Lopen produceert gevaarlijke hitte Je moet je durven bukken9 Deelnemers aan marathon moeten op weerbericht letten Oorpijn en antibiotica Leeftijdsverschil ouders bepaalt geslacht eerste kind 'Hartinfarct eerst thuis behandelen' de stem LIJF LEVEN E2 E1 Boston Onderzoek Verrast Koeienvlaai Klazien Allergie Surrogaat WOENSDAG 1 OKTOBER 1997 verliet.' I A. KARTHAUS ten geven, is ladsel. |arin, weten de operatie- Jten! Omdat lijd zo onge- pt, stapt hij elf een kijk- pemen. de tekenin- bebouw. De falie etages Igschikt on- fiatisch ging Ir snel achter yw geen ope- tinden was. fheid gespro- ra kon hoog- p orzieningen i knoeien. deskundigen de medische ntboezemin- Eiceerde arts veer op heel jkppen. Type- t hij het boek peft - een eer stuks - en kei contact [Ignatius. „Ze het boek ligt Doekhandel." Karthaus zijn hbieden aan I een van zijn aan prof dr. de hoogle- lelkunde van Ziekenhuis ar nog steeds hangt'. 'knopen, door te koop bij Sn, Breda. Iedere marathonorganisator droomt van een snel looppar- cours waarop de atleten een betere mogelijkheid hebben om hun persoonlijke records te verbeteren. De nachtmerrie van de wedstrijdorganisaties zijn daarentegen de ernstige iiitputtingsproblemen waar voor snelle en adequate medi sche behandeling nodig kan rijn en die juist bij dergelijke zware sportinspanningen kun nen optreden. Door Goof Schep 06 marathon van Rotterdam heeft bijvoorbeeld een snel looppar- cours en wordt om die reden door veel lopers uitverkoren. De orga nisatie heeft daardoor minder startgeld en prijzengeld nodig om toch een internationaal aanspre kend deelnemersveld op de been te brengen. Wat men zich vaak onvoldoende realiseert is dat het klimaat de be langrijkste voorspeller is voor zo wel de prestatie als de problemen. Een prachtige zonnige dag blijkt de droom van een marathonorga nisator om te kunnen toveren in een nachtmerrie. De warmteproductie tijdens hard lopen is erg groot en bedraagt bij lopers van 70 kg die 17 km per uur lopen al ongeveer 1000 kilocalorie per uur. Dit komt overeen met een warmte die de lichaamstempera tuur van de atleet met 15 graden verhoogt, terwijl 5 graden verho ging al dodelijk is. In de praktijk van het lopen blijkt dat zonder goede afkoeling lopers al binnen vijftien tot twintig minuten over verhit kunnen raken. Bij warm weer is zweten de be langrijkste manier om af te koelen voor de marathonloper. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het wereldrecord zweetverlies in han- Sporten bij warme weersomstandigheden kan tot extreme uitputtingsverschijnselen met oververhitting en uitdroging lijden. den is van de top marathonloper Alberto Salazar met 3,7 liter per uur. Hij vestigde dit record in de extreem warme marathon tijdens de Olympische Spelen van 1984. Dat de weersomstandigheden zo bepalend zijn voor de prestatie is fraai duidelijk geworden door een onderzoek bij de Boston mara thon. Deze marathon wordt ge houden in april. Er zijn gegevens verzameld over de weersomstan digheden gedurende dertig jaar en over de tijden van de eerste drie geklasseerde lopers tijdens de ma rathons in dezelfde dertig jaar. Het klimaat is goed vergelijkbaar met Nederland met een tempera tuur die varieerde van 2,8 tot 24,4 graden Celsius. Na een ingewik kelde statistische berekening bleek dat door verschillen in weersomstandigheden (tempera tuur, relatieve vochtigheid en zon neschijn) de variatie in eindtijden al voor 75 procent verklaard kon worden. Eerste hulpproblemen blijken met dergelijke klimaatsge- gevens zelfs nog betrouwbaarder ingeschat te kunnen worden. Wat betreft deze eerste hulp proble men blijkt gelukkig ook dat door passende maatregelen van atleten (extra drinken), wedstrijdorgani satie (drinkposten en instructies aan atleten) en medische begelei