Baanbrekende kunstenaars van weleer weer samen
Mark Brusse, een wereldkunstenaar in Parijs
z
z
z
Kris
0
D
0
Q
ui
a
Eerbetoon aan galerie Wide White Space in Middelheim
Ismail Kadare
DE STEM
D E KUN
DE STEM
Beurs
Borden wassen
Moeizamer
Aardig
UJ
h
1/1
lil
UJ
UJ
Taboes
Beperkt
Happenings
Ondenkbaar
i i i i i
DONDERDAG 3 APRIL 199
Aangetrokken tot het 'oer'
Door KoosTuitjer
M.J. Brusse was de geestelijk
vader van de literaire en natio
nale held Boefje. Maar zijn
vier echte zonen werden ook
beroemd in Nederland. Toch
heeft de jongste iets voor op de
drie anderen, te weten de
schrijver Jan (inmiddels over
leden), de acteur Kees en de
journalist Peter. Mark ope
reert als beeldend kunstenaar
internationaal. Onderhand
ook al bijna zestig, leeft hij
sinds 1961 in Parijs. Deze
week komt hij over naar zijn
geboortestad Nijmegen. Om in
de Stevenskerk een nieuwe
prent te presenteren.
Het complex in kwestie betreft
een verrassende dubbele rij woon-
ateliers, pal naast de Santé gevan
genis in Parijs. Deze kunstenaars
kolonie ontstond na een wereld
tentoonstelling in het begin van
de eeuw. De zeer aantrekkelijke
lusthof werd samengesteld uit
nutteloos geworden paviljoens.
Een gewilder plek voor kunste
naars om te wonen en te werken,
kun je in Parijs niet aanwijzen.
Nobuko is Marks echtgenote. Zij,
een Japanse, is grafica en ge
bruikt daarvoor dit woonatelier.
Mark werkt overdag elders in de
stad, in een zeker niet minder
adembenememde ruimte. Zijn
atelier is een voormalige werk
plaats, twee hoog aan een cour.
Het soort binnenplaats waar Mai-
gret vaak zo succesvol op onder
zoek uitging.
Dit atelier is behalve werkruimte,
ook een ordentelijke bewaar
plaats voor oud maar vooral ook
nieuw werk. En dus huizen er
aapjes, vissen en een pad tussen
de nodige keien. De aapjes zitten
gevangen in de lijst om de doeken
waarop ze geschilderd werden.
Ook de vissen komen aanzwem
men op het linnen of Japans pa
pier. De pad is van gietijzer. Maar
de keien zijn echt.
Waar staan die figuren voor?
Mark Brusse: „Ze zeggen wel eens
dat kunstenaars met alles wat ze
produceren, zelfportretten ma
ken. Dat is het, wat hier staat.
Maar je kunt niet altijd jezelf
schilderen. Ik merk dat ik veel ge
bruik maak van een bepaalde
symboliek en geladenheid van een
aantal beelden."
Mark Brusse in zijn atelier in Parijs
Maar wat hebben de dieren die je
maakt, met jou uit te staan?
„Dieren hebben een grote gela
denheid en emoties, die waar
schijnlijk mijn emoties zijn. Voor
mij is het veel betekenisvoller
wanneer ik een aapje op een paal
tje zet in een plas water, dan dat
ik er een mens op plaats. Een aap
je drukt een bepaalde verlaten
heid veel sterker uit."
„Ik was er al wel mee bezig, toen
ik - veertien jaar geleden - voor
het eerst in Japan was. Daar ont
dekte ik, dat de symboliek rond
dieren heel sterk leeft. Overal loop
je er tegen aan. En zonder dat ik
dat zelf merkte, heb ik dat opge
pikt. Die cultuur dringt zich nu
eenmaal onweerstaanbaar bij je
naar binnen."
Nog heel jongensachtig eigenlijk,
beweegt hij door het atelier. Van
een rijtje immense doeken, dat
omgekeerd tegen de muur staat,
draait hij de voorste om.
