NIEUWS - EN ADVERTENTIEBLAD VAN WESTELIJK ZEEÜWSCH - VLAANDEREN. .V. 51. Vijfde jaargang. A" I sta. Vrijdag 16 December. ARMENZORG. Dit Weekblad verschijnt iederen Vrijdag.Prijs per drie maanden voor het voormalig 4de district van Zeeland 1715t; voor de overige plaatsen des Rijksfrarièp per post li3j) Afzonderlijke Nummers ƒ0.10. Prijs der Advertentiën, van 1-5 regels 0,75; elke reufl daarboven 0,12behalve het zegel van f 0,55 voor iedera plaatsing. Groote letters naar het getal gewone regels die zij beslaan. Ingezonden Stukken, en Brieven, de Redactie betreffende, benevens Advertentiën en gewone Rerichleu of Mededeelingen van Correspondenten tc bezorgen bij den Uitgever dezes, alles franco, behalve de bekende Correspondentiën. ArmenzorgGeen wonderdat wc in de maand December dit gewichtig onder werp zoovele kolommen in de Burgemees- terlijke en Gemeentobestiiurs-Repertoria vul lende bespreken! December met zijne inschrijvingslijsten buitengewone bedeelin gen soepcommissie» en spijskaartendie hun burgerrecht onder ons naast het St. Nicolaasfeest en den verhuistijd in Mei of Novemberschijnen verkregen te hebben December en Armenzorg vullen geen min der volle bladzijden in het memorieboekje van den philantroop der 19''« eeuw. Geen wonderIs er een onderwerp in onze nieuwere wetgeving dat veel besproken wordt, dan is het Armwezen en Armen zorg door de ijzeren noodzakelijkheid tot een onderwerp van staathuishoudkunde en staatszorg verheven en weldrazoo liet dit niet reeds deedtot wetenschap opge klommen. SVij behooren niet tot de tegenstanders onzer Armenwet. Hebben wij vooralsnog minder vrede met het bepalen van het on derstands-domicilie wenschten wijdoor middel ook der Vreemdelingenwet, meer dere waarborgenvooral met het oog op den geïsoleerden loestand van Zeeuwsch Vlaanderenvoor de voorkoming van ar moede en het weren der afschuwelijke mcnschenverlagende bedelarij, 7.00 openbare, als maar al te vaak vermomde en gedekte; wij hul igenvoor verreweg het grootste deel, de heilzame bepalingen onzer Wet, diewordt ze nog niet algemeen gekend en gewaardeerd nageleefd en uitgevoerd toch echter reeds blijken heeft gegeven van in menig opzicht zeer doeltreffend te zijn. Boven al de bepalingen der Wet staat hij ons hoog dat beginsel in haar opgenomen, dat de liefdadigheid in den regel overlaat aan de kerkgenootschappenen in dezen alzoo het ceriige ware beginsel huldigt waarvan zij moet uitgaannamelijkhet algemeen Christelijke. Vandaar hare waarachtige bepalingnie mand heeft recht (dat isburgerlijk recht) op onderstand. Geen wonder De toestand onzer hedendaagsche maatschappij is zoo danig en gaat op zoodanigen weg met reuzenschreden voortdat zij voortaan slechts uit twee klassen zal bestaan armen en rijken 1 Is deze toestand, daar, waar die het gevolg is van eenen bijzunderen volkstoestandreeds op zich zeiven onge lukkig, allerellendigst is hij, wanneer hij het gevolg is eener kunstmatige schepping, 't zij door eene regering, 't zij door eene bevolking Dat ook ten onzent veel gedaan wordt om dien ongelukkigen toestand te bevor iereuis vooral in grooto steden en len platten lande in 't oog vallend. Onze bevolking t is onregelmatig over ons land verdeeld. Overbevolkingwij durven haar bestaan ten onzent volkomen tegenspreken. Het groote gebreken hier bepalen we ons bij voorkeur weder tot ons eigen ge west het groote gebrek zit in de slechte verdeeling van eigendom en bezitting. Be wijzen I Welnu beschouw dan onze plat telandsbevolking in den winter. Treedt ge des Zondags eene kerk binnen onverschil lig welke: de bedienaar der gods .ienst recommandeertzoo als men 't noemt „dringend den nood der armen". Naast do kerkelijke instellingen van weldadigheid zoo oud als de gemeentenen die vóór vijftig jaren hunne bedeelingslijsten getui gen hetovervoldoende waren verrijzen instellingen, die zeggen hulpinstellingen te zijn, om in buitengewone gevallen op te treden maar die we intusschen eiken winter op nieuw zien^fin 't leven roepenen die eigenlijk niets anders zijn dan hulpmiddelen tegen ecnen bestaanden kanker in de maat schappijom zijnen voortgangzooveel mo gelijk, tegen te honden, tc vertragen, te doen stilstaan