Marx, oet Grunnen
Meer
amateur
historici
dan
voetballers
DE STEM
Onderwijs
Tradities verdwijnen
Regionalia
Pure nostalgie
Vasthouden aan gisteren
aantal uitzendingen over de Verenigde
Oostindische Compagnie en we hebben
nog nooit zoveel vraag naar cassette
bandjes gehad als toen. Het ging niet al
leen om onze grote daden hoor, want de
moordpartijen van meneer Jan Pieters
zoon Coen op de Banda-eilanden kregen
ruim aandacht."
Geschiedenis als houvast, een vervanger
van religie in tijden van kerkverlating?
Ineke Stroeken: „Ja, het wordt soms bij
na religie, al heeft dat niet te maken
met de geschiedenis, maar met de ma
nier waarop die gebruikt wordt. In Ne
derland valt dat wel mee, in andere lan
den kom je dat veel sterker tegen."
Kees Slager: „Je kunt geschiedenis ge
bruikten als de bijbel met heel veel exe
gese, van radicaal links tot extreem
rechts."
In Nederland gebruikt vooral WD-lei-
der Bolkestein het verleden om zijn her
haalde betogen voor liberalisme te on
dersteunen. Een van zijn inspiratie
bronnen bij recente toespraken is Ber
nard Mandeville, een vroeg-achttiende-
eeuwse sociaal-denker. Mandeville vond
dat de staat de arbeiders dom moest
houden. Wat Bolkestein niet van deze
Mandeville citeerde, was de volgende vi
sie: 'Waar slaven niet meer gehouden
worden, bestaat de zekerste manier van
rijkdom te genereren uit een leger van
arbeidzame armen'.
„Ach," haalt historicus Tollebeek de
schouders op. „Ach, je kunt geschiede
nis overal voor gebruiken en Bolkestein
formuleert het mooi. Als het om poli
tiek gebruik van het verleden gaat, is
Nederland netjes. Wij in België zitten
ergens tussen jullie en Joegoslavië in."
Zoveel geschiedenis als er uit vrije wil
bedreven wordt, zo weinig zit er ver
pakt in het onderwijs. „Twee uur in de
brugklas en twee uur tot vier vwo, daar
na is het een keuzevak," vertelt geschie
denisleraar Gerard Strien, die consta
teert dat het historisch besef bij de
jeugd heel mager is.
Dat terwijl hij geschiedenis juist een be
langrijke plaats toedicht in de studie-ba-
gage: „Van geschiedenis leer je relative
ren. Je leert dat niets bestendig is en dat
bronnen niet altijd betrouwbaar zijn,
dat bestuurders hardleers zijn, steeds
dezelfde fouten maken. Bovendien, in
een tijd dat iemand zegt: het staat op in
ternet dus het is waar, wordt de beoor
deling van informatie heel belangrijk.
Er meldt zich elke dag wel iemand die
zegt dat-ie het wiel weer uitgevonden
heeft. Dat vraagt om beoordelingsver
mogen, om het maken van een schei
ding tussen integriteit en surrogaat.
Dat leer je door kennis van geschiede
nis. Daar komt bij dat je als ouderen de
morele plicht hebt om door te vertellen
wat er gebeurd is in het verleden;
dat het communisme voor driekwart
eeuw de grenzen van goed en kwaad be
paald heeft. Hoeveel leerlingen weten
dat?"
Net als Kees Slager pleit hij voor
de schoolmeester die met zijn aanwijs
stok in het vuur van zijn verhaal de
poorten van Den Briel rammeit, maar
juist die ouderwetse verhalen-verteller
is in het onderwijs van nu op rantsoen
gezet.
Strien: „Door efficiency-maatregelen is
daar te weinig ruimte voor, terwijl het
verhaal van de Mop op de deur, psst, de
geheime dienst van Stalin, de geschiede
nis zo toegankelijk maakt. Dat warme
verhaal moet blijven om de waan van de
dag te ontmaskeren. Want wie die waan
niet doorziet, kan in kwaad vaarwater
terecht komen. Geschiedenis verheldert
het bestaan en geschiedenis maakt
weerbaar. En weerbaarheid en helder
heid heb je in deze tijd wel nodig."
Nostalgie in Zeeland. Uit een fami
lie-album deze prachtige oude
prent van het 40-jarig huwelijk van
Hermanns Pieter de Jonge en Clara
Wolfert op 10 mei 1935.
foto archief herman de jonge
Opa stond op de ladder en
stak de gaslantaarns aan,
wij surfen op internet.
Anno 1997 lijkt de waan
van vandaag het leven van
morgen.
Lijkt, want schijn bedriegt.
De grootste hobby van
Nederland is 'gisteren';
1,3 miljoen Nederlanders zijn
lid van een geschiedkundige
vereniging, meer dan er
voetballers staan
ingeschreven bij de KNVB.
