"Duai'h.a wet'ik'ii all;- leerlingen onthaald op cho
colade en broodjes.
Tegenwoordig telt de school 8-1- leerlingen van
8 tot 14 jarigen leeftijd.
Men herinnert zich de geschiedenis van den
onderwijzer -Camstra, een der slachtoffers van de
schrielheid van sommige gemeentebesturen, bij de
regeling der bezoldigingg van onderwijzers.
Van een tweede geval van dien aard wordt mel
ding gemaakt in het verslag der Yereeniging tot
verstrekking van dadelijke liulp aan minbezoldig-
de onderwijzers enz.
Daar namelijk wordt medegedeeld, dat een on
derwijzer, die bij de Yereeniging aanklopte om
liulp, o. a, het volgende schreef: „Ik kan u voor
God getuigen, dat wij totaal honger lijden en zulks
reeds lang geleden hebben. Tot heden heb ik mij,
zeiven geholpen, door al wat eenige waarde had
te verkoopen of te verpanden, doch nu ben ik
uitgeput. Tallooze malen gebeurt het, zooals van daag
nog, dat ik zonder eten naar de school ga en ook
niet weet of ik na afloop van de les iets zal krij
gen, van heden avond af is het God bekend,
hoe ik mijne kinderen aan voedsel zal helpen. Ik
ben nu teil einde raad. Met vrouw en 10 kinde
ren te leven van een traktement van f 450, air
van nog personeele, gemeentelasten, pensioenfonds,
enz. af moet, is mij onmogelijk. Doch wat u ook
voor ons doen moge, doe liet haasteliik, want de
nood is^ ten top gestegen. Het is een toestand
om krankzinnig' te worden. De kinderen vragen
om brood en móeder kan het niet geven."
De onderwijzer aan zoo greot. gebrek ten prooi,
is de hoofdonderwijzer van Holten te Pouderoyen.
De zorgen bij zoo talrijk gezin en met zoo onvol
doende bezoldiging worden nog verzwaard, door
dien zijne vrouw ziekelijk is en hij in den vori-
gen winter maanden lang met 5 of 6 zieken heeft
getobd. Eerst toen de nood tot het uiterste was
gestegen, wendde van Holten zich tot het bestuur
der genoemde Yereeniging. Na onderzoek heeft
dat bestuur uit de kas der Yereeniging gedaan
wat het kon, om in de meest dringende behoef
ten te voorzien. In de woning naren zelfs geen
bedden meer, en man, vrouw en kinderen lagen
honger en ellende op liet gelaat! Men zal thans
ten behoeve van dit diep ongelukkige onderwij
zersgezin een beroep doen op de openbare liefda
digheid. -Y. R.
Op den 28steu October jl. des namiddags ten 1 ure
is van s' Kijks marinewerf te Amsterdam te
water gelaten liet grootste oorlogschip dat ooit
tot heden in Nederland werd gebouwd. Het is
het ijzeren ramtorenschip Koning der Nederlan
den. Dit kolossale schip is bijna 82 meters lang,
de grootste wijdte is ruim 15 meters, terwijl de
holte 8,50 meter bedraagt. Het vaartuig zal
worden vo >rzieu van twee geschuttoreus,
welke zoo wtl met de hand als met stoom kunnen
worden bewogen. Deze torens worden gewapend
met twee Armstrongskanonnen van 28 centimeter.
Dc puiiikogcl, welke uit deze tukken wordt ge
schoten, weegt pl. min. 150 KG. Dc dikte der
pantserplateiL, welke rond de torens zullen worden
aangebracht, is 28 cm. en die der platen rond
een gedeelte der huid 20 cm. Het vermogen der
machines, die dit gevaarte moeten voortstuwen, be
draagt 4500 effectieve paardenkrachten. Het schip
wordt mede voorzien van eene machinale stuurin
richting, een stoomspil, enz. Het gelieele gevaar
te zit kunstig in- elkaar. Deskundigen roemen de
nette afwerking van den romp en men mag ver
wachten, dat ook deze bodem onze oorlogsvloot tot
eer zal verstrekken.
>lAB8vTBGBlCHTGi\.=
Graanmarkten enz.
V E It X O O P P It IJ S P E 11 IIECTOLITK 11.
BRUGGE, 31 Oct.
Jarige Tarwe fr.
18,00(422,00
16,50
a
21,50
Kogge n
14,50 „15,50
13,75
14,75
Boekweit.
14,— „16,75
J l 50
13,75
Haver n
9,25 „11,25
8,75
11,75
Gerst 1,
12,00 „15,25
14
14,75
Paardeboonen
17,50 „19,50
20,00
20,50
Aardapp. per
100 kilo a
5,50// 7,00
4,50
6,50
Boter per kilo st.
34„ 3S
33
if
38
Eieren per 26
1.2 24
25
29
Vlas p. 21/2 kilo
56„ 7.0
56
u
70
24 Oct.
Ter markt van Zaterdag 31 Oct. waren aan
gebracht
37 magere Varkenswelke zijn verkocht a 30
tot 55 fr. en .510 kooi-Zwijns (Biggeris,) welke
zijn verkocht a 15 tot 25 fr.
30 Oct,
GENT,
Tarwe
Kogge.
Gerst
Haver
Doek weit
Paardeboonen
Aardapp. per
100 kilo.
Boter per
Eieren de 26
IV.
27,a *29,
21,„20,00
24,—„24,50
22,—„24
24,—„24,50
27,— „27,50
3,40 3,50
2,30 2,40
23 Oct.
27,— a 29
20,— 21
24,— 24,50
22,— 24,—
24,— 24,51)
27,27,50
3,35
2,45
3,50
2,55
EECLOO,
Witte Tarwe fr.
lloode
Itoggei,
Boekweit
Haver
Gerst
Paardeboonen
Aardapp. per
100 kilo.
