Weekend Nooit ging een ondergang van een bedrijf met zoveel emoties gepaard Auteur Vijftien maanden lang konden zeshonderd Fokker-werknemers met noeste arbeid de hoop le vend houden dat een reddende engel zich over het 77 jaar oude bedrijf zou ontfermen. Deze week haakte Stork af bij de doorstart onder leiding van de Belgische Begemann-voorman André Deleye. Desondanks staan Fokkerianen die weken te rug de fabriek gedwongen moes ten verlaten, nu in hun vrije tijd hun laatste Fokker-7 O-kist te testen. Requiem bij de dood van een aartsvader van de Neder landse industrie. AG 12 APRIL 1997 ele r schild tonen ze hun ingewaï van het lassen in die loods. Ei simpel. De reactor wordt hee cleaire proces, het koelwate dat door dikke buizen naar d Die gaan daar van draaien e energie dat opgevangen wore door hoogspanningkabels ka ar toe gaat. het nucleaire gedeelte. „Het nu met werk, daar kunnen z :n bij hebben," zegt mijn 1 ir, om te gaan. De sluis weer ii spasje terugbrengen naar de be e herrie en de drukte binnen ïgewoon stil. Ik hoor de Scheld 'k het natte gras van de zeedijk jm een liedje te zingen, waaroB van de dijk bekijk ik de centra landachtig. De bomvrije bol var er stoer uit. Een busje met tech de poort uit. Bewakers pratei jfonen. Bijna zevenhonderddui en slokt dit karwei op. Van ve en mensje op een fiets. Ik moe rden gecontroleerd en even foto's jaap wolterbe» ebied van Southampton on e liner-speler Stuart Pearce aai divert de penalty namens 40 uwers die denken dat dat e 8 It, worden in blessuretijd ui )lpen, andermaal slaat Evans toe ig is 1-3. Het f-woord en all bas ervolgens niet van de lucht, nhangers op Trent End zijn m ij de wedstrijd van de vo g geelzwarten aan de Rat Ve -eden tegen PSV. Na nog e bi; pub-d'e chauffeur houdt^etM en ze de terugreis aan. Th om drie uur. Het dagje naar u j •ft bijna 24 uur geduurd. rtfijvefi Zoeken lezers. De in slordige letters op er viaduct gekalkte mededeling 'Greet, ik hou van Mét aten expressie van een individuele emo- maar is veeleer bedoeld als boodschap voor de ivan een niets vermoedende Greet. Dat zij toch Ir góed beseft dat er ergens een verlegen jonge- Londloopt die zich in haar bijzijn niet durft uit te in, maar wiens gemoed zo overloopt dat hij worhaarbereid is tot waaghalzerij. Ut in het vuil van de achterkant geschreven waar- jlwwing op een stadsbus 'ik kom overal te laat' tornt voort uit de woede van een schrijver, maar be rt tegelijk potentiële volgende klanten te behoe de voor teleurstelling. Ondergekliederde wc-deu- ren, uitkijktorens vol schots en scheef door elkaar qekraste namen inclusief bezoekdata en schoolban ken met generaties lang ingekerfde bijnamen en scheldwoorden voor impopulaire docenten, het zijn «weel bewijzen dat schrijven meer wil zijn dan wailing van trots of creativiteit. Zonder verwacht mb bij een lezend oog, werd er niet zoveel moei- le gedaan. fyttologen, maatschappelijk werkers en andere geschoold verliesverwerkingsvolk is het hier niet mee eens. Zij adviseren, als de wekelijkse gesprek- ken tot niets meer leiden, hun verward diêntendom iepen ter hand te nemen om de ellende 'van je af ie schrijven'. Papier is heilzaam, een laatste redding tf'oven zij, maar wat zij uitgevers, journalisten en tiaren Nederlands aan doen, beseffen ze niet. Het «stat van hun therapie verdwijnt namelijk niet in dossier of schoenendoos; het gaat in een envelop en de ontvanger wordt serieus om commentaar ge raagd over uitgeefbaarheid, schrijfstijl en ver leend talent. Dagboeken zijn niet bestemd voor vreemde ogen, probeert de kantoorboekhandelaar wijs te maken. In zijn uitstalkast liggen immers voor dit