijkt het dat, do verschillende staten
van Europa een gezamelijke schuld hebben aange
gaan van nagenoeg 68 1/3 milliards of acht-en-zes-
tig duizend, zeshonderd aeht-en-twiiitig ïniUioe-
nen francs.
Frankrijk, uithoofde der laatste oorlogsvergoe
ding aan Pruisen, heeft de mecstbedragende schuld
van gansch Europa, die tot fr. 500 beloopt voor
iederen inwoner. Achter Frankrijk komt Neder
land met de ontzaggelijke schuld van fr. 460 voor
ieder hoofd. Daarna Engeland met fr. 400, ver
volgens Portugal -met fr. 380, Italië en Spanje
elk met fr. 300. Oostenrijk met fr. 200, Grieke-
laiid met fr. 280.
Belgie maakt op al die landen eene gelukkige
uitzondering, vermits dit land sleehts fr. 70 schuld
heeft voor iederen inwoner. Zwitserland heeft dé
minste schuld van geheel Europa; zij beloopt sleehts
fr. 10 per hoofd.
ik een bevel van den gouverneur. Hij sommeer
de mij door een zijner agenten de bewijzen te
leveren van hetgeen ik verklaard had cn mijne
middelen van bestaan op het eiland aan te dui
den. Mijne goederen, mijne papieren alles was
verloren; ik kou de bewijzen niet overleggen wel
ke men mij vroeg, maar ik verklaarde, op het
heil mijner ziel en op mijn woord van eerlijk man
dat ik de waarheid had gezegd. Men geloofde mij
niet, Mevrouw, ik werd gevangen genomen, zon
der vorm van proces veroordeeldevenals de
misdadigers en schelmen die naar deze eilanden
komen. en men kocht mij ja, Mevrouw
ik ben verkocht geworden mijn meester nam
mij naar zijne plantage mede.
//Eu gij hebt niet tegen deze afschuwelijke wil
lekeur geprotesteerd viel Maria hem nog eens
in de rede, /,en ge hebt u niet tot mij ge
wend geen brief, geen enkel woord
z/Kon ik schrijven antwoordde Maubry op een
smartelijken toon, hoe zou ik het gekunnen heb-