n
Een schrijver uit Albanië
Kristien Hemmerechts gaat met fictie taboes te lijf
Nummer 7
van Rood
Rood
Ismail Kadare tussen politieke macht en de Nobelprijs voor literatuur
ndenkbaar
DESTEM
BOEKEN
D7
Taboes
Ontreddering
Bergstadje
Voors en tegens
Politiek
Gevangenis
Donker hol
■'j
PRIL 1997 D6
.t en interieur - dagelijij
"derlandse genreprentej
00-17.00 uur
de kunsten' - tentoon-
van Catharina de Grote
uur(t/m 13 april)
n van Jean-Noël Buatois,
n Barbara Woutermaer-
ur (Tot 27 apr)
rijen en tekeningen van
uur (tot 20 apr)
-Progress - Nicolas Dings
eelden en Y. Né /schilde-
22 jun)
lie tijden - kindercultuw
tot heden - di t/m vrijdag
-17.00 uur (t/m 6 juli)
raakmakende kunstpagi-
staan de Volkskrant (t/m
Pol Taverne/foto - t/m
at jij niet ziet/ fotografie
zo 13.00-17.00 uur - Her-
rg/schilderijen, sculptuur,
unstcabinet - wo t/m w
d mnd 14.00-17.00 uur (4
ouden Eeuw 1800-1850)-
musea van Kopenhagen-
van Gerard David - twee
di t/m za 10.00-17.00 uur-
llectie' - Marijke van War-
inoshita/voorstelIing (t/m
de Poort) - Werken van
Ipturen) en Jus Juchtmans
14 apr)
Gooi/stenen en schilderin-
Thorvald Bindesboll 1846-
'ouveau' - di t/m za 10.00-
Rotterdamse grafiek 1917-
jun)
rit van Meer/olieverf, Joep
zo 13.00-17.00 uur (t/m 6
hijnsel Wide White Spa-
'e markeert tegelijk ook
e van een lange traditie,
'e was zoals gezegd een
"de-galerie en misschien
an de laatste. Er bestaat
t garde meer. Er is in de
an de beeldende kunst
r zoiets als een gemeen-
'jk en op ideeën geba-
langen naar het moderne.
einde van de twintigste
latgene verdwenen wat de
ran deze eeuw heeft gedo-
Een bande a Picasso zo-
in Parijs in de jaren twin-
oep artiesten rond Picasso
zou nu ondenkbaar zijn.
:t ook ondenkbaar gewor-
lat juist de galerieën de
ers waren van de avant
n met die carrières mee'
De kunstenaar van nu is
.vidu dat met gevoel voor
ng en public relations aan
n plek onder de zon werkt,
stenaar is een kleine on-
;r geworden, en van die
groep is iemand als Bob
de bijna perfecte verte-
rdiger. Zijn ontdekker
ïinder de galerist en stee®
museumdirecteur of
stellingsmaker. Wie aan
male mag meedoen of een
jgt in een museum, is bui
de galerie, dat is een wffl-
ir je kunst koopt. De tij
;alerie een plaats was waaf
ich als een proces van w*
i voltrok, ligt in belev®8
en achter ons. De W®
Space galerie is kunstgo*
nis.
hite Space in Middelheim, Middel-
an 61 (net buiten de Ring), An
tentoonstelling duurttot 17 aug
dagelijks open van 10.00 tot 20.W
hemelvaartsdag gesloten.
DONDERDAG 3 APRIL 1997
Verschoppelingen van de
stad op afstand bekeken
Door Johan Diepstraten
De romanpersonages in het werk van Kristien Hemmerechts krijgen altijd weer een verleden mee
;ol dood en dramatiek. Dat geldt niet zozeer voor de hoofdpersonen, als wel voor de bijfiguren
over wie de meest vreselijke dingen worden verteld. In haar nieuwe roman Margot en de engelen
wemelt het van de terloopse zijlijntjes die op het eerste gezicht niets met het vertelde verhaal te
maken hebben.
Zo heeft Leni, de vriendin van
loofdpersoon Margot, haar vader
op zolder gevonden die aan een
oalk hing. Het was een zorgvuldig
replande zelfmoord uit wanhoop
)ver de ontrouw van zijn vrouw.