Een grote hand, waarvan de vin
gers tegelijkertijd op een bergke
ten lijken, vult het vlak. In die
hand is bij wijze van een flinke in
keping een vulva geschilderd. Een
slangachtige vis komt er fluks op
aan zwemmen. De vissenmond
maakt een kussende beweging.
„Pas geschilderd," zegt hij. „De
allereerste handzo is de titel. Het
is het scheppingsverhaal. Het op
perwezen was een berg aan het
verplaatsen en verwondde daarbij
zijn hand. Toen kwam die vis aan
zwemmen."
„Ik voel me aangetrokken tot wat
'oer' is. Het fascinerende van dit
soort symbolen is dat ze zo voor
de hand liggen. Mensen uit Azië
zeggen vaak: 'Goh, heb je dat of
dat verhaal ook gelezen?'. En dan
zijn ze verbaasd als ik nee zeg.
Maar ik hoef over die beelden niet
na te denken. Ze ontstaan vanzelf.
En tegelijkertijd spreken ze voor
zichzelf. Overal."
Eind 1960 vertrok Mark Brusse na
een opleiding aan de academie
Kunstoefening in Arnhem naar
Parijs. Mark Brusse: „Ik had zin
om wat meer te zien. En daarom
solliciteerde ik naar een beurs van
acht maanden van Maison Des
cartes."
„Ik ben meteen aan de slag geko
men. Het jaar daarop was er een
eerste tentoonstelling. Bij die ge
legenheid werd ik ontdekt door
een groepje jonge kunstcritici. Die
kring heeft me voorgedragen voor
de Tweede Biënnale van Parijs.
Meteen volgde er ook een contract
met een vooraanstaande galerie.
En voor ik het wist, kwam ik over
de vloer bij de upper-ten van Pa
rijs."
„Ik ben zelfs bij de Rotschilds
thuis geweest. Maar om aan geld
te komen, bleef ik óók borden
wassen. Dat was vanzelfsprekend
toen. Ik heb nog een tijdje in een
Indonesisch restaurant van een
Hollandse bodybuilder en zijn
vriend gestaan. Borden wassen en
tussen de bedrijven door hors
d'oeuvres opmaken. Dan had je
tien francs plus een maaltijd. Zeg
maar twintig gulden op een
avond. Daar kon je toen veel mee
doen. Een hotelkamer kostte bijna
niets."
Begin jaren zestig was Parijs nog
even de wereldhoofdstad voor de
kunsten. Mark Brusse: „Het begin
van de jaren zestig was nogal dy
namisch. Er gebeurde heel veel in
de stad. De groep mensen met wie
ik contact had, was heel divers.
foto do visser
We woonden allemaal op dezelfde
plek rond Place Contrescarpe. Ik
had daar direct het gevoel: dit is
mijn milieu. Maar in 1965 kreeg ik
ook de kans om twee jaar naar
Amerika te gaan. Dat vond ik niet
minder fascinerend. En ik ben ge
gaan."
„Carrière-gedacht was dat ach
teraf gesproken niet slim. Ik heb
in New York weliswaar een nog
fantastischer tijd beleefd. Maar
de galerie waarmee ik in Parijs
werkte, nam me mijn vertrek niet
in dank af. Begrijpelijk ook wel:
ze investeerden in jou en jij loopt
vervolgens weg. Ze zeiden in 1965
dan ook onomwonden: 'Als je te
rugkomt uit Amerika, moet je er
niet op rekenen dat we hier de
deur weer voor je open houden'."
Mark Brusse keerde terug en
klopte ook weer aan de deur van
zijn galerie. En? Met een glimlach
zegt hij: „Ze namen me terug.
Maar toch gingen voortaan ande
re deuren moeizamer voor me
open. Dat Amerikaanse avontuur
heeft me lang parten gespeeld."
