IDEM i:\ 111 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH-VLAANDEREN. N°. 40. Zevende jaargang. A0. MisinSmra Dit Weekblad verschijnt iedcreo Vrijdag. Prijs i>er drie Prijs der Advcrtcnlicn van 1-5 regels 0,75 elke re^el maanden voor het voormalig 4dc district van Zeeland 1.15: Vimrlorv flntsvkni* daarboven ƒ0,121/», behalve het zege! van ƒ0,35 voor icdêro voor de overige plaatsen des Rijks, franco per post ƒ1,30. V I IjUcHl O V/LIUIJLI. plaatsing. Groote letters naar het getal gewone reels, Afzonderlijke Nummers 0,10. die zij beslaan. Ingezonden Stukken en Brieven, do Redactie betreffende, benevens kdvcrlcntiën en gewone Berichten of Medcdeelingcn van Correspondenten, te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles FRANCO, behalve de bekende Corrcspoudcnticn. „De Tweede Kamer wordt ontbonden!" Dezo mare weerklonk dezer dagen door het ganscho land en schokte do gemoederen, voor zoo ver Nederlaridsche gemoederen tc schokken zijn; want wij deden wellicht beter, tc schrijven, dat deze mare do geldkisten trof van Droogstoppel en corap Slijmerig en zoon, en meer andore goachte firma's» steunpilaren van de tempelen van den god des koophandels en der dieven den aloudcn vader Hermes of Mcrcurius, aan IJ ofRottczoom, zooals een dichter zou zeggen. Wij nu zijn geen dichters en toch is het noodigdat wij dit feil en zijne gevolgen besprekenWijhoeren en heercH- hoeren, hebben ook iets to maken met de Oost Wjj worden ook geroepon om onzo stem uit to brengen voor leden der Tweede Kameroen plichttusschen beide gezegddie door ons meostai voor twee derden schandelijk verzuimd wordtOnze vertegenwoordigers hebben ook stemmen uit te brengen over het heden en de toekomst van millioenen zielen let welonster felijke zielen schakels in do groote keten der mcnschensedert eeuwon vertrapt en verguisd cn gekweld én uitgezogen door het recht van den sterkste of door de macht van het geld Wij slorpten koffie en mengden er suiker in, bezoedeld mol het zweet en bloed der rampzaligen ginds, zuchtende en stenende op de stem des drijvers Maar genoog wij mogen ons niet overgeven aan eeno hartstochtelijke reeks van klachten en klaagzangen het feit bestaat wjj bezitten kolo niën en slaven en de negentiende eeuw vraagt ons hieren vooreerst en Yooral in den naam des Christendoms daar in den naam der bescha ving en door eenige weinige kwalijk begrepeuen cn miskenden in naam der beschaving, als vrucht der christelijke liefdeom rekenschap van onze daden en verrichtingen tegenover onze hroedcron ginds, en een allervluchtigste blik slechts in onze boeken geworpen, doet ons overtuigend zien, dat wjj tegenover hen diepzeer diep in schulden steken. Ik heb u mijne vruchtbare akkors ten dienste gegeven, ik heb u mijne met moeite en zorgen bijeengebrachte penningen afgestaan, ik heb mijne handen gerept, mijne tranen en mijn bloed ge offerd om u Europeer Nederlandertc doen baden in weelde en gemak, en wat gaaft ge mij wat houdt go voor mij gereed Zoo kliukt de stem van den Indiër on do zedelijke machten der negentiende eeuw voeren zijne klachten over de wereldzee tot onsklachtendikwerf mot wraakgeroep vermengd. Men wane nu niet, dat wij do leer der oplossing» der sloping zijn toegedaan dal er voor ons geen ander radicaal middel zou ziju dan eenvoudig onze koloniale etablissemcutcn op te breken zoo do gevolgen van roof en onrecht tc herstellen daartoe, dit staat bij ons onwrikbaar vast, daartoe •s het te laatwij leven ouder den invloed van meer dan een voltrokken feitde band tusschen moedeiHand cn kolonie bestaal, zij het dan ook, zoo wij hopen slechts tijdelijk in den vorm van ijzeren keten en al wenschcn wij die ketenen door zijden koorden te zien vervangen "l is de taak van ons, Christenen, zonen der negentiende eeuw, schatbewaarders der christelijke beschaving^ dion toestand to verbeteren cn dandan mag geen vuig eigenbelang, geen bijzonder onrecht, geen monopolie, geen privilegie ons daarin ver hinderen die hinderpalen moeten weggeruimd worden Wij geloovcr., cn 't is voor ons heilige waarheid» dat de Indiër moet opgevoed worden; hij moet de beschaving dio ons deel is medo deelachtig wordenkortom er moet daar een akker worden, toebereid om er het zaad des Christendoms in tc kunnen uitstrooien Dit is gelooven wij do cenige wog die in dozen tot redding leiden kan. Onzo tijd begrijpt clen toestand Yan Indie. Van daar: strijd! Aan de eene zijde staal hot behoud die reuzenpolijp, die met ijzeren armen haar slacht offer omklemd houdthet met haro claslioke zuigors omwikkelt cnuitzuigt! Zjj liegt een groote schrikkelijke leugenzij zegt, bij voorkeur het öudo goede geneesmiddel te bezitten'.; zij geeft geld.voor den armen zendo- ling die zich ouder uo stammen van Indie zal begraven en alles zal opofferen alles zal verlaten om den zegen des Christendoms daar ginds ta brengen. O wjj behooren niet lot hendie met minachting, schouderophalend ncderzicn op die nieuwe apostelen