Sen andere vader was dronken te-
ien een boom gereden. Weer een
jiidere vader had zijn vrouw dood
schoten en was van plan om zijn
iochter en zichzelf van kant te ma
ten. Maar de buren waren door de
eerste schoten gealarmeerd, dus
;choot hij op hen. 'Gelukkig was
lij geen scherpschutter, maar de
juurman mankt nog altijd.' Dood,
dood, dood. In terzijdes vooral,
maar in Margot en de engelen ook
als hoofdbestanddeel. In de roman
wordt het verhaal verteld van de
aijna achttienjarige Margot die het
ouderlijk huis ontvlucht en in de
sekte van de Katharen terecht
komt. Het groepje houdt zich op in
de Pyreneeën en houdt er een
merkwaardige filosofie op na.
'Katharen willen het vlees niet
ermenigvuldigen want het vlees is
slecht. Sommigen weigeren seks en
eten net genoeg om in leven te blij
ven. Maar eigenlijk blijven ze lie
ver niet in leven.' In het laatste
hoofdstuk gaat Margot, zoals de ti
tel al aangeeft, naar de engelen.
Een vrouw die straalt van gezond
heid, levenslust en energie kan
geen lang literair leven beschoren
zijn, luidt de opvatting van Kris
tien Hemmerechts. In Altijd met
uw gezever, gij, een bundel met
vier lezingen, geeft Hemmerechts
antwoord op veel gestelde vragen
over haar werk. Over de autobio
grafie, over het vrouw zijn, over
het Vlaamse taalgebruik en over
taboes. Vooral de lezing over ta
boes maakt duidelijk wat Kristien
Hemmerechts wil demonstreren
met haar romans. Zonder deze uit
leg komt de lezer er niet uit.
Me taboes zijn inmiddels be
spreekbaar, op één na. Een student
van Kristien Hemmerechts vertel
de een verhaal over een gebeurte
nis in New York. De jongen had
een vrouw leren kennen die hem
enkele maanden later, terug in
jië, belde met het bericht dat ze
besmet was met het aidsvirus. Hij
liet zijn bloed onderzoeken en
bleek negatief. Toen hij haar daar
over wilde bellen, had ze intussen
zelfmoord gepleegd. Aan niemand
kon de student zijn verhaal kwijt,
niemand kon begrijpen wat die ge
beurtenis voor hem betekende, et
enige, echte taboe dat nog over is,
beweert Kristien Hemmerechts, is
niet aids. 'Het taboe ligt elders,
met name bij de persoonlijke erva
ring. De directe confrontatie met
de pijn, het verdriet, de verwarring
van een ander is het taboe.' Wie
Margot en de engelen leest met de
ze filosofie in gedachten, heeft een
andere roman in handen. Vanuit
dit perspectief is in ieder geval ook
te verklaren wat Hemmerechts
wilde met raadselachtige romans
als Zonder grenzen en Wit zand. Ze
worden er geen millimeter beter
door, maar de intentie begint dui
delijk te worden.
Wat is voor Margot de reden om
zich bij de sekte aan te sluiten en te
kiezen voor het definitieve af
scheid? Ze moet ontheemd zijn
vanwege de pijn, het verdriet en de
verwarring van een ander. Met 'de
ander' worden haar ouders be
doeld, moeder Sofie en de Engelse
vader Dave. En er is nog een derde
in het spel, Nick, de vriend van
Dave.
Kristien Hemmerechts heeft een
voorkeur voor hoofdpersonen die
aan de rand van de samenleving
bivakkeren. Van Nick wordt ge
zegd dat hij zuipt en mept. 'Ze (So
fie) had hem verteld dat ze zwan
ger was, en toen had hij haar een
trap in haar buik gegeven. Trut!
Belgische trut! Te stom om iedere
dag een pil te slikken.' Dave kende
het schoppen van Nick. 'Hij had
ooit zo'n schop gekregen. Niet in
zijn buik, maar in zijn gebit. De
hak van zijn laars tegen zijn tan
den. Nick kon buiten zichzelf zijn.'
In dit milieu groeit Margot op. Ze
ziet dat het huwelijk van haar ou
ders een complete mislukking is
omdat Sofie toch het meeste trekt
naar de dronkelap Nick. Margot
besluit haar ouders te verlaten. Ze
stuurt een fax dat ze zich niet on
gerust hoeven te maken en is er
vandoor. 'Ouders scheiden voort
durend van elkaar, waarom zou
den kinderen niet van hun ouders
mogen scheiden? Een soort verlate
omgekeerde abortus.'
