T...
de stem
De trots van Turnhout
Operama komt met 'Aïda' naar Arena in Amsterdam
Bel Dames thuis
0906-98.50
Winst
Nieuw
Hoofdrolspeler
Nationaal Museum voor de Speelkaart
A
N
D
E
R
E
MUSEA
A
N
D
E
R
S
X 64
bel
en,
im
je
rok
02
'en
ijn!
ran
run
ng:
ex.
nu
fnr.!
-59
uis!
im):
,76
1.40
«en
akt.
takt
sex.
nan
led.
irekt
!i
wen
jied!
Lokaal tarief! Brabant
sexdating: vrouwen willen
sex! 010-29.46.128
60cpm! Direkt apart!
Vrouwen (40+) willen sex.
0906-13.33
Geen wachttijden! Vrouwen
35+ live a/d V
090-600.200 (60cpm)
in heel Nederland
GEHEEL PRIVÉ
24 u/pd (igpm)
ZOMERKRIEBELS?
geheel privé
0906-96.88
24 u/pd ca. 1 gp"1_
GAY PRIVÉ
0906-95.98
24 u/pd caigpn.
Ik ben er
ALTIJD VOOR JOU
06-9789
ca. 1.05 p/m
Soms laat ze je 18jr.bi|jdr
thuiskomen jufS.+dan K'W
ie sexles!0906.9509pnig2£-
Grieks!0906.9591 Pak
meisjes 18 acht.langs o
der hun rokie naakt 99CEIL-
GRIEKS! Rijpe vrouwen,
thuis privé achterlangs
luister0906.9592pm99C_
LESBI P. doet haar broekie
uit! 'n Vriendin streelt n
zacht 0906.9608 pmggA--
Eerst 'n lekkere korfenfe0of
dan nog even snel iwe
andersom0906.9692E!lggS-
Verpleegster privé hee||_.nt
onderzoekskamer in9.p
ontv.live0906.9744enTgȣ
7711 cTP-F
uriiv.nveu^uu.j' -r-r—
Al jaren de beste LUjST
livelijn op SMgebiedipm
tODmeesteressen090^S—
Een KLEINTJE no
TREFZEKERDER dan v
heen.
Door René van der Velden
Grote Gids
Hoofdrol voor decor
Opera wint aan populariteit.
Voor een select publiek van lief
hebbers is het genre nooit uit
geweest, maar opera is hard bezig
met het terugwinnen van de
massa waarvoor deze kunstvorm
ooit bedoeld was. Groots en
meeslepend zijn natuurlijk de
sleutelwoorden maar ook
massaal en spectaculair.
Dirigent en regisseur Giuseppe
Raffa is een van de initiatief
nemers die met het door hem
bedachte Operama, waarbij het
accent niet alleen op het muzikale
maar ook op het visuele aspect
ligt, al tien jaar aan de weg
timmert. Vier jaar geleden werd
zijn Aïda in de Rai in Amsterdam
nog uitgefloten maar Maestro
Raffa heeft niet stilgezeten.
In september komt hij met zijn
nieuwe Aïda naar de Arena in
Amsterdam.
Opera in een voetbalstadion, voor
tienduizenden mensen. Dat het
werkt, bewees hij het afgelopen
weekeinde in Lissabon.
in opera voor de massa
Lissabon - Langzaam loopt het Estadio Na
tional do Jamor in de Portugese hoofdstad vol
die vrijdagavond. Om tien uur, het toch al late
aanvangstijdstip, staan er nog mensen in de
file. Pas om half elf zijn de 26.000 bezoekers
binnen. Het is donker. De show kan beginnen.
Het verhaal van de Ethiopische prinses Aïda
wordt verteld zoals het nog nooit verteld is.
Onder een stralende sterrenhemel, soms met
een vliegtuig als extra lichtje, kijken 26.000
mensen, onder wie Portugals president Jorge
Fernando Branco de Sampaio, naar een in
drukwekkend podium van vier verdiepingen
van 42 meter breed en negen meter hoog. Het
is een Pink Floyd-achtige show met duizeling
wekkende getallen. Achter het podium wap
pert een reusachtig decorscherm in de wind.
Op dit scherm wordt het decor geprojecteerd:
hiëroglyfen, sterren, de zon, piramides, sfin
xen en de Nijl.
Operama-directeur Willem van Oort spreekt
van 'een grote bioscoop met een live show'.
Een technologisch hoogstandje met nadelen.
Wel eens een piramide zien wapperen in de
wind? Om nog maar te zwijgen van die pira
mide die zich splitst in een eeneiige tweeling.
Bij Operama kan alles, of het nou kunst is, of
kitsch...
