Operatie helpt tegen zweethandei Vruchten Hano- Du melk-/haz Tissue za Onze kinderen, de robots Heermoes: chemische oorlog in de tuin Nieuwe hertensoort ontdekt in Vietnam letoi kleintje Mens kan straks helemaal worden vervangen door 'reserve-onderdelen' Vakantie- heimwee Swinveld E Glazenwasse DE STEM LIJF LEVEN Vietnam Sierlijk Schaafstro 'Ursi', in diverse vri 6x60 gr. 400 gr. (waliteitva 4x400 vel 4-laags, in hersluit 10x10 stuks Pub-drink, Cola F Sinas 1.5 liter Cyborg Kunstmatig Onsterfelijkheid Zinloos Persone U vindt ons in dt Roosendaal, tel. CARPOLTIB WOENSDAG 27 AUGUSTUS 1997 Door Martijn Hover Door Romkevan de Kaa De plantennaam Equisetum ar- vense zal over het algemeen wei nig reacties oproepen. Maar het noemen van de gewone Neder landse naam - heermoes, ook be kend als paarden- of katten staart - is al genoeg om iedere tuinier de handen in wanhoop ten hemel te doen heffen. In de tuinbouw wordt de plant soms akkerpest genoemd. Kweek is een lastig onkruid, ze venblad is ook niet leuk, maar heermoes is verreweg het ellen digste onkruid van allemaal. Heermoes is als de hydra uit de Griekse mythologie: hak hem de kop af en er komen er twee voor in de plaats. Uitspitten helpt niet, want de wortels gaan meters diep. Afdek ken met landbouwfolie is nutte loos, want de plant breekt er zon der moeite doorheen. Vlammen werpers branden de bovengrond se delen af, maar laten de wortels intact. Ik ben geen voorstander van het gebruik van onkruidbestrijdings middelen in de particuliere tuin, maar ik ben niet roomser dan de paus en als iemand tot de ont dekking komt dat de tuin van zijn pasgekochte huis vol paar denstaarten staat, dan zou ik hem schoorvoetend adviseren om toch maar naar de gifspuit te grijpen. Ware het niet dat er geen middel is dat tegen heermoes helpt. Zelfs MCPA, het chemisch middel waarmee de Amerikanen destijds een groot deel van Vietnam ont bladerd hebben, lijkt op heer moes geen vat te krijgen. Ik schaam mij, maar ik geef toe - in mijn chemische oorlog tegen de paardenstaart heb ik zo ongeveer alles geprobeerd. Totdat ik er achter kwam dat al mijn moeite tevergeefs was; sindsdien heerst er tussen de heermoes en mij een gewapende vrede. Het besef dat ik een hopeloze strijd streed, kwam toen een vriend van mij op op hoge leeftijd overleed. Hij had veertig jaar lang consciëntieus tegen de heermoes in zijn tuin ge vochten, maar bij zijn dood was het onkruid nog steeds niet uit geroeid. Sindsdien maak ik mijzelf wijs dat niet de overwinning het be langrijkste is, maar de strijd, en de manier waarop die gestreden wordt. Een filosofie die in de vo rige eeuw ook in de sport opgeld deed. Trouwens - zo probeer ik mijzelf voor de gek te houden -, als je de paardenstaart objectief be schouwt, niet als onkruid, maar gewoon als plant, dan zul je moe ten toegeven dat het een sierlijke bladplant is die in geen border zou misstaan. Met zijn rechte stengels en zijn afhangende, in kransen geplaats te takjes, lijkt heermoes wel een beetje op een miniatuur sparren boom. Bovendien is het nog een heel interessante plant ook, met een spectaculaire stamboom. Want zo'n driehonderd miljoen jaar geleden, tijdens het Car boon, was een groot deel van de aarde met reusachtige paarden staarten begroeid. De enigen die de paardenstaart niet verwensen zijn kinderen, want je kunt er een aardig spelle tje mee spelen: je demonteert de plant door hem bij de stengelle den uit elkaar te trekken en daarna kun je hem weer in elkaar zetten. Of kinderen dat nog steeds doen, weet ik niet; ik heb ook al jaren geen kind meer op een fluitje van fluitekruid zien blazen. Maar ook volwassenen kunnen plezier aan paardenstaarten be leven, want er bestaan soorten die niet of nauwelijks woekeren. Een voorbeeld is Equisetum hye- male, of schaafstro, een soort die van vocht en schaduw houdt en wel een meter hoog kan worden. Het is zelfs lastig om schaafstro aan de gang te krijgen en als de plant eenmaal is aangeslagen, duurt het jaren voordat hij zijn volle wasdom heeft bereikt. De jonge scheuten zijn dwarsge- streept -roze