In fragmentarische hoofdstukjes
schetst Kristien Hemmerechts het
leven van Sofie, Dave en Nick en
vooral de ontreddering van de eer
ste twee. De nadruk ligt op Sofie,
een kunstenares, die in de kelder
van de academie waar zij tekenles
geeft, in aanraking komt met de
verschoppelingen van de stad. De
zwervers uit de roman Zonder
grenzen lijken weer te zijn terug
gekeerd. Tegen het einde krijgt de
lezer de lotgevallen te horen van
Margot die naar de Pyreneeën ver
trekt en met andere verschoppelin
gen te maken krijgt. Zo is er in de
twee verhaallijnen een logisch
spiegelverband te zien. In de merk
waardige plot die Kristien Hem
merechts heeft bedacht, krijgt de
lezer plotseling te maken met Se-
bastiaan, een jongen die zich pros
titueerde en zich vervolgens aan de
heroïne overgaf. Er was halverwe
ge de roman al sprake van een gei
tenhoeder die het dierlijke in Mar
got losmaakte en ook hij keert aan
het einde terug. De taboes waar
over Hemmerechts rept in Altijd
met uw gezever, gij, vooral de sek
suele taboes die volgens haar al
leen nog in Vlaanderen bestaan,
krijgen een plaats in de laatste
vijftig pagina's.
'Zonder taboes zou ik nooit hebben
geschreven,' verklaart Kristien
Hemmerechts in haar lezing.
'Waarom zou ik beelden, metafo
ren hebben gezocht voor iets wat
op elk koffiekransje te berde kan
worden gebracht? Fictie staat me
toe tegelijkertijd het taboe té over
treden en te respecteren. Ik zeg het
en ik zeg het niet. Ik houd het voor
me en ik gooi het weg.
De intentie is verklaard, de uitleg
is duidelijk. Maar de lezer gaat pas
mee met de romanpersonages als
zij geloofwaardig zijn en hun pro
blematiek met passie is beschre
ven. Kristien Hemmerechts krijgt
het niet voor elkaar de lezer aan
zich te binden. Hij beziet al die
dood en dramatiek van afstand. De
vonk wil maar niet overslaan.
Kristien Hemmerechts: 'Margot en de enge
len'. Uitg. Atlas, prijs 34,90.
Lydia Rood foto klaas koppe
een voodoo-priester omdat een
geest in haar is gevaren. Dat
heeft te maken met de dood van
de illegale Clyde Busia die Pris-
cilla lang achtervolgde. Clyde
kwam op dat idee door een televi
sieprogramma over een man die
zo verliefd was geworden op een
vrouw in een bus dat hij elke dag
dezelfde bus had genomen. Een
jaar later was hij haar tegengeko
men en nu zaten die twee in het
televisieprogramma met tussen
hen in een dreumes die net leerde
lopen. Dat beeld heeft Clyde in
gedachten nadat hij Priscilla
heeft gezien.
Maar wanhopig verliefd of niet,
thuis wacht Joke Junker die hem
aan een verblijfsvergunning kan
helpen als ze gaan trouwen. Deze
Joke onderhoudt Clyde en ze is
smoor op hem. Als Joke merkt
dat haar Afrikaanse vriend iets
anders in gedachten heeft, slaat
ze hem met een zware kei bewus
teloos en sleept hem naar het wa
ter. 'Het verbaasde haar een beet
je dat hij niet toch instinctief
probeerde zich te redden, zwem
bewegingen maakte of zo. Zat
een levend wezen zo dom in el
kaar, dat het zijn reflexen verloor
zodra het buiten bewustzijn
raakte? Slecht geregeld.'
Wat Joke en Priscilla niet weten,
is dat Clyde Busia de hele dag in
de weer was met kleine lemen
poppetjes, met bos- lucht en
aardgeesten, met hekserij en met
geesten van overledenen. En nu
waart zijn geest rond.
Het komt mooi uit dat Priscilla
de vriendin van Ditje Pardoen is
en dat het lijk van Clyde aan
spoelt in het nieuwe gebied van
Klaas Uithuijsje. Het duo Rood
Rood moest het toeval een handje
helpen om de intrige van Voodoo
kloppend te krijgen. Maar on
danks dat: een sterke thriller.