En het aantal geschiedenis-
Door Paul de Schipper
Geschiedenis verzacht het scherpe he
den. Gisteren fascineert. Een stam
boom, een raadselachtige fundering die
bij de verbouwing tevoorschijn komt,
vergeelde foto's: hé, dat is opa!
Wat biedt toch die gekrompen, vervlo
gen tijd? Balsemende rust in een ono
verzichtelijke, woelende wereld. Is het
een medicijn tegen hype-terreur, sim-
pelzucht en geestelijke stagnatie?
Tijd voor een paar beschouwingen over
de nieuwe koestering van gisteren.
Waarom die oplevende belangstelling
voor geschiedenis?
„Een houvast," zegt de Belgische histori
cus Jo Tollebeek.
„De behoefte aan geborgenheid in een
snel veranderende wereld," antwoordt
Jan van Oudheusden, provinciaal consu
lent regionale geschiedenis Noord-Bra
bant.
„Geschiedenis is warmte. Watje nu ziet,
is een soort contra-beweging, het zoe
ken naar de eigen identiteit in een ver
vreemdende omgeving," stelt Gerard
Strien, docent geschiedenis aan het Bre
dase Newmancollege.
„Troost, misschien wel een beetje ver
vanger van religie," denkt, hardop,
eindredacteur Kees Slager van het histo
risch georiënteerde VPRO-radio-pro-
gramma OVT (Onvoltooid Verleden
Tijd). Toeval dat OVT op zondagmorgen
uitzendt?
„Het is de angst voor het moderniseren,
het willen vasthouden aan je familie, je
dorp, je nationaliteit," vervolgt histori
cus Tollebeek. „In veel landen zie je
sinds het begin van de jaren '90 een her
opleving van het verlangen om met ge
schiedenis bezig te zijn. Dat is een dui
delijke parallel met het einde van de ne
gentiende eeuw. Ook toen zag je dat. De
wereld industrialiseerde. Door bedrei
ging van buitenaf dreigden landen iden
titeit te verhezen. Nu zie je door een
enorme schaalvergroting tradities ver
dwijnen en op nationaal vlak weer drei
gend identiteitsverlies met de komst
van Europa. Wat doen we dan? We grij
pen naar het houvast van het verleden,
naar de vertrouwde lokale omgeving."
„Vroeger, toen het leven zoveel moeilij
ker was en toch zoveel makkelijker te
leven," citeert Van Oudheusden de his
toricus Jan Romein. Hij gebruikt de
term 'ontheemding', om aan te geven
dat je ouder moet worden om je te kun
nen koesteren aan de warmte van het
verleden: „Geschiedenis pakt niet bij
jongeren, want die Mjken vooruit, maar
op een bepaald moment bereik je in je
leven de top van de heuvel en dan zie je
dat de weg terug langer is dan de weg
vooruit. Dan krijg je belangstelling voor
wat achter je ligt. Die mensen komen er
steeds meer, omdat er steeds meer
ouderen komen."
Geborgenheid, troost uit vergeelde stuk
ken en doodsaaie stambomen?
„Nee, niet alleen," aldus historisch geo
graaf Aad de Klerk, consulent regionale
geschiedenis voor Zeeland. „In je eigen
omgeving kun je de geschiedenis soms
uit het landschap lezen. Concrete plaat
sen doen je de geschiedenis beleven, dat
geeft dan een prachtig houvast. De ge
schiedenis van jou en van je dorp is
overal om je heen."
De grote geschiedkundige Johan Huizin-
ga noemde die herkenning en de inten
se beleving van geschiedenis 'de histori
sche sensatie'. Hij omschreef het als een
direct, haast zintuiglijk contact met het
verleden. Dezelfde Huizinga noteerde:
„Het is meestal de oorsprong van het he
den wat onze geest in het verleden
zoekt."
Sinds het begin van de jaren '90 is de ge
schiedbeoefening in Nederland in ver
sneld tempo gestructureerd. De geschie
denis in clubverband wordt vooral be
oefend binnen 800 heemkundekringen.
Ze organiseren lezingen, verzorgen ex
cursies, publiceren tijdschriften, doen
lokaal onderzoek, verzorgen eigen loka
le musea en worden door gemeenten
meer en meer als verplichte gespreks
partner beschouwd als het om lokaal
cultuurbehoud gaat. Per provincie wor
den de heemkundegenootschappen on
dersteund door consulenten regionale
geschiedenis.
Opa de lantaarnopsteker is dood en met
hem zijn levensverhaal.
„Een oude man die sterft, is als een bi
bliotheek die afbrandt," zeggen ze in
Afrika, maar in Nederland bloeit de re
gistratie van vooral het nabije verleden.
