Weekend
Nooit ging een ondergang van een bedrijf met zoveel emoties gepaard
Auteur
Vijftien maanden lang konden
zeshonderd Fokker-werknemers
met noeste arbeid de hoop le
vend houden dat een reddende
engel zich over het 77 jaar oude
bedrijf zou ontfermen. Deze
week haakte Stork af bij de
doorstart onder leiding van de
Belgische Begemann-voorman
André Deleye. Desondanks
staan Fokkerianen die weken te
rug de fabriek gedwongen moes
ten verlaten, nu in hun vrije tijd
hun laatste Fokker-7 O-kist te
testen. Requiem bij de dood van
een aartsvader van de Neder
landse industrie.
AG 12 APRIL 1997
ele
r schild tonen ze hun ingewaï
van het lassen in die loods. Ei
simpel. De reactor wordt hee
cleaire proces, het koelwate
dat door dikke buizen naar d
Die gaan daar van draaien e
energie dat opgevangen wore
door hoogspanningkabels ka
ar toe gaat.
het nucleaire gedeelte. „Het
nu met werk, daar kunnen z
:n bij hebben," zegt mijn 1
ir, om te gaan. De sluis weer ii
spasje terugbrengen naar de be
e herrie en de drukte binnen
ïgewoon stil. Ik hoor de Scheld
'k het natte gras van de zeedijk
jm een liedje te zingen, waaroB
van de dijk bekijk ik de centra
landachtig. De bomvrije bol var
er stoer uit. Een busje met tech
de poort uit. Bewakers pratei
jfonen. Bijna zevenhonderddui
en slokt dit karwei op. Van ve
en mensje op een fiets. Ik moe
rden gecontroleerd en even
foto's jaap wolterbe»
ebied van Southampton on e
liner-speler Stuart Pearce aai
divert de penalty namens 40
uwers die denken dat dat e 8
It, worden in blessuretijd ui
)lpen, andermaal slaat Evans toe
ig is 1-3. Het f-woord en all bas
ervolgens niet van de lucht,
nhangers op Trent End zijn m
ij de wedstrijd van de vo g
geelzwarten aan de Rat Ve
-eden tegen PSV. Na nog e bi;
pub-d'e chauffeur houdt^etM
en ze de terugreis aan. Th
om drie uur. Het dagje naar u j
•ft bijna 24 uur geduurd.
rtfijvefi Zoeken lezers. De in slordige letters op
er viaduct gekalkte mededeling 'Greet, ik hou van
Mét aten expressie van een individuele emo-
maar is veeleer bedoeld als boodschap voor de
ivan een niets vermoedende Greet. Dat zij toch
Ir góed beseft dat er ergens een verlegen jonge-
Londloopt die zich in haar bijzijn niet durft uit te
in, maar wiens gemoed zo overloopt dat hij
worhaarbereid is tot waaghalzerij.
Ut in het vuil van de achterkant geschreven waar-
jlwwing op een stadsbus 'ik kom overal te laat'
tornt voort uit de woede van een schrijver, maar be
rt tegelijk potentiële volgende klanten te behoe
de voor teleurstelling. Ondergekliederde wc-deu-
ren, uitkijktorens vol schots en scheef door elkaar
qekraste namen inclusief bezoekdata en schoolban
ken met generaties lang ingekerfde bijnamen en
scheldwoorden voor impopulaire docenten, het zijn
«weel bewijzen dat schrijven meer wil zijn dan
wailing van trots of creativiteit. Zonder verwacht
mb bij een lezend oog, werd er niet zoveel moei-
le gedaan.
fyttologen, maatschappelijk werkers en andere
geschoold verliesverwerkingsvolk is het hier niet
mee eens. Zij adviseren, als de wekelijkse gesprek-
ken tot niets meer leiden, hun verward diêntendom
iepen ter hand te nemen om de ellende 'van je af
ie schrijven'. Papier is heilzaam, een laatste redding
tf'oven zij, maar wat zij uitgevers, journalisten en
tiaren Nederlands aan doen, beseffen ze niet. Het
«stat van hun therapie verdwijnt namelijk niet in
dossier of schoenendoos; het gaat in een envelop
en de ontvanger wordt serieus om commentaar ge
raagd over uitgeefbaarheid, schrijfstijl en ver
leend talent.
Dagboeken zijn niet bestemd voor vreemde ogen,
probeert de kantoorboekhandelaar wijs te maken.