Rood Rood: 'Voodoo'. Uitg. Bert Bakker,
prijs 29,90
Kristien Hemmerechts
Door Johan Diepstraten
Rechercheur Klaas Uithuijsje is
vertrokken naar Purmerend, zo
weten de lezers van de vooraf
gaande thrillers van het duo
Rood Rood. Daar zou hij zich
moeten bezighouden met buren
ruzies en gejatte appeltjes, maar
de werkelijkheid is anders. Ver
slaafden, drugskoeriers, daklo
zen en illegalen zorgen voor ge
noeg overlast. 'De mensen slaan
elkaar gewoon de harses in om
dat de walm van de barbecue in
de schone was van de buurman
blijft hangen.'
In de zevende thriller Voodoo van
het duo Niels en Lydia Rood
heeft Uithuijsje een probleem. Er
is een lijk aangespoeld. Omdat hij
over geen enkel aanknopingspunt
beschikt over de identiteit van de
zwarte verdronken man, gaat hij
bij zijn vroegere collega Tim Par
doen op bezoek. Eindelijk zijn ze
weer samen, Uithuijsje en Par
doen, al zit tweederde van de ro
man er dan op. De lezer gaat er
op dat moment echt voor zitten,
want één ding is zeker: het mooi
ste rechercheurskoppel uit de
Nederlandse misdaadliteratuur
zal ook deze zaak niet oplossen.
Wat het duo Rood Rood ook
bedenkt aan intrige en plot, het
enige wat telt is de verhouding
tussen Uithuijsje en Pardoen. En
dochter Ditje Pardoen natuurlijk,
voor wie deze keer een ruime
plaats is ingeruimd. In deel twee
Banden1991) verloor ze haar
man Hans, nu staat haar huwe
lijk met Friso op springen. In na
volging van Sjöwall en Wahlöo
probeert het duo Rood Rood
enkele dramatische lijnen door
de hele serie te verweven. Wie de
zeven thrillers van Rood Rood
achter elkaar leest, ziet de ont
wikkeling in de Pardoen-familie.
Ditje Pardoen doet haar uiterste
best om haar vriendin Priscilla
foto klaas koppe Makintosh te helpen zoeken naar
Door Peter van Vlerken
Schrijvers hebben het soms niet
Makkelijk. Neem Ismail Kadare,
wereldwijd bekend Albanees au
teur en sinds de crisis in zijn land
m zulke felle schijnwerpers van de
publiciteit dat hij er pijn van aan
zijn ogen krijgt. Een interview? Je
boort hem in zijn huis in Parijs
zuchten aan de telefoon. Hij is
waar alleen, zegt hij, en jullie
journalisten zijn met zovelen... En
bovendien, hij heeft toch al een in
terview gegeven aan Nederland,
boeiend op een gesprek voor de
NOS-camera's. Al komt hij uit een
klein land, Ismail Kadare denkt in
bet groot.
Goed, geen interview dus. Omdat
z'jn boeken ook antwoorden ge-
,eL heb ik eigenlijk ook niet zo
wel vragen. Misschien zelfs maar
eén. Waarom hij ondanks alles zo
veel van zijn land houdt? Van dat
rare Albanië, dat met zijn drieën
half miljoen bewoners nog het
Meest zijn best doet om niet te be
staan. Van die witte vlek op de
landkaart die de rillingen oproept
van een Siberische toendra, hoe
wel het er gezien zijn ligging sub
tropisch warm moet zijn. En zelfs
°P die ene vraag kan ik het ant
woord raden. Want Ismail Kadare
zou zonder Albanië en de Albane-
z® geen schrijver zijn geweest en
schrijver wil hij toch boven alles
zlJn. Een kunstenaar die aan een
™k, of het nu zwicht onder de
dictatuur van het proletariaat of
cn onder dreigt te gaan aan de
narchie, een culturele bijdrage
an geven met een universele reik
wijdte.
Ge meeste van Kadare's boeken
Z1jn inmiddels in alle wereldtalen
ertaald en ook in het Nederlands,
dn laatste roman die hier is ver-
t^-heet De adelaar. Hij ver-
P daarin een macaber sprookje.
Een jongen in een niet met name
genoemd land - maar wie denkt
niet meteen aan Albanië? - valt in
ongenade. Letterlijk. Hij zakt door
de grond en belandt in een soort
onderwereld. Hij zoekt naar ver
klaringen voor zijn val, maar vindt
er geen. Hij wil terug naar boven,
maar hoe? Zijn vlucht is droom en
nachtmerrie tegelijk. Hij vliegt
weg op de rug van een adelaar,
maar steekt de vogel met een mes
in de nek en stort als een Icarus
neer op dezelfde plek als vanwaar
hij vertrokken is. De adelaar is een
raadselachtig verhaal waaraan tal
van betekenissen toe te kennen
zijn. Dit is er één van: wie in Alba
nië geboren is, komt er nooit van
los.
