BUITENLAND.
BINNENLAND.
flict tusschen Nederland en Atchin op eene
vriendschappelijke wijze en overeenkomstig
de billijkheid zal worden beslecht.
BELG IE.
Een -dagblad vao Bergen bevat de beschrijving
van een ongeluk, dat in do suikerfabriek leNeu-
ville, heeft plaats gehad. Er waren werklieden,
die hiertoe opzettelijk uit Charleroi gekomen
waren, bezig met een der ketels van de fabriek
te herstellen en drie dezer kropen, nadat de ketel
geledigd was, er in om de herstellingen te doen,
welke uoodig geoordeeld waren. Eensklaps drong
er een zware stoomjacht in den ledigen ketel,
zoodat er aan de ongelukkige werklieden ter
nauwernood tijd overbleef om een alarmkreet te
slaken, toen zij reeds door den heeten sloom ge
stikt en gebraden waren.
Toen men de ongelukkige werklieden ter hulp
kwam, was het te Iaat. De eene was dood de
tweede afgrijselijk verbrand. Hij overleefde nog
drie uur zijne vreeselijke wonden.
Do derde werkman had juist eenige oogenblik-
ken vroeger den ketel verlaten om te gaan onder
zoeken, uf al do kranen goed gesloten waren, en
ontsnapte hierdoor aan het lot, dat zijne twee
gezellen trof. De bestuurder van het gesticht had
aan de werklieden opgelegd de grootste voor
zichtigheid in acht te nemen en hun antwoord
luidde: dat zij gewoon waren aan zulke soort
van bezigheden. De ramp wordt toegeschieven
aan de onachtzaamheid van een man, die belast
is niet Jict opeuen der kranen vau die ketels
welke wei ken: hij opende uit vergissing een
der kranen, welke in verbinding stonden met
den ketel, waaraan gewerkt werd. Een der twee
verongelukte personen Iaat eene weduwe met 5
kinderen achter. Do gendarmerie is tot ceu
onderzoek overgegaan.
DUITSCHLAND.
Koning Johan van Saksen is zacht en kalm
ontslapen: De overleden vorst werd geboren den
12 December 1801. Zijn vader was Maximiliaau
Marie Joseph geb. 1759 overleden 1858. Deze
had in 1830 door bet overlijden van zijn broeder,
Koning Anton Clement Theodorus, aanspraak
op den Saksischen troon, doch deed daarvan
afstand eu nu beklom zijn oudste zoou Frederik
August de IIden Saksischen troon en regeerde
tot 1854, als wanneer hij door den thans over
leden vorst werd opgevolgd. De tegeuwoordige
troonopvolgerPrins Frederik August Albert
werd geboren 23 April 1828, en huwde 18 Juni
1853 mei prinscs-Carolinedochter van Gustaaf,
vorst van Wasa.
FRANK. KIJK.
ïn de rue Monge te Parijs is een rijk avontu
rier Carlisle il.genaamd, die na een laug ver
blijf in Amerika met eene schitterende fortuin in
zijn land was wedergekeerd, eergisteren overle-
deu. Ziehier wat hij deed om die fortuin te
verzamelen Mei een vindingrijken en gelukzoe-
keudeo geest bezield, maakte hij, zoodra hij aan
wal kwam, zijn gelaat zwart cn verkocht zich als
neger voor de som van 1,500 fr. Als hij het geld
had ontvangen, wachto hij zich wit cn ging naar
eene andere zeehaven, waar hij zich ook verkocht.
Zoo ging hij van stad lot stad eu toen hij eeuo
aanzienlijke som had bijeengebracht keerde hij in
Parijs weer.
De legende van het vaandel. Tijdens don
blokus le Metz, bevoud zich ouder de vrijwilli—
een jongeling, welke bij een der eerste familien
van Parijs te huis behoorde. Die jougeliog was
noch beter, noch slechter dan het grootste getal
zijner tijdgenooteu. Hij had in ledigheid zijne
dagen doorgebracht, omdat hij niet wist wat anders
aan te vaugen. De oorlog brak uil en op een dag
sliep hij iu onder ceuo tent, welke aan het lo
zouaveu toebehoorde, waarbij bij als vrijwilliger
ingelijfd was. De eene neerlaag volgde op de
andere. Elke maal dat er moest gevochten wor
den, streed hij met moed, maar niet beter eu ook
niet slechter dan zijne makkers. Sn den grond
zijns harte betreurde hij echter zijn gerust verle
den en zijne gelukkige dagen van vroeger, toen
hij die in volle ledigheid slijten kon. Hij had van
den oorlog genoeg. Wat was het toch verdrietig
altijd do wacht op te trekken, iu modder cn regen
le liggen en aan de vijandelijke kogels bloot te
staan! Hij had genoeg van Gravelollc, Saint-
Privat, Bezonnevilleal die groote veldslagen
hadden hem afgemat. De overgaaf volgde.