ding (adequate koeling en zo no dig infuusbehandeling) de proble matiek vrijwel volledig te onder vangen is. Dat het weer zo bepalend kan zijn, wordt vrijwel ieder jaar ook geïl lustreerd in Nederland. In 1990 heb ik daar onderzoek naar ge daan door simpelweg het aantal deelnemers, het aantal uitvallers en het aantal mensen die door de eerste hulp gezien moesten wor den in kaart te brengen. Tijdens de marathon van Noordseschut was het gunstig koel weer. Er startten 300 mensen. Er viel er slechts een uit. Slechts twee be zochten de eerste hulp voor gerin ge problemen. In Rotterdam was het datzelfde jaar een vrij warme lentedag. Een ideale dag om vroeg in het jaar richting strand te gaan. Veel ma rathonlopers hadden dit ook beter als alternatief kunnen nemen. Van de 9500 starters vielen er 1986 uit. Naar schatting werden er 600 op gevangen door de eerste hulp in verband met warmteproblemen. Hiervan moesten er 27 naar het ziekenhuis gebracht worden voor verdere behandeling en werden er zelfs 7 opgenomen op de intensive care. Een dergelijk patroon van sterk wisselende eerste hulp problemen per wedstrijd treedt juist in Ne derland vaak op. Ook in warmere landen dan Nederland wordt ma rathon gelopen. Een slagveld zoals in Rotterdam zie je daar toch zel den. Een dergelijk slagveld wordt namelijk mede veroorzaakt door dat de meeste lopers (nog) niet aan de warmte gewend zijn. Daarnaast is het vaak zo dat zo wel de lopers als de wedstrijdor ganisaties en de eerste hulp de warmte onvoldoende inschatten en toch verrast worden. De gewo ne temperatuur is meestal wel be kend, maar het is juist de combi natie met een hoge relatieve voch tigheid en zonneschijn die de om standigheden echt zwaar maken. Zo is een zomerdag met 30 graden vaak minder zwaar dan een zwoe le lentedag met maar 24 graden. Om echt goed de omstandigheden in te schatten is een doorbereke ning van temperatuur, zonne schijn, windsnelheid en relatieve vochtigheid nodig. Het KNM voorspelt deze in het regionaal weerbericht. Daarnaast is het be langrijk te weten of de lopers ge acclimatiseerd zijn aan de warmte of dat het een plotselinge over gang naar veel warmere en zwaar dere weersomstandigheden be treft. Dit jaar zijn de perspectie ven gezien.de gewenning van alle Nederlanders met onze hittegolf erg gunstig. (Goof Schep is sportarts) In het voorlaatste deel van zijn speurtocht naar 't Gezond belandt onze redacteur in een krui dentuin. Te Baexem. Door Ed van de Kerkhof Sommige dingen willen maar niet overgaan en bij mij zijn dat de ei genaardigheden van mijn vel. Het deugt niet. Het heeft nog nooit ge deugd. Alsof ze me in de verkeer de verpakking hebben geduwd. Mijn gezicht is dat van Eddie Constantine. Een maanland schap. Een gekreukte zwartwit foto. Bepaalde vrouwen vinden zo'n gehavende kop wel interes sant - maar zij hoeven er niet mee rond te lopen. Om de uitbarstingen van mijn huid wat te temperen zou ik vol gens de een maar beter geen cho colade meer moeten eten en vol gens de ander geen eieren. En ook geen mayonaise - terwijl de Da me thuis die tegenwoordig juist zélf maakt en wel volgens een overheerlijk recept. Twee eier dooiers in een kommetje, een likje mosterd, een eetlepel azijn en tij dens het opkloppen druppeltje voor druppeltje de zonnebloem olie erdoor. Peper en zout en af te maken met een scheutje room. Heerlijk. Vanwege die rommelige huid heb ik al van alles geprobeerd. Zon helpt het beste, maar die is in dit land lang niet altijd voorhanden. Sinds kort probeer ik kruiden thee. Een paar trosjes duizend blad, eigenhandig geplukt. Jawel, zover is het intussen met mij ge komen. Ik heb gewacht tot het bijna donker was en niemand in de buurt vóór ik ze schielijk dorst af te snijden met het meegebrach te aardappelmesje. Want