Vertelt over een vriend uit die al
lereerste Parijse tijd. Toen een ta
lentvol acteur in opleiding bij
Marcel Marceau. Verdiende zijn
geld in de allereerste Europese
productie van Hair en vertrok
voorgoed naar Bali.
„Daar heeft hij op het strand vier
palen in de grond geslagen en is er
een eetgelegenheid begonnen. Nu
zwaait hij de scepter over een gi
gantisch uitgaanscentrum. En str
aks verkoopt hij de hele bliksemse
boel voor onwaarschijnlijk veel
geld."
En jij, je bent toch ook succesvol?
„Voor mij is het belangrijk dat, als
ik nu een tijdje weg wil om ergens
anders te gaan werken, dat ik dat
ook kan doen. Als ik het goed or
ganiseer, lukt me dat ook. Maar
daar heb ik ook een heleboel din
gen voor opgegeven. Ik heb geen
auto en ik heb ook geen kinderen.
Ik heb mijn leven op een andere
manier ingericht."
„Nu werk ik opnieuw met een
goede galerie, Galerie Montenaye
Giroux. In september heb ik daar
mijn eerste grote tentoonstelling.
De toekomst ziet er al met al aar
dig uit. Maar de laatste jaren wa
ren een ramp. Voor iedereen ove
rigens. Parijs is door de kunstcri
sis in de jaren tachtig hard aange
grepen.
De laatste tijd trekt het gelukkig
weer een beetje aan."
Op een van de boekenplanken in
de zitkamer van het woonatelier,
staat een eerste druk van Boefje
pontificaal Marks afkomst te il
lustreren. Ook weer stof voor me
nig verhaal. „De Brasses vormen
geen congsi. We zijn als broers
nauwelijks met elkaar opge
groeid. Met Kees verschil ik
twaalf jaar. Jan was maar liefst
zestien jaar ouder. We hebben
verschillende moeders. Alleen Pe
ter is een echte broer."
„Mijn vader is gestorven toen ik
drie jaar was. Vreemd genoeg zijn
er beelden, die ik mij herinner. Ik
zie mij bevoorbeeld met hem wan
delen. Die belden zijn heel duide
lijk en ook in kleur. Maar verder
zonder context."
„Al vrij snel heb ik ontdekt, wie
mijn vader was. Ik was er trots op,
dat ik daar bij hoorde. Maar naar
de buitenwereld toe, lag dat an
ders. Mijn moeder is in Nijmegen
na de dood van mijn vader her
trouwd. Haar man beschouwde
Peter en mij als zijn kinderen. We
droegen ook zijn naam. Hij was
een lieve, aardige man."
0
j
Ve
Sti
AMSTERDAM
Van Gogh Museum - Wenen 1900, portret en interieur - dagelijj
10.00-17.00 uur (t/m 15 juni)
Rijksmuseum - 'Spiegel van alle dag' - Nederlandse genreprentj
16e en 17e eeuw (t/m 4 mei) - ma t/m zo 10.00-17.00 uur
De Nieuwe Kerk de Dam - 'De keizerin en de kunsten' - tentogl
stelling van kunstvoorwerpen - uit de tijd van Catharina de Grof
i.s.m. de Hermitage - ma t/m zo 10.00-18.00 uur (t/m 13 april)
ANTWERPEN
KMSK/ICC Meir - 'Uit het Ongewisse' werken van Jean-Noël Buatoi
Patrick Everaert, Jo Huybrechts, Heidi Voet en Barbara Wouterman]
tens - di tot zo 10.00-12.30 en 13.30-17.00 uur (Tot 27 apr)
Kasteel Rivierenhof - Paul Gubbels schilderijen en tekeningen u|
