E L
Weekend
Vertrouwensarts Coen van Ojen is bang dat het de volgende keer erger wordt
ke baan?
Eerder
EWERKER (M/V)
kSTEM
D2
H
N s C H A P
Zeelandia
Zestien keer kreeg de Nijmeegse
arts Coen van Ojen (38) te ma
ken met een hongerstaking. Vo
rige week sleurde hij, tijdens de
zoveelste turbulente wanhoops-
actie, op het allerlaatste moment
de Iraniër Majid Masseri voor de
dood weg. Als vertrouwensarts
en pleitbezorger kent Van Ojen
inmiddels als geen ander het
dramatische en levensgevaarlij
ke spel dat elke keer opnieuw
helemaal uitgespeeld moet wor
den.
US 1997
X 82
11111
ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1997
;r
I
an loodgieter m/v
i installatiebedrijf in Roosendaal,
iet uitvoeren van projecten als
r, leiding geven aan 3 a 4 mensen
ipleiding installatietechniek.
'r informatie: Start Roosendaal
Bolder of Inge Huyzers, Laan
<ant 64, tel. (0165) 55 70 47.
verker boekhouding m/v
In bedrijf in Roosendaal,
ewaking van budgetten en debi-
PC- en computerbeheer, verrich-
diverse financiële werkzaamheden
MBA en/of MEAO diploma,
innis van de Engelse en Duitse taal.
:er informatie: Start Roosendaal,
Bolder of Antoinette de Waal,
n Brabant 64, tel. (0165) 55 70 47.
rammeter m/v
In bedrijf in Roosendaal.
Iverwerken met remote-sensing,
1 van het systeem (Unix),
eren van de back-up.
E afgeronde HBO-opleiding bij-
l-'ld IIAS of HTS, ervaring met
(sensing, zowel zelfstandig als in
lep kunnen werken.
leer informatie: Start Roosendaal,
uyzers, Laan van Brabant 64,
|6J; 55 70 47.
ringen een vacature
directie en staat
i, onderverdeeld
jde nieuwe mede-
internationale markt. Het onder-
l mede opstellen van commerciële
amenwerking en het onderhouden
Ihappijen is een belangrijke taak.
Érertuigingskracht zijn sterk
beheersing van de Engelse taal is
goed.
SOLLICITEREN
Uw sollicitatie kunt u richten
aan mevrouw B. van Wingen,
personeelsmanager. Nadere
informatie over de functie-
inhoud kunt u opvragen bij
^mevrouw M. Verheul/ group mar-
I jer, toestel 240.
sdonksveer
wonersgericbte instelling die zakelijkheid
sociaal gevoel goed weet te combiner''"
larnaast dient hij/zij te beschikken over w
kende sociale vaardigheden.
as aanbod
ij bieden een functie waarvan de aanstel!»
eerste instantie voor bepaalde tijd is en1V
ir de periode van één jaar. Na gebleken ge
iktheid wordt de aanstelling omgezet in
enstverband voor onbepaalde tijd. De atW1
ïorwaarden en het salaris zijn gebaseerd oj
CAO-Bejaardentehuizen. Het salaris is
rm schaal 11 met een maximum van f o'
ïformatie
e directeur van de stichting, de beer
hJ.B.M. Jansen, is bereid telefonisch nalie'L
formatie over deze functie te geven op n
ler (0162) 513450.
ofiicitatie
kunt binnen 14 dagen na verschijnen vJ"
-t blad uw sollicitatie richten aan het b®
an de Stichting Bejaardenzorg Raamsdon»'
ogeVeer 1,4941 KH Raamsdonksveer.
-,*P
je tijden veranderen, zeggen de klassieken, en
jij met hen. Grootouders zeggen het de oude
^rijvers na. Niets is meer, zoals het geweest is.