onzer dagen integendeelwij bewonderen hunne liefdehunnen geloofsmoed want het zegt iets zendeling te zijn, cn wij ge looven dat onder hen mannen gevonden worden, zoo oerwaardig zoo waarheidlievendzoo trouw als elders slechts met mogelijkheid to vinden zijn. Kennen wjj er dan geen die hitte en koude gevaar on banden dood ou verderf bekampen en daarbij nog zieleleed oudervinden, onbeschrij felijk ondenkbaar voor ons die in 't gastvrije westen do genoegens des levens smaken? Zien zo vruchten op hun werk Bij het gezicht der millioenen ginds antwoorden wij: neen! en op de vraag hoe dat komt zij hebben daar allereerst te strijden met een gedeelte van het verdorvenste deel der westorsche overbeschaving en valsche beschaving! Met de listen en lagen van mannen, die Christenen heetenmaar het nog minder zijn dan de in God geruste zoon van Mohammed nakomeling in do zijlinie van Abraham dio hel nog minder zijn dan de stille vereerder van Brahma Boedha of Vishnoe Dc bemoeiingen der kleine schaar zijn tegen gewerkt geworden door valsche staatkunde; met andere woorden door dierlijk eigenbelang! Dit is een feildaarom is 't noodig dal we do zaak eonigszins hooger ophalende geschiedenis laten spreken; want weet het, lezers, rustige Kad- zanlenaren, stille Zoeuwsch-VIaming, al beroepen we ons nu niet oudeugend op uwe schcepsaan- deelcn op uwe zonen die een bestaan vinden in do zeevaart op Indieop uwo uitzichten voor dc toekomstweet hetook op ons, in dit hoekje van Nederland, rusten, aangaaudo ladië, plichten die niet tc zwaar gewogen kunnen worden niet te licht geteld mogen gzijn. Gij wordt geroepen om volksvertegenwoordigers te kiezen. Deze ver tegenwoordigers zullen medestemmen over het wel of wee van gindsehc landen van onze broe deren van over de wereldzee, die jaren aan jaren de hoofdsteunen onzer welvaart waren dio ons dc middelen gaven om schuld tc delgen ons spoorwegen cn kanalen schonken leveu en be weging aan fabriek en trafiek gaven. Zullen wij dan door onverschilligheid, door het vcrwaarloozcn onzer burgerplichten, medewerken, om ze nog langer te laten trappen cn uitzuigen door een handvol handelsmannen, die op 't oogen- blik hun waar en blijvend belang voorbijzien; die gecno rekening houden van de teekenen der tijden; die doof zijn voor de stom dor eeuw en die onder oogcnblikkeljjk genot de toekomst zouden verge ten? Dat kunt gij niet, wicn het niet onverschil lig is of uwe hofstede wordt uitgemergeld of uwe landerijen worden uitgeput, zoodat uwo zonen wellicht sand voor klei zouden vinden Dal kunt gijniet, die aan mest en bemesting, aan verbeterd vco cn werktuig jaarlijks zooveel be steedt om do toekomst hoopvoller lo kunnen to gemoct gaan met de zekerheid dat gij, werkend voor eigen welzijnook het heil van zoon en dochter op hot oog hadt! Neen, gij zult ons be grijpen gij zult ons steunen gjj zult met ons zijn bij een der vele pogingen beproefd tot heil der menscbheid. Welnu, ïudië is de groote hofstco van Neder land Duizenderlei voortbrengselen werpt het af en zendt het op dc schepen over den Oceaan tol ous om op nieuw door duizend handen in be werking en verwerking tc gaan en den arbeider loon voor werk tc gevenIs dat niet een zegen voor ous land Maar wo vragen meer! Wc vragen u: verdient do arbeider op die groote hofstede nietdat hem van den overvloed een ecrlyk stuk brood ovcr- blijvc? Mag dio groote schoonc hofstede uitge zaaid en uitgeput worden Uw gezond verstand zegt u Neenneen En zie dat doen Droogstoppel en comp.Slij merig en zoon in verband met een heele troep Hebben en llalcn en meer van dat soort I Dat zijn allen mannen, die slechts Yoor den dag „van vandaag" zorgen en om do toekomst niets geven „na ons dc zondvloed," zeggen ze, „wij zyn binnou Is dat nu eeno redenecring? Is het daarmee genoeg? Zie wc waren huiverig om ous te wagen op het veld der koloniale politiek en meer andere van die groote staathuishoudkundige vragen, maar we gelooven een middel govonden te hebben, voer ons, om iu geene dwaasheden door holklinkende spreekwijzen en nageprate deuntjes te moeten vervallen voor u om begrijpelijk te zijn 't is het middel van oplotten! Opletten op geschiede nis en ervaring, zooveel mogelijk door vergelijking met niet al te ongelijksoortige toestandendoor ons gezond j vers tand zijne rechten te geven en alzoo u zelf te kunnen doen oordoelcn. Daarom ook de vergelijking van onze koloniën met eeno hofstede. Allo vergelijkingen gaan mankzoo is hel hier ook, doch het feit dat zich voordoet, kan tc ster ker aangehouden worden als voorbeeld Dc koloniën bezitten arbeiderseven als gij er op uwe hofsteden hebtmaar er is hier een ver- schiidat volstrekt niet uit het oog mag verlóren worden. Uwe arbeiders zijn vrij gij huurt en betaalt zegij maakt [met hen een mondeling contract, tusschen vrij man cn vrij man. Gij zegt: dat cn dal werk moet gij doen, dan za't

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1866 | | pagina 1