Zijne ecrstefopwelliug was eene levendige vreugde.
Hij zou voortaan bevrijd zijn van de vijandelijke
kogels, kanonballen en houwitsers. Indien hij al
niet zeer verheugd was, duitsch gevangene le
worden, was dit echter verkieslijk boven de nut-
telooze gevaren, waaraan de oorlog hem bloot
stelde. Tot zijn ongeluk ontmoette hij echter op
weg naar Metz een wagen vol vaandels, welke
naar het arsenaal gevoerd werden, om daar aan
den vijand le worden overgeleverd. De wagen
werd door een hinkend paard getrokken, maar
hoe was dit aan de wraakzucht der uitgehongerde
soldaleu ontsnapt?
Niettegenstaande do duisternis zag de soldaat
do gouden arenden schitteren, welke boveu op
de vaandels prijkten, en alsof zijne fortuin aau
den ellendigeu wagen gehecht was, begon bij dien
traag te volgen. Op dien wagen lag immers het
'even en de ziel van Frankrijk. Een kwartier
later leefde er nog slechts eeu enkel gedacht iu
de ziel vau den soldaat: een dezers vaandels aan-
terakeu. Hij kou die bekoring niet weerstaaustak
de hand uit eu raakte deze met duizende kogels
doorboorde vlaggendoeken aau, terwijl zij door
het hinkende paard werden voortgetrokken. Ein
delijk greep bij ecu eukei der vaandels stevig
vast, rukte dit vau den wagen eu vluchtte er
mede langs bosschen cu beemden, bet vaandel
aau zijne borst drukkende, zooals eeu dit doen
zou, ciie eeu grooteu schat geroofd heeft.
Hij liep, liep zoolang tot hij vau vermoeienis
moest neerzitten. Overal rondom hem heersehte
eene duistere nacht. Alleen hel aanraken van de
harde stof des vaandels herinuerde hem aan het
gepleegde feit, en nogmaal heruain hij zijnen locht
door bosschen en beemdeu. Waar giug hij heen?
Dat wist hij zelf niet, maar immer giug hij voor
waarts. Eensklaps hield hij stil, daar lag de
Moezel voor zijne voelen. Rechts eu links slou-
deu Duilsche voorposten. Eensklaps liep er eene
gedachte door zijnen geest: het vaandel redden!
dit aan de schaude onttrekken. Hij trok een mes
uit den zak eu sneed de stof nevens den staf at
brak den guideu adelaar van zijn voetstuk eu be
groef dien in den grond. Hij rolde hel vaandel
rond zijn lichaam eu sprong in de rivier.
Twintig kogels floten roud zijn hoofd, maar hij,
die hier vroeger zoo voor beducht was, teldo die
niet. Op den vloed dreef hij mede eu de voor
werpen welke hem don weg verhinderden, moest
hij met handen en tanden verwijderen om aau
den vijand le ontsnappen.
Rond middernacht droug de maan door do
wolken, cu school er eene lichtstraal op het
water. De jonge zouaaf slaakte eeu doordrin
genden kreet. g Al die voorwerpen, welke op het
water dreven waren lijken, lijken vau Frauscho
soldaten welke langzaam door deu vloed werden
voortgedreven. Toen de zou opdaagde bleef hem
nog nauwelijks kracht genoeg over, om deu oever
te bereiken, maar hij was gered, hij bevoud zich
op Belgischen grond. Niet langer dan uoodig
was, om door een verkwikkeuden slaap zijne
krachten te herstellen, vertoefde bij echter op den i
gastvrijen bodem want zoodra hij kracht genoeg
herkregen had, hernam hij deu weg naar Frank
rijk. Zijn vaandel bad hem niet verlaten. Met
moeite bereikte hij Tours, waar hij op de prefec
tuur, de verblijfplaats van deu heer Gambelta,
wilde zeggGU„Ziehier een Frausch vaandel dat
ik gered heb
In de voorzaal praatte een kapitein van de hu
zaren der bevrijding met een commandant der
wrekers van den dood, welke laatste nooit dan
des nachts en met den dolk vochteu. Hnu ge
sprek werd verlevendigd door het gebruiken van
een aantal glaasjes absinthe.
Een weinig verder wandelden twee kerels,
welke hij in Parijs gekend had, die iu elke ouder
neming mislukt waren eu nu de ceue als prefect
eu de andere als afgezant naar huuue bestemmings
plaats moeslcu gezonden worden.
Dit gezicht deed hem zeer. Hij dacht aan
de ongelukkige soldaten welke honger eu koude
leden, terwijl deze personen lachteD, dronken of
den buit verdeelden. Hij verzocht om terug
iugelijfd te worden en sprak niet over zijn vaandel.
Hij werd naar bet 3d zouaveu gezondeu, dat op
nieuw iugcrichl was, na te Sedan ontsnapt le zijn,
met achterlating der helft vau zijne manschappen.