Respect, gemeenschapsgevoel en trouw, het zijn
begrippen uit een voorbije tijd. Maar vooral de
jeugd, die moet het ontgelden,
'ftren de kleinkinderen vroeger tevreden met
ten pepermuntje en een vriendelijke aai over de
bol, nu moet opa echt aandacht aan ze geven.
Kleuters spelen niet langer zoet in een hoekje,
(«wijl de grote mensen praten. Het kleine volk
eisteen centrumplaats in het gezelschap. Oma
mocht tot twintig jaar geleden oud zijn. Eens
perweek een kalm wandelingetje, voorzien van
tot en breipennen, naar de zandbak volstond
om een goed grootmoeder te zijn. Nu verlangen
dochters en daaruit gesproten kruipend kroost
inzet.
Een goede oma vervult haar plichten. Minstens
eenmaal per week past ze op om haar dochter
een carrière te gunnen. Ze kookt, wast en strijkt
voor de volgende generaties, terwijl ze onder-
tussen een wakend oog houdt op haar kleinkin
deren en de uit school meegebrachte vriendjes
en vriendinnetjes. Die staan volgens een schema
op het programma, want hun grootmoeders
zijn op andere dagen der week steun en toever
laat. De moeders kunnen op deze manier allen
tan wekelijks vierentwintig uur-contract vervul
len.
En waren de kinderen dan nog maar zo als vroe
ger. Met elkaar spelen op het achtererf, de oud
ste lette op en veegde snotneuzen, maar die tijd
isover. Het ene kind moet na school naar hock-
ey, het andere heeft blokfluitles en met de rest
moet er gezamenlijk gekleid worden. Oma
moet meedoen en herstellen. Dankbaar zijn ze
niet. De moeders nog net, want die herinneren
zich nog hun eigen jonge jaren. Maar alles van
groep een tot en met acht weet niet beter dan
dit grootouders beschikbaar zijn. Vier weken
per jaar niet, want dan mogen de vroeg bejaar
den er zelf een keer uit met caravan en Kadett.
in kinderen zijn ook zoveel verder en wijzer.
Oma heeft er moeite mee. Een tienjarige vertelt
onder het kwartetten moppen, die ze zelf wel
licht nog maar half begrijpt, maar die oma des
ondanks doen blozen. Over condooms, pijpen
oneen pastoor die zich vergrijpt, 's Avonds als ze
uitgeput op de eigen bank zit, raadpleegt ze
opa. Die schudt het wijze hoofd en besluit dat er
eens goed met schoonzoon en dochter gespro
ten dient te worden. Die blijken lichtelijk ver
rast, Zij spreken de kinderen slechts in de weke
lijkse kwaliteitsuurtjes en dan gaat het over es
sentialia. Poep-, pies- en seksinteresses horen
daar niet bij.
Anderzijds vinden ze dat opa en oma nodeloos
bezorgd zijn. Heeft Liesje van elf, het meisje van
de buren, niet al een abonnement op de Fancy?
En daarin gaat het alleen maar over jongens,
make up en de eerste keer. Ook tv bewijst dat
voor de jonge jeugd nauwelijks nog een thema
onbekend en onbespreekbaar is, voeren de ou
ders aan. Op uren dat kinderen nog niet slapen,
wordt de ene dateshow na het andere thera
peutische lief- en leedmagazine uitgezonden.
Daarin blijft geen enkele levensvraag onbespro
ken en dat is toch niet erg. Want kinderen kun
nen beter goed voorbereid aan het grote leven
beginnen.
Opa maakt bezwaar. Jeugd is de tijd van on
schuld en zo hoort het te blijven. Er moet iets te
ontdekken overblijven, dat maakt de komende
jaren spannend. Dochter protesteert. Zij heeft
door schade en zelfs schande zelf moeten leren,
wat kinderen nu als vanzelfsprekend bijge
bracht wordt. Niet voor niets is dit huwelijk al
haar derde blijvende relatie.