Wilfrieda Segers - woe tot ma 12.00 - 17.00 uur (tot 20 apr)
BERGEN OP ZOOM
Kunstkader Antwerpsestraat 27 - Process-Progress - Nicolas DiiJ
/beelden, Opera/beelden, Peter Schoutsen/beelden en Y. Né /schilt]
rijen en tekeningen - vr 13.00-17.00 uur (t/m 22 jun)
DEN BOSCH
Noordbrabants Museum - Kinderen van alle tijden - kindercultuj
in de Nederlanden vanaf de Middeleeuwen tot heden - di t/m vrijdi
10.00-17.00 uur, za, zo en feestdagen 12.00-17.00 uur (t/m 6 ju'
BREDA
Chassé Galerie - Kunst in de krant - 38 spraakmakende kunstpi
na's uit de jaren '80 en '90 - i.k.v. 75-jarig bestaan de Volkskrant (t
3 apr) - Bas van Brakel/sculptuur/tekeningen Pol Taverne/foto-
15 mei - ma t/m za 13.00-18.00 uur
De Beyerd Boschstraat 22 - Ik zie ik zie wat jij niet ziet/ fotograf
(t/m 6 mei) - di t/m vr 10.00-17.00 uur - za en zo 13.00-17.00 uur
bert Hamak/schilderijen Norbert Prangenberg/schilderijen, sculptui
tekeningen (van 6 april t/m 19 mei)
Galerie Molenaars Ginnekenweg 79 - Kunstcabinet - wo t/m
13.00-17.30 uur za 11.00-17.00 uur 1e zo vd mnd 14.00-17.00 uur
t/m 19 apr)
DEN HAAG
Het Paleis - Deense Kunst uit de Deense Gouden Eeuw (1800-185)
een keuze van meesterwerken uit diverse musea van Kopenhagei
di t/m zo 11.00-17.00 uur (t/m 19 mei)
Mauritshuis - 'Kunst op vleugels' - drieluik van Gerard David - twe wordt het verhaal verteld van de
en drieluiken van de late Middeleeuwen - di t/m za 10.00-17.00
zo 11.00-17.00 uur (t/m 22 jun)
EINDHOVEN
Van Abbemuseum - 'Een keuze uit de collectie'
merdam/'Enkel, dubbel, dwars'
13 apr)
GENT
Marijke van Wi
Museum van Hedendaagse Kunst (Rode Poort) - Werken i.
Martin Assig (schilderijen, tekeningen, sculpturen) en Jus Juchtmai
(schilderijen) - di en zo 9.30-17.00 uur (tot 14 apr)
ROOSENDAAL
Tongerlohuys Molenstraat 2 - Mols-Van Gooi/stenen en schiideri
gen - di t/m zo 14.00-17.00 uur - (t/m 6 apr)
ROTTERDAM
Museum Boijmans Van Beuningen - Thorvald Bindesboll 18/
1908 - 'vergeten pionier van Deense Art Nouveau' - di t/m za 101
17.00 uur - zo 11.00-17.00 uur (t/m 4 mei) - Rotterdamse grafiek 191i
1960 (t/m 1 jun) - Ben Schot/Shells t/m 15 jun)
ULVENHOUT
Galerie de Pekhoeve Dorpstraat 92 - Gerrit van Meer/olieverf, Jot
Bevers/brons - do t/m za 11.00-18.00 uur, zo 13.00- 17.00 uur
apr)
bijna achttienjarige Margot die het
ouderlijk huis ontvlucht en in de
sekte van de Katharen terecht
komt. Het groepje houdt zich op in
de Pyreijeeën en houdt er een
Suchan Kinoshita/voorstelling (tl merkwaardige filosofie op na.
Katharen willen het vlees niet
vermenigvuldigen want het vlees is
slecht. Sommigen weigeren seks en
eten net genoeg om in leven te blij
ven. Maar eigenlijk blijven ze lie
ver niet in leven.' In het laatste
hoofdstuk gaat Margot, zoals de ti
tel al aangeeft, naar de engelen.
