Een enkel woord aan den Heer G. V. O. Algemeen Overzicht. ONDERRICHTINGEN VOOR DE LANDBOUWERS. Minister, en Z. Kxc., in het belang van den landbouwverzoekenom meer afdoende maatregelen ten opzichte van vreemd vee te nemenwij twijfelen geenszins of de Minister zal ook in dezen van Zijne bekende belangsteüing in het algemecne welzijn doen blijken, yin eindelijk rust op ieder land bouwer nog een bepaalde plichtdien namelijkom zoodra zich eenig verdacht verschijnsel op hunne stallenof in hunne weiden voordoet, daarvan onmiddellijk aan de Policie kennis te gevendeze verplich ting is scherp aangedrongen en sedert jaren bestaan legen het niet naleven derzelveslral be palingen. De artikelen van het nog bestaande Welhoek van Strafrecht, ten dezen toepas selijk luiden toch als volgt Art. 159. Ieder houder of oppasser (dus: herder, slachter, knecht, meid enz.) van dieren, of van melk- of slachtbeesten, die verdacht zijn (slechts verdacht!) van aangedaan te zijn van besmettelijke ziekte die niet dadelijk daarvan kennis zal gegeven hebben aan den Maire (Burgemeester) der Gemeente waar zij gevonden wordenen die zelfsvóór dat de Maire op die kennis geving geantwoord heeftdeze dieren of melk- of slachtbeesten niet opgesloten ge houden zal hebbenzal gestraft worden met eene gevangenis van zes dagen lot -twee maanden en eene geldboete van zestien tot twee honderd franken S tot f 100)." Men zal dus wèl doen, zoodra een paard, rundvarken hond of schaap dieren zegt de Wet) verdachte verschijnselen vertoont ,b. v.lusteloosheid slapeloosheid onrus tigheid gebrek aan eetlust, e. d. g.daar van den Burgemeester kennis te geven en het dier afzonderlijk op te sluiten dan is de Burgemeester in staat het dier te doen onderzoekenen de belanghebbende van alle verantwoordelijkheid in dezen ontheven. Art. 160. Desgelijks zullen gestraft worden met eene gevangenis van twee tot zes maanden en eene geldboete van iOO tot 300 franken, diegenen, die, in weerwil van het verbod der Kegeringhunne be smette dieren of beesten onder andere zullen hebben laten loopon. Art. 461. Ingeval uit dit laten loopen onder andere boesten eene besmetting onder ander vee ontstaan iszullen diegenendie het gebod der Begering overtreden zullen hebbengestraft worden met eene gevan genis van twee tot vijf jaren en eene geld boete van 400 tot 1000 frankenalles onverminderd de uitvoering der wetten en verordeningen betreffende de veeziekten en de oplegging der slraffendaarbij gesteld.' Wij zijn, vooral vijftig jaren na Waterloo, geene bewonderaars van het Códe l'énal en wenschten wel een Nederlandse!: Straf wetboek te zien in werking komen,; maar dergelijke bepalingen niet alleen daarin te zien opnemenja nog verscherpt zelfs door liet toevoegen van bepalingen ten opzichte van vreemdelingen die tijdelijk buiten het bereik van den Rechter vallen Wij gelooven met het schrijven dezer regelen een op ons rustenden plicht vervuld te hebben. Eene onder ons bekende spreek wijze zegt: üie het weet, moet het zeggen.' Zonder op dat moet te willen hechten, ge looven wc te mogen lezen üie het weet mag het zeggen." Wij hebben het geweten wij hebben het gezegdElk wachtc zich voor schade l iiadat ëns Hoofdartikel ter perse gezonden was, lazen wij het volgende in de Gazelle van Brugge, van 2 Seplember: „VERBOD VAN INVOER VAN VREEMD VEE. Do Komfcur van heden bevat een Koninklijk besluitt d. tl. 30 Augustus, waarbij, wegens de Veeziektedie niets anders is dan de besmettelijke Runderpest, die tegenwoordig in Engeland en Holland hecrscht, den in- en doorvoer van alio slag van Hoornvee, zoo le water als te lande, verboden is. De minister van binnenlandsche zaken heeft van zijnen kant een omzendbrief aan alle provinciale gouverneurs gezonden, waarbij maatregelen voorgeschreven wordendie moeten genomen worden daar, waar de ziekte in ons land zou ingedrongen, oi' door besmette beesten zou ingebracht zijn." (Zio Vlissingsch Weekblad van 2 September !N0. 