Opera is big business. De productiekosten zijn
hoog, vertelt Operama-directeur Willem van
Oort. In Lissabon komt hij uit op 2,5 miljoen
gulden voor twee uitvoeringen. Maar als er,
zoals hier, bijna 50.000 bezoekers komen die
gemiddeld honderd gulden entree betalen,
leert een eenvoudig rekensommetje dat het
dubbele bedrag in de kassa's komt.
Als de stadions maar vol zitten is er niets aan
de hand. Wind en regen zijn de grootste risi
co's, vertelt Van Oort. De wind vanwege het
projectiescherm van 900 vierkante meter -
achter het scherm staan bakken met 150.000
liter water als tegenwicht - de regen omdat
vrijwel alle shows in de open lucht worden ge
speeld.
Wat gebeurt er als het regent
„Dan doen we geen show."
Waaraan Van Oort toevoegt dat hij onlangs in
Sevilla voor de lieve som van 40.000 gulden
een regenverzekering had afgesloten. „Het
ging regenen toen de dirigent zijn stokje hief.
We hebben gedweild en zijn verder gegaan."
De Aïda van Amsterdam heeft in Nederland
tot een heuse ruzie geleid. Met de Aïda van
Rotterdam. Producent Peter Kroone die sinds
enige jaren grootschalige operavoorstellingen
organiseert in Ahoy in Rotterdam, had Aïda al
zes keer gepland voor begin volgend jaar. Hij
vreest negatieve publiciteit van de Amster
damse Aïda omdat deze van dezelfde dirigent
en regisseur is als de in 1993 mislukte Aïda in
de Rai.
Voor wat het waard is: in Lissabon beweren
alle betrokkenen dat de Aïda die naar Amster-
Maestro Giuseppe Raffa: 'Het is mijn
droom om opera terug te brengen naar de
mensen.'
Aïda-vertolkster Wilhelmenia Fernandez:
'Mijn geliefde staat twaalf meter van me
vandaan.'
Het imposante decor lijkt de echte hoofd
rolspeler van Aïda te zijn.
FOTO'S DEEN VAN MEER
dam komt niet te vergelijken is met die van de
Rai destijds.
Operama-directeur Willem van Oort: „Het is
heel anders. De lokale organisatie had destijds
zijn zaakjes niet voor elkaar. Het is dezelfde
opera, maar een nieuwe show, het heeft niks
met die in de Rai te maken. Het is een nieuw
team. De enige dezelfde ben ik."
Waarbij hij regisseur en dirigent Giuseppe
Raffa gemakshalve over het hoofd ziet.
Maestro Raffa, ravenzwart haar en knippe
rende ogen als zenuwtrek.
Hoe kijkt U terug op de mislukte voor
stelling in de Rai in 1993?
„Ik kom terug om te vechten. Het belangrijk
ste probleem toen was een laag toneel. We
hebben er van geleerd. Sindsdien hebben we
volledige controle over de techniek. We ken
nen de problemen en gebruiken ze."
I I I I I
DONDERDAG 10 JULI 1997 D1
„Ik ga met Ai'da al zeven, acht jaar over de we
reld. Het was toe aan een technologische ver
andering. Nu is het compleet anders. Een an
dere show met andere mensen. Het is een
elektronische show. Het is het verhaal van Aï
da, maar beeld en geluid zijn anders. Qua ge
luid gebruiken we het meest revolutionaire
systeem ter wereld. Daar ben ik erg trots op.
Het geluid komt overal, tot in het kleinste de
tail, bij alle bezoekers."
Is opera in deze vorm nog wel een
artistieke uitdaging voor U als
dirigent/regisseur?
„Meer dan dat. Ik doe dit nu tien jaar, wereld
wijd, dit is mijn brood. We staan pas aan het
begin. Met deze technologie kun je doen wat je
wilt, unlimited. Het is voor tachtig procent
show. Het is een andere markt. Dingen zijn
veranderd. Ik ga met Aïda naar New York,
naar de Radio City Music Hall. Dat was tien
jaar geleden niet mogelijk geweest. Opera was
driehonderd jaar voor de mensen. Het is kunst
voor een minderheid geworden. Het is mijn
droom om het terug te brengen naar de men
sen. Opera voor de massa."
Waarom?
„Heb je de gezichten wel eens gezien van be
zoekers van een opera? Het is voor het behoud
van opera noodzakelijk om jongeren te trek
ken. 60.000 mensen, dat is de uitdaging."
Wordt het spektakel, de techniek
niet belangrijker dan de muziek?
„De elektronica dient de muziek. De muziek is
de ster, niet andersom."
Ster van deze Aïda is de sopraan Wilhelmenia
Fernandez. Kent de grote operahuizen van
binnen en van buiten, speelde de hoofdrol in
de bekroonde film Diva en is nu Aïda in de
spektakelversie van Operama.