met groen met zwart - en doen denken aan exo tische slangen, zij het dan dat ze stijf rechtop staan. Een dierlijker plant is moeilijk denkbaar. Vroe ger werd schaafstro gebruikt om pannen schoon te schuren; van daar de naam. Een plant die ik iedereen aan zou willen raden is de bospaarden- staart, Equisetum sylvaticum, een schaduwplant die tachtig centimeter tot één meter hoog kan worden. De bospaarden- staart is zo fijn van structuur, dat je de planten die erachter groeien ziet door een waas van groen. Door Sylvia Huijgen Tilburg - Bij iedereen staat wei eens het zweet in de handen. Dat is lastig, maar overkomelijk. Een kleine groep mensen loopt dag in dag uit met kletsnatte handen. Zó erg dat het vrijwel ondoenlijk is een receptie te bezoeken, een re presentatieve functie te vervullen, aan bepaalde sporten te doen of een muziekinstrument te bespe len. Voor die groep is er een oplos sing. De aandoening kan operatief wor den verholpen. Deze maand vond in het St.-Elisabeth Ziekenhuis een dergelijke ingreep plaats. Voor het eerst werd daar een pa tiënt aan beide handen tegelijk geholpen. Mevrouw I. van Eijck (32) moet er nog aan wennen. „De natte handen zijn helemaal van de baan. Het is een rare gewaarwor ding. Ik heb nu helemaal droge handen en voeten, want die laatste deden toch ook wel een beetje mee." De dag na de operatie kon ze al naar huis vond ze zelf, en de chirurg, dr. J. Hamming, was het helemaal met haar eens. De Goir- lese was een paar maanden gele den min of meer toevallig bij Hamming beland na een bezoek aan de internist. Mevrouw Van Eijck: „Mijn handen waren dan weer blauw, dan weer wit en dan weer rood. De internist kon niks bijzonders vinden, maar consta teerde wel dat mijn handen erg nat waren. Dat had ik ook al re gelmatig aan mijn huisarts ge meld, maar die reageerde er niet zo op. De internist zei dat er wel wat aan te doen was." Operatief ingrijpen is haalbaar geworden sinds de opkomst van de kijkbuis- operatie. De zweetklieren in de handen worden aangestuurd door zenuwbanen die van boven naar beneden langst pen. Om daar bij te vroéger de hele worden open gemaakt. „Dat wal veel te riskant, dus gebeurde ht| niet," aldus Hammning, Nuknjg de patiënt onder de oksel ttij kleine sneetjes van een halvee timeter. Eén voor de kijkbuise een voor de instrumenten. In d luchtpijp wordt eeri speciale bea-j demingsbuis geplaatst die long apart beademt. Dat is nodij omdat de chirurg alleen maart de zenuw kan komen als hij deb treffende long laat inklappi Daarna wordt de zenuw doorge] brand. Door op een van tiegaatjes een pompje aan te sliiil ten, wordt de ruimte rond de taf vacuüm gezogen en ontplooit hi| zich Weer. Alleen als dat pri zohder problemen verloopt, meteen ook de andere kant worl den behandeld. Bij mevrouw Val Eijck was dat het geval. Extrei zweethanden is die niet zo heel Vaak voorkomi.l operatie is alleen een oplossinj voor mensen die zich sociaal e stig gehandicapt voelen. Hanij ming: „Het is en blijft eenoperaiif in de borstholte. Dat is je van een cent. Je moét hem»] zomaar dpen." Mevrouw flj Eijck was pas gaandeweg duim lijk gewórden dat er aan de opera-J tie toch wel haken en ogen kond: zitten. Achteraf is ze blij datjj het desondanks heeft haar droop het vocht werkeüjï van haör handen. Ze is secretarej se van beroep. Regelmatig H men er mensen die zij moest vei welkomen. „Dan sloeg de schr-j om mijn hart en dacht ik, o jé wil natuurlijk een hand, Het' heel prettig dat ik nu droge to den heb. Ik hoop dat het zo 1' Wetenschappers van het We reld Natuur Fond (WNF) heb ben in de oerwouden van Viet nam sporen van een onbekende diersoort ontdekt: de Truong Son muntjak. Het is waar schijnlijk de kleinste muntjak, een hertensoort, die er bestaat. Het WNF in Zeist heeft dit we reldkundig gemaakt. Het beestje weegt ongeveer vijftien kilo en is half zo groot als de gewone muntjak. De vacht is zwart en in tegenstel ling tot de gewone muntjak is het gewei van de nieuw ont dekte soort buitengewoon kort. Plaatselijk wordt het dier 'sam soi cacoong' (het hert dat diep in het dichte