Een vrouw die straalt van gezond
heid, levenslust en energie kan
geen lang literair leven beschoren
zijn, luidt de opvatting van Kris-
tien Hemmerechts. In Altijd met
uw gezever, gijeen bundel met
vier lezingen, geeft Hemmerechts
antwoord op veel gestelde vragen
over haar werk. Over de autobio
grafie, over het vrouw zijn, over
het Vlaamse taalgebruik en over
taboes. Vooral de lezing over ta
boes maakt duidelijk wat Kristien
Hemmerechts wil demonstreren
met haar romans. Zonder deze uit
leg komt de lezer er niet uit.
Alle taboes zijn inmiddels be
spreekbaar, op één na. Een student
van Kristien Hemmerechts vertel
de een verhaal over een gebeurte
nis in New York. De jongen had
een vrouw leren kennen die hem
enkele maanden later, terug in
België, belde met het bericht dat ze
besmet was met het aidsviras. Hij
Door Frits de Coninck
Als je de namen bij elkaar ziet van
de kunstenaars die aan de Ant
werpse galerie Wide White Space
verbonden zijn geweest, dan
klinkt het eigenlijk ongelooflijk.
Bijna allemaal klassiekers van de
moderne kunst, grote internatio
nale carrières die in enkele geval
len zelfs in Antwerpen begonnen
zijn. Marcel Broodthaers, Carl
Andre, Joseph Beuys, Panamaren-
ko, James Lee Byars, Richard
Long, Daniel Buren, Lawrence
Weiner, Christo, Gerhard Richter,
Bruce Nauman, Bernd Lohaus.
Tussen 1966, het begin, en 1976
hebben ze in de galerie aan de
Antwerpse Plaatssnijdersstraat
geëxposeerd, elkaar en de kunst
liefhebbers ontmoet, gediscussi
eerd en gerebelleerd en zo het fo
rum gevormd waarop de beelden
de kunst zich in nieuwe richting
kon ontwikkelen. Het aardige en
ironische van de geschiedenis wil
dat de grote musea in de jaren '60
onvoldoende belangstelling voor
deze nieuwe lichting aan de dag
legden en twintig, dertig jaar later
over elkaar heen struikelen in de
poging werk van deze kunstenaars
in hem collectie te krijgen. Zowat
elke Nederlands museum voor
moderne kunst presenteert ie
mand als Bruce Nauman als de
speerpunt van de eigentijdse col
lectie.
Het openluchtmuseum voor de
beeldhouwkunst Middelheim in
Antwerpen heeft als een laat eer
betoon aan die opvallende Wide
White Space galerie het grote
Braempaviljoen ingericht met
werk van de bovengenoemde kun
stenaars. De aanleiding is het feit
dat onlangs werk van hen in
bruikleen gegeven is aan Middel
heim. Daarmee zijn meteen ook
een aantal leemtes gevuld in de
r
vaste beeldencollectie.
Het is natuurlijk helemaal merk
waardig dat een museum voor
twintigste-eeuwse beeldhouw
kunst, nota bene gevestigd in de
zelfde strad, van een aantal be
langrijke kunstenaars absoluut
geen werk had. Daarin is nu dus
voorzien. Met één grote inhaalslag
die de noodzakelijke verbinding
legt tussen de kunstgeschiedenis-
in-stromingen zoals die tot de ja
ren '70 het vertrouwde beeld
vormde en het ongebreidelde indi
vidualisme in onze tijd.
Zonder kunstenaars als die nu sa
men getoond worden in Middel
heim valt de ontwikkeling van de
beeldende kunst van nu niet te be
grijpen. Beter gezegd, zonder ken
nis van de ideeën en opvattingen
van deze mensen is de kunst van
deze tijd een vreemde code waar
van je de sleutel mist. Als je al de
ze kunstenaars bij elkaar ziet in
een grote ruimte, besef je dat het
vooral ideeën zijn die samen kwa
men in de Wide White Space gale
rie.