zeg nou zelf, een volwassen vent op z'n knieën tussen het onkruid in de wegberm heeft onmiskenbaar iets zonderlings. En toch. De oude Schotten deden wel gekkere dingen. Die zwoeren "ij een vingerdik zomerse koeien- riaai, vers uit de wei, als zalfje te gen puistjes en andere ongerech tigheden. Anderen vonden het wit van een kippenstrontje nóg beter. Volgens deskundigen werkte dat goedje vanwege de door de bees ten verorberde medicinale krui den die er toen nog volop in de wei groeiden, maar het zou ook de Mogelijk penicilline-achtige wer king van schimmels in de dierlijke Het begon met een vakantiekiekje. Het buikje hing nadrukkelijk boven de zwembroek. Er moest iets aan gedaan worden. Dus besloot redacteur Ed van de Kerkhof tot een gezonder leven. In deze bijlage doet hij verslag van zijn zoektocht naar 't Gezond. Vandaag aflevering 7, de voorlaatste, over kruiden. ILLUSTRATIE MATRIJNOERS uitwerpselen geweest kunnen zijn. Tja. Schotse grootmoeders houden tot op de dag van vandaag vast aan de opvatting dat deppen met een plasluier het kinderge zicht gaaf houdt. Dat van het dui zendblad heb ik van mevrouw Jan Peters die samen met haar echtge noot Theo en een stel kinderen- met-aanhang het kasteel te Bae xem bestiert, Weert voorbij, aan de binnenweg naar Grathem, daar waar tussen de landerijen een ommuurd kerkhof de voorbij ganger maant met de woorden 'Heden ik, morgen gij' - ge smeed in een zwartijzeren toe gangshek dat altijd op een kier staat, maar alia, aan de overkant, aan de kant van die van Peters dus, bevindt zich een van de mooiste kruidentuinen beneden de Maas. „Je gaat me toch niet afschilderen als een soort Klazien van Zalk hè?" zegt ze, „Want daar wil ik niets van horen!" In de enorme woonkeuken voert ze een Kla- ziennummertje op. „Da's goed tegen de aambei'n, kost nü drie guld'n vieftig, morg'n neeg'n gulden tachtig, en die daar benn'n drie voor tien guld'n, maar dan moet je ze nu koop'n." Waar bij ze een heel vies gezicht trekt. „En dan krijg ik zeker al die kla gers aan de deur! Ik ben doodsbe nauwd van dat soort publiek. Dan komt zo'n eng mens met heel d'r familie, zó vet, van onder tot bo ven vol kwalen en als ik dan zeg: mevrouw, ik heb u zó beter, komt u maar eens een weekje in de tuin werken, van negen tot vijf, dan zie je ze niet meer." Ze grijnst. Even later schuift ze een felge- Kruidenmevrouw Jan Peters: 'Ik graas de hele dag zo'n beetje in de tuin.' FOTO BAS RUTTEN kleurde, oranjerode bloem over de houten tafel. „Oostindische kers. Eet maar op. Een antibiotica- bloempje." Zelf steekt ze er ook een in haar mond. „Lekker hè?" Zegt dan: „Ik heb geen zin om ie mand vieze dingen te geven. Dat vind ik zo'n onzin, dat kruiden vies zouden moeten smaken. Bij voorbeeld? Ik krijg wel eens men-' sen over de vloer met last van gruis in de nieren. Die geef ik gul denroede, eerst verwarmd in de witte wijn en daarna afgekoeld in de koelkast. Gewoon een lekker glaasje! Soms gooi ik -er nog wat lievevrouwebedstro bij, zodat het nóg wat lekkerder is. En het helpt!" „Ik graas de hele dag zo'n beetje in de tuin. Sta ik even met mijn man te praten en dan heb ik onge merkt al twintig van die bloeme tjes naar binnen. Niet omdat ik dat zo gezond vind, maar omdat ik het lekker vind. Net zoals ik rook en borreltjes drink. Vind ik ook lekker." (Op tafel: een buil zware Van Nelle.) „Je zou het de kinderen op de kleuterschool al bij moeten bren gen. Zingen en kruidenplukken. Elk kind vindt het enig om zelf een pleister uit de tuin te plukken. De hemelsleutel. Kijk, ik breek zo'n blaadje, doe het velletje er af en het blijft de hele dag plakken! Het kussentje trekt elke wond schoon. En geen Nederlander die géén hemelsleutel in de tuin heeft. Kinderen zouden dat soort dingen moeten weten. Dat je eerste hulp kunt halen uit de tuin. Je kent het zeepkruid?" „Ha, ik doe alle was met dat kruid. Ik gooi gewoon zo'n tak in de wasmachine. Die schudt je er wel uit als de was klaar is. Nou, heb ik schone kleren of niet? En voel maar eens hoe zacht mijn handen zijn. Zeepkruid. Het hele restaurant wordt ermee gepoetst! En het helpt ook fantastisch tegen psoriasis.