NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH - VLAANDEREN.
Nn. n.
Zevende jaargang.
AM 800.
PROVINCIALE GELDLEEMG
535.000.00
Vierde Gedeelte.)
AANBESTEDING.
ïets over onze vrije
Polders.
SMI SCH BmiKBLAD
Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs per drie Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels 0,75; elke reael
maanden voor hel voormalig /ido district van Zeeland 1,15; Vriirlarv *^7 A nril daarboven 0,12%, behalve het zegel'van 0,35 voor iedere
voor de overige plaatsen des Rijks franco per post f l.'iJ 1 IJuci^ w( ÜJJill. plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels,
Afzonderlijke Mummers ƒ0.10. die zij beslaan.
Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betrelTende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeclingeu van Correspondenten
Ie bezorgen bij den Uitgever dezes, alles franco, behalve de bekende Correspondenliën.
M°. -16.
van
DE GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELASD.
Gelet op het besluit der Staten van den 8st.cn
November 186*2, N°. 5, op het daarbij vastgesteld
plan eener geldleeuing van ƒ525.000.00 ten
lasle van de provincie Zeeland, opgenomen in
het Provinciaal blad van 1863 ouder N°. 24
alsmede op de besluiten der Staten van den 8sten
Jul ij 1865, M°. 11, van den lOden November
I860, N°. 3. en van den Isten Maart 1866, N°. 9
opgenomen in het Provinciaal blad respectively);
onder M°. 91 van 1865 en onder Nos. 7 en 40
In voldoening aan art. 4 van bovengenoemd
plan van geldleeuing ter kennis te brengen van
belangstellenden
1°. dat in genoemde geldleening kan worden
ingeschreven voor een honderd acht en dertig
aandeelen, elk van een duizend guldentegen
eene jaarlijksche rente van vier en een half ten
honderd, in te gaan met den eersten Mei 1866;
2°. dat de termijn voor het inleveren der in-
schrijvings-biljetten is bepaald van af Don
derdag den 26sten April 1866 tot en met
Donderdag den 3d en Mei daaraanvolgende
{zon- en feestdagen uitgezonderd), des voor
middags van 10 tol 1*2 en des namiddags van
2 tot 3 ure
3°. dal de inschrijvingsbus en biljetten in het
openbaar zullen geopend worden op Don
derdag den 3deu Mei 1886 des namiddags ten
drie ure in de raadzaal van Gedeputeerde
Staten
4°. dat het bedrag der ingeschreven aandeelen
voor zoo veel die zijn aangenomenmoet
overgestort worden bij den heer Betaalmeester
te Middelburgin het tijdvak van 19 tot en
met 26 Mei 1866 op de gewone kantooruren,
en dat de quitantiën van storting vóór of
uiterlijk op den laatsten dier maand moeten
overgebragt zijn ter provinciale griffie in handen
van den commies D. Jeras, belast met de
comptabiliteit, die daarvoor het in art. 7 van
het plan bedoeld renversaal zal afgeven
5°. dat exemplaren van het plan der geldleeniug
van ƒ525.000.00 waarvan dit onderwerpe-
lijke deel maakt, kosteloos verkrijgbaar worden
gesteld bij genoemden ambtenaar op franco
aanvrage.
Dit besluit zal worden geplaatst in het Provin
ciaal blad van Zeeland; buitendien bij wijze van
openbare aankondiging in de Staats-, Middcl-
burgsche- Góessche- en Zierikzceschc couranten
alsmede in het Sluissche weekblad en in het alge
meen nieuws- en advertentieblad voor Zeeuw scli-
Vlaandercn.
Middelburg, den 4den April 1866.
De Gedeputeerde Staten voornoemd
R. W. VAN L IJ N DEN. Voorzlter.
S. VAN DER SWALME Griffier.
Op Maandag den 7den Mei 1866, des voormid
dags ten 9 ure zalonder nadere goedkeuring,
door den Commissaris des Konicgs in de provincie
Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door een dol
leden van de Gedeputeerde Stalen en in bijzijn
van den Hoofdingenieur van den Waterstaat in
het tide district, aan bet lokaal van bet Provin
ciaal Bestuur, te Middelburgworden aanbesteed
liet verbeteren en tot 1 Mei 1867 on
derhouden der gewone aarde-, kram-,
rijs- en steenglooijingwerken aan de
zeedijken der Calamiteuse polders van
Zeeland, en zulks in 30 perceelen
van aanbesteding.
Deze aanbestedingen zullen geschieden bij in
schrijving en opbod, voor ieder perceel afzon
derlijk.
Ilêt bestek ligt ter lezing aan het gebouw van
het Ministerie van Binnenlandsche Zaken, aan
dat van hel Provinciaal Bestuur van Zeeland, te
Middelburg, bij de Ontvangers-Griflier van al de
Calamiteuse poldersen is voorts op franco aan
vrage tegen betaling der kosten, te bekomen bij
den boekhandelaar M. Nijiioff Raamstraat N®.
49 te 's Gravenhage, eu door zijne tusscheukomst
in de voornaamste gemeenten des Rijks.
