NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN. N° 20. Achtste jaargang. Vrijdag 17 Mei. WAT TE DOEN TEGEN SCHOOLVERZUIM? v v- Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland f 1,15; voor de overige plaatsen des Rijksfranco per post 1,30. Afzonderlijke Nummers 0,10. Prijs der Advertenliënvan 1-5 regels f 0,75 elke re^el daarboven f 0,12%behalve het zegel van f 0,35 voor iedere plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels, die zij beslaan. Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Adverlentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles FRANCO, behalve de bekende Correspoudentiën. Vervolg van ons Hoofdartikel.) Wat te doenvroegen wij met den schrijver, en ziet hij laat ons om geen antwoord verlegendaarom verzeilen wij hem met lust en hopenom het belang der zaak, dat niemand het ons ten kwade zal duiden of het vervelend zal vinden B. Onderzoek doen naar de oorzaken der kwaal. Die zijn deels algemeen en boven opgegeven, deels aan deze of gene gemeente in 't bijzonder eigen. Deze laatsten zijn dikwijls geheel onbekend. Met hetzelfde oogmerk brenge het hoofd van het Gemeentebestuur jaarlijks bij de behandeling der begrooling, na of zonder bekomen aanleiding van de Plaatselijke School-Commissie het schoolverzuim ter sprake in den Gemeenteraaden knoope daaraan zulke beschouwingen of voorstellen vast, als in het belang der goede zaak noodig geacht worden. Het langdurig lijden van een opgegeven patiënt verstompt op den duur min of meer de belangstelling van vrienden en bekenden: men heeft hem nooit anders gekend en langzamerhand de overtuiging gekregen, dat hij niet beter worden kan. Waartoe de pijnlijke herinnering aan hetgeen men toch niet veranderen kan? Men eindigt met er niet meer over te sprekenja zelfs te denken. Schoolverzuim is alles behalve een on geneeslijke kwaalneen zij is eenvoudig verzuimd, en daardoor verouderd en moeielijker te genezenhet zou verkeerd zijn zich dit te ontveinzen. Daaruit volgt alleen, dat met met vereende krachten ten spoedigste ondernemen moet wat men te lang verwaarloosd heeft. C. Openbaar school-examen of openbare les. Yoor menige gemeente is de school een stiefkind, dat zij duldt, maar voor niets anders aanzietdan voor een bezwa- renden post op de huishoudelijke uitgaven dien zij zuinig berekent, en ongaarne uit betaalt. Lief heeft zij de school niet, want zij stelt er geen belang in. Zonder naar haar om te zien of ooit naar haar te vragen, dan wanneer men het welstaanshalve niet laten kanlaat men haar aan haar lot over, en worden of verworden, zoo als het uitvalt. Met andere woorden vele Burge meesters en Wethouders komen er in den regel niet eens zóóveel malen als de Wet voorschrijft; de Baadsleden komen er niet; ook de Godsdienstleeraars, die naar hetzelfde doel streven als de school, en dus bij haar welvaren hef grootste belang hebben be kommeren zicli weinig over haar toestand. Zoo is de regelde uitzonderingen zijn loffelijk maar te weinig in getal. De on verschilligheid gaat zóóver, dat men maar betaaltzonder ooit te zien wat men er voor ontvangt't geen anders toch gebrui kelijk is. Zelfs daar waar een jaarlijksch examen of openbare leswaarbij niemand uitgesloten iswerd verordendlaat men soms twee, drie jaren zonder examen voor bijgaan. En de onderwijzer, die er toch ook groot belang bij heeftvraagt er niet om. Belangstelling is doorgaans wederkcerig. Die toestand, hoe licht verklaarbaar, is te onnatuurlijk om voort te duren. Langza merhand meer en meer zal men inzien dat de gemeente en haar regenten bij geen inrichting meer belang hebben dan bij de plaatswaar de kinderen der gemeente opvoeding en onderwijs ontvangenen dat het wat de moeite loont, jaarlijks eens althans te onderzoeken, wat de meester in 12 maanden gedaan heeft, en hoe de kin deren het maken. Wat wint men met zulk een openbaar onderzoek naar den toestand der school? Vermeerderde belangstelling in de school; en (daar men ziet en hoort, wat er verricht wordtom de kinderen eenmaal met eere in de maatschappij te doen optreden) be reidvaardigheid om zich daarvoor