BEURSBERICHTEN. den actueelen staat van zaken in Atsjiu het na volgende bericht In Groot-Atsjin blijkt nog niets van toenadering; wel in de onderhoorigheden. In Endjoeng is de Nederlandsche vlag gehesclién. Uit Penang wordt de onderwerping van Djolo bericht. l)e radja van Patty zou Batavia bezoeken. Onze militaire positien in Groot-Atsjin zijn versterkt en beveiligd door de be zetting van bentings aan de rechter rivieroever, van Soerian en vail den in een vroeger telegram bedoelden grafheuvel, zoomede door de oprichting van batte rijen op de ooster- en zuider-face van den Kra ton. De gezondheidstoestand is stationair. Z. M. de Koning zal .den 3den October a. s. te Leiden komen, 0111 tegenwoordig tc zijn bij het uitspreken van de feestrede in de Pieterskerk en bij den optocht ter gelegenheid van liet derde eeuwfeest van Leiden's ontzet. Reeds wordt het plan gevormd tot het samenstellen eener eerewacht uit de burgerij, ten einde Z. M. waardiglijk te ontvangen. Voor het gedeiikteeken is, 11a aftrek der uitgaven, eene som 14,509 bijeengebracht. Niet minder dan S9 sollicitanten hebben zieli aangemeld voor de vacante betrekking van secretaris der gemeente Soest, in Utrecht. Te Botterdam en te Briellc zijn wederom na gemaakte verdachte guldenstukken in beslag geno men, welke door het munteollegie zijn onderzocht, valsch verklaard en vervaardigd zijn in naboot sing eener echte rijksmuntspecie. Met liet onderwijs te Vianeii ziet het er droevig uit. In Mei verlieten twee hulponderwijzers hunne betrekkingen aldaar, en binnen kort zal dit voor beeld door de beide andere gevolgd worden, zon der dat er vooruitzicht bestaat, dat hunne plaatsen spoedig zullen vervuld worden. Tot overmaat van ramp is de school voor kosteloos onderwijs, die nog het best van hulppersoneel voorzien was, lieden gesloten, wegens -een1 'geval van diphtheritis, in liet gezin van den hoofdonderwijzer. Cünots, canards, canaillemet deze drie woor den drukte indertijd Voltaire zijn opinie uit ovei Holland en de Hollanders, 't Was weinig vleiend soms moet men erkennen dae 't toch verdiend was en dat 't zelfs in onze dagen nog van toepas sing is. Vrijdag j.l. wandelde een Duitsche dame, te Seheveningen als badgast logeerende, dooi de straten van 's Gravenliage. Er was aan de dame niets bïzonders te zien, dan alleen dat zij vreemdelinge was. Doch dit scheen voor de straatjeugd en de straatslijpers der residentie al vol doende te zijn om haar, zooals men 't noemt, „in de maling te nemen." Er vormde zich een op loop, de dame werd uitgejouwd, beleedigd, bedreigd wie weet wat er nog gebeurd zou zijn indien zij niet de vlucht genomen had m een winkel. Ook staven, zij buigen evenmin als eene rots, onder de handen dier woelstaards. Nu zal men het schieten toch wel op het fort gehoord hebben, ja, hoor! de tamboer roert de trom, de soldaten van St. Pierre zullen gauw re kening met de kauibalen houden, en dan zijn we gered „Dat geve Godzeide Mevrouw Enambuc, die met haar. kind in den arm aan de deur der galerij stond. Gedurende tien minuten hoorde men niets dan het verwijderde gerommel van den donder, over stemd, door het schorre geschreeuw der wilden. Nu en dan verdreef eene bleeke lichtstraal de dikke duisternis en zag men voor een oogenblik de afschuwelijke, grijnzende gezichten der wilden, die met alle kleuren beschilderd er afgrijselijk uit zagen. Het vuur der belegerden was' niet verflauwd, maar daar zij nu slechts in eene schuine richting konden vuren, troffen hunne schoten niet altijd hier hield de vervolging niet op, doch ten laatste kwam de ijverige politie opdagen en hielp de dame 0111 aan een rijtuig te komen en zich zoo aan de belangstelling van 't residentie-canaille te onttrekken. Zoo iets heef wellicht Ida Pfeiffer op haar voet reis door Borneo nooit ondervonden, volgens baai- reisverhaal althans niet. Maar te 's Gravenliage Z. Z. Ct. De Minister van Koloniën zal Donderdag 1 October a. s. in het stedelijk badhuis te Seheve ningen een groot dinée geven ter eere van tie uit Atsjin teruggekeerde generaal van Swieten en Yerspyck. Het plan van eenige particulieren om aan bei den generaals en den Kolonel Yan Gogli een eere- maal aan te bieden is, ofschoon reeds een 100tal personen zich tot deelueming bereid hadden verklaard, opgegeven daar Generaal Yerspyck al dadelijk voor dit huldeblijk had bedankt. Van 6 tot S Sept. jl. heeft in het „Hotel Oos tenrijk" te Gorinchem gelogeerd een persoon, zicli noemende II. van Leeuwen, wonende te 's Graven liage, student in de medicijnen, oud £6 jaren, flink van gestalte en fatsoenlijk gekleed met don ker gekleurd zomerpak en donkeren