doel ge schikte, in linnen gevatte schriftjes voorzien van slot. itgeverij-secretaresse heeft echter in haar bo- venla een speciale oude schaar. Want sleuteltjes ra to zoek in de dagelijkse post. Dagboekaniers be weren voor zich zelf te boekstaven. Zodra de plank «de neerslag van hun leven vol raakt, blijken ze Jllenhetbijzondere van hun bestaan in druk te wll- lenzien. Léautaud, Warren en Oltmans, of het dag boek nu geheim heet of openbaar, ze blijken boek gebonden te hebben voor de drukpers. Men toe lukt het een geheimschrijver zijn doel te teken. De eerste drie uitgevers zenden het mama script met vriendelijke woorden retour, maar een «9de hapt toe op zoek naar continuïteit in zijn aan- feüng. Het verhaal is weliswaar nog niet helemaal gaaf, maar heeft iets. En o wee, als een collega dit latent ontdekt, heeft die ook het voorkeursrecht bij een volgend misschien wel perfect boek en dus ver- hé den Ouden heeft dit geluk gesmaakt. De Nij meegse firma SUN, mondjesmaat actief op literair gebied, heeft zijn potentiële kwaliteit onderkend, ijwiste roman 'Dans van wederkeer' is zodoende uitgebracht. Ten onrechte. De ingrediënten klop te Amsterdam, begin jaren tachtig, Ravensbriick, tak, seks, onmogelijke liefde, Parijs, zelfmoord en vredesdemonstraties. Wie in die tijd bewust door de hooldstad wandelde, herkent nogal wat. De Swee- «sdtolengemeenschap in de Gabriël Metsustraat 'Bl bet Amerikaanse consulaat, het Barlaeusgymna- m met alle interne ruzies en het net weer en vo- gue rakende studentencorps. Toch is het boek ook ween lezer met die herinneringen mislukt. Een «bandige verteller, te nadrukkelijk sentiment en te wig diepgang. Den Oudens verhaal is niet verve- mom te lezen, maar van te weinig niveau om spaarzame vrije uren voor te reserveren of om mor sen nog te herinneren. SUN heeft van Den Ouden te schrijver gemaakt, maar het vak zal hij zich zelf ®5moeten leren. «kans heeft Jos Leenders niet meer. Hij is een Wjaar geleden op 33-jarige leeftijd overleden. nalatenschap bestond uit een koffer papier. Een I® door uitgevers geweigerde romans, verhalen «gedichten. Normaal zou dit spul op zolder ver- «tffl en bij een volgende verhuizing als niet meer belang weggegooid worden. Leenders heeft «hier actieve vrienden en familie. Die hebben zijn Papieren doorgebladerd en kregen het gevoel iets "warde in handen te hebben. Een Stichting «sttwwerd daarom in het leven geroepen en ®tosmalense privé onderneming brengt nu het ®amelde werk van Leenders uit. Zijn niet onver- taeiijke, surrealistisch aandoende roman 'De reis Ween stilzitter' is het eerste product. en misschien zelfs rechtvaardig dat zijn iiSWauwvrienden Jos Leenders uitgeven. Want te in druk verschijnt, overleeft, ook al is hij gestor- te-todejaren noeste schrijftafelarbeid van Leen- IJÏÏ- dKe Wl'ze achteraf nog zin Segeven. JE"'s "at voor een soort verder leven, als nie- «zijn boeken leest? Daarvoor is de kwaliteit im- ,u t® beperkt- Een stapel onverkochte boeken in Mlder, een enkele bibliotheek die het gratis ver- j® ee(i paar jaar op de planken houdt en ,**01 journalisten die de familiepoging de Zu l ln ere te houden in waarderende ®n beschrijft, is dat het eeuwige leven na de tem Li moeten gelezen worden, maar om dat te «ik a iminstens kwa,iteit vereist En als die er 'S. UJ7 ™rs ook alles onder ogen krijgen. Zelfs cs Z ïam' af9ekeurd is of nooit wor Publi" w„, Het nimmer voltooide laatste manu- nm Camu4 is daarom een paar geleden als- dichten VSn' a"e sn|PPers van LeoPold. zeHs ge- ste„'*aarv3n maar een paar regels op papier jjnu.06 totale particuliere correspondentie van Okie.0? 