(Dat restaurant maakt onderdeel uit van het kasteelcom plex. Men eet er gerechten als Wilde tuinsalade met eetbare bloemen, Gefrituurde inktvisrin gen met salie en Rollade van Geuldallamsbout met tijm en ro zemarijn. Al het 'met' komt uit ei gen tuin.) „Ik pluk een beetje van dit en ik pluk een beetje van dat en dan heb ik zo een verse soep. Tuin paadjessoep noem ik dat. In het voorjaar doe ik hondsdraf door mijn omeletje. Verrukkelijk. En brandnetelpuree in de lente. Héérlijk! Hier, herderstasje. Sta biliseert de hoge én de lage bloed druk. Als je in Japan zoute vis be stelt, krijg je er herderstasje bij. Om de bloeddruk te stabiliseren. Als vogels ruzie maken, vliegen ze meteen daarna naar het herders tasje. Mijn hanen zoeken onmid dellijk het herderstasje op als ze het met elkaar aan de stok hebben gehad. Alles heeft een functie. Vrouwen in de overgang zouden allemaal aan het herderstasje moeten zitten. Dan komen ze er lekker doorheen." „Maar de mensen staan nergens bij stil. Ze hebben geen zin om na te denken. Dat is te vermoeiend. Ze hollen liever naar de apotheek om daar voor vijftig, zestig gulden spul te kopen dan om een kool blad op een zere knie te leggen. Ik ga niet preken en iedereen moet 't maar zelf uitzoeken, maar ik pak dat stomme koolblad want dat is wél zo antibiotisch..." „En jij moet duizendblad nemen. Dat groeit er met miljoenen tege lijk. Het beste wat we in Neder land hebben. Kokend water erop, niet te lang laten trekken, klaar." Aldus mevrouw Jan Peters. Tja. En daar sta ik dan, vol wan trouwen om me heen speurend in de wegberm. Want wat weet ik van de natuur? Niks. Ik ben opge voed met keurig verpakte pilletjes in kartonnen doosjes. Met maggi- blokjes. En ik ben de enige niet. Neem de heren Marcel Hulspas en Jan Willem Nienhuys. Die schrij ven in de curieuze en zojuist ver schenen 'encyclopedie der pseu- do-wetenschappen', Tussen Waarheid Waanzin, (uitgeverij Scheffers, ƒ68,40) dat veel ge neesmiddelen weliswaar gemaakt zijn van plantaardige bestandde len, maar dat dat niet betekent dat geneeskrachtige planten vei lig zouden zijn. Integendeel. „Kruiden hebben een gunstige re putatie die ze niet verdienen," schrijven ze. Ze hebben het over 'gevaarlijke bijwerkingen' en 'ernstige schade' en 'kankerver wekkend'. Dat soort jongens zul je niet in de wegberm tegenko men- Over dat soort kritiek haalt me vrouw Peters haar schouders op: „Als iemand het met kruiden niet ziet zitten is dat mij best. Echt, het zal mij een zorg zijn." Waarop ze vertelt dat angst voor kruiden overigens wél allergie teweeg kan brengen. „Er kwam hier een ver pleegster met last van hoge bloed druk. Ik zei dat ze herderstasje moest nemen. Dat durfde ze eerst niet. Ik zei dat ze dat best kon. 's Avonds belde ze me op. Dat d'r hele tong dik was. Toevallig zat hier op dat moment een chirurg van de oude stempel. Die zei dat ze met een beetje zout moest spoe len. Dat het alleen een kwestie van angst was..." Ach wat. Ongeloof maakt het le ven armer, las ik laatst ergens. En: „Kennis die wordt verkregen door ervaring met planten en die ren is niet een inferieur surrogaat voor de correcte, wetenschappe lijke kermis: het is de enige ech te." Aldus de biochemicus en cel- bioloog Rupert Sheldrake in De wedergeboorte van de natuur (Rainbow Pocket, 15). En er zijn die wijze woorden van mevrouw Peters: „We leven van de aarde." En: „Je moet je