Het circus van aul Uelvaux by cartoonisten
Knikkers rollen nog
steeds in kinderwereld
DE STEM
r p. 1 Knokke populair
Afrikaanse drumshow
in Chassé Theater
Groot overzicht in Brussel bij herdenking honderdste geboortejaar Knack-pnjs gekozen via internet
A7
Tentoonstelling in Noordbrabants Museum in Den Bosch
Gids
DINSDAG 1 APRIL 1997
door Koos Tuitjer
Voortschrijdende, voor zich
uit starende vrouwen.
Verlaten pleinen bestraat
met verleden.
Grotesk gracieuze geraam
tes.
Trams en treinen, spoorloos
in de tijd.
Ziehier, het circus Delvaux,
dat zijn tenten heeft opge
slagen in het Museum voor
Schone Kunsten van
(in Brussel). Niet zo
maar een Delvauxtentoon-
stelling. Een galavoorstel
ling veeleer, ter ere van het
honderdste geboortejaar
ran deze schilder.
De eeuwig schuwe jonge
ling-
De Echo (uit 1943).
Een straat onder het schamele
schijnsel van het eerste kwartier
van de maan. Links een muur die
een eind naar achteren doorloopt.
Rechts eerst een tempel, dan een
badhuis en als laatste bouwsel
een ruïne. Daartussen onbe
bouwde ruimtes. De straat zelf
loopt eindeloos ver door heuvels
weg.
Op een onderlinge afstand van
veertig, vijftig meter steken drie
vrouwen die straat schuin over.
De eerste passeert je rakelings.
Maar haar koe-ogige kijkers mer
ken je aanwezigheid niet op.
Haar twee zusters, verderop in de
straat, bewegen zich volstrekt
identiek.
Een vrouw en haar twee klonen,
zeggen wij tegenwoordig. Del
vaux gaf dit uit Japan naar Brus
sel overgevlogen werk een poëti
sche titel: De Echo. Die echo in
dit onbewogen beeld, geldt voor
alles de echo van de stilte. Maar
die onbewogenheid echoot zelf
ook door de gehele tentoonstel
ling heen. Met 120 schilderijen en
130 werken op papier is zij een
must voor iedereen die maar even
iets voor Delvaux voelt.
Verloren jaar
Tempels, badhuizen, klassieke
villa's en schoorvoetend eigen
tijdser: luchtige stationsgebou
wen sieren het werk van de schil
der Paul Delvaux (1897-1994).
Toch is dat rijke architectonisch
vertoon tegelijkertijd de herinne
ring aan een verloren jaar.
De jonge Delvaux was aan het
einde van zijn schoolcarrière een
volkomen mislukkeling in de
ogen van zijn vader. Die had
maar één ding met hem voor.
Paul zou net als hij, advocaat
moeten worden. Maar de onwil
van de zoon was zo manifest, dat
senior hem dwangmatig de vrije
Land liet. Wilde hij per se naar de
akademie? Soit, het ware zo.
'De echo' van Paul Delvaux
Maar dan moest hij wel voor
bouwkunde kiezen.
Welnu, het eerste oriënterend
jaar kwam de jonge student niet
door. Hij zakte, of zoals de
Vlaamse rondleidster langs een
aantal Delvaux-bedevaartsoor-
den in Brussel meldt: hij buisde.
En daarna moest hij het zelf maar
uitzoeken.
Uitzoeken werd kijken naar de
anderen. De eerste stappen van
Delvaux waren naar de avond
klas van de schildersopleiding en
naar de ateliers van zijn toekom
stige collega's. Deze hieven het
lied van hun tijd aan. De galm
van het Vlaamse expressionisme
klonk namelijk tot in Brussel
door. En Delvaux galmde mee.
Maar diens echo van het expres
sionisme weerklonk maar kort.