'n dild:e delen en met goede omzet- Uitgebracht. fezérs riio h'i"en 9e'ezen worden' maar het zijn de bepalen of iemand een auteur wordt. Requiem voor Fokker Door Willem Reijn Dit toestel," zegt Hans Quist, „is de beste kist die wij ooit hebben gebouwd." We staan buiten op het platform van de Fokker-fabrieken op Schiphol. De directeur van de eindlijn op Schiphol wijst op de witte Fokker 70, die staat te glimmen in de zachte lentezon. De druk in het vliegtuig wordt opgevoerd om te controleren of het toestel ergens lekt. Quist toont trots de klanteninspectie. „Het gehele afbouwteam bedankt voor de prettige samenwerking en bouw van tien uitstekende Fokker 70 vliegtuigen," schrijven Hans Brinkhorst van KLM Cityhopper en Gertjan Lichterveld van Martinair in het boek. De volgende ochtend verlaat de laatste jet de hal officieel. Nog enkele testen en vrijdag draagt. Fokker het straalvliegtuig over. Er resten nog twee propellorvliegtuigen, Fok kers 50, voor Ethiopia Airlines. En dan is het over. De witte Fokker 7 0 die buiten staat, is besteld door de KLM maar wordt onmiddellijk door- verhuurd aan Austria Airlines, een belangrij ke klant uit de nadagen van Fokker. „We hadden het prachtig gevonden als hier de KLM op had gestaan," zegt Quist. „Dat was toch ook nog een mooi stukje reclame geweest voor de KLM. Ik heb ze nog aangeboden om het vliegtuig deels over te spuiten, maar het kwam bij hen niet uit in de planning. Dood zonde." A581 De Fokker 70 draagt het volgnummer A581, het aantal straalvliegtuigen dat Fokker vanaf eind jaren vijftig heeft gebouwd. Eens werk ten in de hallen twee ploegen van totaal zes tienhonderd mensen hier aan vliegtuigen die de naam van Fokker en Nederland over de hele wereld uitdroegen. Gebouwd door men sen die zo aan hun bedrijf en product ver knocht waren, dat zij de erenaam Fokkeria nen droegen. De Eindhovense curator mr. Louis Deterink praat met de laatste werknemers van jet-lijn. „Weet je wat nu zo fantastisch is?," zegt hij, „De mensen die hier deze testen uitvoeren, zijn al eerder ontslagen. Toch komen zij in hun eigen tijd terug om hun vliegtuig perfect af te leveren, al lijkt het voor Fokker over. Ongelooflijk, zo'n motivatie." Deterink mag een oordeel vellen. Als curator stond hij bij de grote faillissementen in Bra bant: DAF, Hofnar sigaren, de Bossche ban ketbakkerijen. Fokker zet echter alle faillis sementen uit de Nederlandse geschiedenis in de schaduw. Nooit ging een ondergang van een bedrijf met zoveel emoties gepaard. George Melchers leidt rond door de productiehallen. Hij wijst op een Fokker 50 voor Ethiopië, die als laat ste half mei de fabrieken verlaat. „Die wordt betaald door Pronk." Melchers kwam op 1 juli 1971 in dienst van Fokker. Op 17 maart 1997 kwam een eind aan zijn dienstverband. Vanaf 1990 was hij secre taris van de centrale ondernemingsraad van Fokker. Toen produceerde het bedrijf nog 80 toestellen per jaar. Bijna dertienduizend mensen waren erbij betrokken. Nu lopen we door de lege hallen. Een romp van een Fokker 100 wacht vergeefs op af bouw. De gangen zijn lang en leeg. Maar het bedrijf straalt niet die desolate staat van ver val uit, die oude vermoeide metaalbedrijven nog wel eens kenmerken. De hallen zijn vers geschilderd met lichte, vrolijke kleuren om de arbeidsomstandigheden prettiger te maken. Brieven Melchers legt in zijn kantoortje boeken voor met brieven uit alle windstreken binnen en buiten Nederland. Een man uit Willemstad schrijft: 'Ik betuig me steun. Succes Fokker!'