NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREi Een fRsrkwaardig bosk. N°. 31. Vijftiende Jtinrgiina;. A0. 1874. Vrijdag 3 Juli FEUILLETON. Uit de Duitsche Volksverhalen. Politiek Overzicht SLÏISCB Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Yrijdag. Prijs per duie maanden voor het voorr 'g 4de district Zeeland 1,15; voor de overige plaatsen des Itijks, franro per post 1,30. Prijs Advertentiënvan 1 5 regels f 0,75 elke regel daarboven 0,121/2.Groote letters naar het getal gewone regels die zij beslaan. Afzonderlijke Nummers f 0,05. "Ingezonden Stukken en Brieven, de liedactie betreflende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Medcdeelingen van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles PBANCO. De wave geschiedenis van Jozna Davids uit het Eiigelsch vertaald door C. Vosmaer. Hoogst waarschijnlijk fs reeds door velen het werk, welks titel hierboven door mij werd afgeschreven, gelezen, misschien ook herlezen; maar even zeker is 't, dat velen onbekend zijn met een hoek dat in aller baden diende te zijn. De strekking van dit gulden boekske is van het hoogste belang: 9 Wat is waar, de wetenschap of Jezus? Als de wetenschap waar is, waarom liech- ten wij dan vol vooroordeel aan de letter »van een geloof, welks geest dood is? Als Jezus de waarheid is hoe kunnen wij »dan een uur uitstellen zijne lessen en zijne daden, zoo hartstochtelijk humanitair als beiden waren, in ons eigen maatschappelijk sen staatkundig leven over te brengen? »De hinderpalen tegen een practisch cliris- lendom komen van de zijde dor christelijke belijders. 9 Laat zij, die het vermogen, dit verschijn- ssel voldoende verklaren, «Zoo Jezus wederkeerde, hij zou in Europa evenmin als een Messias erkend worden »als voor achttien eeuwen in Palestina. De «wereld is daaromtrent niet veranderd sinds s Pontius Pilatus en Barabas." Ziedaar in weinige woorden aan het voorbericht der schrijfster ontleend de slellin- li. Daar in de lade, waarin mijne juweelen bewaard worden, ligt een toovermiddel, dat gij na mijn overlijden moet iu bezit nemen. Een boog ge leerd wijsgeer, Albertus Magnus geheeten, die veel belangstelling toonde bij gelegenheid van uwe geboorte, beeft het onder begunstiging van een of ander sterrcbeeld vervaardigd en mij tocver- gen in dit 'boekske geopperd en in 't breede ontvouwd. Niets is verder van het christendom afge weken dan do tegenwoordige maatschappij; niemand verder van do zuivere leer van Jezus, dan zij, die zich bij uitnemendheid zijne dienaars en volgelingen noemen. Of is die vraag bij u nooit opgekomen, die Jozua aan den predikant Grand deed: Waarom loeft u dan in een mooi huis 9 en geeft u groote diners en laat do arme «Neel bijna sterven in haar vermolmde hut; sen dan do weduwe Pregel met hare zes 9 kinderen en geen kleederen?" wanneer gij de rijke woningen ziet van lien, die zich bij uitsluitingen de dienaars noemen van den zoon des menschen, die geen hol had gelijk de vossen om te wonen, zelfs geen steen om zijn mat hoofd ter ruste tc leggen? Treft het u niet, dat Jezus zich alleen be woog onder do minderen des volks, onder visschers en tollenaars en dat zij, die zich zijne dienaars noemen, zijne opvolgers, steeds en overal trachten de hoogste sporten te beklimmen op de ladder der maatschappij; dal hij, wien men er een verwijt van maakte, dat hij omging met kennelijke zondaren, steeds in strijd was mot de priesters on schriftge leerden van zijnen tijd, die in al hunne daden geheel overeenkomen met lien, die zich thans nog de voorgangers der gemeente noemen? Waarlijk lezers, de waarheid is hard, zeer hard, maar cén van do