NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
N®. 45.
Veertiende Jaargang.
ONS GEWEST.
Politiek Overzicht.
A". 1873.
Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag.
Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district van
Zeeland ƒ1,15; voor de overige plaatsen des Rijksfranco
per post 1,30.
Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels 0,75 elke regel
daarboven 0,1*2Groote letters naar het getal gewone
regels die zij beslaan.
Afzonderlijke Nummers 0,05.
Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreflende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten,
t<?T5Ezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO.
Nu en dan waarde lezer, deelden we in
dit blad eenige korte opstellen mede over
sommige plaatsen in ons gewest en we
mochten met genoegen ervarendat die
mededeelingen voor velen welkom waren.
Die mededeelingen waren echter uittreksels
uit een woordenboek van plaatsnamen, zoowel
hedendaagsche als uit vroeger eeuwen
samengesteld door G. P. KoosArchivaris
der gemeente Aardenburg. Het was oor
spronkelijk bestemd om als vervolgdeel te
dienen op de Bijdragen, inzonderheid voor de
oudheidkunde en geschiedenis van Zeeuwsch-
Vlaandcren, welke nuttige en zeer gewaar
deerde onderneming echter in der tijd,
om redenen, die wij moesten eerbiedigen
gestaakt werd. Wij haasten ons echter
om al dadelijk te verklaren, dat we de hoop
mochten koesteren, deze bijdragen op nieuw
te zien verschijnen, doch gij allen weet het,
hoe het der Voorzienigheid behaagd heeft
onzen betreurden vriendden Heer J. H.
van DaleHoofdonderwijzer en Archivaris
te Sluis, naar wij vertrouwen mogen, tot
hoogeren werkkring op te roepentoch
wanhopen wij nog niet aan de voortzetting
van dat werk.
Voor onsgewestgenotenwas het af
sterven van Van Dale een wezenlijk verlies;
voor mij was het dit in 't bizonder. Hechtten
reeds banden van bloedverwantschap onze
harten aan elkander, er waren nog andere
banden die ons, ook zonder die verwantschap,
vereenigden. Daar was tusschen ons een
wedijver van liefde voor het dierbaar plekje
gronds dat ons beiden zag geboren worden;
daar was eene samenstemming van gezind
heden tusschen onsdie op beider geestes
uitingen weldadig werkteVan Dale wist
altoos, door zijne bedaarde en rustige
stemming, den maar al te vaak opbrui-
schenden geest van Roosdie vaak zich-
zelven en zijne omgeving vergat, om zich
te vermeien in eene wereld buiten hem,
buiten de werkelijkheid helaas!te temperen
en en dit was geen klein bewijs van
van Dale's rustig en bezadigd karakter
Hij wist van die uitingen, des geestes, van
die ojiwellingen steeds partij te trekken
ten goede. Kwam bij Roos eenig denkbeeld
op waaraan hij geest en leven wenschte te
schenkenmaar voor welks uitvoering de
krachten van hem, die (en dit gelieven mijne
beoordeelaars, hoe ook ten mijnen opzichte
gezind, wel in 't oog te houden) zichzelven
had moeten vormen, te kort schoten, dan
was \an Dale altoos gereed om óf zelve óf
door aanwijzing en door het aangeven der
richting, Roos in staat te stellen tot de
uitvoering. Zoo is het ook gegaan met het
woordenboek. De kopie, die onder den Heer
A. J. Bronswijkden toekomstigen uitgever
van het werkjewaarvan het prospectus
weldra 't licht zal zien berustkan het op
elke bladzijde getuigen. Waan daarom niet
lezer, dat Roos geheel en al in Van Dale
is opgegaan o neen 1 Het eigen werk van
Roos zal verschijnen, doch van Dale heeft
den stijl er van beschaafd en Roos enkele
mededeelingen verschaft of bronnen aange
wezen, waaruit te putten viel. Dit ging
zelfs zoo ver, dat van Dale mij stapels
handschriften toezonddie menig uur van
inspanning en studie kosttenmaar ook
rijke vruehten voor de geschiedenis van ons
gewest afwierpen. Waarom deze verklaring
Omdat wij, waar we 't wagen ons zeiven aan
te bevelen in ons werkvoor zulk eene
aanbeveling ook reden moeten geven. Vele
geleerden toch oordeelen, dat de geschiedenis
van deze streken als ware een bajert, en
een mengelklomp is, die bijna niet is te ont
waren en wiens ontwarring misschien de
moeite niet loouen zou, die er aan besteed is.
Toch stellen ze belang in ons gewest
welnu, als zij ons werkje koopenzullen ze
bronnen vinden voor de algemeene geschie
denis der Nederlanden, (Nederland en Belgie)
en de gewone lezer zal met genoegen kennis
nemen van zakendie hij niet kende en
waarin hij nogtans belang stelde. Van Sluis,
Aardenburg Ooslburg weet men tamelijk
veelvan oud Yzendyke en Biervliet iets,
doch wat weet men van Vulendike vóór het
Schoondijke was Wie weet iets van Wa
terduinen Wie heeft ooit gehoord van den
Bette Sloutepolder Wie uwer weet, waar
de polder Boekeloos lag en waarom hij zoo
heette Wie begrijpt iets van Tabuda
Sine fata Zwin en Sluische gat Enkelen
weten er ietsde meesten niets van.