Boter per
Eieren de 25
29
Oct.
62
70
22 Oet.
22,30
15,—
15,22
10,16
5,70
5,00
3,00
2,40
BlX'RSBklllCmm
PRIJSCOURANT EER EFFECTEN.
Amsterdam 31 Oct.
Aederland. Gertific. W. Schuld.
dito dito 3
dito dito 4
Aaiul. H. Maatsch. 4]/3
dito exploitatie Ned.
Staatsspoorweg.
Belgie. Gert. bij liotschild. 21/2
Frankrijk. Inschrijvingen. 3
21/» pCt. 609/i<j
72-1/,
9.5%
1367/s
107
877a
Kpsland
Polen.
Italië
Oblig. 1798 1816. 5
ir
102
Cert, ad in. Hainb. 5
ir
*Obl. Hope&C0.1855
ii
6e serie. 5
a
887s
dit o f 1000 1864. 5
10073
dito 1000 1866. 5
Loten 1S66. 5
ii
977s
Oblig. ope C<>.
Leeuing I860 44/2
Certifi. dito 4
ii
7772
Inscript. Ttieglitz Só
C°. 2e a 4e L. 4
ii
7 77a
Obligat. 1867—69 4
82%
Certificaten 6
ii
Aand. spoorw. Gr.
Maatschappij. 5
ii
242%
Oblig. dito
ii
291
dito spoorweg Po-
teflis 5
ii
dito dito Jeiez Orlel. 5
n
A^'sr"-
dito dito Chorkow
Azow. 5
n
97
Schatkistobligatiën 4
ii
807»
Obligation metal in
zilver Jan/Juli. 5
ii
65'7ÏG
dito dito April/Oct. 5
ii
6 5^ 4
dito iu papier Mei-
November o
617»
dito dito Febr. Aug. 5
Leening "1861 5
61%
Spanje.
Obligation Buiten
land 1867—71 3
177s
dito Binnenland. 3
123/'](j
Portugal.
dito 186669 3
tf
457s
Turkije.
dito (binnenland) 5
n
437.
Egypte.
dito 1868 7
ii
Amerika.
di toVer. Stat. (18 74) 5
ii
dito dito (1904)5
n
dito dito (18S2)ö
ii
917/B
dito dito (1885)6
n
100%
dito Illinois 7
ii
7973
dito dito iledemtion 6
n
Oblig. Alt. Gr. W.
Spw. Ohio eec. (p.) 7
it
dito ditogeconsolid.S
pCt.
r—
dito dito denbent. 7
II
dito St. Paul Pac.
Amerika.
Spw. Ie sectie 7
II
dito dito 2e sectie -7
II
13
Brazilië
Mexico.
Grenada.
Yenuzuela.
Ecuador.
ML
dito dito 1869
dito 1863
dito 1865
dito 1851
dito 'afgestempeld
dito dito
dito dito
De
7
4k'',
1
gemerkte effecten worden bij de
Nederlandsche bank als beleeniiigspand
aangenomen.
ters, die samen hoewel onduidelijk den naam
Maubry vormden.
Hare blikken bleven als aan de letters hangen,
welke door eene onzekere hand in het donker
schenen geschreven te zijn. Hoe was die naam
welke door niemand hier gekend was, daar ge
komen
Waarom had men hem in een zoodanig oogen-
blik onder hare oogën gebracht P
Was liet een voorteeken Een verwijt Haar
geest verloor zicli in gissingen. Plotseling kwam
de gedachte in haar op, dat die naam door een
der engages geschreven kon zijn, die den nacht
in de kapél doorgebracht luidden. Maar waarom
zou die ongelukkige, zoo hij iets van Maubry wist
niet beproefd hebben het haar persoonlijk mede
te deelen?
Terwijl Maria geknield en onbewegelijk het
gelaat naar den muur gekeerd, zich in angstige
vragen verdiepte, keek Loiuvilliers naar het zelfde
schrift met eene uitdrukking van schrik en woede
op het gelaat. Hij kende dien naam ook. Een
oogenblik later verliet hij de kapel Mevrouw
Enambuc bleef nog een kwartier in de kapel om
zich te herstellen en over de middelen te den
ken, die zij kon aanwenden, om dit raadsel op
lossen. Toen zij zich met haar gevolg uit de kerk
verwijderde, trof zij op het binnenplein den graaf
de Loinvilliers aan, door eenige zijner lieden om
ringd tot wien hij op een trotsclien gebiedenden
toon sprak.
„Kicia," zeide hij tot een soort van reus, dien
zijne kamaraden St. Christophe noemden. „Ga
oogenblikkelijk i.air al de inwoners, wier enga
ges gisteren in de kapel geslapen hebben en zeg
hun, dat zij al die honden hierheen zenden: ik
moet weten wie met zijnen schelmennaam, den
muur van deze geheiligde plaats liceft durven
bekladden."
„Mijnheer" zeide mevrouw Enambuc op liem
toetredende, „ik wilde die ongelukkigen zélf onder
vragen."
„Men zal ze vpor u brengen mevrouw, hebt
gij nog andere bevelen voor mij
„Zoo dadelijk mijnheer" wees zoo goed mij te
volgen sprak zij, door een onbepaald vermoeden
bezield, dat hij misschien vóór haar de engages zou
ondervragen.
Hij bood haar de hand om haar naar hare kamer te
geleiden zonder de minste verlegenheid noch ge
moedsbeweging te verraden, evenwel wendde hij
zijne blikken dikwijls naar de deur en hij ging
zelfs een paar keer naar het venster, dat op het
groote plein uitzag.
'Wordt vervolgd.)