11
liieii
Materie versus leven
n°°
ai
cd
o
It CD
©lou
cd 9 a
co
ro
De allereerste prijs is voor Aart
Oordeel van de
jury:
een verrassend en
spannend
verhaal.
Leuk geschreven!
-I w ro n m
0>o -?ot>
£■"2®®
ZD
O
3
3
(D CD
2,0 tD -c
*(Q -1 o
p C
0)
o> ro 2
D)
Q.<0 OQ-
P-1° W
/N o
CD I
CD
|N
co
N
*§1?
3<5<g
-»
•K^o
P>B
CO
&p§
^Sg
CD A 9
2go
ro?o
n
33
O
30 Zn
m 33
O
S O
CO
rn
2
O
mm
2.
X 0
03 Q.
CD 01
3<°
ki ro
0) co
3 3" =r
Q.C 0)
c/> c 3
0 3 Q.
J w
CD 2
aog
cn x
°1<
<33 0
pSj,
03 P
^9
2 03
b
cn o
cn
■ki
=i
03
CD
D3
x
cd"
d>
9
ïj1»
s|?
3 8 B
W,10 (Q
4^ N>
cn o
iff
(D
ü-3 3
«?f
p§
29§
9?^
«go
S?°
g^i
9
CO
O
CO
CO
4^
CO
CD ~n
CD
rn pG
CD
°i
O —I
S 00
£- rn
ro 33
S S
o m
CD S
ö3 o
=T -0
03
£3 M
1—z
CD
CD O
£D
ca
co co
cd oi
0 CD 293
g< D.
CD CD CQ'
(D-gtQ
o sE3
ficil
ro j?T
(D r-
CD <-
11=
gin»
c
3- O -ri
S 3 o
0 C?
a®
CD 3
r1 co m
(D
C/) 3 Q.
w U J r+ n
X r-i r-r l-1-
»»s
T n -*»
Q. qD
- rasa
wn
JU 11
coo
CD CD
3 g
1 CD
CD 3.
Sgi
I
V)
a;
03
o.
0 3
o cr
co c
mCQ
^CQ 3 O
®2
3- g 3 E
Socoz
OJHOm
33SSD>
DZ>Z?
zodcz
CD
"ON
Zö
03
ro ro
QS
3' N3
cq -n
CD
cr
KI
CD
3
CD
O
0 -V
>F
CO
tc
03 F
3
3
3
CD
CQ
3
4^
C
O
tic
"5
3 T C/3
QJ
(D 15'N
O" m CD
-n C/3 CD
O -«
o 3 ZT x
01--3 3
I Q- -
£28 5'
3' F><p
CD X
M O
CD O
—i "U
Td
cn
m3?gm
8<P g N
2 co O
8|I?S
cr cd
O CD cr N
C/3 3 fp CD
?2fs
Z S ffl
CD. 5 CD
a o
0)
Z N
s- 3
cn "O -0 1
BOO®
S. ZZ x
-» a>< ro
$9® a S
0=== n nf
®-j< g CD
®- ®3 2
3» m
s2-a
Q. z CQ Q.
CD
CD m
30
O g® 31
*sl 3
O)^o
1 3 "o
CJ1S®»
-PfcCQ 03 00
CD CD "=-
i.< 3
I. 3 Q: O
0) <TJ
0^3®
OO go
CD
i
o"
CD
-. 3 m-
®l"
°fflE
s®
qO-33
g® m
83 m
W®
O
CQ Jfi
a> o
3"
-•
ro —Z
a
ro
5 CQ
S CD
CO
(0
3
N
03.
cq' O
CD
^T
rn
o
■v/
?z
cn
8®
■^3
81
D0i2.
lco
05
9®
-0» 0
CO Q
00
cn 3
cn
C
9? 1o
sS S
D3 3-^< 7;
N?35
03 h- 0 cn
§|ss
9 3 03 CQ
ó<o§ g
ocd®
Oj N 3
Q.CQ"
03
O
Dm
3,
Q-
CD 3" CD
o o a
ro 03 0
E|o|
0 o 03 b
wooiro
1 'Men
03 fV3 ro 0
-nSS
-nJ CO
o CO
O CD
1 O o
EP
ro
tD
co
co
3 ro
o co
ro o
03v< ID
to ;=r
O
o od
03 CDC
O - Q-
p CD pi 0
CD O
^JZO
COc
CD O
C
0
OIDD
Ï'<2S
3 g-
ro
3 Q D
3- 0
0^5-
go=o
r co
03 p_
pgs
o
Kp3
H m CD CO
o"2 S oT
C 0:0.0.