Dit is alles behalve grootspraakOnze
ervaring heeft het ons geleerd en de bronnen
waren óf tot nog toe ontoegankelijk óf
ongebruikt.
Wij gaan van al onze bekende en voor
heen bekende plaatsen iets zeggenvan
sommige veelvan andere heel weinig
van enkele bloote vermeldingDit ligt in
den aard der zaak. Een voorbeeld uit vele
Eede zal eene veel grootere plaats beslaan
dan Bommelsdorp(Romboudsdorp) omdat
we van Eede bescheiden vondendie als
't ware door een louter toeval het vinden
van een processtuk over het stichten van
een winkel-herbergaan T licht kwamen.
Toen Coensdike ten ondergegaan was, duurde
het jaren voor de parochiën van Onze
Lieve Vrouwe en St. Baafs (twee gemeenten
in de XlVe XVIIIe eeuw) ontstonden
en er verliepen wederom jaren eer ze
vereenigd Eede werden en ta gelijk Ydewalte
Tolinsbrugge on meer plaatsen opnamen.
Zoo zouden we ook kunnen vragenwie
weet iets van Steendamme van Havekenswerve
of Brungkeers l Ware bij 't afbreken van
den duiventoren van het Aardenburger kasteel
niet een werkman omgekomen, wij hadden
nimmer uit de acte van lijkschouwingdie
we vonden, dag en uur dier sloping kunnen
vermelden. Zoo gaf een verschil tusschen
het rijksbestuur in de familie de Smidt over
gronden en de Aardenburger haven aanleiding,
dat een landmeter, die de gronden opmat, oude
bescheiden raadpleegde en daaruit de erf-
scheidingen aangaf, doch tevens de plaats
bepaling van den molen van Bavekens- of
Beinkenswerve I Zoo zouden we meer kunnen
mededeelen. Dan genoeg, om U over de be.
langrijkheid van ons werkwaarvan zooals
we zeiden de prospectus eerstdaags ver
schijnen zal, te laten oordeelen.
En nu een openhartig woord tot
landgenoten! Mijn eerste onderricht heb ik
op eene lagere school van over vijf en
veertig jaar ontvangenoverigens heb ik
mij zeiven moeten vormen en alles grijpen
en vangenwat ik weetdat deed mij
meer stoffelijke zaken uit het oog verliezen
en daaronder lijde ik en lijden er onschul-
digen met mij. Deze bekentenis moge
beschamend zijn, vernederend acht ik ze
niet. Men roept mij toe, 'tis nooit te laat!
O, gij! die dit zegt, bewijs hetteeken op
mijn werkje in en de vruchtenonder-
zuchten en tranen ingeoogst zullen zich
wel vermenigvuldigen en dat het middel
door mij aangewend eerlijk is, zal de
ondervinding leeren.
Aardenburg, 4 Juni 1873.
G. P. ROOS.
Het nieuwe defiuitieve Spaansche ministerie zal
waarschijnlijk samengesteld zijn als volgt; Pi y
MargallPresident zonder portefeuilleDiaz
Gluintero openbare werken Palanca binnen-
landsche zaken; Perdegral, justitie; Estevanez
oorlog; Torni, koloniën; Tutaufinanciënea
Oreiromarine.
De tijdingen omtrent den burgeroorlog in Spanje-
luiden weder treurig. Voor bet meerendeel zfja
het laug geene geruststelleude berichten voor de
republikeiuscho zaak. Do hoop die men op de
10000 man troepen van Nouvillas gesteld had, is
in rook vervlogen. De Carlistische benden, die
hij hoopte in te sluiten door ze naar de zeekust
te dringen, zijn hem ontsnapt. Zij hebben zich in
de gebergten van Guipuzcoa en Navarra weten
terug te trekkenwaar zij onmogelijk kunnen
vervolgd worden.
De President Mac Mahon heeft eene proclamatie
aan het leger gericht, waariu hij o. a„ zegt: Do
Naliouale Vergadering heeft, door uitaiw midden
een President der republiek te kiezeneen blijk
van vertrouwen gegeven in uwe loyauleitvader
landsliefde eu geestkrachtom de orde te hand
haven en do wet te doen eerbiedigen. Verder
kondigt hij de benoeming aan van generaal
Ladmirault tot bevelhebber over het leger le
Versailles, terwijl hij ten slotte er nog bijvoegt:
Gij zult getrouw biyven aan de zinspreuk, die de
(cj Ieder lezer, welke kerk of richting hij ook
behoore, kan het gerust ter hand nemeu: het bevat
zuiver historiesche eu gelukkig geen ergelijke feiten.