. Een jongen uit het Oosten van het land: 'Ik heet Sierk-Wilko en ben tien jaar. Ik vind dat Fokker moet blijven en ik er later wil werken. Misschien geven mijn vader en moeder nog wat geld.' Zuster Lidwina is 85 jaar en ze schrijft mede namens een oud-missionaris uit Indonesië Werknemers van Fokker spuiten de jet die straks voor Austria Airlines gaat vliegen. een gedicht. Hoe de missionarissen en zusters in de jaren vijftig en zestig uitheemse plaat sen in de wereld alleen konden bereiken dankzij prachtige Hollandse producten. 'Zonder Fokker en KLM zat het Missiewerk klem'. Een ander stuurt een slagzin: 'I don't fly, It's bót a* Fokker'. 'Moet M ftëfgöêde nu uit Nederland verdwijnen?,' vraagt een oude re man uit Bergen op Zoom zich vertwijfeld af. 'At the risk of being lullig, maar heeft Va ticaanstad niet een nieuw toestel nodig,' schrijft een ander. De belangstelling voor Fokker staat niet in verhouding tot de concrete economische bete kenis. Neen, Fokker is emotie. Vliegen, het overwinnen van de zwaartekracht, spreekt de mensen al vanaf de oudheid tot de verbeel ding. En Fokker kent een rijke historie. Anthony Fokker behoort tot de 'aartsvaders van de Nederlandse industrie', net als Philips, Heijn of Plesman. Het neerhalen van Fokker is als het beschadigen van het monument op de Dam. Nooit ook ging in een faillissement zoveel geld om. Tegenover een schuld van drieënhalf miljard gulden staan inkomsten van ander half miljard gulden. „Het duurt zeker nog tien jaar voordat dit faillissement geheel is afgewikkeld," weet Melchers. Beste mensen Nooit ook is vertoond dat een fabriek vijftien maanden na de teloorgang nog vrolijk door- produceerde voor klanten die de producten dolgraag wilden hebben. Zo'n zeventien vliegtuigen, Fokkers 70 en 50, zijn in elkaar gestoken. Nooit draaide Fokker ook zo goed als het laatste jaar. „Bij al die reorganisaties zaten we als managers wel eens bij elkaar en ver zuchtten: als we nou opnieuw mochten begin nen, wie zou je dan houden," vertelt Hans Quist. „Hoeveel efficiënter zou je kunnen werken als je alleen je beste mensen over zou houden?" Het experiment is noodgedwongen in prak tijk uitgevoerd. „Toen dachten we vijf, mis schien tien procent te kunnen halen. Nu we precies de beste mensen over hadden, haalden we een productiviteitsverbetering van dertig procent." Het ontslaan van deze mensen doet Quist daarom extra pijn. „Eerlijk gezegd was dat vroeger, bij de eerste reorganisatie, niet het geval. Want dan gingen er mensen uit, van wie je toch al af wilde." Maar bij het verleng de afbouwprogramftïariT<yiafIorife curatohéh mochten vijfhonderd mensen blijven werken. Dit waren de ware Fokkerianen. In februari vierden Fokker en klant het afle veren van een vliegtuig. De kurken knalden van de champagneflessen. Daarna moest Quist afscheid nemen van een groep van twintig van zijn mensen. „Dat was de eerste keer. Ik dacht: Iaat ik mijn woorden maar op schrift zetten. Ik geef eerlijk toe: halverwege biggelden de tranen op het papier. Deze men sen hadden zich absoluut de blubber ge werkt." Elke vrijdag om half vijf herhaalde het ritueel zich. De hele groep kwam samen, er werden wat pijpjes bier opengerukt en Quist en de overblijvers bedankten de mensen die af scheid moesten nemen met een warm ap plaus. „Dan waren er altijd wel een paar bij die zich niet goed konden houden. Met knikkende knieën ga ik daar naar toe. Maar komende vrijdag doen we het voor de laatste keer, want de groep wordt te klein. Dan neemt iedereen afscheid van elkaar." Zelf had Quist vorig najaar een nieuwe baan. „Dat bedrijf had de persberichten al klaar liggen. Maar ik heb het op het allerlaatste moment niet gedaan. We hadden nog kans op een doorstart met Samsung. Ik vond dat ik het niet kon maken om op zo'n moment weg te