Ismail Kadare komt op 28 januari
1936 ter wereld in Gjirokastra, een
bergstadje in het zuiden. Het is te
vens de geboortestad van Enver
Hoxha, de dictator die het land zal
knevelen en blinddoeken en een
gevangene van zichzelf zal maken.
Zijn vader is een arme rechtbank-
bediende, zijn moeder van rijke
komaf. Ismail wordt heen en weer
geslingerd tussen anti-communis
tische opvattingen aan vaderskant
en marxistische sympathieën aan
moederskant. Hij neigt naar links,
maar eigenlijk voornamelijk om
dat er in de familie van zijn moe
der boeken in de kast staan die hij
kan lezen.
Na de middelbare school studeert
hij talen, waaronder Russisch, en
literatuur aan de universiteit van
Tirana. In 1953 verschijnt zijn eer
ste bundel Lyrische gedichten. Hij
zet zijn studie voort in Moskou.
Onder de vleugels van het Kremlin
zoekt Albanië dan nog bescher
ming. Later zal hij naar China
gaan waarmee banden worden
aangeknoopt na de grote ideologi
sche twist tussen Moskou en Pe
king.
In 1962 wil Kadare weg uit zijn
land. „De vlucht... Dat is een ver
leiding die zich, al is het maar een
ogenblik, in het leven van de
meeste Albanezen voordoet", zo
schrijft hij in Albanese lente. Op
bezoek in Praag sluipt hij weg.
Maar hij komt binnen een dag op
zijn schreden terug. Als hij erop
terugkijkt, zo peinst hij in hetzelf
de boek, dan is het met afgrijzen,
omdat hij dan geen enkele roman
zou hebben geschreven.
In 1983 is Kadare even in Parijs en
overweegt hij daar te blijven. Hij
heeft dan naam gemaakt, al met
zijn romandebuut De generaal van
het dode leger. Zijn volgende
boek, Het monster, betekent zijn
eerste aanvaring met het regime.
Het gaat over Troje, waarbij Ka
dare partij kiest voor de verliezers.
De Albanese machthebbers zien er
aanleiding in de roman te verbie
den, wat de schrijver in een shock
toestand doet verkeren.
Eenmaal neemt hij, met de wel be
jubelde roman De bruiloft, zijn
toevlucht tot het sociaal-realis
tisch genre, maar later zal hij het
boek verscheuren. Er volgen onder
meer het oorlogsdrama De regen-
trommen, dat Kadare schrijft ten
tijde van de Russische inval in
Tsjechoslowakije, en Kroniek van
de stenen stad, waarin hij onder
meer het huis beschrijft waarin hij
is opgegroeid.
Kadare is dan ook politiek actief,
althans hij heeft een politieke
functie, maar die stelt onder Hox
ha natuurlijk niets voor. Het ei
genaardige is dat in hoeveel werk
Kadare de grote leider van het
kleine land ook hekelt - onder
meer in De grote winter, dat ver
schijnt nadat Albanië heeft gebro
ken met China en kiest voor het
totale isolement - hij op zekere
ogenblikken ook diens bescher
ming geniet. Men kan een queru
lant ook onschadelijk maken door
hem stevig te omarmen. Maar na
een vermeende oproep tot rebellie
in het gedicht De rode pasja's
krijgt hij niettemin het publicatie
verbod opgelegd dat er al lang zit
aan te komen.
Als het verbod is versoepeld - Ka
dare mag geen romans meer
schrijven, dus noemt hij ze voor
taan 'vertellingen' - herneemt hij
zijn aanvallen tegen Hoxha, zij het
dat zijn naam is verhuld in die van
romanpersonages. „De dictatuur
en de ware literatuur", zo schrijft
hij in Albanese lente, „kunnen op
één manier naast elkaar bestaan:
door elkaar dag en nacht te ver
slinden." Achter zijn beroemd
heid, nationaal en internationaal,
kan Kadare zich verschuilen voor
de aanvallen van de staatsbendes.
In een Parijs' restaurant zit hij met
acteur Michel Piccoli - De gene
raal is succesvol verfilmd - de
voors en tegens van het balling
schap af te wegen en laat hij de
balans doorslaan naar terugrei
zen.