De werken zelf zijn allemaal nogal
klein van omvang en beperkt in
hun fysieke uitstraling. Dat is
weer even wennen. Beelden, in
stallaties en performances zijn de
laatste jaren steeds meer ruimte in
gaan nemen, zijn als het ware op
geblazen tot de proporties van de
plaats waar ze getoond worden.
Steeds meer kunst wordt specifiek
voor die ene plaats gemaakt en wil
zich met grote nadruk daar ook
doen gelden. Bij die fysieke ont
wikkeling vergeleken zijn de ob
jecten in Antwerpen inderdaad
nog klein. Wie het werk van Ri
chard Long kent zoals dat bijvoor
beeld aanwezig is in De Pont in
Tilburg, knippert hier even met de
Het Braempaviljoen in het Antwerpse Middelheim toont werk van kunstenaars die in de jaren '60
de avant garde vormden
ogen.
In Tilburg een imposante cirkel
vormige ordening van grote witte
stenen die een hele vloer in beslag
nemen of een vele meters lang ta
pijt van zwarte kolen dat zich al
leen in zon uitgestrekte fabrieks
hal kan uitrollen. Hier ligt de in
stallatie Driftwood uit 1975 op de
grond als een ritssluiting die het
vloeroppervlak open en dicht ritst:
stukken drijfhout van ongeveer
dezelfde lengte in zigzagpatroon.
Verweerd en geordend, zo onna
drukkelijk en tijdelijk dat het iets
kwetsbaars wordt. Het is een ont
moeting met poëzie op een plaats
en op een moment die je niet ver
wacht.
Richard Long (Bristol, 1945) heeft
deze sculptuur samengesteld uit
drijfhout dat hij heeft'gevonden
aan de oevers van de Schelde nabij
Temse, onder Antwerpen. Het ma
teriaal is dus enkel door de natuur
bewerkt. Hij heeft het gevonden
materiaal nadien in de galerie tot
een beeld gecomponeerd. Aan het
verweringsproces uit de natuur
heeft hij een principe uit de reken
kunst verbonden door het hout op
lengte te selecteren en het in zig-
zagvorm op de vloer te leggen.
Wat opvalt is de vanzelfsprekend
heid van zon geringe ingreep.
De Wide White Space-kunst
ademt de geest van de onvermij
delijke Marcel Duchamp. Alhoe
wel de kunstenaars nooit een sa
menhangende groep geweest zijn
die vanuit een vastomlijnd idee
vertrekt, is er wel degelijk iets ge
meenschappelijks en dat is de heel
directe verhouding tot de banale
werkelijkheid. De werkelijkheid
van de kunst, dat is wat de kunste
naar in zijn directe omgeving aan
treft, soms zelfs gewoon op straat
vindt. Wat Duchamp onder de
ready made verstond.
Door de vondst uit zijn natuurlij
ke omgeving los te snijden en in de
galerie of in het museum te isole
ren en vervolgens te verbinden
met een idee, krijgt het object een
nieuwe betekenis en niet zelden
ironisch. Het allergewoonste kan
daarbij niet gewoon genoeg zijn.
Joseph Beuys verkleerde vanuit
die zienswijze elke individu tot
kunstenaar. Het gaat er maar om
hoe wij met de dingen omgaan, of
wij in staat zijn een ding met nieu
we energie op te laden waardoor
het nieuwe uitdrukkingsmogelijk
heden krijgt. We zien hier een
paar vitrines met typische Beuys-
relieken: lappen vilt, vet, klad
blaadjes met tekst, een maatbeker,
een telefoontoestel voor de vitale
communicatie met de aarde, een
fles mineraalwater.
Alles bij elkaar zijn het fragmen
ten van zijn eigen mythes en theo
rieën die verleden en toekomst, de
aarde en de mens in ecologisch
perspectief in een zelfgedacht ver
band plaatsen. Beuys was in de ja
ren '60 een soort goeroe die aan de
kunstacademie in Düsseldorf
waar hij als hoogleraar doceerde
en in enkele galeries happenings
organiseerde die zijn particuliere
wereldgeloof onder zijn volgelin
gen moesten verspreiden. Meer
misschien nog dan het werk was
het een mentaliteit die een grote
invloed had op een nieuwe gene
ratie kunstenaars.