130.) "at we gezegd hebben. Mijnheer! blijven wc zeggen zoolang wij niet van het onjuiste onzer beschouwing overtuigd wordenvooral wanneer iemand tegen ons de pen opvat ouder initialen die we maar al le wel kenuen Gij spreekt van logica wij wijzen op de logica der feiten en de daaraan ontleende bewijskracht Een feit is hetieder lezer kan cr zich met eigen oogen van overtuigen, dal door dezen Heer G. V. O.zegge G. V. Oonze woorden opziehtens Dr. Nuijens niet juist zijn overgebracht. Hij legt ons ten laste dat wij gezegd hebben dat dc Dr. be hoorde in de gevaugenis te worden geworpen om- dal hij het vrije woord heeft gevoerd; dat ont kennen wij én noemen het rondweg een pu blieke leugen? Een feit is het dat de lieer van O. onze eigene woorden op zijne wijze uilleglAls wij zeggen de lezer der geschiedenis oordeelc zelfdan zegt v. O.dat wil zeggen, naar verkiezing; ook dit is onwaar, een lezer mag geeno verkiezing hebben; hij moet vergelijken en dau zelfstandig (zelf standig hoor éordeolen. Een feit is lietdat onze betrekking tusschen Vorst en Volk niet zoo anders was in dc 16de eeuw daa tegenwoordigNederland is immer, de Franscho overheersching uitgezonderd, een consli- tulioneleSlaalgeweest: het verkrachten der Grond wet (Brabands blijde inkomst en andere privele- gicn) door don koninklijken moordenaar Philips jl, bracht Roomsch en on-Roomsch in verzet, iiiet in opstand. Al het overige gaan we met stilzwijgen voorbij. We gelooven dat ieder verstandig mensch den Katholieken onderwijzer met ons zal beklagen die 7 of 8 octavo- deelcn moet doorworstelen om zijne Vaderlandsche geschiedenis te kennen het ki. 8° boekdeeltje van den fleer Beeloo (een der Inspec- leuren), is bij de overige massa, van den Hoofdon derwijzer gevorderd vrijvoldoende. Dat het werk van Dr. Nuijens zijn nut kan hebbenbetwisten we volstrekt nietmaar voor deszeifs degelijkheid bewijst dc uitverkoop eener oplage volstrekt niets 'ook wij hebben het ons aangeschaft, omdat wo ons verplicht rekenden er konnis van te nemen wij onderzoeken alleswij erkennen geen index. Nog eens iedere poging van een Katholiek schrijver ook op zijn standpunt, om tot waarheid te komenverheugt ons wc wenschen sleods de personen, in het iicht van hunnen tijd Lo zien. Nau- Liiug Kopperszoon de ongelukkige Gorcumscho martelaren (ook wij zeggen martelaren) herden ken wij met ecu weemoedig gevoel evenzeer als wij sympathie gevoelen voor den martelaar Michael "Cop die vervolging cn Jijden verdroeg als eens de groote Apostel Pauius, liever dan den naam van constitutioneel priester le willen dra gen ouder de Franscho Republiek. Wij rekenen zulke mannen zelfs onder de geloofshelden, maar- Philips de IS de privelegiëu vertrappende ous zijnen geestverwant AIva zendende, ons van onzen Vorst door sluipmoord doendo berooven is en blijft in .ons oog een afschuwelijk monster terecht als zoodanig door dc geschiedenis gebrand merkt in Portugal is ccne Ministeriele Crisis ontslaan, doch niet van langen duur. Het afgetreden Kabinet deelde niet meer in het vertrouwen der vertegen woordiging; dit bleek ouder anderen uit de keuze van eeuen voorzitter. De Koning heeft het ontslag der Ministers aangenomen en den Hertog van Saidauha met de vorming van een nieuw ministerie belast. Lit de Zuid-Amcrikaansche Republieken ont vingen wij dezer dagen meer of min belangrijke lijdingen, eigenlijk uit de meeste Staten ten Zuiden der Vereenigde Staten. Vooreerst uit_ Mexico. De Keizer heelt lot dc oprichting eencr nieuwe kolonie besloten cn daartoe het verstandig besluit geno- mcu om het Anglo-Saxisch cn Gallo-Germaansch Element in zijn rijk Lo versterken de kolonie zou namelijk voor Europeanen bestemd zijn en wel Yoor vreemde soldatendie na het eindigen van hunnen diensttijd mochten verlangen in" Mexico te blijven, wien een ruim grondoordkrachtige berglucht enz., in het gebergte Yan Lougolica zou toebedeeld worden; deze maatregel is zeer ver standig boven alle rassen van meuschcn staat het Gaucasische ot Europeschc ea onder dit is het Anglo-Saxische, met het Germaanscfie, hel voor naamste cn eene kleine verzameling dezer Noor" (lelijke stamverwanten vol levenskracht cn geest is eêu beslissend overwicht legen de luie zedelooze bevolking van den iberischen stam, vermengd met dien der Roodhuiden en Negers. Burggraaf Sotomaj'or is door den Keizer als Porlugeesch gezant ontvangen en heeft den Keizer de drie militaire orden van Portugal overhandigd. de bescha ving is de troon van Maximilian wcnschelijk, doch wij vreezen of deszeifs grondslagen hecht genoeg gebouwd zijn daar ze toch immer op der' vreemden overmacht berusten en dan Maximili- aan is dien troon