bos leeft) ge noemd. De wetenschappers hebben het dier niet levend aanschouwd. Zij vonden bij jagers achttien schedels van het hoefdier. Ge netisch onderzoek door het Zoölogisch Instituut van Ko penhagen bevestigde dat het om een nieuwe diersoort gaat' Het WNF-onderzoek richt zien op verscheidenheid van soor ten, de zogeheten biodiversi teit. Het is de derde keer dn' wetenschappers een nieuwe zoogdiersoort ontdekken 111 Vietnam. In 1992 werd de reu- zenmuntjak ontdekt en in de soala. De nieuwste ontdekking is f?c' noem.d naar de vindplaats,» ruige Truong Son gebergte, dat Vietnam van Laos scheidt. Tij dens him onderzoek hebben wetenschappers in het gel»® ook verscheidene nieuwe pla11' tensoorten ontdekt, (anpi) Amerikaanse geleerden hebben een apparaatje ontwikkeld dat in het lichaam kan worden in gebouwd om spiertrillin- gen tegen te gaan die het gevolg zijn van neurolo gische afwijkingen. Het elektronische wondertje, dat ongeveer 20.000 dol lar (40.000 gulden) zal gaan kosten, moet uit komst bieden voor pa tiënten die lijden aan kwalen als de ziekte van Parkinson. Het blok keert met behulp van elektronica de signalen van de hersenen die de ongewenste spierbewe gingen veroorzaken. Bestaat de hele mens straks uit een verzame ling mechanische en elektronische 'reserve onderdelen'? In de jaren zeventig werden de beeldbuizen in Amerikaanse en Europese huishoudens regelma tig geteisterd door de avonturen I van de 'Man van Zes Miljoen'. Acteur Lee Majors speelde in de gelijknamige tv-serie een astro naut wiens lichaamsdelen bij een ongeval zwaar gehavend zijn. De held wordt door futuristische doktoren met kunstmatige reser ve-onderdelen opgelapt tot een soort halfmens-halfrobot. Door zijn deels uit plastic, staal en ge avanceerde elektronica opge bouwde fysiek blijkt de 'bioni sche' televisieman in staat tot ongehoorde staaltjes van kracht- patserij. In 1973, toen de Man van Zes Miljoen voor het eerst over het scherm daverde, berustte hij nog grotendeels op science-fiction. Inmiddels zijn we bijna een kwart eeuw verder en zijn veel van de destijds fantastisch lij- Ij kende mechanische aanpassin gen die de bionische man had ondergaan, gemeengoed gewor- den. Metalen skeletonderdelen wor den tegenwoordig door chirur- gen routinematig ingebracht; elektronische pacemakers hou den moeizaam pompende harten aan de gang; sinds kort is er een apparaatje op de markt dat de neurologische signalen onder drukt die de ongewenste spier- trillingen opwekken bij bijvoor beeld Parkinson-patiënten. De nieuwste stap lijkt het 'op- - kweken' van transplantatie-or ganen uit celculturen van de pa tiënt zelf, zodat zijn lichaam het nieuwe orgaan niet meer afstoot. De bionische mens, of cyborg zo als hij in de science-fiction meestal wordt genoemd, lijkt niet ver meer weg. Serieuze geleerden speculeren al geruime tijd over mechanische en elektronische verbeteringen aan het ontwerp waarmee de evolutie van het leven op aarde ons heeft opgezadeld. Daar ont- breekt namelijk nogal het een en ander aan, moppert bijvoorbeeld Marvin Minsky, hoogleraar aan het befaamde Massachusetts In stitute of Technology. Minsky geldt als autoriteit op het gebied Halfmens-halfrobot, in de jaren zeventig nog science fiction maar veel van de destijds fantastisch lijkende mechanische aanpassingen die de bionische man had onder gaan zijn inmiddels gemeengoed geworden. foto reuters van kunstmatige intelligentie en robotica. In een artikel onder de kop 'Zul len robots de wereld beërven?' klaagt Minsky dat we weliswaar allemaal 'welzijn en wijsheid' nastreven, maar dat de meesten van ons ten prooi vallen aan de ouderdom voordat ze dat hebben kunnen verwezenlijken. „Om ons leven te verlengen en ons ver stand te verbeteren, zullen we ons lichaam en onze hersenen moeten veranderen," stelt hij vervolgens onomwonden. Minsky denkt dat wij in de (wel licht niet al te verre) toekomst in staat zullen zijn om versleten of niet naar behoren functione rende lichaamsdelen en organen stuk voor stuk te vervangen door kunstmatig gefabriceerde 'reser ve-onderdelen' die