Te legr aphen binnenland van pallas en pistool voorziender Bul gen aftocht liaddc nog ander schouwspel op geleverd dan locnZeg niet'l is nu goed, dat zulks toen niot was! Van ach teren redeneren is onlogisch. En dut het toen goed zou gewerkt hebben dat is bewezen door het corps der vrijwillige jagers, onder Mr. Rissbel'W dat, heeft liet al geene heldenfeiten crrichttoch Neél land's hier geplaatste legerafdeeling goede diensten bewees en ons nog in lieve herinnering is, als een bewijs, wat eene natie, die zcdciijken moed bezit, vermag als 't er op aan komt Maar dan in 18G3 geene (laauwe adres sen die de koopmansschriellieid van half -de 18de eeuw ademen. (Ingezonden). Ais een bewijs, boe noodig in onzen tijd een Telegraafkantoor, corresponderende met Vlissingen, dus over Nedcrlundseh grond gebied isdeelt men ons mededat Maandag morgen te Aurdcnburg een Tele gram uit Hoorn over Neuzen aankwam welks bericht den ontvangerware dat bericht per brief gezondenlangs den ge wonen postweg, minstens 12 uren eer zou bereikt hebben. Men offerde dus in dezen zijn geld op, om tijdverlies te winnen. Blijkbaar heeft men naar het naaste tele grafisch kantoor voor Aardenburg gezocht en vond dat in Nederland, den vasten wal willende houdenin Neuzendus het be richt moest naar Bredavan daar op Gcnd (in België) en zoo wcêr rugwaarts naar Neuzen. Deze loop nu is niets, doch men kan moeijciijk een ongeschikter punt aan wijzen dan Neuzen is, voor de inwendige correspondentie met geheel -Zeeuwsch- Vlaan deren Vlissingen aan gene zijde der Schelde is nog ongeschikter. Dat men te Hoorn niet aan. Maldeghem d iclitis niet te verwonderen wie tocli zou verwachten op een klein spoorweg- slation een telegraphcn-bureau aan te tref fen En echter is dit zoo. Ieder stations- dief is daar (in Belgie) in korten tijd in een telegrafist herschapen. Zou Nederland nu geene lijn Vlissingen- Aardenburg kunnen daarstellon en zouden de Brievengaarders van SchoondijkcOost- burg en Aardenburg niet tot telegrafisten kunnen gevormd worden? Men zou hunne bezoldiging dermate kunnen verhoogendat ze zich .geheel aan hun ambt konden wij den en de telegrafische lijn lot iValdcgem kunnen voortzetten dan waren de geïso leerde landstreken beoosten 011 bewesten den Braakman met liet overige vaderland verbonden. (Ingezonden). SLUI8, 22 December. lieden werd door het Kantongerecht alhier uitspraak gedaan in do zaak van het O. AI. tegen Johannes Alaas, metselaar hier ter stede, van welke zaak in ons vorig nom- iner melding werd gemaakt. [tij hot vonnis werd aangenomen dat do beklaagde zich wel niet had schuldig gemaakt aan het uit oefenen der jacht op een stuk weiland, hetwelk aan den heer J. llebhclyuck Henncfreund was verpacht, hetwelk de gedaagde moest overgaan om op de begraafplaatsen te komen maar toch als schuldig aangemerkt aan het zich toeëigenen van een haas op dc begraafplaatsen, toebéhooremlo aan de gemeente Slus, welke den beklaagde goeu verlof had gegeven lot liet bejagen dier gemeen tegronden. De beklaagde werd dien ten gevolge veroordeeld tot eene boete van tien gulden en in do Kosten van hot geding met bepaling dat indien de ver oordeelde. na daartoe te zijn aangemaand, in ge- In eke blijft de boete of gerechtskosten te voldoen, de opgelegde boete zal worden vervangen door eene gevangenisstraf van drie dagen. Vervolgens werd behandeld de zaak van het O. Al. legen dcnzelfdcn Johannes Maas hierboven \ermokl, beklaagd van op den 19 November 1863, des namiddags omstreeks half een urein den Isabella-polder, gelegen onder de gemeente Aar- denburg op een stuk bouwland, toebehoorende aan den heer Charles Beekman, grondeigenaar wonende le Brugge, do jagt te hebben uitgeoe fend, zonder voorzien te'zijn van eou schriftelijk bewijs van den eigenaar of rechthebbende van dien grond om denzelvcn te kunnen bejagen. Als getuigen waren door het O. AL in deze zaak gedagvaard: Jacobus ïlebbelynck Henne- freund Johannes Franciscus Heylom FrancDcus Houben en Pietcr de le Lijsbrigadier komman- dant der brigade marechaussee te Sluis. Nadat de lijst van getuigen was voorgelezen verzocht de verdediger des beklaagden mr. W. A. van Hoek Advocaat te Middelburg, dat als getuigen a décharge zouden worden gehoordPetrus Barnardus Verstri-nge, arbeider te Aardenburg, Jakob Beun polderbaas to Aardenburg en Cor- dolis de Pro* polderwerker le Aardeuburg allen op de leregtzilting tegenwoordig. Aan dit ver zoek werd voldaan. liet daarop gevolgd getuigenverhoor leverde de zonderlingste tegenstrijdigheden