verschuldigd aan eene soort vair edelmoedigheid van Napoleon IfI! Tusschen Mexico1 ea de drie Columbische Republieken ligt zooge naamd Centraal America met de Wesl-lndischc eilanden ook hier heerscheu onrust en ver deeldheid Te Nicaruaga is de gezant van Gu- alimala in zijn eigen huis vermoord, zonder dat iemand de aanleidende oorzaak daarvan kenL iu Columbia zelve hecrschto nog al rust, doch dei stad Buonaventura is vol gewapenden, die aileen op versterking wachten en niets moer of min be— oogen dan het gouvernement van Panama, de eerst sedert weinige jaren nieuw opgerichte Staat der landengte en vroeger tot de eerste der Co lumbische Republieken (die van Venezuela) be- hoorendeomver te werpen. De blokkade van Sint Domingo is geschorst. De stad Cap Ilaïlicii weid gebombardeerd doch is niet veroverd. Gebrek aan geld en strijdkrachten, minialuurlegers met veel hoofd-officierenzijn de kankers dier gewes ten Peru, in aardrijkskundige orde op Columbia volgende, is nog ten prooi aan opstand het gou vernement van Pezet verliest vooral in Neder- Peru dagelijks grondde opstandeliugen waren reeds Le Hoachonabij de hoofdstad Limameester. De gezant der Peruviaansche Republiek bij die van Chili heeft partij voor den opstand gekozen en zich met de opstandelingen vereenigd door zijnen post le verlaten en zich op dezer vloot in te schepen. Chili zelf, de smalle kust-Rcpubliek, de beste van Zuid-Amerikaheeft haren welver- worveu roem van orde, vredelievendheid cn zucht tot vooruitgang niet verloochend maar streeft iu dit opzicht, Buenos-Airos, nu eens de voornaam ste der dan weder afgescheiden van de Vereenigde Stalen van den Rio de la Plata waar dig op zijde ja overtreft het in vele opzichten Aan de Chiliaansche Kamer van afgevaardigden waien eeuige wetsontwerpen van teederen aard, godsdienstige zakenonderworpen geworden en zijn met groole meerderheid van stemmen aan genomen. Het kan niet missen of deze wetten zullen weldadig inwerken op dc toekomst van dit landdal een aanzienlijk deel in het wereld verkeer bezithet is den niet Katholieken vergund vrijelijk liuone eeredienst in eigene ker ken uit le oefenen auders denkenden in der- zelvcr midden op le nemen en eigen scholen lo bezitten Men leest in den Eeloonaar vau 3 September: De gouverneur van Oost-Vlaandereu heeft deze weck eenen zendbrief gericht aan de gemeente besturen om ze le waarschuwen dat de besmet telijke veetyphus uit Engeland in Holland is overgebrachten om hunne hulp te doen verlee- nen aan do douaanheamblcn die hunne lusschen- komst zouden inroepenhetzij om den gezond heidsstaat van het vee dal over de Belgische grenzen komt vast te stellen hetzij om in 't belang der opeubaro gezoudheid alle andere maatregels le ncuien. Al dc dieren bij weike men de minsLe sporen van besmetting ontdekt of die verdacht worden met besmette beesten in aanraking le zijn geweestmogen niet over de grens komen'en de besmettealhier onwettelijk ingevoerd moeten iu afgezonderde stallen geplaatst cn wordt huune ziekte vastgesteldof afgemaakt of aan hunnen eigenaar lerruggegeven worden. Bij den zendbrief is gevoegd de volgende Beschrijving der Kenteekens van de Veeziekte. Zoohaast de ziekte zich openbaartweigert het dier alle voedsel cn in vele gevallen, zelts het water. Dc herkauwing is opgeschorten het beest houdt den kop gebogen en dc ooren omgeslagen. Indien hel gedwongen is zich le bewegen loont het eene groote verzwakking van krachten, en wankelt menigmaal alsof het op 't punt ware le vallen. De huid is warm op zekere plaatsen en voornamelijk, somtijds, tusschen dc lendenen do achterbecnderen in 't bijzonder. Eene zwelling openbaart zich, van den beginne af, iu deze iichaamsdeelcn waarop kloven en blaren volgen. De huid is vast, inzonderheid omtrent het opper deel van den hals de schouders» cn den rug. De uiteinden zijn kouddikwijls vaiRjict begin der ziekte af, en in een meer gevorderden graad volgt op dc aangroeiende warmte van dc opper vlakte des lijfs eene aanmerkelijke koudevoor namelijk op de geheele lengte Van den ruggraat. Tranen vloeien uil de oogen; deze zijn rood, en drukken het lijden uit; eene waterachtige slof vloeit uit de neusgaten van den aanvang af. Hoe meer de ziekte vooruitgaathoe groolcr de

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1865 | | pagina 2