NIEUWS- ES ADVERTENTIEBLAD VAI WESTELIJK ZEEUWSCH-YLAANDEREN
lederfaRÉée taw.
FEUILLETON.
MftRlft
N°. 64.
Vijftiende Jaargang,
A 1874.
Politiek Overzicht.
Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag.
Prijs per Drie maanden voor liet voormalig 4-cle district
Zeeland f 1,15voor de overige plaatsen des .Rijksfranco
per post f 1,30. Afzonderlijke Nummers f 0,05.
Prijs Advertentiënvan 1 5 regels f 0,75 elke regel
daarboven 0,1 S1/^.Groote letters naar liet getal gewone
regels die zij beslaan.
Voor den Werkenden stand en Weldadigheid 6 CL per regel.
Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten,
te bezorgen bij den Uitgever dezer alles PR AN CO.
Wij zijn thans drie verschillende ridder
orden rijkde Militaire Willemsorde, de orde
van den Nederlandsclien Leeuw en de Duit-
sche orde, Balije van Utrecht. De eerste is
een militaire orde, strekkende", zooals de
wet van 30 April 1815 het uitdrukt, stot
bélooning van uitstekende daden van moed,
beleid en trouw, bedreven door diegenen
welke, zoo ter zee als te lande, in welke be
trekking' ook en zonder onderscheid van stand
of rang, Ons en liet Vaderland dienen." Mi
litaire onderscheidingen hebben een geheel
eigenaardig karakter, en wij laten daarom
deze orde buiten bespreking. Zoo ook de
Buitsche orde, die eigen bezittingen cn in
komsten heeft en, in 1811 opgeheven, in
'1815 eenvoudig is hersteld. Wij bepalen ons
tot de orde van den Nedorlandschen Leeuw.
De orde van de Eikenkroon is een vreemde
orde, en de orde van den Gouden Leeuw
van liet lluis van Nassau is een instelling
van onzen Koning en den hertog van Nas
sau persoonlijk.
De orde van den Nederlandsehen Leeuw
strekt, volgens de wet waarbij zij is ingesteld
»ter vereerende onderscheiding van alle Ne
derlanders, die bewijzen geven van beproefde
vaderlandsliefde, bizonderen ijver cn trouw
in bet volbrengen hunner burgerplichten of
buitengewone bekwaamheid in wetenschap
pen en kunsten." Virtus nobilitat (deugd adelt)
is de spreuk, die in gouden letteren op het
versiersel der orde prijkt, liet mag gevraagd
worden, of naast deze orde het verleenen van
adeldom" wel zeer consequent is. Als deugd
adelt en deze orde van dien adel liet kenmerk
is, waartoe dan nog een adeldom met wijd-
schen titel voor den geadelde en zijn afstam
melingen'? Dan is die adel der burgerdeugd
toch maar half gemeend, en wordt eenhoo-
gere adel erkend, die bij recht van geboorte,
soms bij recht van eerstgeboorte, op de af
stammelingen of uitsluitend mannelijke afstam
melingen Overgaat. Maar men schijnt liet [in
deze dingen zoo ernstig niet te moeten op
nemen. Zullen wij dien wenk volgen, de
schouders ophalen, en met den jeugdigen
dichter, die reeds vóór 25 jaren van liet land
van Cocanje zong, ons best doen om te i> la
chen,. dat het als een donder klonk door deze
dwaze stad Voor dit maal niet. Een enkele
maal mag men de zaak wel eens ernstig
bespreken; liet is locli een staatszaak!
Tegen liet beginsel nu, waarop deze rid
derorden steunen, ligt in het stelsel van den
tegenwoordigen staat groot bezwaar.Vl.tJftge.V-
twijfeld de Staat mag zich erkentelijk toonen
voor uitstekende dienstendie hem zijn be
wezen; maar evenzeer als de staat onbevoegd
is, om op het gebied van godsdienstige of
staatkundige richting, var, wetenschap en kunst
goed of af te keuren, evenzeer is hij onbe
voegd, om als keurmeester rond te gaan onder
de burgers en uit te maken, wie zich van
zijn medeburgers onderscheidt door vader
landsliefde, door ijver en trouw in het ver
vullen zijner burgerplichten, door buitenge
wone bekwaamheid in wetenschappen en
kunsten, liet strijdt tegen al onze begrip
pen omtrent de grenzen der staatsbemoeiing,
dat van staatswege een zeker getal burgers
wordt aangewezen als uitstekende boven hunne
medeburgers, als burgers van een hoogere
orde, op wie voor heel hun leven een ken
nelijk teeken van bizondere voortreffelijkheid
wordt gedrukt. Zoo iets behoort allerminst
tot zijn taak. Daartoe is do Staat noch ge
roepen, nocli bevoegd. liet strijdt met bet
karakter van strenge onpartijdigheid, dat hem
past. Niemand beweert dan ook, dat 's lands
regeering in staat is, zich behoorlijk van
deze taak te kwijten. Algemeen wordt er
kend, dat in den regel alleen een gelukkig
toeval iemand hel kruis op de borst werpt.