radicale geneesmiddelen zijn het nietGa ze na die breede lijsten die afkoopcontracten der particuliere wel dadigheid en bedelarijdie machines die eenige goedwillige commissarissen werk verschaffenze doende optreden tusschen den meer gegoeden gever en den armen ontvanger. Ga ze na maar vraag ze elk jaar, bij het doen hunner rekening: ls uw doel bereikt Is de bedelarij geweerd Geminderd misschien'? Er zijn er, die op de beide laatste vragen in gemoede ja zullen kunnen antwoorden en ter goeder trouw meenendat het doel werkelijk be reikt isdoch in den volgenden winter keeren de bonte kraaijen en met hen de soep-geld- en spijseommissien w eder Het doel is dus niet bereiktKan het bereikt worden Is er niet ergens gezegd dat er altoos armen zullen zijn Op beide vragen antwoorden wijjamaar op do tweede met dit voorbehouddat we er een maur bijvoegen en zeggen tusschen armen en armen bestaat een groot verschil. Vóór vijftig jaren waren er ook armen maar niet zooveel en niet van zulke soort als lieden ten dage. Toen waren arm de oude weduwe, de gebrekkige grijsaard, de verlaten weezen. Thans bezitten we die nogdoch vermeerderd met eene extra uitgaaf voor arme huisgezinnen in Mei getrouwd, in December op den armen". Men wane nietdat wij dit volksgezegde aanhalen om de huwelijken der armen tc veroordeelen zooals door zoo vele philan- tropen onzer dagen wordt gedaanverre van daarde meeste huwelijken onzer ar men rusten op betere gronden dan de on gehuwde staat onzer fashionable celibatairs der groote steden. Onze armende bloote inspraak der natuur volgende, gelijk onze straks genoemde stedelingen en daarin bewijzendedat ze van hetzelfde allooi zijn bezitten nog een fijn zedelijk gevoelen het arme meisje dat op het punt staat ontijdig moeder te wordenvindt van de tien malen negen malen den mandie gereed staat hare schande te bedekken omdat ook bij hem (wij zwijgen ditmaal van beider godsdienstig leven) de natuurlijke schaamte nog niet gansch is uitgestorven Nu deze huis vaders en huismoeders schootkinderen en schoolkinderen leveren het grootemeest gewone winter contingent voor de vertering der f 300 a f 400 waarmede wij het open baar schandaal der bedelarij afkoopen zoo als onze vaderen vóór honderd jaren de zeeroorerij der barbaarsche staten deden in plaats van ze eenige gewapende schepen en flinke krijgers toe te zenden En daar zijn we er! En daar zijn we er: niet om- koopen dien drieste» vijand: pauperisme; geene tienden opbrengen aan dien dwinge land geene concession aan dien roofstaat Maar hem den oorlog verklaard hem bestreden met het eenige doelmatige wapen in dien strijd loon voor werk Maar - dan ook in onze vaandels geschreven en als hoofdbepaiing onzer instellingen streng gehandhaafd die niet werktzal niet eten!" Dat is plat; dat is gemeenzaam; dat zondigt tegen stijldat neèrscli rijven dier gemeenplaatsen niet waar Maar cilievc zeg orisis het soms waarheid het zal niet duren? O, we zijn geen pro feten maar 1865 en 1866 liggen niet zoo ver van elkairof we durven 11 gerust toeroepen „Wacht even In I860 koopt ge de bedelarij af; in 1866 zult ge 't op nieuw doentenzij dan dot ge krachtige doortastendehet kwaad in het hart aan grijpende maatregelen daartegen neemt En nu nog eens op het oude aambeeld geslagen nog eens het middelhet wapen om den onsterfelijken vijand Ie vernielen aangegeven aangegeven tot vervelens tot vermoeijens toe: Verschaf den arme arbeid! Welken Zoodanigen arbeid als met zijne omstandigheden en vermogens best over eenkomten waarbij gij geen ander ver lies dan een weinig opoffering van tijd en gemakkelijke rust lijdt. Het brood ligt 111 onze grensdistricten op straten en velden. Het verdorrend blad de moerassige derrie poelbet kostbare vlas, het zandziedaar, met den afval van hout en beenderenen zoovele schijnbaar nietige voorwerpen meer, de middelen en wapenen om den vijand te bestrijden en te overwinnen. Gij bezit het kapitaal en de arme hoofd en handen. Voldoe beideneem gij eenige u toeko mende billijke of geringere winst, go zult ondervinden spreekt ge 't soms ook lachend tegendat ze zoeter smaaktomdat ze

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1864 | | pagina 1