AMICE.
I9IEUWS- EM ADVERTENTIEBLAD m WESTELIJK ZEEUWSCH-YLAAIBEftEH.
IV. 79.
Vijftiende Jaargang'.
A0. 1874.
Vrijdag 9 October.
S I.I 1S( H
]>it Weekblad verschijnt ieileren Dinsdag en Vrijdag.
Prijs per drie maanden voor het voormalig; 4de district
Zeeland f 1,15; voor de overige plaatsen des Rijks, franco
per post f 1,30. Afzonderlijke Nummers f 0,05.
O
Prijs Advertentiën, Van 1 5 regels f 0,75 elke regel
daarboven 0,12]/o.Groote letters naar het getal gewone
regels die zij beslaan.
Voor den Werkenden stand en Weldadigheid G CL per regel.
Ingezonden Stukken en Brieven, de lledactie betreffende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeeliugen van Correspondenten,
te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO.
Ik was in 't laaiste gedeelte van mijn vo-
rigen brief gekomen op de practijk van 't
eliristendoin, daarbij wil ik met 11 nog eenige
oogenblikken stil staan 0111 11 aan te toonen,
hoe ver daarvan in het dagelijksch leven
wordt afgeweken.
In de eerste plaats zou ik zoo eens even
tjes willen zeggen, dat onze maatschappij den
naam heeft van christelijk te zijn, en wel
niets minder is dan christelijk. Dat er niet
meer gestolen, niet meer geroofd, niet meer
gemoord wordt, moet gij niet toeschrijven
daaraan, dat de menschen zoo doordrongen
zijn van de christelijkheid van onze samen
leving, dat is een gevolg van de straften,
die door de burgermaatschappij daarop ge
steld zijn.
Nergens vind ik in de evangeliën gespro
ken van vaderlandsliefde, wel van broeder
liefde, en wanneer Christus zegt: «Geef den
keizer wat des keizers is," dan toont hij
daardoor, dat men maar 't best doet zich te
onderwerpen aan elke macht, zij zij dan ook
op eene onwettige wijze in 't leven geroepen.
Wanneer men dan verder leest, dat zij
die met het zwaard slaan door 't zwaard zul
len omkomen, en men ziet dan de duizende
en duizende soldaten, die zich over Europa
ontfermen als de sprinkhanen over de weel
derige akkers; wanneer men dan leest, dat
honderden en honderdei: op eenen dag ver
minkt of gedood worden; wanneer men dan
overweegt, dat het in een cliristenstdat eene
opzichzelfstaande studie, eene wetenschap is
geworden, om op de kortste wijze een massa
natuurgenooten om hals te brengen; wan
neer men dan ten slotte nog leest, dat zij,
die zich dienaars noemen van Christus, her
ders van hen, die in den grooten meester
gelooven, de moordwapenen zegenen waar
mede weldra een natuurgenoot gedood zal
wordende gemeenten te zamen roepen om
God te smeeken om hun bijstand te verlee-
nen en den vijand te verpletteren, zog als
Gij dat zoo eens dood bedaard overdenkt,
zeg mij dan eens, waarin die christelijkheid
van onze maatschappij bestaat 7
Wilt Gij voorbeelden uit het dagelijksch
leven'! Groote en kleine kringen, zoowel van
hoeren als dames, van burgers als burgeres
sen. van rijken en armen, hangen aan elkan
der van' kwaadsproken, van lasler; ieder
maakt zich een voetstuk van de gebreken van
anderen, zoo hoog mogelijk; daar klimt hij
boven op en roept dan met zelfvoldoening,
hoe hoog verhef ik mij boven dat schuim
daar aan mijne voeten! De dwaas! Weet
hij dan niet, dat men in zijne afwezigheid
dat standbeeld om zal halen om tot voet
stuk te doen dienen aan duizenden andere
beelden van eigengerechtigheid. Als zoo
danige handelwijze christelijk is, ik heb er
vrede mode, maar dan heb ik tot nog toe
eene zeer verkeerde opvatting gehad vari
Christelijke liefde.
Weet Gij, wat ik rondom mij zie Alle
ondeugden, die de burgelijke wet niet straft
of moeilijk bereiken kan, bloeien welig; de
christelijke deugden der maatschappij staan
erg nauw in verband met het strafwetboek.