gaan, dat zou slecht staan tegenover de Ko- reanen. Bovendien zou ik bij dat bedrijf met mijn gedachten steeds bij Fokker zitten." In de hal loopt een man met zijn dochtertje. Voor de laatste keer kijken naar aan wat voor een mooi vliegtuig pappa heeft gewerkt. Een ander heeft zijn vrouw meegenomen. Hoe is het zover kunnen komen dat dit schitterende bedrijf zo naar de donder is gegaan? George Melchers heeft alle stukken nog eens doorgenomen. Fokker heeft altijd geldproble men gehad. Op zijn bureau ligt een rapport uit 1978, waarin McKinsey zich buigt over de vraag hoe Fokker enige continuïteit kan wor Gewezen COR-secretaris George Melchers: „Als nou niemand onze producten zou wil len hebben, had ik er nog wel begrip voor dat ze de tent sluiten. Maar onze vliegtuigen zijn reuze populair.foto fotopersburo dijkstra den geboden. En net zo lang zijn er fouten ge maakt, kunnen schuldigen worden gevonden. Te laat De reorganisaties, weet Melchers, zijn te laat gekomen. „Op het hoogtepunt werkten hier TÜOWmensen. In vijf ja'ar is dat aantal gehal veerd. Dus daar ligt het niet aan." Natuurlijk had Fokker ook pech. De markt stortte in na de Golfoorlog, de dollar kelderde al net zo snel als de prijzen. Het is een wet van Meden en Perzen bij slechte managers: pro blemen komen van buiten, prestaties van bin den. „Fokker heeft nooit in een keer echt voor een kleinere fabriek gekozen, maar steeds de kaasschaaf-methode gevolgd. Daarmee lie pen we achter de feiten aan," erkent Mel chers. Bovendien was Fokker nogal kieskeurig bij het snijden. Grote groepen arbeiders mochten naar het arbeidsbureau, maar het troetel kindje ontwikkeling en de enorme stafafde lingen bleven buiten schot. En daar zaten juist de kosten. „Kijk, ik heb het hier nog uitgetekend toen de curatoren er naar vroegen. Van de lonen tot 65.000 gulden verdween 45 procent van de mensen. Bij de salarissen boven de 65 mille werd maar dertien procent gesneden. Dat is illustratief voor het hoe het ging. En als cen trale ondernemingsraad hebben we daar tal loze malen op gewezen," zegt hij en legt een stapel brieven op tafel. Hans Quist hanteert drie P's als stelling: pro curement (inkoop), public-relations en perso neelszaken. „Vroeger zetten ze de kneuzen met wie ze echt niks meer wisten te doen op inkoop. De belangrijke mensen hielden zich met de organisatie van Fokker bezig. Maar wat ze vergaten was dat de zeventig procent van de kosten uit de inkoop van onderdelen kwam. Dat daar dus het meest te verdienen Verslonsd De relaties met Den Haag waren ook ver slonsd. De PR op dat gebied deugde niet. Op personeelszaken wisselde de ene directeur de ander af. „We hebben de laatste jaren acht mensen op die post gehad. En het enige waar ze mee bezig waren, was zich zo snel mogelijk een plaats in de Raad van Bestuur bevechten. Neen, ik ben blij dat we al die uitvreters kwijt zijn." Ze hadden ook niet moeten terugkomen, want dan had Quist mooi niet meegedaan aan de herstart. Maar ja, de herstart. „Goh, wat heb ben we allemaal wel niet gehad? Bombardier uit Canada, Avic uit China, Samsung uit Ko rea, Yakovlev en Tupolev uit Rusland, Saab uit Zweden, De Waard uit Nederland, Rosen Jacobson en natuurlijk Deleye en de Malei- siërs," somt George Melchers op. Aan de curatoren heeft het niet gelegen, zegt hij. En hij roemt Louis Deterink: „Die man is werkelijk onvermoeibaar. Die heeft er echt alles aan gedaan, de anderen ook trouwens." Soms gingen onderhandelingen zo stroef, dat het komisch werd. „Dat Economische Zaken en de Koreanen zaten te discussiëren over een verschil van één te bouwen vliegtuig in 2002." Terwijl zelfs een ruwe voorspelling voor het volgende jaar onzeker is. Over Deleye en de Van den Nieuwenhuyzen- broeders niets dan goeds. „Ik heb zelden ie mand meegemaakt die zo snel van begrip is," zegt Quist over Deleye. „Hij gebruikt de auto industrie als zijn referentiekader en luistert heel goed. Een indrukwekkende man." „Joep van den Nieuwenhuyzen en twee Ma- leisiërs heb ik half februari nog stiekem door de fabriek geleid. Het was eind ramadan. 