No. 13. Twaalfde Jaargang. A0. 1871. SilEUWS- El ADVERTENTIEBLAD Ml WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN. Vrijdag 24 Febr. Eenc zaak des lijds, die dringend noodig is. s Dit Weekblad verschijnt iederen Dinsdag en Vrijdag. Prijs per drie maanden voor hel voormalig 4de district van Zeeland 1,15; voor de overige plaatsen des Rijks, 'franco per post f 1,30. Prijs der Advertenliën van 1-5 regels f 0,75 elke regel daarboven f 0,1*2 Va. Groole letters naar bet getal gewoue regels die zij beslaan. Afzonderlijke Nummers f 0,05. Ingezoudcn Stukken en Brieven, ue Kedaelie betreffende benevens Adverten iën en gev te bezorgen bij den Uitgever dezer, alles FRANCO, behalve vone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten de bekende CorrespondenFiëu. Vervolg en Slot. Wat dunkt U, Lezers als ge U de moeite geven wilt om U even ons begin in no. 13 van dit blad te herinneren wat dunkt II van zulk eenc „Maatschappij van On Jerlingen Bijstand De Vlamingen worden door ons wel eens miskend. Klaagt men onder ons van een „p ij p j e s rookend n i e t s d o c n," we leggen den Vlaming zijne verslaafdheid aan bierdrinken, kaarten en bollen wel eens ten laste; wij lachen om het verschijnsel: „de man iu de eslaminet en de vrouw bij de zaken"; wij leggen ze ook hunne meer zuidelijke natuur en zuidelijker neigingen ten laste, en ieder redeneerend en onpartijdig Vlaming zal ons dit euvel toestemmen; maar hij zal er ons tevens met trots op wijzen, dat zijn landaard prak tisch is bij uitnemendheid cu naarstig bovenal. Wij kennen Eecloo. 't Is eenc fabriekstad. Er zijn veel werklieden. De loonen zijn er niet buitengewoon hoog; doch ze zijn in den regel vrij wel in overeenstemming met de behoeften, en de Vlaamsche werkman druk'e ons meermalen zijne tevredenheid uit, wanneer hij ons met zijn lachend, blozend gelaat, gulweg zijn: 'k Banne 'k ik k o ri le n t en k o n t e ii l e m e n l is 't o a I. 't Eenige waarvoor bij dan ook vreest, is voor een zieken dag, voor ongevallen met de machine en dergelijke rampen, en zie, omdat hij zoo praktisch is, grijpt lifj met genoegen het denkbeeld aan om daarin 'zich zeiven of, liever, zijn gezin te helpen; want moge de weldadigheid niet op zoo reusachtige schaal in Vlaanderen als in Nederland of Engeland uitgeoefend worden (men kent er ook die verspillende, weelderige weldadigheid niet!), hij vindt toch voor zijn persoon bet gasthuis, doch zorgt door zijne Maatschappij voor zijn gezin, en eerst, bij gebrek aan werk, voor zich zelven. Het „Heip U zeiven" is den Vlaming door nooddwang opgelegd, een groot gedeelte zijner gronden èïschen de meest ingespannen vlijt. Geen Kadiante- naar kan 't begrijpen, hoeveel moeite en zweet aan kleinen akker of tuin door den Vlaamscheo werkman in zijne tusschenuren besteed wordt. O, hij koopt ze duur die weinige aardappelen en moesgroenten, die zijn zanderig tuintje hem opleveren maar ze smaken hem dubbel, en geeft God een ruimen oogst, dan verheugt de Vlaamsche werkman zich dubbel en loont luide zijn k o n t e n t e me n t. Zou nu de Zeeuvvschvlaamscbe werkman geen voorbeeld aan zijnen buurman kunnen ontleeiien De eerste zwarigheid die men ons legen- werpen zal, is deze. Eecho, hoewel een open marktvlek, is toch de kern eener stad van tamehjken omvang; <:e bevolking is er meer geconcentreerd; eene gelieele Zeen wsch- vlaamsche Gemeente bevat nauwelijks 2300 inwoners; vele staan ver beneden dit getal. Wij stellen er tegenover, dat dit geen hinderpaal is. De vereeniging behoeft zich niet tot eene enkele gemeente te bepalen. Een geheel district kan zich vereenigen. Er is een fonds noodig Goed. We zullen even bij Aanlcnburg. als schrijvers naaste omgeving, stilstaan. Daar bestond eene Commissie tot verminde ring der bedelarij; later tot wering der be delarij. Ze heeft haar doel bereikt Te Aardenburg wordt niet meer gebedeld; doch ten koste van f 400,a f 500,'s jaars. Welnu, dit is alleen reeds de helft van het kapitaal, dat Eecloo voor zijn