Beschaamd zwijgen de grootouders. Het is blijk
baar hun fout dat ze afscheid hebben moeten
van een koppel schoonvrienden en -zoons. Va
der ruikt de overwinning en komt met een over
tuigend voorbeeld. Weet opa nog van dat feest
een half jaar geleden, toen zijn oudste zoon vijf
tig werd? De tweede broer van het feestvarken
eioest halverwege de bijeenkomst weg. Zijn
dienstrooster viel niet te wijzigen en aan het di
ner zaten zijn beide dochtertjes daarom zelf-
ttandig aan. Vanuit die hoek van de familie,
normaliter goed voor een welbespraakte toe
maak, viel dus geen verbale bijdrage aan de
vreugde te verwachten, dacht iedereen. Tot de
oudste dochter, bijna twaalf, om half tien 's
Jwnds ineens het kleine lijf verhief, op een stoei
9'n9 staan en het woord nam. Vijf minuten
geestige improvisatie had ze afgeleverd. Had ie-
Band vijfentwintig jaar geleden dat gedurfd?
loen beperkten meisjes van die leeftijd zich tot
het aanbieden van een bloemetje met een knix
in het beste geval tot het declameren van
{en uit het hoofd geleerd jubileumvers. Met de
verandering der tijden, gaan we dus vooruit.
Dpa moet het toegeven, maar niet van harte,
hinderen van acht die spreken over hun verke-
rin9. dat blijft toch ongehoord. Schoonzoon is in
aen overwinningsroes en komt met een volgen-
anekdote als doorslaggevend argument. Een
paar weken geleden bracht hij zijn jongste naar
Nog steeds vijf. Na het verhaaltje vroeg ze
"'ze een geheimpje mocht vertellen. Natuurlijk,
en ze fluisterde enige onverstaanbare zinnen in
al"oor. Na een aantal malen herhalen begreep
vader dat er iets van hem verwacht werd. Ze had
een "rief 'geschreven' aan een joch op wie ze
was. Of vader die wilde bezorgen, want in de
h Hk°rst ze ^'e ze'f n'et te overhandigen. Hij
bet vanzelfsprekend gedaan, 's Avonds laat,
"en niemand hem kon zien. Alsof hij zelf weer
Wen was. Zie je wel, was zijn conclusie, er ver
eert eigenlijk niets. Zij durfde niet en ik in we-
P0^ nog steeds niet. Het gevoel blijft het-
™e, het begint alleen wat eerder. En met je
stTd6,1 '<Un ^6ter maar Z° Vr°e® mo9e"i'<
Door Michiel Willems
„Hongerstakers zijn geen zelfmoordenaars! Asielzoekers zoeken per definitie het leven. Daarom vluchten ze. Ze hebben een grote overlevingsdrang.
'Ik walg van elke
hongerstaking'
foto DO visser
Even geen hongerstaking meer voor
'dokter Coen'. Geen kopjes thee
bij de Iraniërs.
Niet meer elke dag op de rand van het bed
van een wanhopige die z'n leven op het spel
zet en die hij het liefst wil redden.
Weg van die angstogen, die onmogelijke ethi
sche dilemma's, die radeloosheid waar maar
geen eind aan komt.
Dokter Coen is voorlopig niet beschikbaar
voor welke hongerstaker dan ook.
Hij speelt tot nader order met zijn kinderen.
„Na elke hongerstaking is er een louterings
proces dat ik moet doormaken. Ik wil dan
veel bij mijn kinderen zijn. Dat nieuwe leven,
die onschuld en onbevangenheid doen me
goed. Nasseri heeft een paar weken mijn le
ven bepaald en nu wil ik afstand nemen. Ik
walg van elke hongerstaking. Het is tragisch
dat het altijd weer zó ver moet komen," zegt
Coen van Ojen.