durven bukken. Ik word er altijd nederig van. Klein. Want als je naar de aarde buigt, kun je geen preten ties meer hebben." Dus. Als u een dezer dagen in de valavond een wat kalende man onhandig gebukt ziet rondschar relen in de wegberm dan weet u hoe laat het is... Door drs. J. Paalman Voor ouders is oorpijn de be langrijkste reden om de huis arts te waarschuwen. De huis arts schrijft dan in de meeste gevallen een paracetamolletje voor, wat neusdruppels en dat is dan meestal dat. Dit is heel bijzonder. Overal in het bui tenland schrijven dokters rou tinematig antibiotica voor om ernstige complicaties te voor komen. Want dokter Hippocra tes wist vijf- entwintighonderd jaar geleden al dat een acute middenoorontsteking 'een ern stige ziekte is waar men ijlend van de koorts aan kan sterven.' Waarom zo eigenwijs? Acute middenoorontsteking komt bij kinderen heel vaak voor: minstens zes op de tien kinderen heeft er voor zijn zes de verjaardag last van gehad. Het ontstaat vooral in het ver lengde van een verkoudheid. Want tussen de keel en het middenoor loopt een beluch tingsbuisje, de buis van Eusta- chius, om de druk in het bin nenoor gelijk te houden aan de druk buiten. Als je slikt of he vig gaapt en je hoort een klik in het oor, dan is een luchtbelletje vanuit de keel het binnenoor ingekomen. Dit gebeurt zo'n duizend keer per dag. En wat een luchtbelle tje kan, kunnen bacteriën na tuurlijk ook. Gevolg: acute middenoorontsteking. De pus kan bovendien door de 'ver kouden' buis van Eustachius niet goed wegvloeien zodat het opgehoopte pus het trommel vlies vervaarlijk naar buiten doet bollen. Het kind hoort duidelijk slechter terwijl hij met elke harteklop een snijden de pijn door zijn oortje voelt vlijmen. Hele jonge kinderen grijpen naar het oortje en vaak doet de ontsteking zich bij hen voor als hoge koorts, apathie, spugen en diarree. En de ouders slapen een paar nachten niet of nauwelijks. Gelukkig is bijna altijd het erg ste leed in een paar dagen gele den. Bijna altijd, dus soms niet. Dokters zijn altijd beducht ge weest voor complicaties zoals hersenvliesontsteking, perma nent verlies van gehoor of een ontsteking van het bot achter het oor. Daarom werd en wordt dras tisch ingegrepen ook al weet men dat de ontsteking bijna al tijd vanzelf over gaat. In de rest van de wereld en vooral in En geland en Amerika, krijgen kinderen steevast antibiotica om de acute middenoorontste king in de kiem te smoren. Maar niet in Nederland. Dat komt zo. In 1981 liet de Til- burgse KNO-arts F.L. van Buchem een bommetje ontplof fen in het gezaghebbende me dische tijdschrift The Lancet. Antibiotica en het doorprikken van oortjes (wat toen zeer in de medische mode was), is nergens voor nodig. De ontsteking gaat dan nauwelijks eerder over, en, zo had zijn nu klassiek gewor den onderzoek uitgewezen, complicaties komen niet vaker voor. De consternatie was in ternationaal. De New England Journal of Medicine stelde in een gewichtig commentaar vast dat dokters eigenlijk bar weinig weten van zo'n veel voorkomende kwaal. De huis artsen van Nederland gingen in 1990 officieel om en bedachten een standaard behandelplan. Bij kinderen boven de twee kan de eerste drie dagen worden volstaan met kinderparace- tamol en neusdruppels. Dit kan door de huisarts telefonisch worden geregeld. Als pijn en koorts voortduren dan even tueel antibiotica. Doorprikken van oortjes is niet zinvol tenzij de ontsteking langer duurt dan veertien dagen. Kinderen on der de twee jaar krijgen ook al leen paracetamol en neusdrup pels. Wel moet de huisarts na 24 uur bellen of langskomen. Als er geen verbetering is kan de huisarts nog 24 uur wachten of alsnog besluiten tot het ge ven van antibiotica. Als het kind erg ziek is of na het geven van