Een kwestie van uitstel, zo blijkt
later. Ramiz Alia is dan aan de
macht, maar het gaat onvermin
derd slecht met Albanië. Geres
pecteerd auteur als Kadare is,
wordt hij bij tijd en wijle in staat
gesteld de president te adviseren.
Zo krijgen de arme boeren op zijn
voorstel twee koeien uit de staats-
stallen toegewezen. Op andere
punten, zoals democratisering, de
schending van de mensenrechten
en toenadering van Albanië tot
Europa, krijgt hij geen poot aan de
grond.
Veel mensen willen van Kadare
een Albanese Vaclav Havel ma
ken. Staatsfunctionarissen noe
men de naam van de Tsjechische
toneelschrijver/president juist om
Kadare zwart te maken. Hij zou
uit zijn op politieke macht. Ook
zouden zijn politieke bemoeienis
sen maar één doel hebben: de No
belprijs voor de literatuur in de
wacht slepen. Een krant schrijft
dat een aanslag op hem alleen nog
maar hoeft te worden gepleegd.
Wat te doen? Kadare in Albanese
lente: „Ik had mezelf voorgehou
den dat als een totalitair regime
echte literatuur toelaat, dat het
eerste teken is dat het bereid is
zich te verbeteren (te vermenselij
ken). Door middel van mijn werk
had ik die illusie verspreid onder
het Albanese volk en onder dui
zenden lezers overal ter wereld. Ik
begreep nu dat, zelfs als er enige
waarheid in deze droom school, de
illusie een illusie bleef. Om die te
doen verkeren in tastbare werke
lijkheid, was er een impuls nodig,
een nieuwe dimensie. Dat zou
mijn afwezigheid zijn."
Hij vliegt naar Parijs met zijn
vrouw, de schrijfster Helena Gus-
hi-Kadare. Het voelt als een
vlucht naar de gevangenis, zegt
hij. Het moet ook gevoeld hebben
als de vlucht met de adelaar.
En daar zit hij dan nu, in Parijs.
De telefoontjes van journalisten af
te wimpelen, wat een beetje tegen
zijn Albanese volksaard is, want
daar hoort de deur open te gaan
voor elke vreemdeling die aan
klopt. En in Parijs wacht hij af
wat groeit uit de anarchie in zijn
Ismail Kadare
geboorteland. Zullen de Albanese
moeders hun rebellerende zonen
op verstandige gedachten kunnen
brengen? Blijft president Sali Be-
risha gokken op betere tijden of
staat er - zoals zo vaak uit
chaos - een nieuwe, zogenaamde
sterke man op? Of gaat de wind
van de haat liggen en kan er op
troosteloze bodem toch nog iets
moois bloeien?
Uit het oudere werk van Kadare
spreekt weinig hoop voor de toe
komst. Piet de Moor, die zijn boe
ken als geen ander kent en de kor
te biografie Een masker voor de
macht schreef, zegt daarover:
„Kadare's oeuvre is een donkere
vlek, een winternacht gevuld met
angst, rouw en macabere visioe
nen. Zijn wereld is een donker hol,
een hel bevolkt met nachtmerries
die de gedaante van mensen heb
ben aangenomen. Dat Kadareske
inferno is een plaats zonder enige
hoop, een uitzichtloze plek waar
de wezens die er rondwaren ge
bukt gaan onder ondraaglijke
kwellingen, verveling en nostal
gie." In Parijs doet Kadare inspi
ratie op voor een nieuwe roman.
De vrees is gewettigd dat daarin
somberheid weer de overhand zal
hebben. De beelden komen als
vanzelf via de satelliet uit Albanië.
Wat te denken van de kogels uit de
foto isolde ohlbaum
kalashnikovs die neerdalen op de
mannen die ze afschieten? Ze lij
ken het zelfverkozen noodlot. Wat
te denken van het bloedkleurig
verroeste schip vol vluchtelingen
dat prompt wordt teruggesleept
naar de haven van Dürres? Een
schip dat misschien De adelaar
heet...
En in Parijs krijgt Kadare dit na
jaar het bericht dat hij de Nobel
prijs gewonnen heeft. En anders
later wel.
Ismail Kadare: 'De adelaar' en 'Albanese len
te'. Uitg. Van Gennep, prijs 24,90 en
3450.
'Een masker voor de macht', Piet de Moor
over Ismail Kadare. Uitg. Van Gennep, prijs
1490.
s