ONZE BEGINSELEN EN ONS DOEL. N". 5. Zesde jaargang. A iöoo. NIEUWS- El ADVEBTEITIEBLAO VAI WESTELIJK ZEEÜiSCH - VLAANDEREN. Vrijdag 3 Februarij. t a fl fs SHISÏI Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag. Prijs per diiie maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland f 1,15; voor de overige plaatsen des Rijksfranco per post 1.30 Afzonderlijke Nummers ƒ0.10. Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels 0,75; elke régel daarboven 0,12V2, behalve hot zegel van 0,35 voor iedero plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels, die zij beslaan. Iuffezonden Stukken en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Adycrtentiën en gewone Berichten of Mededeelingcn van Correspondenten te bezorgen bij den Uitgever dezes, alles franco, behalve de bekende Correspondcnliën. Dc Redactie heeft met zekere voorliefde dit stuk opgenomen: het zal haar aanleiding «even om weidra openbaar getuigenis van hare gevoelensvan haar geloof af te leggen." Sluisch WeekbladVrijdag* December 186-4, N°. 50. m. Laat ons na deze beschouwingen ons gevoelen zamentrekkenten einde onze cischen des tijds te formuleren De menschlieid is niet zedelijk goedhet hatende en malkander hatende blijft nog waarheidhet zoeken van vele vonden is nog steeds een feitbeschouw dc mensch lieid de kanihanl van Viti-Levou vreet u opde kanihanl van Rusland schiet u dood de kanibaal van Frankrijk verwoest lichaam en ziel heide. De wijsgeer van Frankrijk en Duitschland leert u: dc zonde, het kwaad bestaat niet, liet is slechts een streven van den mei- schelijken geest naar volmaking. De Engelsclunan en de Amerikaan verkoopt u voor geldwant geld is alles. In Pruisen houdt men uwen geest ge vangen onder de gcestdoodende letter der wet. In dan genoegvan het Palais-Royal tot den offersteen der Fidsji-Eilanden grimt u de zonde in al hare naaktheidin al hare afschuwelijke vormen aan. En we spraken nog hoofdzakelijk van beschaafde volken met hunne prostitutiehunne echt breuk hunne wetten op de bankbreuk hunne loterijen hunne onzedelijke belasting stelsels en zooveel meer. De menschheid drijft daarhenen op de levenszee. Wie zal de reddende hand uit strekken om 't gedane ongedaan te maken, het booze te vernietigenhet geheel te veredelen? Wat, dan het Christendom? Wie anders dusdan deszelfs Stichter Kan menschelijke macht dat wonder verrichten Konden de mannen der ge schiedenis Mozes (om van geen oudere volksmannen te gewagen Salomo, Plato, Socrates Mahomet doenwat Christus deed Een veelgodendom spoorloos uit de gewesten der beschaving wegvagende godsdienst des harten tot volksgodsdienst verheffen en veredeleneene geheele men- schenmaatschappij onveranderlijk inrichten zoo als achttien eeuwen bewezen en voor millioencn aan millioenen eeuwen nog de kiemen leggen konden dat de menschcn Tochdat deed éénéén Zoon des Menschenmaar die van eene andere af komst van eenen anderen rang wasdan dc edelste zoon van ons geslacht zich kan beroemen te zijn. Het feit is beschreven I De mcnsch Christus heeft als Christus bestaan de zwervende Jooddie de aarde van Noord tot Zuidvan Oost tot West doortrekt levert er het bewijs vooris de nog levende getuige, afgezonderd en kennelijk, oorspróty kelijk zoo als hij daar staatte midden eener zich vermengende massa van millioenen. Gij herkent hemwaar de koude des pools zijn gelaat geel verwtof de gema tigde luchtstreek hem de frissche gelaats kleur der Europcërs schenktof de zon van Indië hem zwart brandt. Gij herkent den oudsten edelman der aarde alom, waar gij het waagt door tc dringenop zich zeiven staande onverbasterd onvermengd den grondvorm de type van zijn geslacht bewaard hebbendeen u op eene geschie denis wijzendezoo oud als die van ons geslacht I Opmerkelijk verschijnselWaarlijk ons geloof is geen koud simpel gezagsgeloof. Wij kunnen het met onze rede die wij hare hooge reeliten gevenvereenige» het schroomt geen vrij onderzoekmaar lokt het uit en spoort er toe aanzijn woord is als tot verstandigen spreek ik oordeel zelve I" en van Egyptes hieroglyphen en de spijker- en pijlpunt-schriften