Zullende van den 9den tot den 4den dag vóór
de besteding, met uitzondering van den Zondag,
de noodige aanwijzing in loco worden gedaan
voorts zijn nadere inlichtingen te bekomen bij den
Hoofdingenieur van den Waterstaat G. Brcnixgs
te Middelburg voor de werken in het algemeen
alsmede bij de dienstdoende Ingenieurs te Goes,
te Zierikzee te Brcskens eu te Neuzenvoor
de werken tot elks arrondissement bchooreude.
35T.B De gegadigden worden verzocht, over
eenkomstig de voorwaardenvolledige biljetten
in te leveren aanduidende de namen en voor
namen (voluit), hot beroep en de woonplaatsen
van beu en van hunne borgen, hel nummer van
het perceel eu de som in cijfers en in schrijfletters.
Gedrukte billetten zijn te bekomen bij den
drukker van het Gewestelijk Bestuur U. F. ACER.
Reeds geruimen tijd geleden ontvingen
wij van eene welmeenende hand een stuk
over onze dusgenoemde vrije polders. De
geachte schrijver hesprak daarin een on
derwerp dat menigmaal onze aanlacht
trok en zeker voor Zeeuwsch-VInanderen
geheel uit polders bestaande, van het uiterste
gewicht is.
Onze geachte schrijver verkeerde echter
in eene groote, doch licht mogelijke dwaling
ten aanzien van dit belangrijk onderwerp,
wij willen zijne zienswijze mededeelen
omdat ons gebleken is, dat velen in den
lande die zienswijze deelen en er van
hooger hand" wel eens pogingen, 't zij
dadelijk't zij van ter zijdeaangewend
werden om in dozen tot algemeenheid te
komen getuige de bestaande en ontworpene
reglementen van administratie, de pogingen
tot het scheppen van waterschappen en
dergelijken. Wij zullen des schrijvers punten
hespreken en wij moetende waarheid
huldigende, die tegenspreken en vcroordeclen.
Men besprak dan het feit, dat Zceuivseh-
Ylaanderengeheel uit polders gevormd,
daaronder eene menigte tuide die als
zoovele kleine staten en graafschappen in
den staat, ja in de gemeente, eigen bestuur
ba lden Aan het hoofd van lederen polder
of watering staan een dijkgraaf, een of
meer gezworens en een ontvanger-griffier
of wel een polder wordt (bij de kleine is
dit het geval) bestuurd door een beheerder.
Dit geheele personeel vormt zoovele besturen,
ieder reken- en verantwoording-schuldig
aan de vergadering van stemhebbende in
gelanden envan wege hooger bestuur
nog geleid door een reglement van admi
nistratie dat ais 't ware de grondslag dier
polders is. Al deze besturen nu kosten
gelddijkgraven geworens ontvanger
griffiers beheerders en dijkwachters zijn
zoovele bezoldigde ambtenaren. Iedere
polder heft, als dijk- en watergeschot
zijne eigene grondbelasting, om deze trac-
tementen, het onderhoud van dijken, wegen
en waterleidingen, enz., te kunnen voldoen
Wanneer nu een aantal polderszoowel
vrije als Calamiteuse, of tot één waterschap,
oftotdehuishoudingder gemeente waartoe de
polder geheel of voorliet meerendeel behoort,
werden gebracht, dan zouden, in het eerste
gevalhet meerendeelin het tweede al
die posten en postjes moeten vervallen en
de tractementen uitgespaard worden.
Daarbij komtdat vereende krachten
beter werk leveren. Steenwegen en kanalen
zouden door de gemeenten zeiven in leven
kunnen worden geroepen suatiepenningen
kunnen worden afgeschaft en de grondeigena
ren zouden gelijkmatig belast kunnen worden.
Dus redeneerde men Wij vragen nu
op onze beurt Houdt die redencering
steek of streekOns antwoord is ont
kennend. Ten einde zich rekenschap to
kunnen gevenmoet men zich afvragen
wat zijn de polders? Hoe ontstonden zij?
En dan moeten we opklimmen tot de voor-
en middeneeuwen. Van den voortijd weten
wij weinig Friezen Batavieren Toxan-
driers en Marezaten zijn waarschijnlijk vóór
en tijdens de heerschappij der Borneinen
op hunne wijzevrij goede bedijkers ge
weest doch wij weten daaraan weinig
enkele grachten en dijken, hooge heerhanen
en houten wegen en bruggenwaarvan de
afbeeldingen op onze bekende tegels (haard
en wandleitjes) schijnen ontleend te zijn
zijn zoovele sporendie ons wijzen op
vrijwillige vereenigingen tot het gemecne
bestde vliedbergen zijn dit vooral en
wellicht het oudstde natuur nagebootst.
Eigenlijke bedijkingen vinden we eerst
onder de regeering der Hollandsche cn
Vlaanasche graven vermeld. Ondor de
laatsten leeft in aller herinnering Jan van
Namen met zijn Grave-Jansdijkdie van
de Noordzee tot bij Antwerpen strekte
en waartegen zijne waterlanden aanwiesen.
Zet hierbij in uwe gedachten 1285 en
gij aanschouwt in de landen of polders
benoorden Goensdike of Grave-JansdljlcMicft
werk van bijna zes eeuwen. .t'-iSf-