VOORUITGANG. NIEUWS- El ADVERTENTIEBLAD Mi WESTELIJK ZEEUWSCH-YLAAIDEREI. N66. Vijftiende Jaargang. A0. 1874. Politiek Overzicht. SLIIISCHËIBEBMD Dit Weekblad verschijnt iedereii Dinsdag- en Vrijdag. Prijs Ad verten tiënvan 1 5 regels f 0,75 elke regel Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district ta* i 9 1 0, daarboven 0,127s-Groote letters naar het getal gewone Zeeland 1,15; voor de overige plaatsen des .Rijks, franco O ea" O* regels die zij beslaan. per post f 1,30. Afzonderlijke Nummers f 0,05. oor den Werkenden stand en Weldadigheid 6 Cf. per regel. Ingezonden Stukken en Brieven, de Eedactie betreffende, benevens Advertentiën en gewone''Berichten of Mededeelingen van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever dezer', alles EEANGO. Wanneer we zoo rond ons alles gadeslaan en een open oog en een open hart hebben om het vele goede, dat ons omringt, te zien en te waardeeren, dan zijn we onwillekeurig geneigd te roemen op den tijd, waarin wij leven. In de tweede helft der vorige eeuw was de electriciteit nog nauwlijks bij name bekend, thans heeft men draden gespannen, die de landen van Europa onderling, die. Europa met Azië, Afrika, Amerika en Australië ver binden en eene belangrijke gebeurtenis in weinige uren aan de geheele beschaafde we reld mededeeien. Was het voor een vijftigtal jaren eene in veler oogen gevaarlijke onderneming om een reisje te maken naar Neèrlands hoofdstad, eene onderneming, die maanden gewikt en gewogen werd eer men tot de uitvoering kon besluiten, thans is het een denkbeeld even spoedig uitgevoerd als opgekomen. De stoom werd dienstbaar gemaakt aan den wil van den mensch en honderden schepen, duizenden wagens, ontelbare fabrieken wordendoor die lijke onvergelijke en onwaardeerbare kracht in beweging gebracht. Welken vooruitgang heeft men niet op 't gebied der verlichting! Men behoeft zoo heel oud nog niet te zijn om zich een zessen of vieren vetkaars te herinneren, later gevolgd door een spaarlainpje. De koperen keuken lamp, die nauwlijks licht genoeg gaf om bij te kunnen eten, is zelfs nog niet overal naar 't museum van oudheden verwezen en toch.... Komt eens in de steden! Aanschouwt die prachtige gaskronen; ziet bij vuurtorens de uitwerking van het eiectrische of van het drummondseh kalklicht, dat in sterkte maar weinig onderdoet voor 't licht der zon; komt in onze huizen en ziet de aardolielamp en stelt u bij dat licht eens voor, hoe gij den winteravond zoudt doorbrengen, indien dat heldere licht u eens ontnomen werd, en gij u weer behelpen moest met een zessen- kaars. En toch, ondanks dien vooruitgang op stof felijk gebied, ondanks de verbinding der vol ken door telegraphen en spoorwegen, ondanks het vele goede, dat deze eeuw ons heeft aangebracht, ondanks de pogingen door vele duizenden aangewend om de verlichting niet alleen op stoffelijk gebied, maar ook op het gebied van den geest aan te brengen, heeft deze eeuw ons vele teleurstellingen gebaard. Na de vele oorlogen, die Europa onder den f eersten Napoleon geteisterd hadden, na de uilputting, die daarvan het gevolg was, na do tijden van welvaart, die de rust ons schonk na het voortdurend toenemen van liet ver keer der volken, na de uitbreiding van de beschaving' door meer algemeen, door verbe terd onderwijs, had men gehoopt, men had zelfs een recht om het te hopen, dat de oor log tusschen de beschaafde volken in Europa, zoo goed als onmogelijk was geworden. 