Hij is doodmoe en moe van de dood want,
zegt hij, het went nooit. De actie van Nasseri
was weliswaar zijn zesde hongerstaking als
vertrouwensarts, maar ook deze hakte er
weer flink in. „Een hongerstaking vreet aan
je," zegt hij zonder zich bewust te zijn van
het woordenspel. Voor de cynische buiten
wacht mag het dan een ritueel dansje zijn, de
dokter weet als geen ander dat je van langdu
rig dansen dood kunt gaan. En hoe voorspel
baar de afloop ook vaak moge lijken, vorige
week toen de actie van zijn patiënt in de kri
tische fase belandde voelde de dokter zich,
zoals zijn partner het uitdrukte, het familie
lid van een terdoodveroordeelde.
Ingrijpen
„Als vertrouwensarts ben je op de eerste
plaats hulpverlener met de opdracht de pa
tiënt in leven te houden," zegt hij. „Je moet
zijn vertrouwen winnen, de risico's uitleggen
en duidelijke afspraken maken over wat te
doen als de dood nadert, als hij in coma
raakt. Op eigen houtje ingrijpen mag ik niet.
Wél beloof ik in de geest van de afspraken te
handelen, al behoud ik me altijd het recht
voor om toch in te grijpen. Zeker, ik ben be
reid de uiterste consequentie te aanvaarden,
maar er kunnen zich situaties voordoen dat
ik voorzie dat de hongerstaker de ochtend
niet haalt, terwijl de staatssecretaris op het
punt staat een besluit over zijn verblijfsver
gunning te nemen. Dan zal ik iets moeten
doen."
Arts zijn van iemand die willens en wetens
het sterven meent te moeten omarmen is tot
daaraan toe, met hem sympathiseren en zelfs
zijn zaak bepleiten behoren niet vanzelfspre
kend tot de taak van de vertrouwensarts.
Maar Coen van Ojen kan niet anders.
„Bij vluchtelingen, slachtoffers van geweld,
ontkom je er niet aan een standpunt in te ne
men. Voor mij is het. een voorwaarde om te
kunnen werken. Ik heb van asielzoekers ver
halen gehoord die ik niet durf te herhalen, die
niemand zou geloven. Over de vreselijkste
martelingen."
„Naarmate een hongerstaking langer duurt,
wordt de band met de patiënt sterker. Je be
gint als hulpverlener, maar op een zeker mo
ment ga je het dossier lezen en vorm je je een
oordeel over de situatie, over het verhaal en
de procedure. Je bent vaak de enige Neder
lander waarmee een hongerstaker een ver
trouwensrelatie heeft. Het bemiddelen gaat
als vanzelf. Je bent tegen wil en dank zijn
contact met de buitenwereld, met Justitie,
zijn advocaat of Vluchtelingenwerk. En uit
eindelijk voel je je een crisismanager die zegt:
'Jongens er moet nu écht iets gebeuren, an
ders is het te laat'. Desnoods fax ik zelf naar
mevrouw Schmitz, bel ik naar kardinaal Si-
monis of mobiliseer de pers. Je moet inventief
en creatief zijn. Als hij maar niet sterft!
Betrokken
Zijn betrokkenheid komt vooral tot uitdruk
king in zijn acties. Meer dan 'mijn patiënt
verdient het voordeel van de twijfel' zal hij
niet zeggen. „Als ik actievoerder was, zou ik
misschien denken: 'laat hem dan maar dood
gaan, dan schrikt Nederland misschien wak
ker'. Maar ik ben zijn arts."
En dan te bedenken dat Coen van Ojen - vo
rige week 'nota bene in Nova om het falen van
Justitie aan de kaak te stellen - het liefst op
de achtergrond zijn werk doet. „Ik heb ge
merkt dat je dat bij een hongerstaking kunt
vergeten. Het wordt altijd vreselijk hectisch.
Op het laatst wil toch iedereen van jou weten
hoe lang het nog zal duren. Om het drama
compleet te maken. Maar nóóit zal ik ten on
rechte zeggen 'hij gaat dood' om druk op de
ketel te zetten."