Ze haalt lachend haar neus op voor kritiek
van collega's uit de elitaire operawereld: „De
meesten zouden dit contract ook getekend
hebben, als ze de kans hadden gehad."
Het massale van opera in een voetbalstadion
spreekt haar juist aan. „Het is heerlijk om zo
veel mensen te bereiken. Alleen de liefdesscè
nes zijn lastiger. Mijn geliefde staat twaalf
meter van me vandaan. De grootste zorg zijn
de elementen, het weer, de wind. Je kunt een
prachtige noot zingen, maar als de wind hem
meeneemt, is hij weg."
Tegen twee uur 's nachts worden Raffa, Fer
nandez, medesolisten en honderden figuran
ten met de decibellen van een klappend voet
balstadion beloond.
Wat hebben we dan gezien? De zeer toeganke
lijke opera van Giuseppe Verdi die in 1871
voor het eerst werd opgevoerd in de Opera van
Cairo en sindsdien nooit van het operapodium
is verdwenen.
Een spectaculaire uitvoering met zevenhon
derd mensen op een immens podium, uitste
kende zang en geluid, prachtige kostuums en
een imposant decor, dat al bij al de echte
hoofdrolspeler van de show lijkt te zijn. Van
intimiteit en ontroering is geen sprake, daar is
het te groot voor.
Operaliefhebbers zullen er van gruwen, ope
rahaters niet minder. Maar de groep daartus
senin is groot en daar is het voor bedoeld: ope
ra voor de massa. In Amsterdam worden
40.000 (grof betalende) bezoekers verwacht.
'Aïda', door Operama o.l.v. Giuseppe Raffa, zaterdag
27 september, 20.15 uur, Amsterdam Arena, toe
gangskaarten van 75 tot 275 via de Reserveerlijn
0900-3005000.
Door Hans Roosebooro
Iedereen in Turnhout kent het.
Je hoeft op straat maar te wa
gen waar het Nationaal Mu
seum van de Speelkaart is ge
vestigd, en je wordt feilloos de
weg gewezen. Met museum is
ondergebracht in een groot fa
briekspand in het centrum. Je
kunt het niet missen.
Speelkaarten zijn de trots van
Turnhout, al bijna twee eeuwen,
he speelkaartfabrikant Carta
Mundi heeft een capaciteit van
300.000 spellen per dag, met een
uitloopmogelijkheid naar
600.000.
bi Turnhout worden speelkaar
ten gemaakt voor alle landen ter
wereld, in alle talen, eenvoudige
luxueuze, grote en kleine, voor
Particulier gebruik en voor com
merciële doeleinden. Ze worden
dagelijks uitgespuwd door de
drukpersen van de enige speel-
kaartenfabriek in de Benelux.
Acht speelkaartenfabrieken tel
de Turnhout tot 1970. In de loop
van de 19e eeuw ontstonden die
drukkerijen en ze raakten uitein
delijk verwikkeld in een moor
dende concurrentie. De een pro
beerde nog goedkoper te produ
ceren dan de ander, en de pro
ductiemethoden werden streng
geheim gehouden. Nu nog houdt
aria Mundi, oftewel het resul
taat van die fusie tussen acht
lumhoutse fabrieken, de deuren
«reng gesloten. Niemand komt
erin, ook de pers niet. Jammer,
want het productieproces van
honderdduizenden speelkaarten
moet een fascinerend schouwspel
opleveren. In het museum krijg je
daarvan een glimp te zien.
Hoe komt die speelkaartenindus
trie in Turnhout terecht? Daar
voor is geen specifieke reden aan
te wijzen, zo blijkt uit een bezoek
aan het Nationaal Museum van
de Speelkaart. Er is in Turnhout
geen papierindustrie, geen in
dustrie van drukpersen. Wel
staat er in de stad vanouds een
aantal zeer omvangrijke drukke
rijen, van encyclopedieën, van
stripalbums en van woordenboe
ken.
In Turnhout was in het begin van
de 19e eeuw ene P.J. Brepols ge
vestigd als verkoper van speel
kaarten. In 1826 begon deze Bre
pols met een bedrijf dat speel
kaarten zelf ontwierp en drukte.
Hij legde de grondslag voor het
wereldwijde succes van Turn
hout. In het kielzog van Brepols
volgden de firma's Glénisson
Van Genechten, Wellens-Delhu-
venne, Gebroeders Mesmaekers,
Glénisson, A. van Genechten, L.
Biermans, Poupaert-van Dooren
en La Turnhoutoise - een namen
reeks met een hoog Elsschot-ge-
halte.
Zo ontwikkelde zich in Turnhout
een unieke traditie, waarover
zich een dertig jaar geleden een
groep enthousiaste burgers ont
fermde. In 1965 werd de vereni
ging Turnhout Wereldcentrum
van de Speelkaart opgericht, met
de bedoeling om tot de oprich
ting van een museum te komen.