beter werken en langer meegaan. Ons nage slacht, veronderstelt hij, zou voor ons niet van robots te on derscheiden zijn. Wat ons lichaam betreft, voor ziet Minsky geen al te grote moeilijkheden: „Het hart is niet meer dan een slim pompje. Spie ren en botten zijn motoren en draagbalken. Ons spijsverte ringsorgaan is een chemische reactor. Uiteindelijk zullen we manieren vinden om al die on derdelen te transplanteren of te vervangen." Er is maar één han dicap: dat trage en onwillige brein van ons. Alle andere orga nen in ons lichaam kunnen wor den getransplanteerd of vervan gen. Maar omdat de hersenen de zetel vormen van onze persoon lijkheid, kan van hersentrans- plantaties geen sprake zijn. Je kunt de hersenen van Piet niet zomaar transplanteren in het hoofd van Jan - Jan zou dan Piet geworden zijn, en dat was niet de bedoeling. De micro- elektronica en de nanotechnolo- gie (het bouwen van microsco pisch kleine machines), ver wachten Minsky en anderen, zul len het in de toekomst daadwer kelijk mogelijk maken de hard ware van onze hersenen te ver beteren. 'Versleten' onderdelen van de hersenen kunnen vervan gen worden door elektronische reserve-onderdelen, net zoals een pace-maker nu al een versle ten hartspier ondersteunt. Zo'n aangepast brein zou niet al leen langer meegaan, maar ook over grotere capaciteiten be schikken dan de huidige neuro nen en synapsen in onze herse nen. De rekensnelheid van com puterchips is immers nu al vele malen hoger dan wat zelfs de meest begaafde menselijke her senen vermogen. „Uiteindelijk," meent Minsky, „zullen we manieren ontdekken om elk onderdeel van ons li chaam en onze hersenen te ver vangen en een einde te maken aan alle gebreken en verwondin gen die ons nu nog zo snel fataal worden." Alle mensen op aarde zijn nu nog het resultaat van een willekeuri ge vermenging van in genen vastgelegde erfelijke eigen schappen die hun allerlei beper kingen opleggen. Voor de 'gecon strueerde' mens die Minsky voor ogen staat, hoeven zulke beper kingen niet meer te gelden. Hij kan zelfs kiezen voor fysieke on sterfelijkheid, als hij dat wil. Is zo'n geheel 'bionische' mens geen machine geworden? Vol gens Minsky wordt dat een zin loze vraag. Ons nageslacht be staat niet uit 'robots'; het zijn onze 'geesteskinderen'. Ze ver houden zich tot ons zoals wij ons verhouden tot de mensapen waaruit we zijn voortgekomen, met dit verschil dat de apen niet uit vrije wil zijn geëvolueerd. Wij hebben die keus wel, vindt Minsky. Minsky weet natuurlijk heel goed dat wat hij voorspelt nog betrekkelijk ver in de toekomst ligt - als het al ooit gebeurt. Dat wil niet zeggen dat we er onze gedachten niet over moeten laten gaan. Het gaat om 'ons recht om kinderen te krijgen, onze genen te veranderen en te sterven hoe en wanneer we zelf willen'. De vrije keuze daaromtrent hebben we nooit eerder gehad zoals nu en in de nabije toekomst. Hoeveel mensen kan de aarde herbergen? Wat voor mensen moeten dat zijn? Hoe moeten we de beschikbare ruimte verdelen - onderling en tussen ons en de 'natuur'? „Individuen zijn nu nog het pro duct van toeval," schrijft Mins ky. „Er komt een dag dat we in staat zullen zijn ons nageslacht 'samen te stellen' naar vooraf be paalde wensen en behoeften." Misschien zullen we zelfs ooit in staat zijn onze fysieke beperkin gen achter ons te laten om als 'vrije geesten' door 'cyberspace' te zwerven. Minsky beseft dat onze huidige normen- en waardenstelsels niet voldoen bij het beantwoorden van de talloze morele vragen en dilemma's waarmee we in de vol gende eeuw zullen worden ge confronteerd. Hij is echter, zoals de meeste we tenschappers, een optimist die vooral de voordelen ziet van zijn brave new world. Zo toont hij zich zeer verbaasd over de respons op een informeel opinie-onderzoekje dat hij ooit hield. Minsky vroeg een aantal mensen uit verschillende sociale groepen wat ze ervan zouden vinden om als onsterfelijke 'ma chines' door het leven te gaan. „Ik stond paf," meldt hij, „toen ik ontdekte dat driekwart van de mensen die ik benaderde bleek te vinden dat