DE STEM René van 't Hof: een komiek als geboren verliezer L Verliezer Jongewaard Western-hausse Grote Gids lllll DINSDAG 2 DECEMBER 1997 D1 'Met clowns heb ik niks Door Marjan Mes Bijna iedereen kent zijn magere, expressieve gezicht uit de Flodder-films. Zelfs na na tien jaar wordt hij op straat nog herkend. „Ik had niet voorzien dat ik daar zolang op aan gesproken zou worden, zegt acteur René van 't Hof, tevens bekend uit de beginperiode van Jiskefet. „Geen idee dat het zo'n enorme impact zou hebben. Dat komt natuurlijk ook door de videofilms. Maar langzamerhand begint het wel vervelend te worden, 't Is net of ik helemaal niets an ders gedaan heb." Als tragi-komische mimeclown heeft hij al jaren veel succes in de visuele voorstellingen van zijn ei gen theatergezelschap Carver. Een opmerkelijk vaak bekroonde Amsterdamse groep die tot de fa vorieten behoort van jury's en critici. En van een nog steeds groeiend publiek. De voorstelling Café Lehmitz, over de gedragingen van de stamgasten in een Hamburgs café, werd in 1991 een hit en won dat jaar de belangrijkste prijs van het Theaterfestival en de Mimeprijs. Dit jaar waren er zelfs twee onderscheidingen voor Carver, de Albert van Dalsumprijs van de gemeente Am sterdam en de Prijs van de Kritiek (die in januari wordt uitgereikt) voor de voorstelling Fred, we gens 'een opvallende eigenheid en originaliteit.' Met zijn flexibele lijf en expressieve kop speelde Van 't Hof daarin een treurige man op kamers bij twee schoonzusters; een situatie die grandioos uit de hand liep. De kleinburgerlijke vrouwen werden met tragi-komisch realisme uitgebeeld door Bep- pie Melissen en Leny Breederveld, momenteel de twee enige andere acteurs bij Carver. Tevens de twee vrouwen met wie Van 't Hof al zeventien jaar samenwerkt sinds hij samen met hen bij theater groep Caroussel begon. Beppie Melissen was ook jarenlang zijn vriendin. Toen het uitraakte, is hij twee jaar lang weg ge weest bij Carver. „Dat was onvermijdelijk. Maar Inu kunnen we weer goed samenwerken. Ik ben het liefst in het gezelschap van vrouwen. Die zijn ge woon veel gezelliger en leuker dan mannen om mee om te gaan." Met zijn minutieuze, clowneske acts kan René van 't Hof bijzonder op de lachspieren werken. Die vi suele momenten, ontstaan uit improvisatie, zien er uit alsof ze ter plekke bedacht worden. Maar dat is slechts schijn. Met een voorwerp of in een veel te strakke spijkerbroek, zoals nu in de voorstelling Desperado, kan hij tergend lang en komisch han nesen. Altijd een geboren verliezer, in vroegere voorstellingen vooral afkomstig uit een marginaal milieu, de zelfkant, de onderkant van de samenle ving. „Ik woon zelf in een doodlopende steeg aan de kop van de Nieuwezijds Voorburgwal en heb een stam kroeg op de Nieuwmarkt. Die buurt fascineert me, ik hou ervan. Hoewel de chaos me ook wel eens naar de strot kan vliegen. Dan denk ik: ik moet hier weg. Maar dat duurt maar even, want het moet niet te saai worden. Er moet wel een beetje leven in de brouwerij blijven. Dat inspireert meer dan rust en stilte." „Het is wel prettig dat zwervers en gekken tegen woordig weer gewoon op straat te zien zijn. Maar het is schandalig dat ze niet langer worden opge vangen. Je ziet hier mensen op straat kapot gaan. 't Is al net zo vreselijk aan het worden als in Ame rika, zo'n onbeheerst, wild kapitalisme. Niet dat ik zo bewust die ervaringen gebruik, maar soms komt het terug als ik met een rol bezig ben. Altijd gaat het bij mij om mensen die vastzitten in patro nen en om de onmacht om daar aan te ontsnappen. Ik weet ook wel dat vrijheid niet bestaat, maar je blijft er toch naar verlangen." 'De grootste mime clown van zijn generatie', noemde dichter/schrij ver Willem Jan Otten de acteur René van 't Hof. Met die term heeft hij echter zelf niet veel op. „Met clowns heb ik helemaal niks. Ik heb er zelfs een weerzin tegen, omdat een clown alleen maar rare fratsen uithaalt. Bij Carver ligt het toch wat sub tieler. Wij hebben veel meer met psychologie." „We gaan wel uit van visuele dingen, maar in de improvisatieperiode bouw ik voor mezelf altijd een compleet innerlijk op. Niet dat ik dat Iaat zien, want er moet veel geheim blijven. Alleen het topje van de ijsberg moet zichtbaar worden, het tipje van de sluier. Beppie denkt meer in tekst, ik in beeld, terwijl ik ook vrij goed ben in muzikaliteit en timing. We zijn trouwens erg goede timers, alle drie." De nieuwe