Met deze nieuwe makkers nam bij deel aan do J
eerste gevechten. Te Coulmiers werd hij ge
kwetst. Een kogel doorboorde het bekleedsel van
zijn vaandel, drong door de vlag en maakte eene
lichte wonde in zijn lichaam.
Hij genas weldra. Rond het einde van Decem
ber trad hij weder op het slagveld. B\j den af
tocht te Mans werd bij krijgsgevangen gemaakt
wat listen moest hij nu niet aanwenden, om zijn
vaandel voor deu vijand verborgen te houden.
Het vaandel werd begraven en in Maart daarop
volgende keerde hij naar Frankrijk terug. Hij
nam deel aan de tweede belegering van Parijs on
werd ten tweede male gekwetst, ook ditmaal in de
volle borst. Eindelijk in augustus daaropvolgende
overhandigde hij het vaandel aan den staf der
plaats en verhaalde de geschiedenis, op welke
wijze dit aan de handen des vijands ontsnapte.
Die jongeling was de heer Louis de Gerre.
ZWITZERLAND.
Den 26 October heeft te Geuève de installatie
der volgens de nieuwe wet op den eeredienst
verkozen drie Katholieke pastoors, de paters
Hyacinlbe, Hurtaut en Chavardplaats gehad
onder toevloed eener groote massa menschen.
AMERIKA.
Pater Hyacinthe heeft zich met deu volgenden
brief verschoonddat hij de zittingen van de
Evangelische Alliantie, die den 3 dezer te New-
York begonnen zijn, niet kon bijwonen. „Mijne
heerenToen ik meer dan een jaar geleden uwe
uitnoodiging aannam kou ik de beletselen niet
verwachten, die de naleving van mijn belofte
verhinderen. Ofschoon die beletselen mij thans
eene opoffering kosten betreur ik die nietwant
zij betreffen de nieuwe outwikkeliug eeuer her
vormingwaaraan zich, naar mijn meeniug, de
redding der Katholieke Kerk vastknoopt. Mij eene
laak toevertrouwende die mijn individueele krach
ten te boven gaat, maar welke Hij, naar ik
vertrouw, mij zal helpen vervullen, heeft God
mij plichten opgelegd, waarvoor alle andere wijken.
Wilt gij mij verontschuldigen, mijne heereu
indien ik alleen met miju hart in uw midden ben?
Met zijn warmen aaudraug gaat mjjn geheele
wezen naar u uit. Reeds sedert langen tijd tel
ik vrienden in uwe gelederen; inderdaad, ik kan
u allen mijne vrienden noemen, want verecnigd
door bet geloof in denzelfden Christus, deu
eeuigeu Zoon van God en den Zaligmaker der
menschen, arbeidt gij om op een gemeenschap
pelijk terrein de verschillende christelijke gezind
heden te zamen te brengen welke op zoo be
treurenswaardige tot nog toezoo onherstelbare
wijze zijn gescheiden geweest. Mijn eerzucht,
ik beken bot, strekt veel hoogcr. Waar gij met
eene Alliantie tevreden zijt, zou ik een organieke
en levenwekkende eenheid verlangen. Ik geloof,
dat deze eenheid te verwachten is van het toe
komstige lot der christelijke Kerk omdat ik baar
ontdek in de vroegste tradition dier Kerken
bovenal, omdat zij de wil is van haren Goddelij-
keu Stichter. Indien evcuals die verzwakte Kerk
der Openbaringde geheele Christenheid niet
van bare eerste liefde was gewekenzou het haar
niet zoo moeilijk vallen om dal blijde geheim
harer eenheid te verwezenlijken of zelfs maar
zich er een begrip van le vormen. Mijn tijd ver
biedt mijmijne heeren om u de bizouderheden
mede te deelen van het werk waaraan ik le Ge-
nève arbeidde, en hetwelk gij met uwe deelne
mende belangstelling wilt vereereu. Bovendien
is die arbeid u door middel der pers voldoende
bekend geworden. Ik waag het, om er op le
rekeuen dat de eerwaarde heer Frank Coulin
(die u dezen brief overhandigen zal) u desnoods
over mijn plannen zal willen spreken. Wilt gij
mijne heereu met mijn herhaalde betuiging van
innig leedwezenook die aanuemeu van mjjue
eerbiedigsle en innigste gevoelens vau toewijding
en achting voor uiu onzen gemeenschappeljjken
Heer eu Zaligmaker.
Hyacinthe Loysou.
SLUIS, 3 Nov. 'tis tegenwoordig hier op de
kaai waarlijk amusant. Er hecrscht daar eene
beweging, welke in onze anders stille plaats
buitengewoon mag genoemd worden, 't ls een
gevolg van de verzending der zoogenaamde
suikcrbcclejiwelke met miljoenen kilo's naar de
Belgische fabrieken laugs hier worden uitgevoerd.