'Loop niet zo hard, want dat kunnen die man nen niet meer aan', zei Joep. Belde-ie me een paar dagen later op: stuur me een paar video banden van de fabriek, want ik ga het in Ma leisië voor elkaar maken. Vier dagen later -hadden de curatoren-een-bankgarantie van 100 miljoen dollar." Gebeten hond Maandag moesten de curatoren bekend ma ken dat een doorstart definitief niet haalbaar lijkt. Stork trok zich terug uit het reddings plan en dus is topman Jan Hovers nu voor de Fokkerianen de gebeten hond. Jan Hovers heeft geen moment een doorstart gewild, weet Quist. „Na het tekenen van het Memorandum of Understanding heeft-ie meteen tegen de di recteuren gezegd dat hij het eigenlijk niet wilde." Stork weet gewoon niks van vliegtuigbouw en lijdt aan koudwatervrees, zegt Quist. „Ze durven niet, want ze kennen die wereld niet. Ze denken dat ze door deel te nemen in een nieuw ATR-toestel minder risico lopen. Maar ze hebben wel contracten ondertekend waar door ze alleen al voor dat toestel 120 miljoen gulden aan risicodragend vermogen moeten investeren." En voor wat voor een toestel, bedenkt Quist. „Een verlengde vijftigzitter. Een potlood vliegtuig, veel te smal voor zeventig mensen dus je moet niet aan claustrofobie lijden." Die hele Frans-Italiaanse combinatie AIR loopt trouwens voor geen meter, zegt Quist. „Het staat op het rand van faillissement, want ze hebben al een jaar geen toestel meer verkocht en de productie ligt stil." Een dag later blijkt Samsung nu voor dit potloodtoe stel te opteren, terwijl Fokker crasht. Het hart van een Fokkeriaan bloedt bij deze gedachten. „Dat vind ik nou zo moeilijk," zegt George Melchers. „Als nou niemand onze producten zou willen hebben, had ik er nog wel begrip voor dat ze de tent sluiten. Maar onze vlieg tuigen zijn reuze populair. Bij een doorstart waren we verzekerd van een verkoop van 35 tot 50 vliegtuigen, terwijl de Maleisiërs er nog eens veertig wilden hebben. Dat doet pijn: we zouden een perfecte nieuwe organisatie heb ben, we maken echt de beste vliegtuigen en nu alle lichten op groen staan, gaat het toch niet door." Slopend Maar gepokt en gemazeld door talloze reor ganisaties slaapt Melchers er geen nacht min der om. Maar slopend is de tijd wel geweest, steeds tussen hoop en vrees op en neer te wor den geslingerd. Over de toekomst kan hij zich nog niet druk maken. „Ik ben nu vijftig jaar dus met solliciteren maak ik weinig kans. Maar ik heb goede net werken, ken veel mensen en daar vertrouw ik maar op. Ik zoek een bestuurlijk baantje, daar ben ik wel goed in, denk ik. „Maar voorlopig doe ik het even rustig aan. Ik heb de laatste vijf jaar geen vakantie meer ge had. En wat ik terug krijg van de tachtig da gen die ik nog had staan, moet blijken na de verificatievergadering. Buiten op het platform kijken George Mel chers, Louis Deterink en Hans Quist met een mengeling van trots en melancholie voor een laatste keer naar de Fokker 70. De contro leurs vinden ook geen lekken als de druk ver der wordt opgevoerd. „Perfect in orde," rap porteren ze. Na een jarenlang ziekbed en vijftien maanden coma is een van de aartsvaders dood. V V

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1997 | | pagina 43