voorstelling Desperado heeft René 't Hof niet met Carver gemaakt, maar samen met zijn oude makker Jim van der Woude en met het duo Kas De Wolf. Het gaat over vier wanhopige, eenzame mannen, die aan de sleur van een saaie kantoorbaam proberen te ontsnappen door in het weekend de cowboy uit-te hangen. Met cowboy hoed en laarzen met sporen voelen zij zich een he le bink. Ze doen patserig stoer maar snappen niets van elkaar. Hun gesprekken gaan nergens over, het zijn allemaal clichés en dat werkt soms be hoorlijk komisch. Ligt ook de meligheid niet op de loer? „Met melig moet je bij mij niet aankomen. Dan word ik woest." Van 't Hofs donkere ogen schieten vuur en hij kleurt een beetje rood. „Als je zoals wij bloedserieus bezig bent met de hopeloze frustra ties van het leven dan kan dat niet melig zijn. Dat is maar een enkelvoudige laag van de voorstelling. Is film belangrijk voor je? jaloers worden, want die heeft een interessant le ven, reist voor de VPRO en de NPS de hele wereld af. Het lijkt me leuk om in het buitenland te wer ken, als je tenminste wel telkens weer terug kan komen. Aan mijn jeugd denk ik vooral met een soort somber gevoel terug. Op de lagere school voelde ik me al opgesloten. Ik hield niet van leren, althans niet van de dwang en de druk die dat met zich meebrengt. Niet dat ik weet hoe het anders zou moeten, hoor." „Twee jaar geleden ben ik nog eens teruggegaan naar de Baliëndijk in de wijk Doornbos en naar de Wisselaar in de Hoge Vucht, waar we hebben ge woond. Dat was niet echt leuk. Ik voelde me altijd het best op het voetbalveld, wilde ook jarenlang voetballer worden. Veel vertrouwen in mezelf heb ik nooit gehad. Toen ik in de zesde klas van de la gere school de hoofdrol in een musical had ge speeld en iedereen zei 'jij moet toneel gaan spelen', was ik die avond even heel gelukkig. Dat was een echte kick." „Al met zes, zeven jaar dacht ik dat acteren heel leuk moest zijn. Dat kwam door Leen Jongewaard in de televisieserie Ja zuster, nee zuster. Die vond ik fantastisch. Het leuke van dat vak leek me dat je er de mensen mee kon vermaken. Laatst zag ik nog eens een oud schoolrapport terug van de lage re school. 'René is wel erg mededeelzaam', stond er. Achteraf begrijp ik pas wat ze daarmee be doelden. Ik was altijd wel heel erg druk en zat eeuwig achterstevoren in de bank te kletsen." „Op de Jozef Mavo was het heel vervelend, een heel strenge jongensschool. En katholiek natuur lijk. Op de havo vielen daarna heel veel dingen van me af. Maar pas op m'n zestiende, op het OLV Ly ceum, ben ik het allemaal echt een beetje leuk gaan vinden. Op m'n negentiende ben ik naar de Amsterdamse Toneelschool gegaan, maar na twee jaar had ik er al helemaal genoeg van. Bij theater groep Caroussel heb ik het vak in de praktijk ge leerd." René van 't Hof, de acteur en mimekomiek van het veelbekroonde gezelschap Carver: „Aan mijn jeugd in Breda denk ik vooral met een soort somber gevoel terug. Op de lagere school voelde ik me al opgesloten.foto wfa Tegenwoordig wind ik mij er trouwens minder over op, waftt iedereen kijkt nu eenmaal anders. Na afloop van Desperado blijken er mensen te hebben gehuild van de treurnis, anderen hebben zich rot gelachen en weer anderen vinden er niks aan." „Het gekke is dat zulke clichégesprekken in het echt aan de lopende band plaatsvinden. Ik zat laatst in de trein van Eindhoven naar Amsterdam en hoorde anderhalf uur lang niets anders. Ik ben er trouwens niet bewust op uit om dergelijke din gen letterlijk over te nemen. Ik schrijf ook nooit wat op, ook al denk ik: dit moet ik onthouden. Ik vergeet het theestal zo weer, maar blijkbaar komt het op een keer toch vanzelf weer terug." Desperado blijkt grappig genoeg gebaseerd op de werkelijkheid. „Weet je," zegt Van 't Hof, „dat er overal in de weekends van die country western clubs bijeenkomen? Er bestaat een hele western hausse. Mannen en zelfs oudere vrouwen in cow- boypak. Met Jim van der Woude ben ik in Fries land naar zo'n cowboy-festival wezen kijken.". „Jim is heel goed in het uitvergroten van absurde en abstracte dingen, ik bekijk alles meer vanuit de werkelijkheid, de kleinheid ervan. Middenin de polder waren er van die kerels op laarzen en met namaakrevolvers in de weer en dat sprak ons ge weldig aan. Het had trouwens een heel relaxte sfeer, geen enkele agressie te bekennen." „Jaren geleden had ik al eens een documentaire gezien over een westerndorp, El