Van vloeibaar goud
tot levensbedreiging
Luthe
pas
De geschiedenis van de materiële cultuur als nieuwe wetenschap
Visuee
DB STEM
ui
Burgerlijk
Groei
Jenevermusea in Schiedam en Hasselt
Jeneverbessen
Meesters
Havensteden
Boedelbeschrijving
Winkels
A
N
D
E
R
E
l\
fl U S E A
A
N
D
E
R
S
Zoontje
Amerika;
osibstó frpsniS
92haÉ
e
DONDERDAG 14 AUGUSTUS 1997 Dl
Door Hans Rooseboom
„Pas kort geleden hebben we ontdekt dat er al veel vroeger dan
we dachten sprake was van een wijd verbreid materieel leven,
een grote vraag naar spullen. Die vraag heeft uiteindelijk geleid
tot de industriële revolutie, want die spullen moesten natuurlijk
gefabriceerd worden."
Dit is een verhaal dat draait om
spullen. Er is een heel boek ver
schenen over 'De Nederlanders
en hun spullen'. Mede-auteur
daarvan is de Wageningse agra
risch historicus Anton Schuur
mans,
„Wij hebben dit boek, met als
hoofdtitel Aards geluk, gepubli
ceerd om te laten zien waarmee
wij vijftien jaar bezig zijn. Het
gaat om de wetenschappelijke
studie van de wooncultuur in Ne
derland, de studie van het mate
riële leven."
Belangrijkste conclusie van 15
jaar onderzoek: de consumptie
maatschappij dateert niet van na
de Tweede Wereldoorlog, zelfs
niet uit de 20e eeuw, maar begon
al veel eerder, zelfs al een paar
eeuwen geleden.
Dr. Schuurmans: „Nederland
was veel eerder een marktsamen-
leving dan de omringende lan
den. Nederland was een burger
lijke, democratische samenle
ving, terwijl de landen om ons
heen een aristocratische samen
leving kenden, een hofcultuur.
Bovendien was Amsterdam in de
17e en 18e eeuw dé wereldhaven.
Alle spullen kwamen daar bin
nen. In Nederland waren de ver
bindingen kort en goed, er was
een dicht net van waterwegen.
Tussen de meeste steden bestond
een trekschuitdienshmfhët een
dienstregeling van meerdere ke
ren per dag."
Een verrassend grote invloed
heeft de introductie van koffie en
thee gehad. Dat is echt een ont
dekking. Koffie en thee hebben
gezorgd voor een versneld ont
staan van de consumptiemaat
schappij.
„Koffie en thee hebben een revo
lutie in het consumptiepatroon
veroorzaakt. De populariteit van
het koffie- en theedrinken ver
spreidde zich vooral in de 18e
eeuw razendsnel. De mensen, ook
op het platteland, wilden dol
graag koffie en thee drinken. Die
moesten ze dan wel in de winkel
kopen. Maar je had er veel méér
voor nodig. Zoals koffie- en thee
potten, kop en schotels, koffie-
en theebussen, suikerpotjes,
melkkannetjes, koffiemolens, le
peltjes, theelichtjes, zelfs tafels
en stoelen om gezamenlijk koffie
te drinken. Enzovoort. In het
kielzog van het koffie en thee
kwamen de betere spullen, de
mooiere dingen. Mede daardoor
is de moderne samenleving ont
staan. Behalve mooie spullen wil
len ze ook veel spullen. De con
sumptiemaatschappij ontstond.
Door koffie en thee gingen de
mensen prijs stellen op gezellig
heid en comfort in huis."
Die consumptiecultuur was een
zaak van de middenklasse en de
boeren. Maar daarbij moet je in
het oog houden dat die midden
klasse in Nederland groot was.
„Er bestond een grote lagere
middenklasse. Een uitgebreid fa-
brieksproletariaat was er niet,
nog niet. Er waren heel veel klei
ne ambachtslieden met een ne-
rinkje, mensen met een winkel
tje."
Studie naar de yrooncultuur: wat
kan*;h'ét 'béfeiig daarvan zijn?
Schutffltettïsë'Si'ïïd; belang van
die studie is dat wij willen ver
klaren waarom de mensen harder
zijn gaan werken. Dat was dus
om spullen te kunnen kopen. Zo
is er economische groei ontstaan,
dat kun je aanwijzen. Het gaat
om de overgang van zelfvoorzie
ning naar markt. We willen ook
af van het beeld dat er op het
platteland nooit iets is gebeurd."