In zijn uitstalkast liggen immers voor dit doel ge
schikte, in linnen gevatte schriftjes voorzien van slot.
itgeverij-secretaresse heeft echter in haar bo-
venla een speciale oude schaar. Want sleuteltjes ra
to zoek in de dagelijkse post. Dagboekaniers be
weren voor zich zelf te boekstaven. Zodra de plank
«de neerslag van hun leven vol raakt, blijken ze
Jllenhetbijzondere van hun bestaan in druk te wll-
lenzien. Léautaud, Warren en Oltmans, of het dag
boek nu geheim heet of openbaar, ze blijken boek
gebonden te hebben voor de drukpers.
Men toe lukt het een geheimschrijver zijn doel te
teken. De eerste drie uitgevers zenden het mama
script met vriendelijke woorden retour, maar een
«9de hapt toe op zoek naar continuïteit in zijn aan-
feüng. Het verhaal is weliswaar nog niet helemaal
gaaf, maar heeft iets. En o wee, als een collega dit
latent ontdekt, heeft die ook het voorkeursrecht bij
een volgend misschien wel perfect boek en dus ver-
hé den Ouden heeft dit geluk gesmaakt. De Nij
meegse firma SUN, mondjesmaat actief op literair
gebied, heeft zijn potentiële kwaliteit onderkend,
ijwiste roman 'Dans van wederkeer' is zodoende
uitgebracht. Ten onrechte. De ingrediënten klop
te Amsterdam, begin jaren tachtig, Ravensbriick,
tak, seks, onmogelijke liefde, Parijs, zelfmoord en
vredesdemonstraties. Wie in die tijd bewust door de
hooldstad wandelde, herkent nogal wat. De Swee-
«sdtolengemeenschap in de Gabriël Metsustraat
'Bl bet Amerikaanse consulaat, het Barlaeusgymna-
m met alle interne ruzies en het net weer en vo-
gue rakende studentencorps. Toch is het boek ook
ween lezer met die herinneringen mislukt. Een
«bandige verteller, te nadrukkelijk sentiment en te
wig diepgang. Den Oudens verhaal is niet verve-
mom te lezen, maar van te weinig niveau om
spaarzame vrije uren voor te reserveren of om mor
sen nog te herinneren. SUN heeft van Den Ouden
te schrijver gemaakt, maar het vak zal hij zich zelf
®5moeten leren.
«kans heeft Jos Leenders niet meer. Hij is een
Wjaar geleden op 33-jarige leeftijd overleden.
nalatenschap bestond uit een koffer papier. Een
I® door uitgevers geweigerde romans, verhalen
«gedichten. Normaal zou dit spul op zolder ver-
«tffl en bij een volgende verhuizing als niet meer
belang weggegooid worden. Leenders heeft
«hier actieve vrienden en familie. Die hebben zijn
Papieren doorgebladerd en kregen het gevoel iets
"warde in handen te hebben. Een Stichting
«sttwwerd daarom in het leven geroepen en
®tosmalense privé onderneming brengt nu het
®amelde werk van Leenders uit. Zijn niet onver-
taeiijke, surrealistisch aandoende roman 'De reis
Ween stilzitter' is het eerste product.
en misschien zelfs rechtvaardig dat zijn
iiSWauwvrienden Jos Leenders uitgeven. Want
te in druk verschijnt, overleeft, ook al is hij gestor-
te-todejaren noeste schrijftafelarbeid van Leen-
IJÏÏ- dKe Wl'ze achteraf nog zin Segeven.
JE"'s "at voor een soort verder leven, als nie-
«zijn boeken leest? Daarvoor is de kwaliteit im-
,u t® beperkt- Een stapel onverkochte boeken in
Mlder, een enkele bibliotheek die het gratis ver-
j® ee(i paar jaar op de planken houdt en
,**01 journalisten die de familiepoging de
Zu l ln ere te houden in waarderende
®n beschrijft, is dat het eeuwige leven na de
tem
Li moeten gelezen worden, maar om dat te
«ik a iminstens kwa,iteit vereist En als die er 'S.
UJ7 ™rs ook alles onder ogen krijgen. Zelfs
cs Z ïam' af9ekeurd is of nooit wor Publi"
w„, Het nimmer voltooide laatste manu-
nm Camu4 is daarom een paar geleden als-
dichten VSn' a"e sn|PPers van LeoPold. zeHs ge-
ste„'*aarv3n maar een paar regels op papier
jjnu.06 totale particuliere correspondentie van
Okie.0? 'n dild:e delen en met goede omzet-
Uitgebracht.
fezérs riio h'i"en 9e'ezen worden' maar het zijn de
bepalen of iemand een auteur wordt.