Het is al veel, als de Regeering weet te voor
komen, dat het aan onwaardigen wordt ge
schonken; maar in ernst zal wel niemand
ontkennen dat naast eiken gedecoreerde, door
elkander gerekend althans twee of drie zijn
aan te wijzen, die er even veel of meer aan
spraak op kunnen maken. Prijsuitdeelingen
en eerbewijzen van staatswege passen niet in:
onzen tijd. 't Zijn belachelijke overblijfse
len uit een tijd, waar de woorden rid
der" en ridderorde" zelve heen wijzen, uit
de riddertijden en de middeleeuwen. Die
orden" hadden reden van bestaan en haar
leden hadden rechten en plichten. Wat er
van over is, is een karikatuur, en.kari
katuren, hoe vermakelijk ook, hooren niet
thuis in liet huishouden van den Staat.
Het. is reeds geruimen tijd geleden, dat in
het Folkethingde Deensche Tweede Kamer,
de eerste lezing plaats had van een voorstel
tot afschaffing van adeldom, titels, ridderor
den en dergelijke onderscheidingen. Wij
hebben er later niet meer van gehoord. Bij
het bericht van die eerste lezing werd toen
de opmerking gevoegd, dat verscheidene
onderwerpen van meer practische strekking
vooraf behandeld moesten worden. Overhel
practische of onpractische van sommige za
ken loopen echter de gevoelens uiteen. Zoo
zijn er, die de ijdelheid der menschen en de
vurige begeerte van sommigen naar een titel
of een lintje kennende, dat verleenen van
adeldom en uitreiken van ridderkruisen vol
strekt niet voor een doodonschuldige liefheb
berij houden, en hartelijk zouden wenschen
dat wij er niets meer mee te doen hadden.
Zullen wij daarom aandringen op afschaffing
van deze niet onschuldige overblijfselen uit
de tijden der Iandsvaderlijkheid'? Och neen,
wij willen er liet land niet om in beroering
brengen; maar evenmin willen wij nalaten,
de onhoudbaarheid dezer anachronismen in
liet licht sle stellen en een beroep te doen
op liet gezond verstand van ons volk tegen
de macht der overlevering en liet vooroor
deel. Allengs zal de openbare meening lui
der spreken, en wat met haai" in strijd is,
doen verdwijnen. Als ieder Nederlander, die
lezen kan en zich een recht genoeglijk uur
wil verschaffen, zijn de Geneslct tor hand
nam oi van oen goed vriend een exemplaar
leende, en daarin de Sint-Nicolaasavond nog
eens overlas, zouden wij alwéér een aan-
merkelijkcn stap verder zijn.
(H. B.)
Men weet thans eindelijk waar Bazaine
zich op 't oogenbilk bevindt, namelijk te
Keulen, 't Heet dat hij daar eenige dagen
zal vertoeven om zich vervolgens te begeven
naar Brussel of naar Spa. 'tZal zeer te be
zien staan of hij daar vriendelijk zal worden
ontvangen. Het Journal des Dcbats geeft
Uit het F ran sclt.
II.
Niet ver van liet huis, lager op liet strand, be
vonden zich de hutten der negers, de suikermo
len en al de gevolgen eener uitgebreide plan
tage Akkers beplant met allerlei vruchten
strekten zich in de verte uit en kleurden het
landschap met hunne verscheidenheid van tinten.
Op de lagere plaatsen groeiden de cacacboomen,
beschut tegen den wind welke anders hun fijn
gebladerte doet verdorren. De droge zandige