NIEUWS- El ADVERTENTIEBLAD VAI WESTELIJK ZEEUWSCH - VLAANDEREN.
N". 39. Zesde jaargang. Au JSüo.
Watverstaatde Gemeentewet
door zwagerschap in den
eersten en tweeden graad?
slöiiramD
Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs per drie Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels f 0,75; elke regel
maanden voor het voormalig ide district van Zeeland 1,15; Vi'mrl'lO* ^pnfamlipi* daarboven (M2>/2, behalve het zegel van ƒ0,35 voor iedere
voor de overige plaatsen des Rijksfranco per post f 1.3J 1 JUc,0 ucpciUlJcIplaatsing. Groole letters naar het getal gewone regels
Afzonderlijke Nummers ƒ0.10. die zij beslaan.
Ingezonden Stukken en Drieven de Redactie betredende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten
te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles francobehalve de bekende Correspondentiën.
Bovenstaande vraag willen wijzooveel
in ons vermogen isvoldoende trachten te
beantwoorden. Wij willen er echter nog
eenige uitbreiding aan geven, omdat in ons,
ten opzichte der taalofwil men der
spraakvormenzoo zeer miskend gewest
(waar het oude Dietscli", dank zij onze
eeuwenlange afzondering, lusschen Holland
en Zeeland ter eene en Braband en Vlaan
deren ter andere zijdenog het best be
waard is) een aantal verschillende opvattingen
heerschen die niet zelden onze ingezetenen
tot nadeel verstrekten maar hen soms zelfs
aan boeten en straffen blootsteldenzonder
dat zetengevolge van hunne spreekwijze
die verdiend hadden. Wij gelooven zelfs
dat in der lijd het over 't paard tillen'
en „door den modder sleuren (slepen)" tot
deze afdeeling behooren. De woorden en
spreekwijzen die wij bedoelen zijn bui
ten die waarnaar ons gevraagd werd de
volgende stiefvadermoederzoon en doch
ter halve broeder of zuster; schoon
vader moederzoon of dochter en
eindelijk natuurlijke kinderen.
Omtrent de bovenbedoelde zwagerschap
dan. De vrager had zeker het oog op
Art. 21 der GemeentewetBloedverwant
schap of zwagerschapin den eersten of
tweeden graadmag niet bestaan tusschen
den Burgemeester en de Leden van den
Baadnoch tusschen de Leden onderling.
Hierbij kunnen vergeleken worden de Arti
kelen 20 (lste alinea) der Provinciale Wet,
en 345, 348 tot en met 351 van het
Burgerlijk Wetboek.
Bloedverwantschap lste graad (vader en
zoon), en in den 2<icn graad (grootvader
en kleinzoon)opfaande en broeders
zijliniebehoeft geene nadere omschrijving.
Bij onsZeeuwsch Vlamingen bezigen wij
daarvoor het woord familiein dezen na-
familie familie voor huisgezin komt bij
oris niet voorhet huisgezin heet bij ons
het huishouden beterde huishouding.
Men ziet, deze opvattingen verschillen
nog al. Wanneer iemand onzer zegthet
huishouden van A. is dievcngoed", dan kan
de Nedcrlandsehe rechter hem daarvoor niet
straffen hij zou moeten zeggen de familie
van A. is „dievcngoed", en zon dan wegens
bcleediging kunnen vervolgd worden men
merke wel opdat het woord dievcngoed
(in Zeeuwsch Vlaanderen overbekend) gebe
zigd wordt voor diefachtig volk"voor
dieven"de Hollander zou denken aan
gestolen huisraad.
Mr. Boissevain teekent in zijne Gemeen
tewet (bi. 103 van den 2<hn druk) nog
aan Zwagerschap in den lslcn graad bestaat
alleen tusschen stiefvader en stiefzoon
schoonvader en schoonzoonin den 2deu
graad tusschen schoonbroeders (b. v.A.
gehuwd met de zuster van B.en dus niet:
A. en B.ieder met eene dochter van C.
gehuwd) en tusschen behuwd-grootvader
en behuwd-klcinzoon (A.zoon van B.een
vreemdegehuwd met de dochter van A.).
De verklaring tusschen stiefvader en slief
zoon verwondert onsvergeefs hebben wij
den stiefvader en stiefzoon (met liet oog op
het woord stief) in de Nederlandschc Wet
boeken gezocht. Tusschen stief en schoon
heerscht in Zeeuwsch Vlaanderen de schroo-
melijkste verwarringde meesten onzer
gebruiken liet door elkanderen toch is er
groot verschil in A.zoon van de moeder
C.die, als weduwe, huwt met B. wordt
de stiefzoon van li.D.huwende met de
dochter van B.wordt de schoonzoon van
B. Wij kunnen geene natuurlijke verwant
schap tusschen den stiefvader B. en den
sliefzoon A. vinden ze zijn elkander vreemd,
want het is louter toevaldat de weduwe
C. een zoon heeftdeze is geheel vreemd
van B.heeft niets met hem te maken
alleen tijdens zijne minderjarigheid zou B.
de medevoogd van A. kunnen zijn als de
man en bijstaander van diens moeder; doch
met de meerderjarigheid houden alle be
trekkingen tusschen A. en 11. op.