opofferingen te getroosten. Gelegenheid om te zien wat er ontbreekt, ook aan het onderwijsen de hulp daarbij mondelinge of schriftelijke gedachtenwisseling daarover. Waardeering der verdiensten van een goed onderwijzerdie daardoor aangemoedigd wordt tot het voortdurend stipt vervullen zijner moeielijke taak. Dank van het Ge meentebestuur voor onverdroten ijver; een dankdie ook al bestaat die in woorden alleenzeer op prijs wordt gestelden van tijd tot tijd in het welbegrepen belang der gemeente zich openbaren moet in een gra tificatie aan den hoofdonderwijzer of zijne medehelpers. Verhoogde belangstelling in het onderwijs, en bevordering van getrouw en langer schoolgaan door het zien van 't geen dit oplevertvooral wanneer zulk een statig onderzoek gemaakt wordt tot een schoolfeest; wanneer de kinderen op zulk een dag ont haald, of door spelen en wedstrijden aan genaam bezig gehouden worden wanneer door het hoofd van het Gemeentebestuur aan enkelen sierlijke getuigschriftenof meer kostbare bewijzen van goed gedrag en weivolbrachten leertijd worden overhandigd; en wanneer met nadruk wordt gezegddat aan die en die leerlingen van de hoogste of de beide hoogste klassen, die zich vooral door trouw schoolgaan en goed gedrag on derscheiden hebben, op kosten der gemeente of van partikulieren de gelegenheid zal ge geven worden met de onderwijzers per stoomboot of spoorwagen een aangenamen en nuttigen dag door te brengen. Alle zeilen moeten uitgespannen worden om verhoogd leven te wekken. Daaronder rekene men niet een openbare prijs-uitdeeling ter belooning van gemaakte vorderingen. Zij toch kan niet anders dan onbillijk wezenop zijn best is zij een verspilling van gelddat op belere wijze voor de school kan worden besteed. D. Ruime vrijdom van schoolgeld aan minvermogenden verleend. Ik wenschte wel nog een stap verder te kunnen gaan, en overal kosteloos lager onderwijs te kunnen aanraden. Dat zou bij ons nu nog niet zulke schitterende uitkomsten opleveren als in Noord-Amerika, maar gewis zou het een gunstigen invloed oefenen op het schoolgaan. Ik ontken nietdat er waarheid is in het beweren van sommigen dat men over het algemeen meer belang stelt in hetgeen men betaalt; maar vrij algemeen komen de man nen die de school kennen en in de ge legenheid waren om van de beide stelsels de uitkomsten in dezelfde gemeente te ver gelijken daarin overeen dat de kosteiooze school algemeener bezocht wordt. In elke gemeente zijn vele oudersdie niet onder de onvermogenden geteld kunnen wordenen die toch om het schoolgeld hunne kinderen, of eenige hunner kinderen een deel van het jaar te huis houden en hen vroeger van de school nomen. Ik zelf heb meer dan eens door vergelijking kunnen zienhoeveien te huis bleven in gemeenten waar na het genot van kos teloos schoolgaan voor het eerst school geld geheven werd. Waar de aard van do bevolking het toelaatdurf ik kosteloos lager onderwijs aanbevelen; daar schoolgeld heffen om de gemeentekas te stijven is naar mijn oordeel slecht gezien. liet publiek belang vordert, door alle geoorloofde mid delen het onderwijs zoo gemakkelijk moge lijk verkrijgbaar te stellen. Ongeoorloofd acht ik het middel waar een aanzienlijk deel der ingezetenen de strekking van het openbare onderwijs afkeurt, en waar de oprichting van een bijzondere school naar den zin van dat deel der bevolking moge lijk is. Maar in elke gemeente zal het altijd zaak zijn bij aanvragen van minvermogenden om van schoolgeld vrijgesteld te worden in twijfelachtige gevallen altijd ten voordeele van het onderwijs te beslissenen niet zooals nog te veel gebeurtangstvallig te becijferen of men niet bij mindere vrijge vigheid de gemeentekas met ettelijke tien tallen guldens bevoordeelen kan. Waar men zoo cijfert, wordt zonder uitzondering voor het onderwijs slecht gezorgddaar is de school een inrichting, die men draagt, en onderhoudt, omdat men moet, maar daar is zij een stiefkind. Nimmer kome de belachelijke klacht over onze lippen dat het openbare lager onderwijs bij ons

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1867 | | pagina 1