uit Azië's woestijnen brengt het zijne getuigen aan voor de waarheid der feiten waarop het rust, en de frescos, uit het woestijnzand gedolvenverhelderen de oude schriften van zijn verleden I Daarom is het sterk. Waar zijn Oostersche taal spreekt, verwerpt het natuurlijk de zwakke overzetting van den Westerlingen juist deze Oostersche taal is weder een bewijs voor zijne waarheid I Achdat vroegere geslachten het konden vergeten! Ach, dat onze welmeenende vaderen het meenden te moeten boeijen en ketenen aan keikleer en papieren dwang buis Achdat er nog in onzen tijd ge vonden wordendie die tijden terug wenschenen die sombere opvatting aan nemen 't Is uit een zielkundig oogpunt beschouwd geen vreemd verschijnseldie eenzijdige opvatting onzer dagen vroeger duisternis thans vuur I 't Zou licht moeten zijn geen zielverdoovend donker geen verterend vuurl 't Christendom, zoo als het in zijne eigen aardige openbaring vervat is't Christendom is geen slavenjuk onderzoek zelfs de diep ten Gods, predik het. 't Christendom is geene duisternis 't is lichtbron van leven 't is gegrond in onsterfelijkheid I 't Christendom is geene kerkleer't is de uiting van den reinsten geest, die immer de menschheid bezielen kon daar sluimerde eene vonk in die menschheid ter verslik king gedoemd door het rijk der duisternis (dat groote rijk soms zoo persoonlijk als tegenstander tegenstrever euvel voorge steld!). Daar verscheen do Christus: met Zijnen almachtiger! adem Zijnen geest blies Hij dc stikkende vonk aan en het licht scheen in de duisternis en vlamt met iedere eeuw heller opl Ziedaar onze gevoelens opengelegdvrij en onverholen en zoo als we wcnschten dat meer geleerden, meer wetenschappelijk gevormden dan wijdie voor het volk ontvouwden, maar in volkstaal, verstaanbaar voor het oor der menigte. Wij hebben het gewaagd met onze krachten, de vrucht van geheel eigen, vrij onderzoekdit gebied te betredenomdat wij meenden de ons toevertrouwde talenten op woeker te moeten stellen Die talenten zijn weinige. Wij hebben in onze jeugd de voorportalen der geleerd- hei I niet mogen betreden in onze jonge lingsjaren zetleden we onzen voet niet in de gehoorzalen der geleerdheidin onze eerste jeugd stonden we alleen slechts op den dorpel der kennis! De Christus, met Zijne geschiedenis Zijne leer Zijn voor beeld Zijn geest was onze ecnige en voor onze bestemming gclooven wij voldoende leermeestereen heelal zonder God zou ons niets zijn; eene geschiedenis zonder Christus-Gods it ons nietsVan deze ver klaring gaan onze beginselen uit. Zal het noodig zijn, u, Lezers, wier liefderijko bescheidenheid wij dubbel behoevennu nog van onze richting, die uit zulke begin selen volgen moette spreken Wij ge- loovenen wij mogen ons in dezen veilig op uw gezond verstand beroepen neen Onze richting zal steeds overeenkomstig onze beginselen zijntijden en gebeurte nissen zullen ze wijzigen vernietigen nooit Thans rest ons nog ecnig antwoord aan hem, die ons aanleiding gaf om dit opstel te schrijvenvoor zoover dat na al het voor opgezette nog noodig is I Wij hebben echter nog een verzoek aan eenigen onzer LezersVelen hunner zullen de hand herkennendie deze regelen schreef hoe dan ookzij is in Zeeuwsch Vlaanderen bekend geworden. Velen hunner zijn de. moderne richting toegedaanlouter (wij zeggen 't onverholen omdateven als zij weten wie dit schrijft, eveneens wij weten wie dat zijn) louter omdat ecnige mannen van goeden naam in de wetenschap hen voorgingen en zij zonder eenigof zeer weinig onderzoek hen volgden. De „Gids', de „Tijdspiegel", do hoofdartikelen van den iSederlandschen Spectator" worden door hen reeds ter zijde gelegd wat zouden ze dan de vier 8°'s van de Greuve de buide 8"'s van tf.r Haar en Goudi Quint ter hand nemen! Zonder eenig of zeer weinig eigen onderzoek duszeggen we dus op gezag van derden volgen zij anderen na en wel louter, omdat ze meenen dat de moderne weienschap met hunne zucht naar .rust, met hunne levensbeschouwing, met hunne levensgcnicting overeenkomtook

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1865 | | pagina 1