N°. 62. Veertiende Jaargang A0 1873. ilEUWS- El AOVERTE1TIEBLAO VAI WESTELIJK ZEEUSSMAMDERE!. Dinsdag- 12 Aug. Politiek Overzicht. FEUiLLETOB. Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag. Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland f 1,13; voor de overige plaatsen des Rijks, franco per post ƒ1,30. Prijs der Advertentiën, van 1-3 regels 0,73 elke regel daarboven f 0,1*2'/2-Groote letters naar bet getal gewone regels die zij beslaan. Afzonderlijke Nummers f 0,03. Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffendebenevens Advertentiën en gewone Berichten of Medcdeeiingen van Correspondenten, /V'CO^ te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO. In dezen vacan tie - lijd geniet Nederland volmaakte rust. Congressen en bijeenkomsten wisselen zich met plezier-treinen af, terwijl zelfs de troepen ook hunne garnizoenen ver laten, om te Zeist en Milligen kampen te be trekken. De koning vertoeft nog in Zwit serland de Koningin bewoont voortdurend het Huis ten Bosch, waar H. 51. den be roemden Motley verwachtte, die ongelukkiger wijze dezer dagen door eene beroerte getroffen werd. De quaestie tusschen sigaren-fabrikanten en werklieden schijnt een stap nader tot hare beslissing te zullen komen. Twee advo caten te Amsterdam houden zich namelijk bezig met het ontwerpen eener overeenkomst, welke ten doel heeft om de verhouding tusschen patroons en werklieden op vasten voet te brengen. Mocht deze moeielijkheid uit den weg geruimd worden, dan is advo caat Brugman inderdaad de wezenlijke brug man geworden, die patroons en werklieden tot elkaèr gebracht heeft. In het Engelsch parlement is eene beraad slaging gevoerd, waarin ons land betrokken was. Op verzoek toch van Lord Stanley of Alderby beeft de minister van Buitenlandsche Zaken, Lord Granville, de overlegging toege zegd van de briefwisseling met Nederland over het Atchin-tractaat van 1824 gevoerd. Lord Stanley keurde de in Februari 1872 bekrachtigde overeenkomst ten sterkste af, daar zij naar zijne meening, een einde had gemaakt aan het verdrag van 1824, dat aan de bevolking van Sumatra vertrouwen bad ingeboezemd en aanleiding was geweest tot goede vriendschaps- en handelsbetrekkingen tusschen de Engelsche onderdanen aan de straat van Malacca en de bewoners van Afchin en andere gedeelten van Sumatra. Lord Stanley trad in zeer uitvoerige be schouwingen, welke meestal de blijken droe gen van groote kortzichtigheid, of althans onbillijke opvatting van den bestaanden toestand. Vooral sprong hij in de bres voor den peperhandel van Poeloe-Penang en aarzelde niet het roemrijk verleden van het, gelijk hij het bliefde te noemen, schuldeiooze AtchiD, te stellen tegenover het „slaven- houdende" en tot inlijving bij Duitschland bestemde Nederland. 51en zietdat Lord Stanley heftig genoeg in zijne uitdrukkingen was. Volgens het antwoord van Lord Granville was het verdrag van 1824 onuit voerbaar en waren alle partijen het aan gaande de wenschelijkheidder opheffing eens. i-tToch schijnt juist, volgens hetgeen uit Duitschland bekend is geworden, de invloed der Duitsche diplomatie te Constantinopel Turkije verhinderd te hebbengevolg te geven aan het plan om tusschen beide te komen in den oorlog tusschen Nederland en Atchin. Dit doet overtuigend ziendat de Duitsche Regeering er op uit is te bewijzen, dat zij eene vredelievende staat kunde is toegedaan. Duitschland schijnt een zijner vorsten, den koning Johan van Saksen, te zullenjverliezen. De aamborstigheid van dezen koningin verband met de groote hitte, heeft sterke vermindering van krachten tengevolge gehad. Door die omstandigheden is- de kroonprins van Saksen onmiddellijk uitSletz vertrokken, waar hij tegenwoordig wilde zijn bij de inwijding van het Saksisch gedenkteeken bij St Privat. Nu las daar de gouverneur de redevoering des kroonprinsen voor, waarin de dapperheid der Saksers geprezen en de gegronde hoop uil gedrukt wordt, dat in een eventueelen oorlog het Saksisch leger weer even trouw Keizer en rijk zal dieüen. De Nationale Vergadering in Frankrijk, die ook zoo vele woedende elementen bevat, is tot 3 November uit elkaar