„Want niet alleen de steden, ook
het platteland kent al vroeg een
materiële cultuur. Tot nu toe
Door Camiel Hamans
Armoe, achterdocht en reforma
tie, dat was tot voor kort de we
reld van de borrelfles en dan te
bedenken dat het met de jenever
aanving als rijk, rooms en ge-
zond.
Gezond vanwege de jeneverbes,
j want die stond al vanaf de tien
de eeuw bekend om haar ge
neeskrachtige werking. In re
gen water gekookt was het een
medicijn tegen buucevel, buik
pijn; in wijn tegen ingewands
krampen. Sterke drank hielp
De revolutie van
koffie en thee
werd aangenomen dat het platte
land zelfvoorzienend was, niet
méér produceerde dan het nodig
had om in leven te blijven. Dat
boeren niet voor de markt produ
ceerden. Pas in de 19e eeuw zou
daarin verandering zijn geko
men. Maar zo was het in werke
lijkheid niet. Al in de 17e eeuw
gingen boeren luxe spullen aan
schaffen, zoals klokken, spiegels
en barometers. Die spullen moes
ten met geld gekocht worden, dus
moest er geld verdiend worden.
Daarom gingen de boeren meer
werken, anders werken. De land
bouw veranderde erdoor."
Brabant liep tijdens de eerste
bloei van de comsumptie in Ne
derland, in de 18e eeuw, wat ach
ter. Dat was een gevolg van de
wet van de remmende voor
sprong. „Immers, rond 1550 had
Brabant grote welvaart meege
maakt. Een welvaart die sterk
was verbonden met de bloei en de
rijkdom van Antwerpen. Brabant
had door die welvaart een grote
bevolkingsdichtheid, groter dan
in vergelijkbare zandgrondgebie-
vrijwel tegen alles, dachten de
klassieke heelmeesters. Een Flo
rentijns handschrift uit de der
tiende eeuw inventariseert de
ziekten en kwalen die met gedis
tilleerd te behandelen zijn:
hoofd-, kies- en buikpijn, ver
stoptheid, opgeblazenheid en
maagoprispingen, geelzucht,
vallende ziekte en slechte adem,
nierstenen, slapeloosheid en ge
slachtsziekten. En daarenboven
levert een glaasje geestrijk
vocht ook nog een gevoel van
welbehagen op.
Levenswater, aqua vitae of
aquavit, zoals de Scandinaviers
nu nog zeggen, noemden de oud
ste onderzoekers het product uit
hun distillatiekolven. De uitvin
ding wordt beurtelings toege
schreven aan de Chinezen en
aan de Arabieren. Het Westen
heeft de kunst uit Alexandrië
overgenomen, waar in de tweede
eeuw na Christus Maria de Jo
din, eveneens de ontdekster van
het kookproces au bain marie,
het eerste primitieve distilleer-
toestel ontwikkelde. Niet voor
jenever, maar voor rozenwater.
Alcohol was niet bedoeld om te
drinken in die tijd. Het Arabi
sche al kuhl werd ingekookt tot
poeder, antimoonsulfide, een
voorloper van onze oogschaduw.
Met de Arabische alchemisten
stak de kennis van de vroege
scheikunde de Middellandse Zee
over. Uit het Italië van de
twaalfde eeuw stamt een ver
handeling van Magister Saler-
nus 'over brandend water', over
distillatieproducten van wijn.
Een in de streek rond 's Herto
genbosch rondtrekkende ge
neesheer, doctor Hubertus, was
de eerste die jeneverbessen in
aqua vitae liet trekken en zijn
bevindingen op papier zette.
Zijn jenevertraktaat wordt ge
dateerd op 1486. Nog weer een
eeuw later bleek distillatie van
granen, de basis voor de klassie
ke jenevers, zo gebruikelijk dat
een met zijn zes kinderen tot de
Reformatie overgegane Leidse
priester, Casper Jansz. Cool-
haes, het nodig vond er tegen te
waarschuwen. Brandewijn
mocht naar zijn idee slechts uit
wijn gestookt worden, graan
was door God namelijk bestemd
voor brood en het was dus zon
dig het voor andere doeleinden
te misbruiken
Vanaf het begin der zestiende
eeuw gaat het snel met de ont
wikkeling van het distilleerpro-
ces in Holland en Vlaanderen.
Rond 1500 werd er al accijns ge
heven op brandewijn, de pro
ductie en consumptie moet
daarom betrekkelijk omvang
rijk geweest zijn. Na de verove
ring van Brazilië in 1630 kwam
er voldoende suiker beschikbaar
en zodoende kon deze grondstof
eveneens als basis dienen voor
de distilleerderij.