Een van die plaatsen waar Joseph
Beuys zijn happenings (wat klinkt
dat woord nu ouderwets) liet
plaats vinden, was dus de Wide
White Space galerie. Op 18 maart
1966 opende de kunsthistorica
Anny De Decker in haar huis in de
Plaatsnijdersstraat, vlak achter
het museum, een galerie.
Het was haar bedoeling om een ei
gen ruimte te hebben, waar in
vrijheid happenings konden ge
houden worden, zonder te moeten
vluchten voor de politie. Kunst die
grenzen overschrijdt, die ook poli
tiek en sociaal gebaande wegen
wil verlaten, werd eind jaren '60
door de burgerij nog als zeer be
dreigend ervaren. De maatschap
pelijke orde moest gehandhaafd.
Voor veel van de kunstenaars die
we hier zien, was dat nou juist niet
de bedoeling. Het kunstenaar
schap was voor hen boven alles
een mentaliteit die de dingen aan
de orde wilde stellen, wilde be
twijfelen of veranderen en niks als
vanzelfsprekend wilde aannemen.
De kunstenaar toen was een be
denker, een uitvinder, een provo
cateur desnoods, veel meer dan
een maker. Dat was juist wat de
kunstenaars gemeenschappelijk
hadden: dat verlangen om iets
nieuws te bedenken, en niet als
iets toevalligs, maar vanuit een
herkenbaar artistieke houding.
Het nieuwe zat in een andere om
gang met het bestaande en het ge
wone en de kunstenaar gaf de
aanzet tot de noodzakelijke kriti
sche reflectie.
De nieuwe keuzes die in de Wide
White Space galerie zichtbaar
werden, werden al vlug opge
merkt door verzamelaars en pas
veel later door museummensen.
De galerie ontwikkelde zich bin
nen een paar jaar tot een van de
weinige avant-gardegaleries. Ze
veroverde zich een plaats in de
Europese top, samen met bij voor
beeld Konrad Fischer in Düssel
dorf en Sonnabend in Parijs. Het
zijn die galeries geweest die de
klassiekers van nu als eerste heb
ben opgemerkt en tentoongesteld.
Het verschijnsel Wide White Spa
ce galerie markeert tegelijk oo!
het einde van een lange traditie
De galerie was zoals gezegd
avant-garde-galerie en misschel
wel een van de laatste. Er
geen avant garde meer. Er is inde
wereld van de beeldende
niet meer zoiets als een
schappelijk en op ideeën
seerd verlangen naar het modem
Aan het einde van de
eeuw is datgene verdwenen watt
cultuur van deze eeuw heeft gel»
mineerd. Een bande a Picasso
als men in Parijs in de jaren twii
tig de groep artiesten rond Picas'
noemde, zou nu ondenkbaar zi)>
Zoals het ook ondenkbaar gewoi
den is dat juist de galerieën
ontdekkers waren van de avi
garde en met die carrières m
groeiden. De kunstenaar van nu»
een individu dat met gevoel vot
marketing en public relations ai-
een eigen plek onder de zon we#
De kunstenaar is een kleine
dernemer geworden, en van
beroepsgroep is iemand als
Scholte de bijna perfecte ve#
genwoordiger. Zijn ontdekker
steeds minder de galerist en stee
meer de museumdirecteur of
tentoonstellingsmaker. Wie
een biënnale mag meedoen of®
solo krijgt in een museum, is f
nen. En de galerie, dat is een
kei waar je kunst koopt. De
dat de galerie een plaats was «w
kunst zich als een proces van
wustzijn voltrok, ligt in belev®
lichtjaren achter ons. De W
White Space galerie is kunstg'
schiedenis.