Er bestaat bloedverwantschap (geen zwa
gerschap) tusschen halve broeders (zonen
van ééne moeder en twee vaders of ééne
vader en twee moeders)dit is natuurlijk
een der oorzaken van hun bestaan hebben zij
gemeen; maar wat men nu iu Zeeuwsch Vlaan
deren almede halve broeders noemt, is verkeerd,
b. v. A. heeft uit vorig huwelijk een zoon, B.;
C. heeft uit vorig huwelijk een zoon D.
Stel t nu dat de man A. trouwt met de
vrouw C.dan worden B. en D. geen halve
broeders (het zijn zooals men hier terecht
zegtaan- of bijgebrachte kinderen) maar
stel nu verderdat de man A. en de vrouw
C. een derden zoon E. verwekken dan is
E. zoowel de halve broeder van B.als
van D.en hij mag met geen van heiden
in den Gemeenteraad zitting nemen.
Dezelfde verwarring heerscht omtrent
het begrip van zwagers of schoonbroeders.
In Zeeuwsch Vlaanderen zijn, evenals in
het overige NederlandA. en B.indien A.
is gehuwd met de zuster van B.schoonbroe
ders of zwagersde vrouw veroorzaakt deze
zwagerschapen met het ophouden der oor
zaak, de dood van de zuster van B.houdt dus
natuurlijk de zwagerschap op. De Zeeuwsch-
Vlaminggaat verder: A. en B. huwen ieder eene
dochter van C. en noemt nu ook dezen zwagers
of schoonbroeders en in dezen zeggen wij,
ondanks de Wet en hare uitleggers de
Zeeuwsch-Vlaming doet dit te recht. Of
welk verschil is er tusschen personen die
elkanders zuster huwen en hen die zusters
huwen, d. i.vrouwen, van welke de ééne
de zuster is van de andere? Zijn de fami
lie-betrekkingen en aangelegenheden niet
volkomen dezelfde De banden van achting
en genegenheid, van liefde niet eenerlei?
Wij kunnen niet inzien waarom onze wet
geving in dezen onderscheid maakt en
toch is hel zoo naar de wet zijn A.
getrouwd met B.en C.gehuwd met de
zuster van B.eikanderen ten eencnmale
vreemdzij zijn geene zwagers geene
familie zij hebben slechts ieder eene
dochter van zeker persoon gehuwden
deze persoonde vader dier dochters
oefent toch invloed uit op A., zoowel als
op li., doch A. en B. niet op elkander!
Wij herhalen hetdit verstaan wij niet
en daarom achten wij het goeddat in het
Begleinent van Beheer van een der Instel
lingen van Weldadigheid in dit Gewest de
bepaling is geschreven dat ook voor zwager
gerekend wordt hijdie met eene zuster
van den anderen echtgenoot gehuwd is
en hemop grond van dat huwelijk,
zitting met den ander ontzegd wordt.
Heerscht omtrent het overige ten onzent
verwarringhet zoogenaamd onecht of na
tuurlijk kind veroorzaakt er geene mindere
Dit is trouwens niet te verwonderen strikt
genomen mag het onecht kind niet bestaan,
het heeft geen oorzaak van bestaanhet
onderzoek naar het vaderschap is verboden,
het moederschap blijkt alleen feitelijken
de weigever moest dit feit aannemen
zooals hij het vondhet eenvoudig vast
stellen dulden en hoogst zelden er ge
wag van makeneen onecht kind heeft
vader, noch moeder noch bloedverwanten.
Geen wonderde vrouw of het meisje
mag geen onecht kind hebben om kind te
zijn moet men een vader hebben en dezen
mist het onecht of natuurlijk kind. Het
onecht kind kan huwen zonder toestemming
der ouders, want de Wet kent die niet,
het erft niet (dan in zeep. bijzondere geval
len). Maar hoe dunkt onshooren wij
iemand zeggen spreekt de Wet niet van
natuurlijke kinderen Ons antwoord is
Neen! De Wet spreekt alleen van er
kende natuurlijke kinderen; de moeder kan
het kind als het hare erkennen dit is eer.
hulpmiddel dat de Wet het ongelukkig
schepsel aan de hand heeft om eenige
rechten te kunnen verkrijgen ook de vader
kan met toestemming der moeder, erken
nen en beide ouders kunnen het kind er
kennen.
Onze lezers (en we schreven voor het
volk't zou aanmatigend zijn hier aan
rechtsgeleerden of deskundigen te willen
denken, ofschoon ook onderbeden, anders
in lret administrative niet geheel en al
onbekwaamten dezen begripsverwarring
heerscht)onze lezers zullen na het groote