we eigenlijk al meer dan oud genoeg worden." Eeuwig leven zou toch stomver velend zijn, was de reactie van de meesten van Minsky's vrien den. Alleen zijn collega-weten schappers waren enthousiast: „We hebben nog zoveel te ont dekken dat ik daar gemakkelijk een paar eeuwen zoet mee zou zijn." Heermoes ofwel paardenstaart of, in de tuinbouw, akkerpest. Door dr. Jan Verhulst Er zijn nogal wat mensen die eerder dan voorzien terugkeren van vakantie. Niet door een on geval of overlijden, maar door doodgewone heimwee. Volgens schattingen krijgt meer dan de helft van de vakantiegangers op de vakantiebestemming daar last van, waarbij in vijftien pro cent van de gevallen sprake is van min of meer ernstige heim- weeproblematiek. De psychologe Miranda van Til burg heeft deze gang van zaken eens nader onderzocht en schrijft daarover in het blad De Psycholoog van augustus. Ze begint haar artikel met de me dedeling dat het fenomeen heimwee eigenlijk nooit veel aandacht heeft gekregen, wat vreemd is omdat in principe elk mens daar wel eens in meer of mindere mate last van heeft. Het grootste probleem bij het onderzoek naar heimwee is ge legen in het feit dat niemand een sluitende definitie ervan kan geven. Heimwee ligt qua gevoel kennelijk erg dicht tegen rouw, depressie en nostalgie aan. Ook scheidingsangst is moeilijk af te bakenen van heimwee. Niettemin tracht Van Tilburg een onderscheid te ma ken en ze komt dan tot de con clusie dat heimwee gekenmerkt wordt door een sterk terugver langen naar huis, het missen van thuis en het obsessief den ken aan thuis. Het grote verschil tussen heim wee en andere emoties, zoals bijvoorbeeld rouw en depressie, wordt gevormd door het feit dat heimwee eenvoudig op te lossen valt (door terug naar huis te gaan) terwijl bij depressies en rouw dat vaak niet mogelijk is. Dat neemt overigens niet weg dat de symptomen van heimwee wel veel overeenkomsten met die van een depressie. vraagt me|> -leKtromonteurs, inst. fitters „erkers (t.b.v. kabelbanen) vd bouw, WA I cert, is een pré.] Langdurig werk, een goed j swinveld Engineering, Gikty drecht. Tel. tijdens kantoi Fax: 078-6 Gevra voor de volgende mobiel stralen Impregneren hogedrukreiniging betonrenovatie Ervaring met metselenl aanbeveling. Hoog loon u vindt ons in de Jet Schoonmaak voor spoedige it Ervaring is eq Hoog loon, vast Fioosendaal, tel. f Technisch installatiebedrijf zoekt met spoed COMPL.KABELPLOEGEN met meerdere jaren ervaring. BEL: 0348-485656 foto romke van de kaa Mensen die er last van worden vaak apathisch, 1^ loos en ze hebben niet of nau_ welijks interesse in hun nieuwe (vakantie)omgeving. Ze voelen zich niet geborgen, onveilig en eenzaam. Ook Zien we lichame lijke reacties optreden, zoals maag- en darmstoornissen slaapproblemen, hoofdpijn' verlies van eetlust, vermoeid, heid en huilen. Niet elke vakantieganger krijgt last van heimwee. Het blijken vooral de meer rigide, weinig flexibele en afhankelijke perso nen te zijn die een verhoogd ri- sico lopen. Of heimwee al dan niet d zal opsteken, wordt voorna®, lijk bepaald door de mate waar in men vrijwillig het veilige thuis verlaat: hoe onvrijwilli ger, des te groter de kans heimwee. Dus kindertjes partners die tegen hun zin met papa naar Toscane moeten om- dat die de Etrusken zo interes sant vindt, lopen een verhoogt risico. Voeg daarbij zaken als een andere cultuur, een andere taal en eetgewoonten en de heimwee zal gegarandeerd de kop op steken. Nog even iets over het meest probate middel tegen heimwee. Dat is (blijkt uit onderzoek) hei zoeken van afleiding in de nieu we omgéving. Het is uiteraard ook mogelijk om Zoveel moge- lijk contact te zoeken met thuis, maar daarbij dringt zich onver mijdelijk de vraag op waarom men überhaupt op vakantie gegaan. In dit licht bezien wordt het misschien duidelijk waarom zoveel mensen er de voorkeur aan geven om met een sleurhut op stap te gaan: ze ne men als het ware hun huis mee, Dagel'jks telefonisch berf o0k op zaterdag en zonc^ grote zaken doi

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1997 | | pagina 20