antibiotica niet binnen 24 uur opknapt dan is verwijzing naar de KNO-arts zinvol. In Engeland en Amerika en ei genlijk de rest van de wereld blijft men antibiotica geven. Weten ze dan niet van het Ne derlands beleid? Jawel, want dat wordt geregeld in de medi sche topbladen besproken. Is het dan gevaarlijk om van anti biotica af te zien?. Nee, dat is niet gevaarlijk want in Neder land komen niet meer compli caties voor dan in de rest van de wereld. Waarom dan toch antibiotica? Omdat vooral Amerikanen vanwege hun smetvrees dol zijn op antibioti ca, en bovendien is het de ge makkelijkste weg. Want baat het niet, zo is de redenering, dan schaadt het niet. Dat laatste werd een paar we ken geleden in het Engelse me dische vakblad BMJ heftig te gengesproken door een inter nationaal team van artsen waaronder, jawel, de al eerder genoemde dokter F.L. 'Louk' van Buchem. Als de antibiotica niet baten dan schaden ze wel degelijk. Want bacteriën ont wikkelen er resistentie tegen zodat ze op een kwaad moment niet meer werken als we ze eens een keer echt nodig hebben. In hun artikel gooiden ze een aan tal tegenargumenten als klei duiven in de lucht en schoten die vervolgens bekwaam af: Voor de gunstige werking van antibiotica ontbreekt het wa terdichte bewijs. Afzien van antibiotica geeft geen toename van ernstige complicaties. Risicopatiëntjes (jonger dan twee, blank, jongetje, astma, ontstoken keelamandelen, dag opvang, flesvoeding, fopspeen, rokende ouders) hebben niet meer baat bij antibiotica. Bo vendien weet niemand hoe lang de kuur moet duren want twee dagen slikken werkt net zo goed als tien dagen slikken. Op zijn minst zouden dokters moeten overwegen om stukken minder antibiotica te geven, al dus de vier Amerikaanse, een Engelse en drie Nederlandse dokters. Voor een heel enkel patiëntje zouden antibiotica misschien nuttig kunnen zijn, maar bewijs ontbreekt. En voorkomen is natuulijk nog be ter. Borstvoeding beschermt, roken in huis verergert de zaak en in kinderdagverblijven zouden personeel en kinderen vaker hun handen moeten wassen, want dagopvang verhoogt de kans op oorontsteking met vijf tig procent. Het leeftijdsverschil tussen echt genoten bepaalt het geslacht van het eerste kind. De kans is groot dat vrouwen met een aanzienlijk oudere man eerst een zoon krij gen. Dat blijkt uit onderzoek van Britse biologen. Onder leiding van John Manning van de Uni versiteit van Liverpool legde de groep leeftijdsverschillen van 301 paren en het geslacht van hun kinderen in het noorden van Engeland vast. Bij de paren waarvan de man tenminste vijf jaar ouder was dan de vrouw, werden 37 zonen en twintig dochters als eerste kind geboren. Bij paren waarvan de man jon ger was dan de vrouw kwamen veertien zonen en 29 dochters ter wereld. „Het gaat alleen op voor het eer ste kind," schrijft Manning. „We weten niet waarom, maar het blijkt uit onze cijfers." (rtr) De kans een hartaanval te overle ven wordt drie keer groter als de patiënt ter plekke (thuis), voor dat hij naar het ziekenhuis wordt vervoerd, met een medicijn wordt behandeld. Met deze nieuwe aanpak kan 68 procent van de infarctpatiënten in de uren daarna nog goed wor den behandeld. Als de behande ling pas in het ziekenhuis begint, zoals nu nog vaak gebruikelijk, is slechts 22 procent nog te helpen. Twee Nijmeegse cardiologen hebben onlangs deze onderzoeks resultaten gepresenteerd. Een van hun conclusies luidt: elk uur dat een infarctpatiënt eerder wordt behandeld spaart twee le vens extra op honderd behandel de patiënten. Door de eerste be handeling te verplaatsen van het ziekenhuis naar de plek waar de infarct plaatsvindt, wordt im mers een cruciale tijdwinst van 68 minuten geboekt.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1997 | | pagina 25