Wide White 5pace in Middelheim, Midi»1'
heimlaan 61 (net buiten de Ring), Antw
pen. De tentoonstelling duurt tot 17aug
tus en is dagelijks open van 10,00 tot W
uur. Op hemelvaartsdag gesloten.
DoorJohan Diepstraten
De romanpersonages in het werk v:
vol dood en dramatiek. Dat geldt
over wie de meest vreselijke dinger
emelt het van de terloopse zijlijn
aken hebben.
Zo heeft Leni, de vriendin van
hoofdpersoon Margot, haar vader
op zolder gevonden die aan een
balk hing. Het was een zorgvuldig
geplande zelfmoord uit wanhoop
iver de ontrouw van zijn vrouw.
Jen andere vader was dronken te
lgen een boom gereden. Weer een
andere vader had zijn vrouw dood
schoten en was van plan om zijn
lochter en zichzelf van kant te ma-
_;en. Maar de buren waren door de
eerste schoten gealarmeerd, dus
schoot hij op hen. 'Gelukkig was
hij geen scherpschutter, maar de
buurman mankt nog altijd.' Dood,
dood, dood. In terzijdes vooral,
maar in Margot en de engelen ook
als hoofdbestanddeel. In de roman
lie
bl
ov
ze
kc
ni
be
en
be
ni
m'
rir
de
va
M
ze
an
di
te
wi
ali
wi
do
de
W
zi<
kii
an
do
va
in
D;
Ki
vo
aa
bi
ze
fie
ge
tr;
Be
da
he
oo
zij
ha
de
In
zit
de
on
na:
bei
sti
gei
vai
du
dei
Een
Door Peter van Vlerken
Schrijvers hebben het soms niet
makkelijk. Neem Ismail Kadare,
wereldwijd bekend Albanees au
teur en sinds de crisis in zijn land
in zulke felle schijnwerpers van de
publiciteit dat hij er pijn van aan
zijn ogen krijgt. Een interview? Je
hoort hem in zijn huis in Parijs
zuchten aan de telefoon. Hij is
maar alleen, zegt hij, en jullie
journalisten zijn met zovelen... En
bovendien, hij heeft toch al een in
terview gegeven aan Nederland,
doelend op een gesprek voor de
NOS-camera's. Al komt hij uit een
klein land, Ismail Kadare denkt in
het groot.
Goed, geen interview dus. Omdat
zijn boeken ook antwoorden ge
ven, heb ik eigenlijk ook niet zo
veel vragen. Misschien zelfs maar
één. Waarom hij ondanks alles zo
veel van zijn land houdt? Van dat
rare Albanië, dat met zijn drieën
half miljoen bewoners nog het
meest zijn best doet om niet te be
staan. Van die witte vlek op de
landkaart die de rillingen oproept
van een Siberische toendra, hoe
wel het er gezien zijn ligging sub
tropisch warm moet zijn. En zelfs
°P die ene vraag kan ik het ant
woord raden. Want Ismail Kadare
zou zonder Albanië en de Albane
zen geen schrijver zijn geweest en
schrijver wil hij toch boven alles
zijn. Een kunstenaar die aan een
volk, of het nu zwicht onder de
dictatuur van het proletariaat of
ten onder dreigt te gaan aan de
anarchie, een culturele bijdrage
han geven met een universele reik
wijdte.
De meeste van Kadare's boeken
Z1jn inmiddels in alle wereldtalen
vertaald en ook in het Nederlands.
i]n laatste roman die hier is ver-
t h ?en'heet De adelaarHij ver-
e t daarin een macaber sprookje.
Ee
gei
nil
on
de
on
kir
er
ms
na-
we
mé
in
nei
hij
ra;
va:
zij
nii
los
Isn
191
be:
vei
Hc
kn
ge'
Zi;
bei
ko
gei
tis
mr
da
de
ka
Ne
hij
liti
Th
ste
zei
Or
zoi
mi