NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN. DE ZEEUWSCH-VLAAMSCHE SCHELDE-KWESTIE N° 29. Achtste jaargang. A°.!Ï867. i SLIISCRSWMBLID Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs r tb Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels 0,75 elke regel maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland 1,lo; j l/riiVlorv IQ Tnli daarboven f 0,12 Va behalve het zegel van 0,35 voor ieder© voor de overige plaatsen des Rijks, franco per post f 1,30. t IJJUaii 1«7 J1111. plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels, Afzonderlijke Nummers f 0,10. j die zij beslaan. Ingezonden Stukken en Brievende Redactie betreffendebenevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten te bezorgen bij den Uilgever dezes, alles FRANCO, behalve de bekende Correspondentiën. Wij ontvangen van de welwillende hand des Heeren Habimaciiers te Groede de volgende regelendie wij als Hoofdartikel plaatsen, omdat zij zoo geheel en al in den geest onzer Hoofdartikelen vallen en eene bijdrage tot een der jongste zijn. Door radicaal verstaan wij die maatre gelen die voorstellenwelke zich doen kennen door noodig ingrijpen in verouderde misbruiken en welke den naam niet ver dienen van halve maatregelen. Wij wisten dat het woord radicaal met zijne zuster liberaal door sommigen in eene ongunstige beteekenis wordt gebezigd wij stellen dat radicaal nigt overdreven, liberaal niet losbandig wil zeggen, en gelooven dan, dat de geachte inzender, in den goeden zin, met ons de namen van radicaal en liberaal zal willen dragen. Groede 14 Julij 1867. Aan de Redactie van iiet Sluische Weekblad. WelEdele Heeren I Met belangstelling heb ik gelezen wat in het laatste nommer van Uw blad is medegedeeld aangaande het voorstel door mij en eenigen mijner mede-afgevaardigden uit dit Distriettot verbetering der Stoom- bootdienst op de Wester-Scheldein de pas gehoudene Zomervergadering der Pro vinciale Staten van Zeeland gedaan- alsmede Uwe beschouwingen over dat voorstel. Vermits echter in Uwe mededeelingen evenzeer als in die van andere dagbladen eenige onnauwkeurigheden zijn ingeslopen vind ik mij genoopt U hierbij afschrift te zenden 1°. van het Voorstel, 2van het door de Commissie van Rapporteurs uitgebragt Algemeen Verslag U vrijheid gevende beide deze stukken ais ook dit schrijven, geheel mede te deelen of wel daarvan zoodanig gebruik te maken, als door U raadzaam zal worden geoordeeld. In hoever men in het voorstel nabij de waarheid was met zich te beroepen op de vele dagen waarop „de Zeeland", tot het ondergaan van herstelvoor de dienst niet is kunnen gebezigd worden zal men kunnen beoordeelen, wetende, dat, blijkens eene in de afdeelingen overgelegde lijst sedert 1 Maart tot 1 Julij, beide laatstleden, dus in een tijdverloop van vier maanden de genoemde Stoomboot 32 dagen heeft moeten stil liggenomdat er het een of ander aan tc herstellen wasen uit het Verslag van den Ingenieur voor het stoomwezen is geblekendatnaar zijn oordeel, niet alleen de ketel, maar ook het geheele vuurwerk in hel bedoelde vaartuig vernieuwd en verbeterd zal moeten worden. Nog zij het mij vergund aan te merken, dat in Uw voorgemeld nommer mijn Voorstel wordt genoemd radicaal: mogt daarmede bedoeld worden dat ik in mijne eischen overdreven ben dan moet ik daartegen opkomen heeft men echter willen te kennen geven dat ik volkomen doeltreffende dus radicale verbeteringen verlang, dan heeft men juist geoordeeld. Met achting heb ik de eer te zijn UwEd. Dw. Dienaar, HAMMACHER. De ondergeteekenden, leden der provinciale Staten van Zeeland Overwegende, dat vooral in de laatste maanden de ongeschiktheid van de Stoom boot de Zeeland voor de dienst op de Wester-Schelde en vooral in liet Veer tusschen Viissingen en Rreskens en vice versahoe langer hoe meer is gebleken daarbehalve lietgene vroeger reden tot klagen gafde