Hollanders en Vlamingen wer
den onbetwiste meesters in het
branden en stoken van granen.
In de eerste helft der zeventien
de eeuw togen leden van de
Schotse familie Haig, de oudste
whisky-clan, daarom naar
Schiedam om hier het ambacht
beter onder de knie te krijgen.
De Engelse begrippen brandy,
brandewijn en gin, jenever, zijn
zelfs ontleend aan het Neder
lands.
Holland was in de zeventiende
eeuw het middelpunt van de we
reldgraanhandel. Uit de Oostzee
kwamen rogge, tarwe, gerst en
haver. Beschadigde granen die
ongeschikt waren voor het bak
ken van brood, werden doorge
schoven naar de branderijen, al
waar er graan-brandewijn van
gestookt werd. De smaak was
echter, zoals het toen heette,
gerstig en vandaar dat de drank
gearomatiseerd moest worden
met kruiden, bessen en zaden.
Jeneverbessen waren hier in rui
me mate voorhanden en aange
zien ze geacht werden genees
krachtig te zijn, lag het voor de
hand de wat slechte smaak van
de koren-brandewijn daarmee
te camoufleren.
In Holland vond de productie
plaats in havensteden. Daar
kwam het graan immers aan.
Rotterdam, Weesp, voorhaven
van de wereldstad Amsterdam,
Schiedam, Delft en Delfshaven
werden bekende jeneverplaat
sen. Toen de productie een te
hoge vlucht nam, verdreven
brand- en explosiegevaar, plus
de immense rook, de stokers uit
de grotere steden. Het toen nog
betrekkelijk kleine Schiedam,
dat door de verplaatsing van de
haringvisserij naar de Maas
mond bovendien over veel lege
pakhuizen beschikte, bleef op
deze wijze over. In het begin van
de zeventiende eeuw waren er
twaalf branderijen gevestigd.
Tweehonderd vijftig jaar later
was dat aantal opgelopen tot
164 en aan het eind van de ne
gentiende eeuw tot bijna vier-
Anton Schuurmans: „Het kapitalisme is niet ontstaan uit ca
nistische soberheid, maar uit verlangen naar spullen, waardoor it I
mensen harder moesten gaan werken.foto theo van zwab
De populariteit van het koffie- en theedrinken in de 18e eeuw veroorzaakte een stroomversnelling in de verbreiding van de materiële
cultuur. foto archief de stem
den, zoals de Veluwe of Drenthe.
De bevolking van Brabant was
eigenlijk te groot. Dat werd een
probleem toen Antwerpen in de
Tachtigjarige Oorlog naar de
knoppen ging. De motor van de
economie was weg en Brabant
ging achterlopen. Omdat er min
der geld was konden de mensen
bijvoorbeeld geen sierraden ko
pen of dure stoffen voor kleren.
Ze konden zich wel storten op
goedkope dingen als bijvoorbeeld
de poffer. Die waren rijkbewerkt,
de waarde zat in de tijd die men
erin stak."
De geschiedenis van het Brabant
se platteland moet overigens nog
grotendeels worden geschreven.
Een dynamische geschiedenis, in
geklemd als het gewest lag tussen
Vlaamse, Hollandse en Rijnland
se steden (Antwerpen, Keulen,
Rotterdam), waartussen handels
wegen liepen. Met moet zich het
Brabantse platteland zeker niet
als geïsoleerd en achterlijk voor
stellen, het is een platteland om
ringd door vroeg-verstedelijkte
gebieden. De 'grote' buitenwe
reld trok voortdurend door Bra
bant heen, de nieuwste ontwik
kelingen en spullen met zich
meevoerend.
Een belangrijke nieuwe tak van
onderzoek is dit geheel de boedel
beschrijving. Schuurmans: „Wil
de men vroeger weten wat de
mensen in een bepaalde periode
in huis hadden, dan keek men
naar schilderijen van binnenka
mers. Maar schilderijen zijn niet
per se natuurgetrouw, niet be
trouwbaar. Op schilderijen staat
vaak afgebeeld wat de mensen
wilden hebben, niet wat ze wer
kelijk hadden. Veel beter kun je
afgaan op boedelbeschrijvingen.
In Den Bosch is men bezig met
honderd. Vrijwel heel Schiedam
was betrokken bij de jeneversto
kerij en aanverwante bedrijfs
takken. De hele stad geurde en
de hele plaats zag zwart van het
roet en de rook.