-1 3^ 0
CO o
P I
ill2
2 en en—-
ja en 01 d
Aoocn
Zj. '4^ 2
o a>3-
2£ r-
ro o
o -3
r 0
ro 0
cdc-
2,
2 3
-g9
gg
B
- CT£
g <3^5
S 0
®(g <g x»f
o., CD m o
"9 =P= 0
c 92®"°
00 CD1 Co'g-P g®
tO< -j-m 2 n
-sl 0 «A i2^(T0
o M P g B
S-a ^o<Q
M,E <0 S §|a
CO 0 (Q 0
0 79 0 3
3 N. 3" CO
!3^
£5'f?
CD CD CO -pr
com< o
OXn 5
OO O 3
g3 I o'
p®
CO OCQ
4ii C 0
O""0 15
CD
(DQ J
7T§®
•og.ro-
0 ro s_.
o
en 3
en
0>c
CO
O
o ?r
4^0 ro
ro 0
«S®
ro Te
en o 3
cgro^
x
CD
0
S n:
c!o O
to
P r—
co 3:-
to
o CD
-L X
CQ
"O
3
1 o=-
m 7^ w
m cOp
m
3 OS a
C7)9>
m rj
03 O g1
5! 2 0 0
X 03 3
CD Q.3 o.
CO CL 0
O 03 (Q
C CQ
jT0"»?
E 3 s 3
co T3 3. 0 I-
door Aart van Ommen
Op maandagen zoals deze
voelde Jofel zich altijd bij
zonder verwant met zijn
dikke soortgenoot Garfield.
Het was zo'n dag om ron
kend voor de kachel te lig
gen, een blik vlees leeg te
werken en verder helemaal
niets te doen. De lucht was
dreigend grijs en de wind
floot onheilspellend langs
de dakgoten. Jofel nam de
situatie van achter de gera
niums eens goed in zich op.
De spoorlijnen rond het
Centraal Station glansden
gevaarlijk in de schemering
en de hond van de buren
was al wakker.
Jofel wist wat er komen ging: de baas zou
zometeen op het laatse moment uit zijn
nest stormen voor zijn dagelijkse poging
het wereldrecord 'alles-tegelijk-doen' te
verbeteren. Hij zou zomaar de deur uit
stappen, half aangekleed en met de tan
denborstel nog in de mond. En net voor
dat hij de deur achter zich dicht zou trek
ken, zou hij hem, Jofel, huisvriend, in het
nekvel pakken. Jofel rilde, knipperde met
zijn ogen en strekte zich. Hij moest een
plan bedenken. Hij stapte zijn mand uit
en liep langs de staartklok. Het was de
iXHjvam Naai
Sl 3WHH3A JL3H
•30A3ISYXNV3
L3IVT N3 333NIOIHO
lAimr 3(1
SLYA 333ÜHOO
MM
trots van de baas en, zoals de baas zelf een keer
gezegd had, zijn beste vriend: „Jofel, zie je deze
klok? Dit antieke erfstuk is me alles waard. Het
is m'n beste vriend. Zonder hem eh... weet ik
niet hoe laat het is." Jofei hoorde dit en was in
zijn mand gaan liggen. Vanaf dat moment haat
te hij die klok. Die klok, die voor de baas meer
betekende dan hij, Jofel.
Maar nu kon zijn vijand hem redden. Hij zou
zich in de klok verbergen. Maar het ding hield
zijn deur dicht. Jofel probeerde en probeerde
en uiteindelijk gaf de klok toe. Hij was stoffig
van binnen en nodigde Jofel niet echt uit. Hij
klauterde in de klok en rolde zich op. Hij trok
aan het schuifje en de deur ging met een klik
dicht. Net op tijd, want de baas kwam binnen.