laag ronden hoed of flambard, die zich bij een horlogemaker aldaar, uitgevende voor den zoon van den be kenden aannemer van openbare werken Jan van Iiaaften te Sliedrecht, getracht heeft dezen horlo gemaker een of meer remontoir-horloges afhandig te maken. Soortgelijke handeling zou reeds eenige dagen te voren, zonder bereiking van liet beoogde doel, door hem zijn aangewend bij den horloge maker Snabel te Dordrecht, die in persoon vruch teloos te Sliedrecht een onderzoek naar hem in stelde. Bij den apotheker Ophorst te Gorinchem deed hij zich voor als hulp-apotheker, noemde zich de zoon van doctor van Leeuwen te Sint Atinalaiid, en gaf blijken van chemische en bota nische studiën, hij bracht de groete over van Col lega Olifier te 's Gravenliage bij wien hij thans als provisor werkzaam was, bood namens zijn pa troon een vaatje haring ten geschenke aan en be weerde o. a. op reis te zijn naar zijne zuster te Maurik bij Tiel woonachtig doch ongelukkig zijn ziju reistaschje bij den apotheker Kipping te Bot terdam achtergelaten te hebben, waardoor hij zich gedrongen zag 10 gulden ter leen te vragen. Hij bekwam echter geen geld en heeft in den namiddag van 8 Sept. jl. met achterlating van twee vaatjes baring, heimelijk zijn logement te Gorinchem verlaten, waar hij ongeveer 6 gulden is schuldig gebleven. De commissaris van politie aldaar vestigt de aan dacht op het bovenstaande en vera ekt opsporing- van den bedoelden persoon en bericht. Tegen 1 Oct. a. s. verwacht men de officieele opgave van hen, die bij tie le en 2e expeditie tegen Atsjin een onderscheiding hebben verdient. doel. Tweemaal echter ging Loinvilliers in den g.ewelfden gang en vuurde zijne beide pistolen door de traliën van het hek af. De lamp, die in het voorportaal lïing, wierp slechts een schemerachtig licht cloor den gewelf-- den gang en buiten liet. hek onderscheidde men niets -dan eene donkere woelende massa, die met boveumenschelijk geweld het hek beukte. Een wal van dooden en- gekwetsten hoopte zich voor het hek op, en een hartverscheurend gekeimï mengde zich onder het krijgsgeschreeuw dei- wilden. „Wij hebben er veel gedood" zeide de'generaal tot Loinvilliers, die aan den ingang van- den gang zijne wapens laadde. „Maar liet zal niet helpen, wij kunnen onze zielen Gode aanbevelenals er geen hulp komt, is het met ons gedaan,- het hek kan liet geen kwartier meer houden. „Dan zullen wij den gang verdedigen" zeide Loinvilliers bedaard. PRIJSCOURANT DER EFFECTEN. Amsterdam 23 Sept. Nederland. Certitic. W. Schuld. 2V3 pCt. 6078 dito dito 3 1/ 721/0 dito dito 4 n 947o Aand. II. Maatsch. 4]/o u 137 cl ito exploitatieNed. Staatsspoorweg. n Belgie. Gert. bij Rotschild. 272 n Frankrijk. Inschrijvingen. 3 11 ir Rusland. Oblig. 1798 1816. 5 1/ 1013/, Gert. adm. Hamb. 5 1/ *Obl. Hope&C0.1855 it 6e serie. 5 li 873/, dito f 1000 1864. 5 li 1017a dito/ 1000 1SG6. 5 293 Loten 1866. 5 n 977s Oblig. ope C°. Leening 1S60 41/3 11 Certifi. dito 4 it 787ié Inscript. Ttieglitz C°. 2e a 4e L. 4 II 787'4 827/s Obligat. 1867—69 4 n 'Certificaten 6 n Aand. spoorw. Gr. Maatschappij. 5 i, 243 Oblig. dito u dito spoorweg Po- teflis 5 it 995/8 dito dito Jelez Orlel. 5 it dito dito Chorkow Azow. 5 1! Polen. Schatkistobligatiön 4 1/ 813/, Oostenrijk Obligatiën metal in zilver Jan/Juli. 5 if 66 s/, dito dito April/Oct. 5 11 663/* dito in papier Mei- No vemb er 5 if 637, dito dito Eebr.Aug. 5 if Italië Leening 1861 5 1/ - Spanje. Obligatiën Buiten land 18G771 3 11 173/, dito Binnenland.- 3 11 127, Portugal. dito 18 6.669 3 it 4d)l0/l& Turkije. dito (binnenland) 5 ir 437s Egypte. dito 1S08 7 1/ 787® Amerika. d ito Ver.Stat. (18 74) 5 1/ dito dito (1904)5 11 997, dito dito (1882)6 1/ dito dito (1SS5)6 11 1017* dito Illinois 7 ir 82 dito dito Bedeintionö 1/ Oblig. Alt. Gr. W. Spw. Ohio eec. (p.) 7 li d ito d itogecönsolkl p€t. dito dito denbent. 7 11 dito St. Paul Pac. Amerika. Spw. le sectie 7 u dito clito 2e sectie 7 u dito dito i869 7 n Brazilië dito 1863 44/2 clito 1865 5 n Mexico. dito 1851 3 n Grenada. dito afgestempeld 6 11 - Yenuzuela. clito clito 3 1/ Ecuador. dito dito 1 n' TVÏ5. De gemerkte effecten worden bij de Nederlandsche bank als beleeningspand aangenomen. Gp dit oogenblik klonk een doordringende gil in den gang, en de dokter verscheen op den trap, de banden omhoog, roepende „Helpgenadede roodhuidenzij beklimmen de galerij, Generaal! Loinvilliers." Het oorverdovend gehuil' én de hevige slagen- der wilden tegen het hek overstemde liet geluid* zijner stem.- De generaal echter bemerkte hem. Wordt vervolgd.)'

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1874 | | pagina 3