Graan was al lang niet meer de
enige basis. Melasse, het residu
bij de raffinaarderij van suiker
uit bieten, werd de grondstof
voor de grootschalige industrie-
Ie productie. Die industriële
productie op stoombasis luidde
ook de neergang in. Grote inves
teringen waren nodig, concen
tratie en fusies waren het gevolg
en het eind van het lied is dat er
nauwelijks nog Schiedam te
Schiedam gestookt wordt. Wel
in het Nederlands Gedestilleerd
Museum en in de enige jaren ge
leden opnieuw gestarte ambach
telijke branderij De Tweelingh
met bijbehorende gerestau
reerde molen.
In Vlaanderen was de jenever
stokerij niet in hoofdzaak een
havenplaatsnijverheid. In Ant
werpen wel. Maar de hoofdpro
ductie vond plaats op het platte
land waar de boeren zelf graan
verbouwden, 's Winters als de
rest van het bedrijf stil lag werd
er gedistilleerd in kleine land-
bouwstokerijen, waarvan er eni
ge nu nog voortleven in bekende
sterke drankfirma's. De be-
faamdste Zuid-Nederlandse je-
neverstad werd echter Hasselt,
gunstig gelegen aan de rivier de
Demer, waarover de aanvoer
van graan uit het achterland
mogelijk was en waarvan het
water bovendien makkelijk voor
koeling gebruikt kon worden.
Hasselt is nog steeds een be
faamde plaats voor jenever. Het
zelf stokende Nationaal Jene
vermuseum is er daarom geves
tigd.
In België is het met de geschie
denis van de jeneverproductie
en comsumptie iets anders ge
steld dan in Nederland. Aan het
eind van de negentiende eeuw
kwam in beide landen een anti-
alcoholbeweging op. Niet geheel
ten onrechte. De arbeidersklasse
die daarvoor nogal wat bier ge
dronken had, ging vanwege de
lagere prijs en masse over op je
never. Patroons, vakbonden,
kerken en overheden maakten
zich daarenboven zorgen over
de groeiende vrije tijd van de
werkliedenstand.
In Nederland leidde deze be
zorgdheid tot niet veel meer dan
tot accijnsverhoging en parle
mentair onderzoek naar de
werk- en leefomstandigheden
van de maatschappelijke onder
laag, in Vlaanderen kwam er
door toedoen van de sociaal
geïnspireerde werkgever Van-
dervelde een wet die jeneverver
koop en consumptie in openbare
gelegenheden verbood. Sterke
drank mocht slechts in winkels
verkocht worden en dan in niet
geringere hoeveelheden dan
twee liter. Een kwantiteit die
voor de kleine beurs niet betaal
baar was. Toch was het mis-
een boedelbeschrijving van
huizen aan de Peperstraat. Voor
het Leidse Rapenburg is dal
gebeurd."
En passant leidt het onderzoek I
naar de materiële geschiedenis
ook naar een nieuwe theorie over
het ontstaan van het kapitalisme,
„Tot dusver werd aangenomen
dat het kapitalisme is ontstaan
door hard werken, en dat vloeide
weer voort uit het protestante ar
beidsethos. Soberheid, spaar
zaamheid en hard werken. Maar
nee: het kapitalisme is ontstaan
omdat mensen mooie spullen wil
den hebben, gingen streven naar I
aards geluk. Daardoor ontstond
er economische groei. Het kapi
talisme is niet ontstaan uit calvi
nistische soberheid maar uit ver
langen naar spullen, waardoor de
mensen harder moesten gi
werken."
Dit onderzoek vindt plaats i
de Landbouw Universiteit Wage-
ningen. Om twee redenen. Ten
eerste omdat het onderzoek is
toegespitst op het platteland.
„Maar de Landbouw Universiteit
is óók de universiteit van i
Duurzame Samenleving. Daarom
wordt hier het onderzoek gedaan
naar de ontwikkeling van de con
sumptie."
I Dr. Anton Schuurman (red.): 'Aards
geluk. De Nederlanders en hun spullen
van 1550 tot 1850'. Uitg. Balans. Prijs/
65.
bruik in Vlaanderen niet ernsti
ger dan in Nederland. De parle
mentaire enquete in Schiedam
wees bijvoorbeeld uit dat een
dozijn straffe borrels per dag
voor een brandersknecht niets
bijzonders was en in de arbeids
contracten stond met zoveel
woorden dat de werknemer 'bij
deze geacht werd gewaar
schuwd te zijn tegen dronken
schap'.
