iets ow de
mmmi polders,
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEUWSCH - VLAANDEREN.
N\ 31.
Zesde jaargang.
A0 1805.
SLtlSCBiWIffiBLAD
l)it Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs per drie Prijs der Advert'éntiën, van 1-5 regels 0,75; elke regel
maanden voor het voormalig ido distriet van Zeeland f 1,15; "Wnrlao* A AikviicIiic daarboven f 0,12y2, behalve het zegel van f 0,35 voor iedere
voor de overige plaatsen des Rijks franco per post f13) J n rl-ll^uolUa. plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels,
Afzonderlijke Nummers f 0.10. die zij beslaan.
Ingezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Advertentiën en gewone Berichten of Mededeelingen van Correspondenten
te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles francobehalve dc bekende Correspondeutiën.
naar aanleiding van de brochure
van den Heer H. G. HAMACHEE,
Lid der Staten.
Oostburg, A. J. BRONSWIJK, 1865.
ir.
Slot.
Hierop beloogt de Heer H.dat vooreerst
de besturen der Calamiteuse 1'oWers niet
bij machte zijn, om:
a. voor hunne rekening bekwame deskun
digen te benoemen
b. door die deskundigen de noodige wer
ken zelfstandig te doen ontwerpen;
c. te streven naar een zuinig beheer
en ten anderedat, zoolang het bestuur en
beheer der Calamiteuse Polders en van hunne
geldmiddelen berust bij den Waterstaat
eene afdeeling van het Departement van
Binnenlandsche Zakenen zoolang die Wa
terstaat naar welgevallen werken beveelt
ontwerpt en doet ten uitvoer brengen,
zonder dat de eigenlijke Polderbesturen
daarop eenigcn den minsten invloed kunnen
uitoefenen, de Staten van Zeeland niet kunnen
uitoefenen het toezicht, bij de Grondwet
en de Provinciale Wet gewild en waarop
men zich beroept in het bovenaangehaald
Koninklijk besluit van 24 September 1S04
No. 64, alsmede dat, zoolang zoodanige
staat van zaken blijft voortduren ofschoon
erkennendedat een Provinciaal Reglement
niets kan bepalen omtrent de Rijksbijdragen,
van de Staten van Zeeland niet is te vergen
dat zij in een Provinciaal Reglement bepa
lingen zullen opnemenkrachtens welke
eenige autoriteit, welke ook de bevoegdheid
erlangt om de dijkgeschoten of eigene bij
dragen der Calamiteuse Polders in de kosten
van hun onderhoud noch ook de Subsidiën
der achterliggende Polders en de opcenten
op de directe belastingen onbepaald op te
voeren.
Wij behoeven wel niet andermaal lo
verzekeren, hoe wij met al het door den
Heer H. aangevoerde instemmen; wij gaan
dus over tot de mededeeling van een ander
feitde schrijver staaft namelijk in bijzon
derheden dat voor oeververdediging en
rivierverbetering overal eldersbehalve in
Zeeland f 1,060,983-,, is uitgetrokken
ruim V/s millioenwaarin ook wij Zeeuwen
dragenwaartoe ook de sommen onzer
schorren bijdragen zijnen waarvan de
vruchten voor ons uiterst gering zijn.
Voor dergelijke werkenvervolgt de schrij
ver, in de provincie Zeeland, vindt men echter
op'de bedoelde begrooting volstrekt, uiets
uitgetrokken alle werken van dien aard
deze provincie betreffende zijn begrepen
onder den post voor te-kort op de gewone
werken der Calamiteuse Polders mitsgaders
huilengewone voorzieningen, waarvoor slechts
is uitgetrokken drie honderd vijftig duizend
Gulden; dus 330,000-,,, en nogtans is
deze post door velen beslredcn en de Mi
nister schijnt de verplichting van den Staat,
om deze uitgave te dragen, uit hel oogpunt
ran het recht te ontkennen.
Wij vragen is dit consequent
Kr is echter meer
De Slaat eigent zich toeniet alleen de
eilanden en platenwelke opkomen in de
wateren aangeduid in artikel 577 van het
Burgerlijk Wetboek maar ook alle aan
wassen aan de oevers der zee en der stroo-
men en trekt daarvan zeer aanzienlijke
voordeden tot staving daarvan hebben wij
slechts te wijzen op de polders en schorren
in liet Zwin en die in den Braakman en het
Hellegat: door de indijking dier eilan
den platen en aanwassen onlstaat gewoon
lijk eene verandering van stroom en vaak
gebeurt het dat daardoor de oevers der
aangrenzende polders schade lijden. Zoude
het nu niet rechtvaardig althans billijk
zijn dat hij die door zijne indijking
zooveel voordeel trekt en daartegen aan
een ander schade veroorzaaktdie schade
vergoedt al is zij ook niet liet gevolg van
eene onrechtmatige daad
Maar ook de gevaarvolle toestand van vele
polders is een gevolg van de mindere doel
matigheid van sommige werkendoor den
Waterstaat bevolen en daargesteld.
