NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN. N6. 33. Veertiende Jaargang. A0 1873. Dinsdag 29 April. Besluiten: Politiek Overzicht. BUITENLAND. S111 SI HHMMD Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag. Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland ƒ1,15; voor de overige plaatsen des Rijks, franco per post ƒ1,30. Prijs der Advertentiën van 1-5 regels 0,75 elke regel daarboven ƒ0,12'/2-—Groote letters naar het getal gewone regels die zij beslaan. Afzonderlijke Nummers 0,05. Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Adverteutiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten, ..'„'--''te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRAiNC^.V BURGEMEESTER en WETHOUDERS van 1JZEND1JKE Gelet hebbende op de verklaring van A. E. CORTVRIENDT, doctor in de genees- en heelkunde alhier, houdende dat het tot stuiting van den voortgang der pokken epidemie, noodzakelijk is om de goederen gebruikt,, door THOMAS FRANCiSCUS DE RUIJTER, aan hevige pokziekte in de ge meente overledente onteigenen en te verbranden. Gezien art. 69 der wet van den 28 Augustus 1851 (Staatsblad 125.) 1°. De navolgende voorwerpen aan den overledene toebehoord hebbende en door hem in zijne laatste ziekte ge bruikt geweest, worden onteigend om te worden verbrand. 1°. een bed van zeegras, 2°. een onderbed met kaf, 3°. een hoofdpeluw met zeegras, 4". een hoofdpeluw met kaf, 5°. twee pluimen kussens, 6°. 2 wollen dekens, 7". 2 katoenen bedla- kens8°. een linnen hemd. 2°. het tegenwoordig besluit zal aan Heeren Gedeputeerde Staten worden medegedeeld tor gewoner plaats wor den afgekondigd en aangeplakt en in het Sluisrh weekblad worden opgeno men. IJzENDiJKE, den 23 April 1873. Burgemeester en Wethouders voornoemd D. BEKAARBurgemeester. F. I. M. BE VINJr. Secretaris. Het Engelscl) Lagerhuis heeft gisteren de voorstellen aanvaard van den heer Lowe, rakende de belasting op de inkomstende rechten op den thee en de uitgaaf van bons der schatkist. Het heeft insgelijks eene beslissing aangenomen, waarbij de datums voor de vermindering der rechten op de ruwe en geraüneerde suikers, wederzijdsch tot op 8 en 28 Mei worden vasrgesteld. De heer Lowe heeft aangekondigd, dat Engeland twee vertegenwoordigers naar de conferentie gezonden heeft, die zich met het vraagstuk der suikers moet onledig houden. Die vertegenwoordigers hebben geene onderrichtingen bekomen om eene conventie te sluiten, maar om ten voordeele der geraüneerde suikers in entrepot te spreken. De heer Fortescue antwoordde op eene vraag van sir J. Packington dat, indien het onderzoek te Halifax gedaanrakende den kapitein van den Atlanticonregelmatig is, er een nieuw onderzoek in Engeland kan gedaan worden. Wat het gedrag der eige naars van het schip betrefteen nieuw onderzoek is te Liverpool, op hun uitdruk kelijk verlangenbevolen geworden. De heer Hugessen antwoordde aan den heer Hay, dat het bevestigd is, dat de Ashantees eenej overwinning op stammen van inboorlingen behaald hebben op eenen afstand van dertig tot veertig mijlen van Cap Coast-Castle, maar zij hebben zoodanig geledendat zij hunne overwinning niet hebben kunnen voortzetten. Er zijn maat regelen genomen ter bescherming der En- gelsche belangen. De Pruisische Heerenkamer heeft zich gisteren onledig gehouden met de beraad slaging der artikelen van het wetsontwerp, rakende het voorbereidende onderwijs der geestelijken. Ganscli hel ontwerpzooals het gouvernement het had voorgesteld werd aangenomen. Het Duitsch Parlement zet de beraadsla ging over de muntwet voort. Het heelt een voorstel aanvaard luidende dat al de banknoten, die niet gedrukt zijn gelijkvormig de type van het keizerrijkuit den omloop moeten getrokken worden. Ook zullen er geene banknoten, minder dan van honderd mark, mogen vervaardigd wordeD. De laatste dagen had men zeer in twijfel getrokken of de heer Grévy, ex-president der nationale vergadering, een openlijk bewijs van adhaesie had gegeventen