gegaan; 5Jac Mahon blijft voorloopig te Versailles. De Duitschers verlaten allengs de bezette Fransche garnizoenen, terwijl de Fransche bevolking verstandig genoeg blijft, om deze voor haar zoo aangename gebeurtenis met kalmte aan te zien, en niet door vreugde betoon botsingen uit te lokken. Frankrijk schijnt Spanje's ernstige toestand bezorgdheid in te boezemen, zoodat het be velen heeft gezonden naar Rochefort en Toulon, om drie korvetten naar de kusten van Spanje te zenden. Het eskader der Middellandsche zee moet zich op het eerste teeken gereed houden. De akte van be schuldiging tegen Bazaine, door generaal Rivière opgesteldbeval vier deeien. De maarschalk wordt daarin beschuldigd: met den vijand onderhandeld en eene capitulatie onderteekend te hebben als bevelhebber van 5Ietz en de vesting te hebben overgegeven, alvorens nog alle middelen van verdediging waren uitgeput; voor Metz, als opperbevel hebber des legers, eene capitulatie te hebben geteekend, waarvan het gevolg is geweest, dat zijn troepen de wapenen hebben neer gelegd: niet te hebben gedaan wat plichten eer hem voorschreven, alvorens te onderhan delen. In België heeft de kamer der vertegen woordiging het wetsontwerp op de nieuwe inrichting van het leger met 54 tegen 37 stemmen aangenomen. Spanje wordt nog altijd even geteisterd door binnenlandsche krijg. De opstand te Sevilla is onderdrukt. De troepen bezetten de geheele streek. De verontwaardiging tegen de insurgenten is groot, daar deze, alvorens hunne positiën te verlaten, die in brand hebben gestoken. De stad Almeria heeft een eersten aanval van schepen der opstandelingen afgeslagen. De Cortes hebben haar toen een volum van dankbetuiging uitgebracht. De meerder heid der Cortes wil de Regeering krachtig steunen en haar de benoodigde credieten toestaan om de orde te handhaven. Door deze heldhaftige verdediging zijn do fregat ten der muitelingen gedwongen geworden, zich naar Alicante terug te trekken. De aanval op Valencia is begonnen. Terwijl echter generaal Marlines Campos met de insurgenten over de overgave der stad onderhandelde, schoten deze verraderlijk op hem en zijn gevolg, waardoor sommige der hem vergezellende personen gedood zijn. Niettemin heeft Campos den termijn voor de overgave, die op 2 Augustus eerst ver streken was. geé'erbiedigd. Te Carthagena is nu eene soort van ministerie waarvan Contreras, die een zeer hoogen toon voert, de president en tevens minister van Buitenlandsche Zaken Ferre de minister van Oorlog; Romero, de minister van openbare werken en Sauvalel de minister van financien. Voorts is een directorium benoemd, waarin behalve boven- genoemden ook Araus, Salvo en Rubio zitting hebben. Natuurlijk is er echter reeds oneenigheid tusschen deze heeren. De bevelhebbers der BritscheFransche en Duitsche smaldeelen voor Sialaga hebben eene conferencie gehad met Contreras, die zich aan boord van de Almanza bevond, en Malaga dreigde te bombardeeren. Zij hebben van Contreras geeischt, dat hij de insur- genten-vaartuigen naar Carthagena zou terug zenden en hebben hem als gijzelaar voor de nakoming van dien last in bewaring gehou den. Deze houding der vreemde schepen tegenover vaartuigen die in de macht der opstandelingen onder Contreras zijn, moet het gevolg wezen van eene afspraak tusschen de Pruisische, Engelsche en Fransche bevel hebbers. Iets over den inval der Franschen in Westelijk Zecuwsch-Vlaanderen in 47OS. Eene historische mededeeling van G. P. ROOS V. Men bleef geduldig wachten tot 11 ure en stond daar bij het vallen van den nacht zonder orders of wachtwoord doch hield getrouw post, ondanks het onrustbarend verschijnsel van het afmarcheeren der dragonders, van welker beweging zij niets konden begrijpen. Dit noodzaakte hen voorzichtigheidshalve tot andere maatregelen. De kapiteins Abraham Klein en Pieter Bol wetende, dat zij op de trouw hun ner mannen konden rekenen, gingen zelf op ver kenning uit en wei tot aan den uitersten post, de hofstede van Laurens Rochüssen doch hier ver namen zij, dat do indicie afgemarcheerd, de linie

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1873 | | pagina 1