Vertrouwensarts word je weloverwogen. Na
jaren werken in een asielzoekerscentrum,
waar hij de getraumatiseerde wereld van de
vluchteling tot in detail leerde kennen, koos
Coen van Ojen voor de opleiding tót huisarts.
Om toch bij het vluchtelingenwerk betrokken
te blijven, stelde hij zich beschikbaar als ver
trouwensarts voor hongerstakers. „Een moei
lijke klus, maar ik kies nu eenmaal altijd de
weg van de meeste weerstand. Ik had de erva
ring, was niet bang om zo'n zware taak op me
te nemen."
„Ik ben door schade en schande wijs gewor
den," weet hij. „Je moet een gevoeligheid
ontwikkelen voor andere culturen, voor de
andere betekenis van dingen. Vraag nooit aan
een asielzoeker of hij wel eens gemarteld is.
Hij zal uit schaamte voor de machteloosheid
die hij moest ondergaan altijd 'neen' zeggen.
Vraag liever of hij een ongeluk heeft gehad."
„Als vertrouwensarts heb ik veel ervaring ge
kregen met de medische aspecten van een
hongerstaking. Het is een geweldige aanslag
op lichaam en geest. Veel asielzoekers begin
nen meteen met een honger- én dorststaking.
Dan vraag ik ze altijd: 'Is het verstandig als
een soldaat meteen al zijn bommen en grana
ten naar de eerste vijand gooit?' Ik houd ze
voor dat als ze niet meer drinken, de staking
zó afgelopen is en dat ze met een hongersta
king in elk geval tijd zullen winnen. Je wil
immers dat er een oplossing komt."
Vertrouwen
Het draait, zegt Van Ojen, allemaal om ver
trouwen. „Bij elke nieuwe hongerstaker moet
ik het gevoel hebben dat ik een vertrouwens
relatie met hem of haar kan opbouwen, an
ders heeft het geen zin. Ik moet er van over
tuigd raken dat hij vastbesloten is en ik moet
me een oordeel kunnen vormen over zijn
geestesgesteldheid. Om dat vertrouwen te
winnen, heb je een lange weg te gaan. Als je
uit Iran komt weet je dat je zelfs een arts niet
kunt vertrouwen."
Nee, hij legt een hongerstaker zeker niet in de
watten.
„Ik maak het ze juist moeilijk, want een men
senleven is mij te kostbaar. Ik zeg regelmatig
'hou toch op met die onzin!' om zekerheid te
houden over de motieven. Ik neem er ook
geen genoegen mee als ze niet met me willen
praten. Nasseri wilde dat op het laatst ook
niet meer. Toen hij bijna in coma was heb ik
hem wakker moeten slaan om te horen wat er
moest gebeuren. Daar doe ik niet moeilijk
over. Het moment was veel te belangrijk."
Coen van Ojen heeft Justitie zien knoeien en
blunderen en kent het Hollands cynisme -
'laat hem maar kreperen' - waarmee dezer
dagen elke hongerstaking wordt overgoten.
De voortdurende beschuldiging 'chantage!'
vindt hij een gotspe.
Hij huivert: „Ik heb iemand van Justitie wel
eens horen zeggen: 'Hongerstaking? Niet
meer op reageren. We moeten een voorbeeld
stellen.' Als je het als chantage ziet, komt er
nooit een oplossing. Chantage doe je vanuit
een machtspositie. Hongerstakers hebben
geen macht, alleen hun lichaam."
De dokter vindt zich een bevoorrecht mens.
„Omdat ik de kans krijg in de ogen te kijken
van een hongerstaker die te horen heeft ge
kregen dat hij terug moet. Dan begrijp je het.
Daarin zie je de vertwijfeling en de onpeilba
re angst."