opzichte van de kandidatuur van den heer de Rémusat. Deze twijfel heeft nu opge houden want de heer Grévy heeft lieden een open brief aan het dagblad Ie Soir gezondenwaarin hij de republikeinsch- gezinde kiezers toch vooral aanraadt, hunne slem op den minister van buitenlandsche zaken uit te brengen. En wat nog meer zegtde heer Grévy heeft zich Maandag- namiddag naar een zitting van het comité Carnot begeven en heeft daar ongeveer de volgende redevoering ten gunste van den heer de Rémusat uitgesprokenUit het standpunt van de vestiging der republiek is de kandidatuur van den heer Barodet een misslag. In de reeds zoo moeilijke positiewaarin de regeering door de ver schillende partijen in de Nationale Vergadering gebracht is. heeft deze vooral kracht noodig tegen de vijanden der republiek, en volstrekt geen onstuimige waarschuwingen, die voor haar slechts als een échec zouden zijn en een gevaarlijke verzwakking. Overigens is het zeer onstaatkundig omwanneer het landzich ontdoende van langdurige voor- oordeeleneindelijk tot den goedgekeurden regeeringsvorm en tot haar socialen toestand komten een einde maakt aan het tijdperk van revolutionwaardoor het weder kan komen tot orde, vrede, vrijheid en voorspoed, dau nog voorwendsels te geven aar. hen die de regeering zoeken bang te maken ten einde haar nog eenmaal omver te werpen. De heer Grévy eindigde met allen aan te raden hun stem uit te brengen op den heer de Rémusatdie zich door zijn houding en verklaringen openlijk bij de republiek heeft aangesloten. Deze brief en deze redevoering zullen wel den genadeslag aan de candidatuur van den heer de Barodet toebrengen en de republiek kan geruster dan ooit zijn op den goeden uitslag der stemming op aanstaanden Zondag. Het blad Ie Sièle heeft nagegaan, dat er 40 dagbladen uit de provinciën zich voor de kandidatuur van Barodet verklaard hebben, en dat er 56 republikeinsche bladen zich voor de Rémusat hebben verklaard. De commissie van den Rijksdag te Berlijn, belast met het voorloopig onderzoek van het muntwetsontwerpheeft het voorstel met groote meerderheid aangenomen, luidens hetwelk, te rekenen van af 1 Januari 1875, de banknoten en het verder slaatspapierengeld zich zullen bepalen tot stukken van 100 mark en daarboven. Er bestaat, zooals men weet, tusschen de Fransche en de Spaansche grenzen een kleine strook grondsdie onder den naam van republiek van Andorraeen klein on afhankelijk staalje vormt. De Carlisten hebben het noodig geoordeeld dit landje tot het middelpunt hunner handelingen uit te kiezen. PriestersJezuïetenen aan hun hoofd de bisschop van Urgelwiens zetel aan dit grondgebied grenst zijn er heen gevlucht en bereiden van daar uit stroop tochten voor op het Spaansche grondgebied. De regecring van Madrid heeft zich eindelijk met deze handelingen bemoeid, en heeft, door middel van den republikeinschen generaal, die te Urgel kommandant is, aan de regeering dier kleine republiek doen welendatzoo zij niet oogenblikkelijk paal en perk aan deze handelingen stelde en wel door diegenen te verbannen die er zich op bevinden, alle betrekkingen tusschen le Val d' Andorra en Spanje voorloopig zouden worden afgebroken. ENGELAND. Men schrijft uit Londen „Met de laatste Afrikaansche brieven oulviug men bericht eener hernieuwing van barbaarschen gruwel, om een slaaf op wreedaardige wijze te dooden als bekrachtiging van een gesloten ver bondhetgeen op 1 Maart geschiedde. Ia-la van Opobo zond een slaaf aan koning Bonny, om ge dood te worden als zegel op een tractaat tusschen la-la en het volk van Bonny. Deze wreedheid wordt „kloving du-ju" genaamd. Het slachtoffer ontvangt eerst een rechte diepe snede over do kruin van het hoofd tot aan het middelijf, en wordt vervolgens, terwijl twee of drie sterke ke rels hem vasthouden, door midden gehakt. De zoogenaamde ju-ju-man van koning Ia-Ia nam de eene helft van het lichaam en wierp het in

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1873 | | pagina 1