Requiem voor Fokker
Door Willem Reijn
Dit toestel," zegt Hans Quist, „is
de beste kist die wij ooit hebben
gebouwd." We staan buiten op
het platform van de Fokker-fabrieken op
Schiphol. De directeur van de eindlijn op
Schiphol wijst op de witte Fokker 70, die
staat te glimmen in de zachte lentezon. De
druk in het vliegtuig wordt opgevoerd om te
controleren of het toestel ergens lekt.
Quist toont trots de klanteninspectie. „Het
gehele afbouwteam bedankt voor de prettige
samenwerking en bouw van tien uitstekende
Fokker 70 vliegtuigen," schrijven Hans
Brinkhorst van KLM Cityhopper en Gertjan
Lichterveld van Martinair in het boek.
De volgende ochtend verlaat de laatste jet de
hal officieel. Nog enkele testen en vrijdag
draagt. Fokker het straalvliegtuig over. Er
resten nog twee propellorvliegtuigen, Fok
kers 50, voor Ethiopia Airlines. En dan is het
over.
De witte Fokker 7 0 die buiten staat, is besteld
door de KLM maar wordt onmiddellijk door-
verhuurd aan Austria Airlines, een belangrij
ke klant uit de nadagen van Fokker. „We
hadden het prachtig gevonden als hier de
KLM op had gestaan," zegt Quist. „Dat was
toch ook nog een mooi stukje reclame geweest
voor de KLM. Ik heb ze nog aangeboden om
het vliegtuig deels over te spuiten, maar het
kwam bij hen niet uit in de planning. Dood
zonde."
A581
De Fokker 70 draagt het volgnummer A581,
het aantal straalvliegtuigen dat Fokker vanaf
eind jaren vijftig heeft gebouwd. Eens werk
ten in de hallen twee ploegen van totaal zes
tienhonderd mensen hier aan vliegtuigen die
de naam van Fokker en Nederland over de
hele wereld uitdroegen. Gebouwd door men
sen die zo aan hun bedrijf en product ver
knocht waren, dat zij de erenaam Fokkeria
nen droegen.
De Eindhovense curator mr. Louis Deterink
praat met de laatste werknemers van jet-lijn.
„Weet je wat nu zo fantastisch is?," zegt hij,
„De mensen die hier deze testen uitvoeren,
zijn al eerder ontslagen. Toch komen zij in
hun eigen tijd terug om hun vliegtuig perfect
af te leveren, al lijkt het voor Fokker over.
Ongelooflijk, zo'n motivatie."
Deterink mag een oordeel vellen. Als curator
stond hij bij de grote faillissementen in Bra
bant: DAF, Hofnar sigaren, de Bossche ban
ketbakkerijen. Fokker zet echter alle faillis
sementen uit de Nederlandse geschiedenis in
de schaduw.
Nooit ging een ondergang van een bedrijf met
zoveel emoties gepaard. George Melchers
leidt rond door de productiehallen. Hij wijst
op een Fokker 50 voor Ethiopië, die als laat
ste half mei de fabrieken verlaat. „Die wordt
betaald door Pronk."
Melchers kwam op 1 juli 1971 in dienst van
Fokker. Op 17 maart 1997 kwam een eind aan
zijn dienstverband. Vanaf 1990 was hij secre
taris van de centrale ondernemingsraad van
Fokker. Toen produceerde het bedrijf nog 80
toestellen per jaar. Bijna dertienduizend
mensen waren erbij betrokken.
Nu lopen we door de lege hallen. Een romp
van een Fokker 100 wacht vergeefs op af
bouw. De gangen zijn lang en leeg. Maar het
bedrijf straalt niet die desolate staat van ver
val uit, die oude vermoeide metaalbedrijven
nog wel eens kenmerken. De hallen zijn vers
geschilderd met lichte, vrolijke kleuren om de
arbeidsomstandigheden prettiger te maken.
Brieven
Melchers legt in zijn kantoortje boeken voor
met brieven uit alle windstreken binnen en
buiten Nederland. Een man uit Willemstad
schrijft: 'Ik betuig me steun. Succes Fokker!'.