groot getal werklieden opbracht 't Is waar, Eecloo heeft in evenre figheid dit groole kapitaal niet noodig, omdat de fabrieken ook 's winters werk geven. Daar gelaten nu, of hier, te platten lande, geen min of meer fabriekmatige arbeid gedurende den winter verstrekt zou kunnen worden (vlas, hennep, werk enz.), blijft het een feil, dat in Aardenburg alleen 400,h f 500, jaarlijks improductief (onvruchtbaar) opgegeten wordt en de bodemlooze ketel, het Danaï lenvat, hel zinnebeeld der verdoem den in de eeuw der mythologie, nimmer vol wordt. Tot vervelens toe is't herhaald Heden sterft er eene oude vrouw. O, dat is een last van den Armen af! roept men; maar morgen sterft er een huisvader-vierkman, laat een vrouw met vijf, zes kinderen achter. De eene booze geest is gebannen, maar hij keert terug met zeven duivelen, zevenmaal sterker dan hij was. Zie, werden er f 200,/"250, jaarlijks ter zijde gelegd; zonderden de armbesturen en liefdadigheidsgestichten samen f 200,h f 300,af, weldra zou er een kapitaal gevormd zijn en men zou b. v. de vlasnijvérheid kunnen opbeuren en de stoom spinnerij ligt in 't verschiet. Maar ge hebt zelf eens in een landbouw- artikel gezegd t N ?as Laat zijn meester zoo als hij was. Ja, <5at hebben we gezegd, en dat herhalen wij nog; doch juist zrjfi meester laten die hij was, niet verslechten, niet verminderen, is, met het oog op werkverschaffing, niet te duur gekocht. Landbouwers-vlassers, «enigszins gesteund door hulpkapilaal, zouden we genoeg vinden, t Van den boer alleen v 'Ete vórderen zou onrecht zijn. ■^-Werk en brood! roept men ons toe, en we weten het, wat men met de aanhaling van den naam dier ongelukkige ten onder gegane instelling bedoelt, doch wc Vragen zonder andere vragen, of b. v. de instel ling niet te ruim aangelegd het toezicht niet te slordig de eerlijkheid wel boven allen twijfel verheven was we vragen enkel Welnu, heeft de geschiedenis dier instelling ons niet twee dingen geleerd? 1o. Een goed. Veel menschen hadden werk en verdienden wat en 2o, voorlaan voor zichtiger te zijn, en de boeken alleen, de geldzaken alleen en het toezicht alleen te doen houden Wij gelcoven, dat we die vraag toestem mend* mogen beantwoorden. Verder ge'ooven wij, dat het verzamelen van kunstmatige meststoffen, almede onder behoorlijk toezicht, mede tot den werkkring ecner instelling zou belmoren en dan de werkman zelf: ieder landbouwer, werkbaas, heer, zou iets van het weekloon van knecht ot arbeider kunnen afzonderen, donateurs- leden. begunstigers er» instellingen van wel dadigheid zouden kapitaal kunnen vormen en er zou eene vereeniging kunnen tot stand komen, die eindelijk in staat zou zijn, om, mits behoorlijk bestuurd, onafhankelijk te bestaan. Het vlas: zwingelen, weven, spinnen, vervaardigen van wanten en dweilen, liet veldwerk zelf weik eene bron van be slaan Het klompenmaken. Stel dat" het eens gedreven wordt door vereeniging als win- terbedrijf; zoek dan eens het altoos te vin- tien deboucbé, en zie eens wat liet zou opleveren. Nu moet een klompenmaker zich verge noegen om op crcdiet eenige boomen te koopen, waarvan hij alleen de stammen ge bruiken kan en verdient wegens gebrek aan kapitaal weinig; door vereeniging zou de winst ruimer zijn. De verzameling van natuurlijke en kunst matige mestspeciën, wèl bestuurd, is eenc kleine goudmijn. Zie rond en om U Honderden slooten en kreken groeien dicht door de rottende overblijfselen eener vergaande vegetatie of plantengroei miilioenen boombladeren ver gaan langs de wandelpaden en groote wegen, vermengd met allerlei afval en dierlijke uitwerpselen, waarvoor Vlaanderen, zoo al geen goud, toch zilver biedt; ja we durven volhouden, alleen de ruilhandel daarin tegen Vlaamsche voortbrengselen >rn kunstvlijt (linnen, garens, westersche handschoenen, sparren, brandhout, klompen) heeft reeds menigeen tot zekere welvaart gebracht. Op Eede le\en er gausche gezinnen van en de

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1871 | | pagina 1