vele dagenwaarop zij tot het ondergaan van herstelvoor de dienst niet is kunnen gebezigd worden, het duidelijk maken dat dit vaartuig niet bestand is tegen de moeijelijkheden die het voorbedoelde vaarwater oplevert. Overwegende, dat, ten gevolge van de aangeduide bezwarensedert geruimen tijd weinigen de reis van Viissingen naar Bres- kens en omgekeerd doen dan bij volstrekte noodzakelijkheidhetwelk niet alleen scha delijk is voor de financiële belangen der Provinciemaar ook krenkend voor de eer harer Bestuurders. Overwegende verder, dat het te voorzien isdat er nog vele maanden zullen ver- loopen vóór dat aan dezen ongunstigen toestand een einde komtals er geene maatregelen worden genomen om daarin verbetering te brengen aangezien uit het Verslag van Heeren Gedeputeerde Staten is geblekendat de in aanbouw zijnde Stoomboot weinig vroeger dan in de maand December eerstkomende voor de dienst zal kunnen gebezigd worden. Nemen de vrijheid voor te stellendat deze Vergadering moge besluiten Heeren Gedeputeerde Staten te magtigen om te trachten ten allerspoedigste eene voor de opgemelde dienst geschikte Stoomboot aan te koopen of te hurenvervolgens de Stoomboot „de Zeeland' op de meest voor- deeligc wijze te verkoopen en eindelijk aan H. II. Gedeputeerde Staten ter zake voorschreven een Crediet to verleenen voor eene som van f 30,000 en hen te magtigen daarin to voorzien door middel eener nieuwe gcldleening of op zoodanige wijze als de Vergadering het moest oirbaar zal achten. Middelburg, den 2 Julij 1867. (geteekend) HAMMACHER. M. MAZURE. I. C. O. BENTEIJN. J. M. HENNEQUIN. Algemeen Verslag van do Afdee lingen der Provinciale Slaten van Zeelandbetreffende het Voorstel van de Heeren Haaimacher c. s. betrekkelijk verbetering van de Stoombootdienst op de Wester- Schelde. Aan de beraadslagingen is in de verschil lende afdeelingen met inbegrip van de leden van Gedeputeerde Stalen, door 34 leden deelgenomen. In eene afdeeling erkende men algemeen de vele bezwaren van de tcgenwourdige Stoombootdienst op de Wester-Schelde. In eene andere afdeeling was men alge meen overtuigd van de noodzakelijkheid dat er verbetering in die dienst werd aangebragt. En in nog eene afdeeling kon de meer derheid wel medegaan verbetering in ge melde dienst aan te brengen. In eene der afdeelingen deelde men een parig het bezwaar om, voor weinige maanden, dat de nieuwe Stoomboot nog buiten dienst zal blijven in het gedane Voorstel toe te treden. In twee andere afdeelingen kon de over- groote meerderheid zich met het Voorstel zooals het is voorgedragen, niet vereenigen, uithoofde het te bezwarend voorkomt om thans op het ocgenbiik dat er een nieuwe Boot in constructie is, dat Voorstel aan te nemen. De meerderheid in deze afdeelingen kan wel medegaan met het denkbeeld om zoo het mogelijk ware voor dien korten tijd eene Stoomboot te huren, om gemelde dienst te verbeteren en dit aan Heeren Gedepu teerde Staten op te dragen; de minderheid nogtans vermeende dat er geene mogelijk heid bestaat eene groote Stoomboot met eenig succes te kunnen huren. Een lid in die afdeelingen achtte het wenschelijk aan de Stoomboot „de Zeeland" zoodanige verbeteringen aan te brengen dat daarmede in de dienst naar behoorea kan worden voorzieningeval Ileerea Gedeputeerde Staten niet mogten slagen in het huren van eene geschikte Stoomboot. Een ander lid, de Voorstellervermeent in zijn Voorstel te kunnen volhardenop de gronden door hem in de Openbare Vergadering aangevoerd te meer dewijl uit het Verslag door den Ingenieur voor het stoomwezen uitgebragt, blijkt, dat er aaa den ketel in de Stoomboot „de Zeeland" aanzienlijke herslellingen noodzakelijk zijn en in bedenking gegeven wordt een geheel nieuwen ketel aan te schaffen, ten gevolge waarvan dat vaartuig gedurende eenigen

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1867 | | pagina 1