Zo kan het gebeuren dat een oud-dorps-
smid nu met een bandrecorder op jacht
gaat naar oude verhalen. Mondelinge
overlevering èn bronnenstudie: grijze
hoofden die zich in avonduren oefenen
in het onder de knie krijgen van de taal
van Cats en Oldebarneveldt, het oud-Ne
derlands handschrift.
Tegelijkertijd ondergaat de benadering
van het verleden, vooral bij de regionale
geschiedenis, een sterke verandering.
Dat merken de boekhandels die zich
specialiseren in 'regionalia'. De geschie
denis heeft een menselijk gezicht gekre
gen.
Of zoals Elly Kloos van de uitgeve
rij/boekhandel De Koperen Tuin in Goes
het zegt: „Het accent ligt nu op een so
ciale invulling van het leven van onze
voorouders."
Historicus dr. J. Weiten uit Eindhoven
noemt dat 'geschiedenis van de Meine
Jannen.' Weiten beschreef in een boek
over het Meine zestiende-eeuwse dorp
Kats hoe schout Bastiaen Witte zich in
1622 'in hoereerderij en vleselijke con
versatie had verloopen met zijn dienst
maagd Maeijcken en de moeder het Mn-
deke liet.'
Dat is geschiedenis van het gewone alle
daagse leven. Elly Kloos: „Vroeger had je
de grote-mannen-geschiedenis, de aan
dacht voor veldheren en koningen, nu
is de geschiedenis persoonlijker, geen
grote lijnen, maar meer bekentenislite
ratuur, verhalen van een jeugd in 's
Heer Arendskerke of het dagboek van
een boer op Noord-Beveland. Dat zijn
vaak verrassende juweeltjes."
De opgeleefde belangstelling voor ge
schiedenis kent vele vormen. Drs. Ineke
Strouken, directeur van het Nederlands
Centrum voor Volkscultuur: „Je hebt de
volkscultuur, de regionale geschiedenis,
de folMore, de pure nostalgie, het stam
boomonderzoek. Er is altijd wel een in
valshoek die jou raakt, al was het maar
dat je jezelf een keer afvraagt waar de
kerstman vandaan komt."
Soms kan verleden een last zijn. Strou
ken: „Maar dan wil je weten waarom.
We zitten allemaal boordevol verleden.
Soms heb je er last van, soms gemak.
Denk maar eens aan wat de oorlog aan
last heeft meegebracht. Mensen gaan
zoeken naar wortels die houvast bieden,
naar zekerheid in het verleden."
Bij het nostalgische had ze vroeger al
tijd een beetje kriebels, zegt ze: „Omdat
je op moet letten dat je het verleden
niet idealiseert. Nu ben ik daar niet
meer bang voor, want wie zijn eigen cul
tuur bestudeert, krijgt automatisch be
langstelling voor andere culturen."
'Exotisme' noemt historicus Tollebeek
dat en verMaart dat als volgt: „Alle cul
turen gaan op elkaar lijken. Hier en
daar op de wereld heb je nog culturen
die ontsnappen aan die veramerikanise
ring van de maatschappij. Je ziet de be
langstelling voor die culturen groeien."
Kees Slager van OVT zag zichzelf laatst
zitten in een motorboot in de delta van
de rivier de Essequibo in Brits Guyana.
Niet uit drang naar exotisme, maar op
zoek naar de teruggevonden resten van
fort Kijkoveral van de Westindische
Compagnie: „Ik heb altijd gedacht dat
de jongste geschiedenis de meeste be
langstelling trok, maar wij maaMen een
liefhebbers groeit snel.
In heel wat Nederlandse
dorpen is de heemkunde
kring al de grootste
vereniging.
Vervolg van voorpagina
Van de PvdA hebben mijn gesprekspart
ners evenmin een hoge muts op. Lokaal
niet, waar de aanvaringen legio zijn ge
weest, en nationaal evenmin.
Een schampere Stek, bijgevallen door de
anderen: „Als ik Melkert op de televisie
hoor zeggen dat de gemeenten in staat
zijn een minimabeleid te voeren, dan is
dat toch verneukerij. Van Melkert krijg
je niks en als je dus zelf met een tekort
zit, dan kun je ook niks weggeven. In de
ze gemeente, waar 70 procent op het mi
nimum zit, is wat Melkert zegt in feite
het plegen van verraad aan de bevol-
Mng."
Burgemeester Te Loo ondersteunt wat
zijn wethouder zegt. „Dat het geld er zou
zijn, is doodgewoon lariekoek. Mogelijk
heden om onze eigen inkomsten te ver
hogen, zijn er ook niet. We hebben bij
voorbeeld in de raad een discussie gehad
om de belasting op onroerend goed te
verhogen. We hebben samen besloten
om dat niet te doen, omdat die belasting
hier al erg hoog is: 44 gulden per 5000
gulden waardepunt tegen landelijk 26
gulden. Alleen brengt die belasting hier
niks op, want we hebben hier nu een
maal geen kapitale villa's."