Een jongen uit het Oosten van het land: 'Ik
heet Sierk-Wilko en ben tien jaar. Ik vind dat
Fokker moet blijven en ik er later wil werken.
Misschien geven mijn vader en moeder nog
wat geld.'
Zuster Lidwina is 85 jaar en ze schrijft mede
namens een oud-missionaris uit Indonesië
Werknemers van Fokker spuiten de jet die straks voor Austria Airlines gaat vliegen.
een gedicht. Hoe de missionarissen en zusters
in de jaren vijftig en zestig uitheemse plaat
sen in de wereld alleen konden bereiken
dankzij prachtige Hollandse producten.
'Zonder Fokker en KLM zat het Missiewerk
klem'. Een ander stuurt een slagzin: 'I don't
fly, It's bót a* Fokker'. 'Moet M ftëfgöêde nu
uit Nederland verdwijnen?,' vraagt een oude
re man uit Bergen op Zoom zich vertwijfeld
af. 'At the risk of being lullig, maar heeft Va
ticaanstad niet een nieuw toestel nodig,'
schrijft een ander.
De belangstelling voor Fokker staat niet in
verhouding tot de concrete economische bete
kenis. Neen, Fokker is emotie. Vliegen, het
overwinnen van de zwaartekracht, spreekt de
mensen al vanaf de oudheid tot de verbeel
ding.
En Fokker kent een rijke historie. Anthony
Fokker behoort tot de 'aartsvaders van de
Nederlandse industrie', net als Philips, Heijn
of Plesman. Het neerhalen van Fokker is als
het beschadigen van het monument op de
Dam.
Nooit ook ging in een faillissement zoveel
geld om. Tegenover een schuld van drieënhalf
miljard gulden staan inkomsten van ander
half miljard gulden. „Het duurt zeker nog
tien jaar voordat dit faillissement geheel is
afgewikkeld," weet Melchers.
Beste mensen
Nooit ook is vertoond dat een fabriek vijftien
maanden na de teloorgang nog vrolijk door-
produceerde voor klanten die de producten
dolgraag wilden hebben. Zo'n zeventien
vliegtuigen, Fokkers 70 en 50, zijn in elkaar
gestoken.
Nooit draaide Fokker ook zo goed als het
laatste jaar. „Bij al die reorganisaties zaten
we als managers wel eens bij elkaar en ver
zuchtten: als we nou opnieuw mochten begin
nen, wie zou je dan houden," vertelt Hans
Quist. „Hoeveel efficiënter zou je kunnen
werken als je alleen je beste mensen over zou
houden?"
Het experiment is noodgedwongen in prak
tijk uitgevoerd. „Toen dachten we vijf, mis
schien tien procent te kunnen halen. Nu we
precies de beste mensen over hadden, haalden
we een productiviteitsverbetering van dertig
procent."
Het ontslaan van deze mensen doet Quist
daarom extra pijn. „Eerlijk gezegd was dat
vroeger, bij de eerste reorganisatie, niet het
geval. Want dan gingen er mensen uit, van
wie je toch al af wilde." Maar bij het verleng
de afbouwprogramftïariT<yiafIorife curatohéh
mochten vijfhonderd mensen blijven werken.
Dit waren de ware Fokkerianen.
In februari vierden Fokker en klant het afle
veren van een vliegtuig. De kurken knalden
van de champagneflessen. Daarna moest
Quist afscheid nemen van een groep van
twintig van zijn mensen. „Dat was de eerste
keer. Ik dacht: Iaat ik mijn woorden maar op
schrift zetten. Ik geef eerlijk toe: halverwege
biggelden de tranen op het papier. Deze men
sen hadden zich absoluut de blubber ge
werkt."
Elke vrijdag om half vijf herhaalde het ritueel
zich. De hele groep kwam samen, er werden
wat pijpjes bier opengerukt en Quist en de
overblijvers bedankten de mensen die af
scheid moesten nemen met een warm ap
plaus.
„Dan waren er altijd wel een paar bij die zich
niet goed konden houden. Met knikkende
knieën ga ik daar naar toe. Maar komende
vrijdag doen we het voor de laatste keer, want
de groep wordt te klein. Dan neemt iedereen
afscheid van elkaar."
Zelf had Quist vorig najaar een nieuwe baan.