Paso, in de buurt van Antwerpen. Zo'n verschijnsel boeit mij omdat het een vlucht is uit de werkelijkheid. Het geeft zo'n vrijheidsidee van 'going to the wild', maar te gelijkertijd is het allemaal heel treurig, omdat je toch nooit aan je eigen werkelijkheid kunt ont snappen." Waarom maak je geen echte satire op zo'n ver schijnsel? het blijft altijd gen soort uitvergroot realisme met vooral visuele grappen. „Ik houd niet van het bespottelijk maken van mensen of dingen. Dat vind ik niet lekker, daar kan ik niet tegen. Ik heb daarom meestal ook moeite met cabaret. Theo Maassen vind ik wel leuk want dat is een goede toneelspeler. Die zit ook niet bovenop het publiek en heeft niet dat be- wijzerige van andere cabaretiers. Veel jonge caba retiers zijn trouwens erg melig, over meligheid ge sproken. Wat ik doe, moet wel altijd met humor. Dat is de enige redding in het bestaan. Als je je ei gen situatie niet kunt relativeren, dan kun je er be ter meteen mee ophouden." Je speelt altijd de underdog, de eeuwige verliezer. „Dat is maar een deel van mij, want er zijn heel veel kanten, Maar blijkbaar is het wel de grootste bron van mijn inspiratie. De Engelse komiek Ro wan Atkinson (Mr. Bean) heeft gezegd dat een ko miek eigenlijk maar op één manier grappig kan zijn. Ik zou niet weten waar het bij mij vandaan komt, maar het heeft ongetwijfeld te maken met een bepaalde manier van kijken en luisteren. Bin nen die ene underdog kan je trouwens weer aller lei andere figuren laten ontstaan." Je hebt je hele jeugd doorgebracht in Breda. Was het een artistiek gezin? Je broer Jackó is een heel talentvolle cameraman, je zus speelt ook toneel. „Mijn vader was adjunct-directeur van de ge meentelijke technische school in Breda. Die had veel gevoel voor humor. Mijn moeder is artistieker maar die is heel serieus. Op Jackó kan ik wel eens „Ik heb zelf vijf speelfilms gemaakt en in televisie series gespeeld. Ik heb dus heel wat camera-erva ring. Maar ik was altijd al gek op de bioscoop. Ik ga een paar keer per week, altijd 's middags. Sling Blade was prachtig. Van de week heb ik LA Confi dential nog gezien. Ook prachtig. Verder ben ik een echte documentaire-freak. Als ik maar even tijd heb, ga ik naar het International Documenta ry Filmfestival." „Ik houd vooral van filmdocumentaires die heel dichtbij het leven staan. Je ziet de meest maffe dingen, die je in het dagelijks leven niet te zien krijgt. Vorig jaar een film over stofzuigerverko pers in Finland. Helemaal te gek. Het leuke van documentaires is dat je overal binnen kunt kijken. En ik ben erg nieuwsgierig naar de levens van an deren. Als je 's avonds langs al die flats rijdt en je ziet al die verlichte kamers weet je dat zich daar veel afspeelt, dat je nooit te zien zult krijgen." „Dat soort nieuwsgierigheid kan door sommige filmdocumentaires heel goed worden bevredigd. Er worden op dat gebied waanzinnig mooie films gemaakt. Op een bepaalde manier probeer ik dat soort ervaringen weer naar het theater toe te ver talen. Van Stranger than paradise van Jim Jar- musch heb ik ook veel opgestoken. Dat trage, die lege nietsheid; dat is prachtig." Wanneer ben jij als acteur en theatermaker het meest tevreden? „Als ik een stap heb genomen die ik nog niet eer der had durven nemen. Ik durf steeds dichter bij mezelf te blijven en meer van mezelf te laten zien. Zonder dat ik mezelf nog zo nodig hoef te bewij zen. Daar kun je als acteur je hele leven mee bezig blijven en dat hangt uiteraard heel nauw samen met je persoonlijk leven. Heel tevreden ben ik als we erin geslaagd zijn om een bepaald beeld of sfeer op het toneel te krijgen die er twee maanden tevoren nog helemaal niet was. Dat is de meest fantastische ervaring die er is; Het proces vooraf begin ik ook steeds fijnér te vindgn. Vroeger moest het resulaat er meteen zijn. Nuoeleef ik veel meer plezier aan het zoeken op zich. En het is geweldig dat je daar tegenwoordig de tijd voor krijgt. Dank zij de vierjarige subsidie die Carver heeft gekre gen." 'Desperado' van en met René van 't Hof, Jim van der Wou de en Kas De Wolf is van 3 tot en met 6 december te zien in Schouwburg Rotter dam, 9 december in het Chassé Theater in Breda, 19 december in de Toneelaca demie in Maastricht. René van 't Hof brengt met Jim van der Woude en Kas De Wolf de voorstelling 'Desperado': vier wan hopige, eenzame namaak-cowboys.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1997 | | pagina 19