Over de vraag wat er in Groningen zou
moeten gebeuren, hoeven de raadsleden
geen seconde na te denken. Siemons:
„Ze zeggen toch steeds dat de Randstad
dichtslibt. Laten ze de industrie dan
maar hier naar toe komen. Fré Meis zei
al dat de aardgasbaten ook ten goede
moesten komen aan deze provincie, net
als de commissie Langman. In Gronin
gen heeft eenderde van de inwoners een
uitkering. Hier zijn de banen nodig, niet
in de Randstad.".
Het verMaart waarom ze hier in Reider-
land blij zijn met iedere baan die erbij
komt. Met hotel Fontana met zijn bron-
nenbad en kapitalistische eigenaar Gol
den Tulip. Want goed voor zestig banen
en een groeiende stroom bezoekers. En
blij met een nieuw transportbedrijf, dat
voorlopig tien banen oplevert.
Werk is een toverwoord in dit gebied.
Daarom Mjken ze uit naar een groot, re
gionaal recreatieproject waar Reiderland
aan meedoet, samen met Scheemda en
Winschoten. Een miljoenenproject dat
de komende tien jaar veel banen op
moet gaan leveren.
Die banen zijn hard nodig. „De jeugd
komt hier niet aan de bak," zegt Koert
Stek. „De jongeren hebben geen uit
zicht. Dus trekken ze weg, waardoor de
dorpen vergrijzen. Bij de jongeren die
blijven, zie je het vandalisme en het ra
cisme toenemen. Dat is erg. En wat erger
is, er is een toename van het aantal zelf
moorden."
Dat laatste krijgt de verslaggever van
meerdere zijden bevestigd. Een werkne
mer van het bronnenbad zegt meerdere
mensen te kennen die door zelfdoding
om het leven zijn gekomen.
Blijft de vraag wat voor communisme ze
daar in het hoge Noorden aanhangen. Ja
renlang was de Sovjetunie hun enige re
ferentiekader. Wat uit Moskou kwam
,was goed. Bij het overlijden van Stalin
in maart 1953 betuigden Oost-Groningse
families en CPN-afdelingen in Meine
rouwadvertenties in De Waarheid hun
innige deelneming met met heengaan
van 'de grootste aanvoerder der interna
tionale arbeidersMasse, de kameraad
leermeester Josef Stalin'. Dat zal bij het
heengaan van Jeltsin niet gebeuren. Bo
vendien is sinds de val van de Berlijnse
Muur communisme niet langer 'Made in
Moskou'.
Wie of wat is nu jullie grote voorbeeld,
vragen we Koert Stek. Hij hoeft daar niet
lang over na te denken. „Marx, Engels
en Lenin hebben een schat aan materi
aal nagelaten. Als je je daarop oriënteert
dan zit je goed. Wat ons drijft, is woede
over de onrechtvaardigheid die er nog
steeds heerst in dit gebied. Woede over
al die mensen die hier nog steeds van
een minimum moeten leven, terwijl ze
er alles aan gedaan hebben om werk te
krijgen. Als je de miljarden winst ziet die
er gemaaM worden, is het onbegrijpelijk
dat ze tegen ons durven zeggen dat we
te veel hebben. Dat we te royaal leven.
Als ze daarmee bezig blijven, kunnen
hier nog vreemde dingen gebeuren."
De boosheid van Stek en de anderen is
voelbaar aanwezig in de Meine ffactieka-
mer. „We zijn daar altijd vrij consequent
in geweest," verduidelijkt Sara Lich.
Ze moet wel gelijk hebben, want er is
geen andere reden te bedenken waarom
ze in Oost-Groningen hun ideologie nu
al meer dan een eeuw als een kostbaar
Meinood blijven koesteren. Tegen de
verdrulddng in en voortdurend onder
vuur liggend vanuit de eigen gemeente
en daarbuiten.
Ze denken zelfs dat als 'de burgerlijke
media de Mezers niet voortdurend op
het verkeerde been zouden zetten' het
communisme in Nederland nog een
kans zou hebben. Zoveel bevlogenheid
moet Marx postuum tot tevredenheid
stemmen.
Het 'politbureau' van Reiderland,
inclusief twee fractie-assistenten.
Van links naar rechts K. Stek (wet
houder), H. Herens (wethouder), G.
Siemons (raadslid), R. Mulder (as
sistent), M. van Dijk (raadslid), S.
Lich (fractievoorzitter), A. Schwert-
man (raadslid) en A. Dreier (assis
tent). Raadslid E. Bulten ontbreekt
door ziekte. foto dennis beek