Ofschoon hulde doende aan de weten
schappelijke kennis van de ambtenaren bij
den Waterstaatvermeen ik toch beschei
den en veien met mijdat het niet vol
doende is wetenschappelijk gevormd te zijn,
om te kunnen bepalen welke werken op
een bepaald punt liet meest doelmatig zijn
maar dat daartoe ook behoort eene praktische
kennis van de werking van wind golfslag
en stroom op zoodanig punten datom
deze laatste kennis te verkrijgen men ge
durende eene reeks van jaren ter plaatse
of in de nabijheid behoort te wonen. Nu
is het bekend, dat de Heeren ambtenaren
van den Waterstaat, althans in deze pro
vincie, zich veelvuldig afwisselen en het
gevolg daarvan isdat zijgecne lokale
kennis hebbendevaak alleen de theorie
raadplegen en daarnaar te werk gaan en
dientengevolge werken bevelen en doen
uitvoeren die elders misschien goed zouden
zijn, maar hier eene verkeerde werking
doen. En dat dit oordeel niet geheel
onjuist is, geloof ik, op groud van onder
vinding te mogen beweren. Althans door
het verlagenjazelfs geheel wegnemen
van paalhoofden en andere vooruitstekende
werken waardoor de stroom uit het land
werd geleidhet maken van inlagen en
het verlaten van bedreigde puntenzooals
in 1826 van het westelijk deel van den
polder Jong Breskenshet in latere jaren
wegruimen van den Nol van den Adornis-
polder, als auderzins alles in liet voormalige
4de districtis voornamelijk de stroom
gelokt onder den wal van den Baanstpolder,
de eigenlijk gezegde Watering Groede
en vooral van de Calamiteuse Breskens-
polderswaardoor dicht aan den wal diep
ten zijn ontstaan, welke reeds sedert vele
jaren kostbare zinkwerkeo hebben vcreischt
en grootendeels oorzaak zijn van de aan
zienlijke schadedoor de stormen van
December 1862 en Januarij 1863 toege
bracht en ik onderwerp alsnu met
gerustheid aan het oordeel van iederen
onpartijdige de vraag Of ook nietdeze
feiten in aanmerking genomen de billijkheid
vordertdat de Staat de schadelijke gevolgen
helpc dragen door de daden zijner ambte
naren veroorzaakt?
Een glimlach speelde om onze lippen bij
het lezen dier laatste zinsneden. Het zij
komen eens even kijken", ontsnapte sar
castisch onzen mond. Wij en de Heer
Hammacher behooren tot de liberalen maar
zou de geest der eeuw ons niet bang maken
voor het liberalisme? En werkt de, naar
den geest der eeuw zoo vaak maar al te
eenzijdig of oppervlakkig gevormde liberaal
met en benevens het zich-zelven overtreffend
(meer dan ultra) liberalismeschreven we
haast, niet liet conservatieve stelsel der
behoudsmannen ja, des achteruitgangs, in
de hand Wij steunen een liberaal Minis
terie worden wij op onze beurt liberaal
behandeld
Volgen wij nog even den Schrijver
Mag het er dus voor worden gehouden,
althans dit is mijne innige overtuiging, dat,
ook van eene praktische zijde beschouwd
de Staat verplicht is te helpen voorzien in
het onderhoud der Calamiteuse Polders, dan
ontstaat de vraag hoe nu in dezen stand
der zaakpartijen te vereenigen dat is
door welk middel te komen
a. tot hetgene de Minister wenscht
namelijk Polderbesturendie zelfstandig
kunnen ontwerpen en beheerenonder
toezicht van het Gewestelijk Bestuur
en liet oppertoezicht des Konings,
naar de beginselen van de Grondwet
en de Provinciale Wet
l. en tevens tot datgenewat de Pro
vinciale Staten achten recht en billijk
te zijn namelijkte bepalen het deel
dat zal gedragen worden in de kosten
vereischt voor liet onderhoud -éer.:-
Calamileuse Polders, niet allee'n dóór
die Polders zelvede aangrenzende
Polders, zoo daartoe termeh 'zijnin