En indien men niet voor de straf Vreest,
of daarboven verheven is, da:i bedrijft men
de grootste, vreesefijkste middelen, zonder
terughouding en zonder eenige wroeging. Zij,
die 't niet gelooven, lezen, 0111 zich te over
tuigen, maar eens welke zaken gebeurden
onder de regeering van den aller christelijk-
sten Lodewijk XIV; duels dagelijks; verlei
ding van onschuldige meisjes in de mode,
een tilel van roem bij de dames aan 't hol;
moorden op pas geborenen om begane zon
den te bedekken of om tot duivels bezwe
ringen te dienen, ontelbaar; vergiftiging van
echtgenooten om echtbreuk te verbergen, van
bloedverwanten 0111 spoediger te erven legio;
en Lodewijk XIV dan, voor wien geene zijner
hofdames veilig was, die in openbare echt
breuk leefde met zijne echtgenoot en in Mad.
de Montespan met de echtgenoote eens anderen
boeleerde, werd vroom toen de weduw Scar-
ron »la vieille" zooals Madame haar noemde,
met behulp van pater Lachaise aan de ooren
van zijn geweten trok, en alle ellendelingen,
die zich aan de zoo even genoemde misda
den hadden schuldig gemaakt, werden ook
vroom, totdatLodewijk ter ziele ging
en de regent de tengels van 't bewind in
handen kreeg en den grootsten ellendeling
ter wereld, den abbé Dubois, tot minister
maakte, en tot bisschop, tot kardinaal liet be
noemen.
Neem de straften weg, leid de publieke
opinie op een Verkeerden weg, en gij zult
zien, hoever gij met uwe christelijke deug
den komen zu!t.
'tZou van veel belang zijn, om eens eene
vergelijking te maken tusschen den maat-
V) Eene Beiersche prinses, Elisiibet-ChïuTöIte
èclilgeuout vim Monsieur, den broeder des Konings.
schappelijken toestand van Athene 45(1 j. v.'C.
en den tegenwoordigen. ik twijfel er sterk
wij wel veel zijn vooruitgegaan,
iloe komt datLigt de schuit aan het
christendom, of ligt het aan ons'!
Ik twijfel er niet aan, of Gij zijl. het met
mij eens, dat de christelijke leer, d. i. de
leer van Christus, het ideaal is, 't welk wij
moeten bereiken; dat zij, ons verstand raad
plegende, de volmaakte is, maar dat ook juist
het groote beletsel om haar algemeen opge
volgd te krijgen wordt [[opgeworpen en ten
allen tijde opgeworpen is door lien, die van
te grooten ijver blakende voor het uitwen
dige, meenden dat bekeeringen in 't groot
noodzakelijk waren voor den bloei van 't
christendom.
In 't begin vond men onder de christenen
al een verrader, die de zaak, de nieuwe leer,
het gelool, noem 't zoo als Gij wilt, hij 'e
hand nam om de duiten; maar de meeste
christenen waren zulks uit overtuiging en
daarom bleef lmnne leer rein en liet aantal
gering.
Maar zachtjes aan kwam daarin verande
ring: het aantal christenen nam toe, men
begon invloed te krijgen onder do hoog ge
plaatste ambtenaren en de bekeeringen ge
schiedden met duizenden, ja met gehcele vol
ken. En wat was 'lgevolg? Dat de men
schen bleven, zooals zij waren't christendom
voegde zich naar 't heidendom, nam daaruit
over alles, wat het maar eenigszins kon en
de christen maatschappij werd nog ellendiger
dan de heidensche, omdat ze veel rijker was
aan huichelaars.
Maar ik zou veel te breedvoerig worden,
indien ik bij al die feiten uit do geschiede
nis stil wilde staan.
't Resultaat van alles toch, wat ik u kan
mededeelen komt hierop neêr, dat het chris
tendom nog wenig er aan toegebracht heeft
om onzen maalsrhappel (ken toestand te ver
beteren ten gevolge van de opvolging zijner
leer en dat men hem, die zich wilde gedra
gen overeenkomstig de voorschriften en het
voorbeeld van Christus eerstens zou veraf
schuwen als verkeerende met het uitvaagsel
des menschdoms, om hem later als oproer
maker naar de gevangenis te brengen.
Maar dat deed men met Christus ook. Hoe-
Veel zijn wij dan door dat soort oppervlak
kig christendom, waaraan men dien naam
gelieft te geven, vooruitgegaan
Niets! Volslagen niets!
Zoolang zij, die zich naar Christen noemen
geen afsland doen van alle ongerechtigheid