De Belgische maatregel komt
volledig op het conto van pa
troon Vandervelde. Hij ging m
de politiek en werd minister.
Zodoende kon hij zijn Blauwe
Khoop-ideaal in wet omzetten.
Die wet heeft het volgehouden
tot 1984. Voor de liefhebber van
jenever indertijd een probleem,
voor die van nu winst. Want het
verbod op drinken in het open
baar hield de jeneverconsumptie
en -productie kleinschalig. Am
bachtelijkheid en kwaliteit ble
ven zodoende gehandhaafd en
die kon na 1984 eenvoudigweg
door de producenten op j
schaal voortgezet worden.
I Het Nederlands Gedestilleerd Muse
um De Gekroonde Brandersketel,
Lange Haven 74-76, Schiedam; dins
dag tot en met zaterdag 11 00 tot
17.00, zondag 12.30 tot 17.00. Toe
gang 7,50, tot 16 jaar 6, een con
sumptie inbegrepen. Museumjaar
kaart gratis
I Het Nationaal Jenevermuseum Has
selt, Witte Nonnenstraat 19,Hasselt,
dinsdag tot vrijdag 10.00 tot 17.00,
zaterdag, zondag en feestdagen
14.00 tot 18.00. Toegang BF 90, een
consumptie inbegrepen.
Virtu
Door Jos Kessels
Hollywood heeft liever met
dat cineasten elders succesvol
le films maken. Volgens de
droomfabriek kan dat veel be
ter aan de westkust gebeuren.
Daarom worden buitenlandse
cineasten en films goed in de
gaten gehouden.
In filmauteurs uit bij voorbeeld
Italië en Frankrijk ziet Hol
lywood niet zoveel. Hoogstens
wordt het scenario van een film
gekocht, om dat naar de eigen
hand te zetten. Wél in trek zijn
cineasten met een visuele aan
pak, zeker actiefilmers.
Daarom wekte het geen verba
zing dat Hollywood jarenlang be
zig was om de Hongkongse regis
seur John Woo te strikken, die in
de jaren tachtig een aantal opval
lend knap gestileerde gangster
films draaide.
In 1992 debuteerde Woo voor zijn
doen voorzichtig met Hard Tar
get met Jean-Claude van Damme,
gevolgd door Broken Arrow met
John Travolta. Momenteel is Tra
volta de meest begeerde ster van
Hollywood, terwijl Nicolas Cage
pijlsnel rijzende is.
Vandaar dat er ook een en ander
verwacht mocht worden van
Face/Off, de nieuwe actiefilm van
John Woo, met zowel Travolta als
Cage in de frontlinie. De ruim
twee uur durende film is inder
daad een kaartje waard, want
Woo ontketent zoveel visueel ge
weld dat het lijkt of je in de bio
scoop zelf in een geweerloop
kijkt.
De film begint met vertraagde
beelden van John Travolta als
terreurbestrijder Archer en zijn
zoontje, die een ritje met de car-
I
N
rou
kof
nie
De
Trc
zijl
ten
Ice Cube rapt van schrik als de reu.
Door Karei van der Pol
Het was een kort en zakelijk berich
Luther Allison heeft voorlopig zijn Et
ropese toernee afgelast. Hij is zie
maar werkt vol goede moed in zijn P.
bjse appartement aan nummers voj
een nieuw album. Einde mededelir
van de platenmaatschappij. Dinsd;
overleed hij in Madison (Wisconsi
aan longkanker. Hij zou aanstaani
zondag 58 jaar zijn geworden.
Allison werd geboren op 17 august
1939 in Mayflower, Arkansas, en ve
huisde op 12-jarige leeftijd naar Chic
go. Hij leerde het spelen op de gita
j3®zÜn broer: „Ik oefende net zola
tot het bloed uit mijn vingers stroomc
je, The Four Jivers, en eind jaren vijfl
oegon hij zich te ontwikkelen als e
Pure bluesgitarist. Hij speelde sam
met Freddie King, Elmore James
s Rush. In 1967 maakte hij zijn e(
ste solo-plaat Love me Mamma.
de jaren zeventig volgden er eni
Pees bij Motown, maar ondanks c
tredens op podia als de Fillmore W<
m San Francisco brak hij niet
oor. Omdat hij weinig verdiende, re
ae hq regelmatig naar Europa. Da
erd hij meer gewaardeerd dan in
gen land.
h' de tweede helft van de jaren zevi
ec
re