opterwijl vooral de verklaringen der getuigen Johannes Franciscus Heylom en Franciscus Houben omtrent sommige belangrijke punten ten eeneumale in strijd waren met de verklaringen van de overige getuigen. Naauwelijks was ook het getuigenverhoor af- geloopen, of de heer mr. W. A. van Hoek ver klaarde in het hoog belang van den beklaagde en met het oog op de artikelen 195, 227 eu 253 van het wetboek van strafvordering te concluderen dat dewijl de verklaringen der getuigen Heilom en Houben met den mees ten grónd konden ge houden worden van valsoh le zijn, als geheel in strijd met de verklaringen der overige getuigen, de getuigen Johannes Franciscus Heijlom en Fran ciscus Houben voorloopig iu hechtenis mochten worden gesteld en voorts de verdere behandeling dezer zaak mocht worden uitgesteld tot na den afloop van het onderzoek nopens deze getuigen. Bij gemotiveerd vonnis gaf daarop de heer Kantonrechter bevel tot onmiddellijke inhechtenis neming der beide getuigen die door marechaus sees werden weggevoerd. Voorts word de behan deling der zaak door den heer Kantonrechter geschorst. Deze niet onbelangrijke zitting werd door een buitengewoon talrijk publiek bijgewoond. Zij had van twaalf uur lot ongeveer halt vier uur geduurd. SLUIS 24 December. JI. Maandag werd voor het Provinciaal Gerechtshof iu Zeelandiu eene zitting voor correctionele appelzakeu behandeld het hooger beroep van het Nonnis der arroudis- semcuts rechtbank le Middelburg van den 29 October j!., waarbij de heercu G. A. Vorsteuman van Ou en Hoofdonderwijzer, en G. P. Boos Boekdrukker eu Brievengaarderbeiden te Aar deuburg in hunne hoedanigheid van verant woordelijke Redacteuren van het Sluisch Week blad ieder tot eene geldboete van 20 en iu de kosten zijn veroordeeld. Zoo als men zich zal herinneren waren beide hoereu schuldig ver klaard aan hoon iu een gedrukt geschrift, het welk verspreid en in omloop gebracht is daar zij in het verspreide nummer van 24 Julij 18G3 van het Sluisch Weekblad hebben doen opnemen een ingezonden stuk geleekeud „een dwarskij ker'' hetwelk ten aanzien van den burgemeester van Breskens deze beleedigeude zinsnede bevatte 'l is maar jammer dat hij zijne gemeentecaren soms zoo over 't paard tilt, om ze by eene an dere gelegenheid zeer door den modder le sleu ren". De raadsheer rapporteur mr. v. d. Bilt bracht in deze zaak verslag uitwaarna de procurour- generaal rekwireerdedat het vonnis a quo iu alle doelen worde bevestigd aangezien daarte gen door den oflicier van justitie gceue grieven zijn ingebracht en spreker die ook niet bad. Mr. W. A. van Hock, die even als voor de arrondissements-rechlbank ook thans als gemach tigde en verdediger van de beklaagden optrad bestreed dat de geïncrimineerde zinsnede ouder het bereik der strafwet valtaangezien boos op zet of het doel om te belccdigen in die zinsnede niet liggen opgeslotendaar zij niets anders be vat dan legen elkander overgestelde spreekwoor den welke volgens zijne voorstelling geput uit bekende verzamelingen van spreekwoorden niet als bclecdigeud kunnen beschouwd worden. Hij vorwees ook nu naar sommige dagbladen en tijdschriften waarin veèl scherpere stukken dan het nu vervolgde ongestraft zijn opgenomen. Mocht echter het hof soms na herhaalde lezing al iets beieedigends in de bedoelde zinsnede mec- nen le kunnen vinden, dan kan daarvoor, zijns inziens, de nog weinig geroutineerde Redactie niet strafbaar worden gesteldomdat deze niet altijd de gelegenheid kan vinden alle ingekomen stukken vooraf te lezen en te herlezen. Na te hebben aangetoond, dat het ingezonden stuk niets is dan eene kritiek op een feestverslag van don burgemeester achtte de verdediger het overbo dig vrijspraak voor de beklaagden te vragen, maar meende hij vertrouwend de uitspraak van hot hof tc mogen le gomoet zien als eene bevestiging der publieke opinie. Voor hel tegenoverge stelde geval vestigde hij er de aandacht op, dat de substituut—officier van justitie hooger beroep heeft aaugeteekeudhoewel het vonnis der rechtbank in alle opziehteu aan het door hem genomen rekwisitoir voldeed waarom pleiter vermeent dat het openbaar ministerie niot in hooger be roep ontvankelijk is. Do procureur-generaal zeidedat hij met ge noegen de taalkundige verklaring van don verde diger der beklaagden heeft gehoordwaarin hij het bewijs ziet van diens belezenheid. Ilij ge looft echter nietdat de lezers van'hct Sluisch Wecklad even goed op de hoogte der taal zijn on zou het daarom wenschelijk achten dat, als de Redactie