„Dat bedrijf had de persberichten al klaar
liggen. Maar ik heb het op het allerlaatste
moment niet gedaan. We hadden nog kans op
een doorstart met Samsung. Ik vond dat ik
het niet kon maken om op zo'n moment weg
te gaan, dat zou slecht staan tegenover de Ko-
reanen. Bovendien zou ik bij dat bedrijf met
mijn gedachten steeds bij Fokker zitten."
In de hal loopt een man met zijn dochtertje.
Voor de laatste keer kijken naar aan wat voor
een mooi vliegtuig pappa heeft gewerkt. Een
ander heeft zijn vrouw meegenomen. Hoe is
het zover kunnen komen dat dit schitterende
bedrijf zo naar de donder is gegaan?
George Melchers heeft alle stukken nog eens
doorgenomen. Fokker heeft altijd geldproble
men gehad. Op zijn bureau ligt een rapport
uit 1978, waarin McKinsey zich buigt over de
vraag hoe Fokker enige continuïteit kan wor
Gewezen COR-secretaris George Melchers: „Als nou niemand onze producten zou wil
len hebben, had ik er nog wel begrip voor dat ze de tent sluiten. Maar onze vliegtuigen zijn
reuze populair.foto fotopersburo dijkstra
den geboden. En net zo lang zijn er fouten ge
maakt, kunnen schuldigen worden gevonden.
Te laat
De reorganisaties, weet Melchers, zijn te laat
gekomen. „Op het hoogtepunt werkten hier
TÜOWmensen. In vijf ja'ar is dat aantal gehal
veerd. Dus daar ligt het niet aan."
Natuurlijk had Fokker ook pech. De markt
stortte in na de Golfoorlog, de dollar kelderde
al net zo snel als de prijzen. Het is een wet van
Meden en Perzen bij slechte managers: pro
blemen komen van buiten, prestaties van bin
den. „Fokker heeft nooit in een keer echt voor
een kleinere fabriek gekozen, maar steeds de
kaasschaaf-methode gevolgd. Daarmee lie
pen we achter de feiten aan," erkent Mel
chers.
Bovendien was Fokker nogal kieskeurig bij
het snijden. Grote groepen arbeiders mochten
naar het arbeidsbureau, maar het troetel
kindje ontwikkeling en de enorme stafafde
lingen bleven buiten schot. En daar zaten
juist de kosten.
„Kijk, ik heb het hier nog uitgetekend toen de
curatoren er naar vroegen. Van de lonen tot
65.000 gulden verdween 45 procent van de
mensen. Bij de salarissen boven de 65 mille
werd maar dertien procent gesneden. Dat is
illustratief voor het hoe het ging. En als cen
trale ondernemingsraad hebben we daar tal
loze malen op gewezen," zegt hij en legt een
stapel brieven op tafel.
Hans Quist hanteert drie P's als stelling: pro
curement (inkoop), public-relations en perso
neelszaken. „Vroeger zetten ze de kneuzen
met wie ze echt niks meer wisten te doen op
inkoop. De belangrijke mensen hielden zich
met de organisatie van Fokker bezig. Maar
wat ze vergaten was dat de zeventig procent
van de kosten uit de inkoop van onderdelen
kwam. Dat daar dus het meest te verdienen
Verslonsd
De relaties met Den Haag waren ook ver
slonsd. De PR op dat gebied deugde niet. Op
personeelszaken wisselde de ene directeur de
ander af. „We hebben de laatste jaren acht
mensen op die post gehad. En het enige waar
ze mee bezig waren, was zich zo snel mogelijk
een plaats in de Raad van Bestuur bevechten.
Neen, ik ben blij dat we al die uitvreters kwijt
zijn."
Ze hadden ook niet moeten terugkomen, want
dan had Quist mooi niet meegedaan aan de
herstart. Maar ja, de herstart. „Goh, wat heb
ben we allemaal wel niet gehad? Bombardier
uit Canada, Avic uit China, Samsung uit Ko
rea, Yakovlev en Tupolev uit Rusland, Saab
uit Zweden, De Waard uit Nederland, Rosen
Jacobson en natuurlijk Deleye en de Malei-
siërs," somt George Melchers op.
Aan de curatoren heeft het niet gelegen, zegt
hij. En hij roemt Louis Deterink: „Die man is
werkelijk onvermoeibaar. Die heeft er echt
alles aan gedaan, de anderen ook trouwens."
Soms gingen onderhandelingen zo stroef, dat
het komisch werd. „Dat Economische Zaken
en de Koreanen zaten te discussiëren over een
verschil van één te bouwen vliegtuig in 2002."