't Jaar'1848 heeft ons wat anders geleerd. Overal de volken in opstand tegen den vorst, en uit dien poel van ellende een heer- sclier opgeworpen, die onder den naam van Napoleon III, gedurende twintig jaren Europa in vuur en vlam zette en duizenden men- schenlevens heelt weggerukt. De oorlog met Rusland, met Oostenrijk, met Mexico en ein delijk met Pruisen! De oorlog van Oostenrijk en Pruisen tegen 't ongelukkige Denemarken, en eindelijk de strijd tusschen beider dubbele Adelaars! lloe lang zal het nog duren, dat de volken door den wil en door de intrigues van eeni- ge weinigen, die zich diplomaten noemen, tegen elkander zullen worden opgezet, elkan der zullen haten en dooden ofschoon zij elkander nooit iets hebben misdaan; in weinige maan den vernielen, wat door jaren van arbeid is opgericht? Hoe lang? Maar hoe verschrikkelijk, hoe afschuwelijk die menschenslachterij moge zijn, zij baart ons de grootste teleurstelling niet, wanneer zij gevoerd wordt tusschen volkendie de wetten der beschaving niet geheel met voeten treden. Maar wanneer wij thans den blik wenden naar Spanje, wanneer men leest van de gru welen, die in een broedermoordenden krijg een zoogenaamd Christelijk vorst pleegt of doet plegen in den naam van vaderland en godsdienst; wanneer men de zelfde gruwe len verneemt, die voor driehonderd jaren ons vaderland teisterden: steden geplunderd, dor pen verbrand, vrouwen en maagden onteerd, weerlooze mannen, krijgsgevangenen, bij hon derden neergeschotenwanneer wij dat alles vernemen en dan die daden hooren vergoê- lijken, hooren prijzen door eene geheele partij, die ook in Nederland hare stoute woord voerders heeft, dan komt er wel eens een oogenblik van moedeloosheid, een oogenblik dat men zou wanhopen aan den vooruitgang van het rein menschelijke in den mensch, indien de geschiedenis niet daar was om ons te troosten en ons te ioouen, dat die ont wikkeling zelfs te midden der vreeselijkste gebeurtenissen nooit heeft opgehouden, nooit heeft stil gestaan. Daarom nooit gewanhoopt! AVelke teleur stellingen ons deze eeuw ook moge bieden, groot is de vooruitgang geweest ook op het gebied van den geest, nog grooter zal die vooruitgang worden, wanneer de mannen des lichts zich vast aaneensluiten om de dienaars der duisternis te bestrijden. Do laatste kennen de zwakheid van hun beginsel en vereenigen zich om door ver eende macht staande te blijven. De eersten weten, dat hun beginsel een maal zal zegevieren en vergeten daarom te vaak, de gulden spreuk, dat eendracht macht maakt. Al onze pogingen aangewend om kennis en beschaving meer algemeen te verspreiden; ons steeds beijverd om zelf te denken en anderen te leeren denken! De grootste overwinning der beschaving zal dan behaald zijn, wanneer de eene mensch ophoudt het werktuig van den ander te zijn. Mac-Mahon is nog altijd te Rrest, waar hij door de bevolking' en de bemanning der vloot zeer goed schijnt te zijn ontvangen. Do juridische courant Le Droit meldt thans dat de mededeelingen dor familie Bazaine ge heel bezijden de waarheid zijn en dat bij de ontvluchting verraad van binnen in 't spel is geweest. La Presse zegt, dat de schuld dei- bewakers overtuigend bewezen is. Een der beide Engelsche meisjes, tegen wie in der tijd bevel tot inhechtenisneming' is uitge vaardigd, maakt thans in de bladen beleend, dat zij wel met Bazaine heeft gecorrespon deerd en hem nu en dan per boot serenades heeft gebracht, maar niets van zijne plannen wist. Er moet een nieuw boek van Rénan ter perse zijn. 't Handelt over Phoenicië. De «eenzame van den Berg", Koning'Lud- wig van Beieren, heeft onverwacht zijn slot verlaten om incognito een reisje naar Parijs te maken, 't Geschiedt alleen uit liefde voor de kunst. Van Z. M. den Keizer blijkt het nog altijd niet wanneer hij eigenlijk zijne reis naar Italië zal aanvaarden. Op nieuw bevat de Kölnische Zeitung een

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1874 | | pagina 1