De industrie was huiverig, zelfs
tegen. Ze verleende geen mede
werking aan het streven van de
vereniging om zo veel mogelijk te
redden van machines, drukper
sen, ontwerpen, staalboeken en
archieven.
Alle moeite werd beloond in 1969
met de opening van het Turn-
houtse museum. En het is goed
dat er een museum bestaat waar
de veelvormigheid van de histo
rische speelkaart is vastgelegd.
Speelkaarten worden steeds een
vormiger en dat proces zet zich
alleen maar voort. Vroeger had
ieder land een eigen speelkaart-
ontwerp. Nu kent alleen Italië
nog een eigen speelkaartcultuur,
waar regio's zelfs nog eigen kaar
ten hebben. Maar voor de rest
rukt de standaardkaart op.
Speelkaartengiganten als Carta
Mundi promoten die trend. Op
alle bridgetournooien ter wereld
wordt met één en hetzelfde ont
werp gespeeld, gefabriceerd door
Carta Mundi uiteraard.
Zelfs in China rukt de gestand
aardiseerde westerse speel
kaart op, hoewel China
een eigen oude speel
kaartencultuur
kende. Tijdens
de Culturele Re
volutie (1966-
1976) werd het
kaartspel door Mao
'Cartes Imperiales'
van Mesmaekers Frères
uit 1880, in neo-gothische
stijl.
helemaal verboden, omdat het de
zeden zou bederven. Maar onder
Deng Xiaoping veranderde dat
helemaal, want Deng was zelf
een fanatiek bridge-speler.
In het Nationaal Museum van de
Speelkaart valt het publiek van
de ene verbazing in de andere.
Het personeel merkt dat goed tij
dens de rondleidingen die hier
veelvuldig plaats vinden.
Schoolklassen, bridgeclubs, pas
toors, gepensioneerde drukkers:
iedereen heeft er belangstelling
voor. Het onderwerp is eenvou
dig en aan iedereen bekend,
maar niemand weet wat een we
reld aan verscheidenheid en
techniek erachter schuilt.
Het museum legt zich ruwweg
toe op het verzame
len van twee
dingen:
kaarten j
machines. De machines zijn weer
onder te verdelen in drukpersen
en afwerkingsmachines. Geko
zen is voor de industriële perio
de, dus de 19e en de 20e eeuw.
Pronkstukken van het museum
zijn een paar lithopersen uit de
19e eeuw, glimmende zwarte
reuzen van de toenmalige tech
niek.
In 1850 vond er een revolutie
plaats in het productieproces van
speelkaarten: de snijmachine.
Vóór die tijd werden de vellen
met speelkaarten, zoals ze van de
pers kwamen, met de hand ge
knipt. Men gebruikte daarvoor
scharen van
meer dan
een meter lang. In het museum
zijn enkele van die reuzenscha-
ren te zien. Het gevolg van dit
handmatig knippen was een ver
schil in grootte. Geen enkele
kaart was precies even groot als
een andere.
De snijmachine maakte alle
speelkaarten exact even groot en
was bovendien in staat om de
kaarten hun afgeronde hoeken te
geven, die ze sindsdien altijd
hebben gehouden. In vroeger
eeuwen waren alle kaarten uit
gevoerd met rechte hoeken.
Een heel ander onderwerp is het
omstreden karakter van het
kaartspel. Dat is nog altijd zo, In
het recente
verleden
wei-
gerde de NCRV-tv het speel
kaartmuseum te noemen in het
toeristische programma Weg van
de Snelweg, dat geheel aan Turn
hout en omgeving was gewijd.
Het kaartspel is in sommige pro
testante kringen nog altijd des
duivels prentenboek en de NCRV
wilde kennelijk bepaalde seg
menten van haar ledenbestand
niet schofferen.
De roomskatholieke kerk is in de
loop der eeuw coulanter ten aan
zien van het kaartspel geworden,
maar in de middeleeuwen lag dat
anders. Toen werden er razzia's
op het bezit van speelkaarten ge
houden en de kaarten werden op
brandstapels ritueel verbrand.
Tegenwoordig is de houding van
het Vaticaan tweeledig: een een
voudig kaartspelletje mag, gok
ken met kaarten mag niet.
Actueel is de kwestie in de isla
mitische wereld. In de islamiti
sche republiek Iran is het
kaartspel verboden. Er
bestaat daar een re
ligieuze politie
die regelmatig
invallen
doet in
panden waar
z men illegale
kaartspelers ver
moedt.
Nationaal Museum van de
Speelkaart, Druivenstraat 18,
Turnhout. Geopend dinsdag t/m
zaterdag 14-17 uur, zondag 10-12
en 14-17 uur.