„Bij een hongerstaking is veel meer aan de
hand dan het verkrijgen van een verblijfsver-
Majid Nasseri Nasseri tijdens zijn hongerstaking. Volgens vertrouwensarts Coen van Ojen gelooft de Iraniër gelooft nog steeds dat Jus
titie uiteindelijk zal inzien dat ze een verkeerde beslissing heeft genomen. foto anp
gunning. Je geeft ermee aan dat je niet meer
kunt leven met de angst, het wachten en de
onzekerheid. Elke afwijzing van een asiel
aanvraag is voor een Iraniër een ontkenning
van zijn realiteit. Na alle ellende in eigen
land, de gedwongen vlucht, de nachtmerries
in het bed van een opvangcentrum, sociale
moeilijkheden en huwelijksproblemen, knapt
er iets. Weet wel dat Iraniërs zelf ook walgen
van een hongerstaking. Ze zeggen 'als de hal
ve rust van een status niet haalbaar is, dan
maar de hele rust van de dood'. Ik kan me
daar iets bij voorstellen."
Signaal
Hongerstaking als tijdloos signaal voor een
groot probleem. Van Ojen kent zijn klassie
ken: „De Romeinse keizer Tiberius ging van
een hongerstaking al over de rooie. Ook al
wordt nu de indruk gewekt dat de Iraanse
asielzoekers de hongerstaking hebben be
dacht, het fenomeen is van alle tijden."
„Hongerstakers zijn geen zelfmoordenaars!
Asielzoekers zoeken per definitie het leven.
Daarom vluchten ze. Ze hebben een grote
overlevingsdrang. Van die wil om toch te le
ven maak ik dankbaar gebruik door hem zon
der list of leugen te stimuleren. Het blijven
nu eenmaal onverbeterlijke optimisten. On
voorstelbaar, maar ook Nasseri gelooft nog
steeds dat Justitie uiteindelijk zal inzien dat
ze een verkeerde beslissing heeft genomen."
Zijn laatste patiënt eet inmiddels weer in af
wachting van de Haagse hoorzitting over de
veiligheid in zijn land van herkomst. Van
Ojen: „Nederland kan voorlopig weer rustig
slapen, maar ik vrees dat het de volgende
keer nóg erger wordt." Hij is, geeft hij toe,
ook bang geweest de eerste vertrouwensarts
met een dode hongerstaker te worden. Verder
door het leven als, zoals hij het noemt de
'dokter des doods'.
„Als Nasseri was gestorven zou ik heel ver
drietig en ontdaan zijn geweest. Dan was ik
misschien gaan twijfelen. Had ik alles wel ge
daan om hem te redden? Ik zou meteen als
vertrouwensarts zijn gestopt. Ik had de be
lasting niet meer aangekund. Op het asielzoe
kerscentrum had ik me ook niet meer kunnen
vertonen, want de Iraniërs hebben altijd ge
zegd dat ik Nasseri niet dood mocht laten
gaan. Al dat Nederlandse gedoe over het
recht op zelfbeschikking, ze hadden het nooit
begrepen."
Voor de medische tuchtrechter, waar Coen
van Ojen dan mogelijk verantwoording had
moeten afleggen, was hij niet bang geweest.
„Ik was en ben er van overtuigd dat ik zorg
vuldig gehandeld heb. De hele procedure,
vergelijkbaar met die bij euthanasie, is cor
rect verlopen. Een tweede arts ingeschakeld,
de inspectie op de hoogte gesteld en gehan
deld volgens de afspraken die met de patiënt
gemaakt zijn."
Een hongerstaking als spel dat gespeeld moet
worden. „Natuurlijk," zegt de vertrouwens
arts die over anderhalf jaar zijn eigen huis
artspraktijk wil beginnen. „Een levensge
vaarlijk spel waarbij Justitie bluft en macht
uitoefent en de andere partij zijn leven in de
waagschaal stelt. Het is spelen met vuur
waarbij de vertrouwensarts het hoofd koel
moet houden. Maar je krijgt er iets voor te
rug. Je kunt erbij zijn, iets betekenen in een
zaak van leven en dood."
I
■I