twee: Christus is het eene noodige en dan moeten wij de maat schappij inrichten volgens zijne stellingen; of de maatschappij is goed ingericht en dan die nen wij Christus af te schaffen, omdat de maatschappij geheel met zijne leer in strijd is. Overal zie ik mededinging en nergens 9christelijke verdediging van den zwakke; 9 overal hel dogma aangebeden en nergens 9 Jezus in praktijk gebracht." Indien Christus gelijk had, dan heeft het tegenwoordige christendom ongelijk; en in dien de tegenwoordige maatschappij gelijk heeft, dan heeft Christus te vergeefs geleefd! Maar genoeg. Van den heiligen Augustinus wordt ver haald, dat hij eene stem hoorde, die hem toeriep tolle, lege! neem en lees! Dat hij, aangespoord door die woorden, nam, en las, en bekeerd werd. Ook ik roep u toe aangaande dit uitne mende werkje: TÖLT.E LEGE 1 Met 49 tegen G stemmen heeft gisteren-de zoogenaamde constitutioneels commissie der Fransché Nationale Vergadering het voorstel van Casimir Périer strekkende, gelijk men weet, tot definitieve organiscering der Repu bliek, verworpen. Trouwens een ander resul taat had men niet verwacht. De commissie heeft vervolgens aan eene sub-commissie, waarin o. a. de afgevaardigden Daru en Lacombe zitting hebben, opgedragen tegen a. s. Woensdag een voorstel in gereedheid te brengen 't welk niet alleen de grondslagen eener Constitutie zal moeten bevatten, maar dat ook werkelijk de artikelen zal moeten be helzen eener constitulioneclc wet. Hiermede evenwel is nog volstrekt niet gezegd, dat Périers voorstel niet inde Kamer zal worden in stemming gebracht en aange trouwd u er liet gebruik van te lecren kennen. Dit kunstwerk is een metalen spiegel, gevat in een lijst van gedegen goud. Voor degenen, die er in zien heeft hij de eigenschappen van een ge wonen spiegel; maar voor u bezit hij daarenbo ven de gave om alles waarnaar gij hem vraagtin duidelijke beelden voor te stellen, zoodra gij de spreuk opzegt, die gij zult vinden iu het tafeltje, dat gij bij dezen ontvangt; wacht er u voor hem ooit uit ongepaste nieuwsgierigheid te raadplegen, of hem onbezonnen uw toekomstig levenslot af te vragen. Beschouw dezen wonderspiegel als een achtenswaardig vriend, dien men zich wel wacht met onbeduidende vragen lastig te vallen, doch in wien men in de gewichtigste oogenblikken van het leven altijd een getrouw raadgever vindt. Daarom, wees wijs en voorzichtig bij het gebruik en bewandel het pad der deugd, opdat niet de spiegel, besmet door den giftigen adem van de ondeugd, voor uw aangezicht dof worde." Nadat de stervende moeder deze toespraak geëindigd had, omhelsde zij de troostelooze Richilda, en had weldra den laatsten strijd gestreden. De freule was ten diepste getroffen ever het verlies harer lieve moeder, kleedde zich in rouw gewaad en bracht een liarcr schoonste levensjaren door met weenen, tussclien de kloostermuren en in gezelschap van de eerwaardige en vrome zus ters, zonder ooit de nalatenschap harer moeder na te gaan of in den wonderbaren spiegel te zien. De tijd verzachtte 'larg-:amerhand haar kinderlijk ver driet; de bron harer tranen droogde, en toen het hart der jonkvrouw niet meer werd bezig gehou den door deze hartstochtelijke ontboezemingen begon zij al spoedig in hare eenzame cel tc klagen over verveling. Zij bezocht daarom dikwijls de spreekkamer, vond er ongemerkt smaak in om met de tantes en neefs van de nonnen te praten, en deze laatsten waren zoo ijverig om hunne opwachting te maken bij hunne vrome nichten, dat zij elkander bij troepen aan het tralievenster verdrongen als de

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1874 | | pagina 1