Op hetzelfde moment sloeg de klok zeven
keer. Net alsof hij de baas wilde waarschuwen.
Jofel voelde het geluid doordringen tot op zijn
botten. De baas stond stil en keek met een ver
tederde blik naar de klok, alsof hij wilde zeg
gen: Wat jammer dat je niet kan praten, jofel
wist niet hoe dankbaar hij de klokkenmaker
moest zijn. in elk geval heel dankbaar.
Tien minuten later stond de baas op het punt
naar zijn werk te gaan, toen hij opeens aan zijn
huisvriend Jofei dacht. Waar was die kater toch,
hij had hem de hele ochtend niet gezien? Hij
zocht, maar vond jofel niet. Met een zucht liep
hij het huis uit.
Een diepe zucht ontsnapte ook aan jofel, en op
gelucht wilde hij de deur opendoen. Die bleef
echter stijf dicht. Het zweet brak Jofel uit en hij
begon nog harder tegen de deur te drukken.
Zonder resultaat. Na een paar minuten zweten
van angst en inspanning gaf hij het op. Hij viel
in slaap en werd om één uur wakker, toen de
klok dertien keer sloeg. Versuft probeerde hij
nogmaals de deur te openen, maar het lukte
niet. Hij viel weer in slaap.
-aBjoop detpspooq a>jru6ue|aq uaa }aoiu af"
tpiptpsjaA >j| Bbbja '„quaop ai||nf uaoio>| ;e/y\"
■luea ua ofjy 'uaqnjj :jooa qa|z uapjs
sua6uo[ ap >|oo "uaeB aue u.uj joop sptuaajA
sjaj >j! jaoA 'yaaB pueq uaa atu az sjv „'aai|V"
'}00}suee uajapue ap az |f]AAja; 'afsjatu jaq }6az
',,ua||3}SJoort U3A3 atu |ez >j|" „'Bipou jooa nol
f|M uaqqaq jeep ua nqoejpdo uaa }aw jaiq uauj
AÉtiHUHlAMMMRUh
Om vijf uur, toen de baas thuis kwam, werd hij
weer wakker. Nu echter was jofel blij zijn baas
te zien en begon geluid te maken, zo hard hij
maar kon. Maar de klok liet niets van het geluid
horen en hieid het binnenin zich.
Intussen had Jofel verschrikkelijke honger en
dorst gekregen. Als hij niet snel wat zou eten
zou hij doodgaan!
Die nacht werd Jofel wakker en wist dat zijn
eind in zicht was. De klok zou een moord op
zijn geweten hebben. Zijn vijand zou hem ver
moorden. Hij zou niet langer met de gedachte
rondlopen dat hij opzij was gezet door een
staartklok. Deze gedachten maakten hem op
gewekter en met een tevreden 'miauw' sliep hij
in, om nooit weer opgepakt te kunnen worden.
Toen de baas de volgende dag van zijn werk te
rug kwam, zag hij dat zijn klok stil stond. De
hele dag had hij zich afgevraagd waar zijn kater
was. Hij had aangenomen dat jofel buiten was,
maar dan had hij al lang weer thuis moeten
zijn. Hij liep op zijn klok toe en streelde hem.
Hij opende het deurtje en wilde de sleutel pak
ken om de klok op te winden. Hij voelde watte
gen zijn voet aanrollen en keek naar beneden.
Daar lag zijn kater, prijsgegeven door de klok.
}doo| ua azqpjooMaue '„aaui jeeiu aop snp
'jaiq >|sB jaop uaajapai qam >|oo >|j jaaM iep
'tpv" 'S! pueq ap uee ja ibm jeeq SeejA ua je
jeeq do de;s pus 'fiqjooA amioja uaa ;doo| jg
<jpueq ap uee
ja si IBM uo>||eq iaq do paoBiqaeu U] jeediqaa
japno uaa uep uajpppiuo spiuaajA sjapue
siap ue>| jeeui 'spAa6 ap s6ue| 'Booquio 5)fp|
gati-P- 'fimfifiaAA nan-M
Mi '6PI isni artain