spreekwoordelijke ^uitdrukkingenjg ge bruikt zij aan den voet der bladzijde een com mentaar van de beteckeuis dier uitdrukkingen plaatste. Volgens sprekers meeuing heeft de ga- incrimineerde zinsnede in ieder geval eene be- leedigende strekking jegens het hoofd van het bestuur der gemeente Breskens. Die man moge zijne eigenaardigheden hebben maar hij is door cu door eerlijk behartichl trouw de belangen der gemeente en handhaaft deugd en zedelijk heid. Hij staat echter bloot aan tegenwerking. Moge nu al het feestverslag wat overdreven schijnen, dit is het gevolg vaa des burgemeesters in genomenheid met den jaardag der Koningin en het zou volgens den procureur-generaal, te be zien staan of schrijver en Redacteuren zelve be ter zouden geschreven hebben dan de burge meester bij het geven van een feestverslag.Hij houdt voorts staandedat de bedoelde zinsnede wel degefijk onder het bereik der strafwet valt, cn vraagt, wat de toepassing der straf betreft, niets meer dan de eerste rechter heeft opgelegd, welke straf hij gematigd noemt. De verdediger stelde tegenover de subjectieve meeuing van den procureur-generaal dat het criterium van de geïncrimineerde zinsnede bij het publiek moet worden gezocht zijne objec tieve opinie, dat dit bij de taal zelve moet ge zocht wordende beslissing hieromtrent liet hij aan het hof oyer. Hij zeide overigens niet te betwisten dat do burgemeester van Breskens achtenswaardig is, maar toch het programma der feestviering, door dezen geteekend, bespottelijk le noemen. Hij persisteerde mitsdien bij de aange nomen conclusie. De uitspraak Is bepaald op aanstaanden Maan dag 28 dezer. ftl. C. Op Maandag den 28 dezer zal het alhier onlangs opgerichte tooneclgézelschap Oefening kweekt Kunst" zijne eerste voorstelling geven. Niet min der dan drie blijspelen zullen opgevoerd worden, terwijl de talenten der spelers die reeds vroe ger als zoodanig elders hebben opgetreden liet publiek ecu" genoegelijkeu avond beloven. Wij vertrouwen dat ook de nieuwelingen de ver wachting niet zullen beschamen. Mot genoegen namen wij dezer dagen kennis van liet Nederland en Oranje en de Nieuwjaars surprise ook bij de Gezusters Jansen en P. J. Evers alhier en G. P. Roos te Aardenburg, door den Heer Bronswijk van Oostburg verkrijgbaar gesteld. We mogen die kunstwerken zeer aanbevelen. Liefhebbers van Pholographische Albums ra den wij zeer, die iu Albumformaat als frontispice of titelblad voor die aardige verzamelingen aan. Dingsdag morgen is de Eerste Kamer der Sta- ten-Geuoraal en corps bij den Koning ten ge- hoore toegelatenom Z. M. hare hulde aan te bieden hij gelegenheid van de viering van het halve eeuwfeest van het horstel van Nederlands onafhankelijkheid en de hereeniging van Ne derland met Oranje. lil de residentie loopt het gerucht, dat de Eerste Kamer, die in elk zittingjaar een groot offer velthetzij een wetsontwerp hetzij een minister, deze maal den minister van buiten'— landsche zaken tot haar slachtoffer heeft uitver kozen en dat alle krachten zullen ingespannen worden, om hem door verwerping van zijne be grooting te doeu vallen. jj/. C. Het N. Dagbl. v. 's Grav. deelt mede dat jhr. mr. P. van der Maesen de SombrelT aan den Ko ning verzocht heeft hem als minister van huiten- iaudsche zaken te ontslaan. Daar dit bericht van geene andere zijde bovestigd wordt, verdient liet al bijzonder weinig geloof. Men zegtdat met de aanslaande garnizoens- verwisselingen te Breskens slechts een officier met een 25tal manschappen ter bewaring dei- forten zal blijven. Mag men een gerucht geloo- vendan zou de oorzaak van dezen maatregel daarin gelegen zijn, dat men de officieren te Bres kens wel ecnigzins beschouwt als midd.Ieu om do gemeentekas te helpen stijven door ze na melijk zoo hoog mogelijk voor de hoofdelijke ge meentebelasting aan te slaan. Is dit waarheid dan bedriegt or de gierigheid de wijsheid. Een fiksch garnizoen toch is voor het arme Breskens alles behalve verwerpelijk. 't Is te wcnschen dat er eenmaal onder *l vele goede door ons Ministerie geleverd ook eene wel koine, bepalende dat gemeenten, die slecht in eigen huishouding kunnen voorzien bij au- deren worden ingelijfd. Zondag is lo Zierikzee binnengekomen het schip Dartaguan gewezen gezagvoerder J. üeialande te huis behoorende te Cherburg. komende van Riga, bestemd naar Havre, beladen met lijnzaad cn duigen. De gezagvoerder is in den storm van 3 op 4 dezer over boord geslagen on verdronken

Krantenbank Zeeland

Sluisch Weekblad | 1863 | | pagina 2