Terwijl zelfs een ruwe voorspelling voor het
volgende jaar onzeker is.
Over Deleye en de Van den Nieuwenhuyzen-
broeders niets dan goeds. „Ik heb zelden ie
mand meegemaakt die zo snel van begrip is,"
zegt Quist over Deleye. „Hij gebruikt de auto
industrie als zijn referentiekader en luistert
heel goed. Een indrukwekkende man."
„Joep van den Nieuwenhuyzen en twee Ma-
leisiërs heb ik half februari nog stiekem door
de fabriek geleid. Het was eind ramadan.
'Loop niet zo hard, want dat kunnen die man
nen niet meer aan', zei Joep. Belde-ie me een
paar dagen later op: stuur me een paar video
banden van de fabriek, want ik ga het in Ma
leisië voor elkaar maken. Vier dagen later
-hadden de curatoren-een-bankgarantie van
100 miljoen dollar."
Gebeten hond
Maandag moesten de curatoren bekend ma
ken dat een doorstart definitief niet haalbaar
lijkt. Stork trok zich terug uit het reddings
plan en dus is topman Jan Hovers nu voor de
Fokkerianen de gebeten hond. Jan Hovers
heeft geen moment een doorstart gewild, weet
Quist. „Na het tekenen van het Memorandum
of Understanding heeft-ie meteen tegen de di
recteuren gezegd dat hij het eigenlijk niet
wilde."
Stork weet gewoon niks van vliegtuigbouw
en lijdt aan koudwatervrees, zegt Quist. „Ze
durven niet, want ze kennen die wereld niet.
Ze denken dat ze door deel te nemen in een
nieuw ATR-toestel minder risico lopen. Maar
ze hebben wel contracten ondertekend waar
door ze alleen al voor dat toestel 120 miljoen
gulden aan risicodragend vermogen moeten
investeren."
En voor wat voor een toestel, bedenkt Quist.
„Een verlengde vijftigzitter. Een potlood
vliegtuig, veel te smal voor zeventig mensen
dus je moet niet aan claustrofobie lijden."
Die hele Frans-Italiaanse combinatie AIR
loopt trouwens voor geen meter, zegt Quist.
„Het staat op het rand van faillissement,
want ze hebben al een jaar geen toestel meer
verkocht en de productie ligt stil." Een dag
later blijkt Samsung nu voor dit potloodtoe
stel te opteren, terwijl Fokker crasht.
Het hart van een Fokkeriaan bloedt bij deze
gedachten.
„Dat vind ik nou zo moeilijk," zegt George
Melchers. „Als nou niemand onze producten
zou willen hebben, had ik er nog wel begrip
voor dat ze de tent sluiten. Maar onze vlieg
tuigen zijn reuze populair. Bij een doorstart
waren we verzekerd van een verkoop van 35
tot 50 vliegtuigen, terwijl de Maleisiërs er nog
eens veertig wilden hebben. Dat doet pijn: we
zouden een perfecte nieuwe organisatie heb
ben, we maken echt de beste vliegtuigen en
nu alle lichten op groen staan, gaat het toch
niet door."
Slopend
Maar gepokt en gemazeld door talloze reor
ganisaties slaapt Melchers er geen nacht min
der om. Maar slopend is de tijd wel geweest,
steeds tussen hoop en vrees op en neer te wor
den geslingerd. Over de toekomst kan hij zich
nog niet druk maken.
„Ik ben nu vijftig jaar dus met solliciteren
maak ik weinig kans. Maar ik heb goede net
werken, ken veel mensen en daar vertrouw ik
maar op. Ik zoek een bestuurlijk baantje,
daar ben ik wel goed in, denk ik.
„Maar voorlopig doe ik het even rustig aan. Ik
heb de laatste vijf jaar geen vakantie meer ge
had. En wat ik terug krijg van de tachtig da
gen die ik nog had staan, moet blijken na de
verificatievergadering.
Buiten op het platform kijken George Mel
chers, Louis Deterink en Hans Quist met een
mengeling van trots en melancholie voor een
laatste keer naar de Fokker 70. De contro
leurs vinden ook geen lekken als de druk ver
der wordt opgevoerd. „Perfect in orde," rap
porteren ze.
Na een jarenlang ziekbed en vijftien maanden
coma is een van de aartsvaders dood.
V
V