Evengoed lang genoeg om ook
betrokken te worden in het over
zicht. Dat is overigens bijzonder
helder van samenstelling. Elk
thema wordt als groep gepresen
teerd. Dus ook dat vroege, op de
keper beschouwd ongewone
werk. Niettemin is ook dit inte
ressant werk.
De skeletten (1944).
Een ongewoon kijkje in een van
de vele villa's, waarvan in de
schilderijen doorgaans alleen de
fafades worden afgebeeld. In een
bibliotheek converseren twee
personages. Terzijde staat een
derde persoon.
Skeletten
Heer en Dame op bezoek bij nog
een Dame. Die laatste dame zit
uitgestrekt een chaise-longue. Zij
heeft een plaatsje ingeruimd voor
de heer. Diens dame staat kaars
recht achter de bank te wachten
tot hij een ons weegt. Ze straalt
een eeuwig geduld uit.
De uitdossing van het drietal is
opmerkelijk. Men is het vel over
been stadium al voorbij. Want
men is geraamte. Waarom dan
toch over twee dames en een heer
gesproken? Welnu, het skelet op
de bank móet wel een dame zijn,
omdat Delvaux alleen maar da
mes op een chaise longue plaatst.
Een dame en twee heren ligt ver
der weinig voor de hand. Want
dames hebben in elk doek de
overhand. Dus rest er één moge
lijkheid: twee dames en een heer.
Waarom dan geen drie dames?
Welnu: rechts in de bibliotheek
staat een kapstok. Daar heeft het
bezoek zijn hoed gehangen. Één
dames- en een herenhoed. Van
daar.
Delvaux' voorliefde voor skelet
ten kwam voort uit de kermis. Öe
jaarkermissen uit zijn jonge jaren
kenden een bijzondere attractie:
het Museum Spitzner. Dit was
zoveel als een educatieve grie
zeltent, waarin de bezoeker ver
trouwd werd gemaakt met alles
wat het leven het menselijk li
chaam kon aandoen. Aan oli
fantsvoeten en foetussen op sterk
water daarom geen gebrek. En
aan skeletten evenmin.
Boekenwurm Paul had één favo
riete schrijver, die hem het we
tenschappelijk pad wees. Jules
Verne namelijk. Diens boeken
spraken zo indringend tot de ver
beelding, dat de schilder er later
nog vaak uit putte. Dit redde me
nig Verne-personage het leven.
Want terwijl de boeken ongele
zen blijven, lopen de Phineassen
Fogg en de kapiteins Nemo zich
in de doeken van Delvaux nog
steeds druk te maken met micro
scopen.
De openbare weg (1948)
Languit op alweer een chaise-
longue ligt een vrouw alweer
naakt te zijn. Alleen haar rech
terbeen, dat opgetrokken werd, is
bedekt met een laken. Maar.ook
de tenen van dat been zijn net zo
bloot als de schaamstreek. De-
center gekleed zijn drie vrouwen
om haar heen. Ze zijn decent op
het potsierlijke af. Want aan hun
haarstaarten dragen zij reuzen-
strikken, die je alleen om een
paasei verwacht.
Maar allercurieust aan dit weel
derige schilderij is het binnen-
buitenraadsel, waarvoor Delvaux
ons plaatst. Het naakt ligt onmis
kenbaar in een kamer. Achter
haar hoofd troont een sanseveria,
een Belgische kamerplant bij uit
stek. Je kunt van hieruit ook een
blik werpen in een nevenvertrek.
De eetkamer met een witgedekte
tafel.
In de plooien van het tafellaken
staat de titel van dit doek ge
schreven: La voix publique ou La
voie publique. In dat laatste ge
val: De openbare weg. Want zie
wat daar aan komt sukkelen over
straat! Lijn 10. Net vóór het huis
zal de tram linksaf slaan. Op weg
waarheen? Oost en West staat er
links en rechts naast dat cijfer
tien als richtingen aangegeven.
Dus: alle kanten op. Zeg maar
naar nergens. De honderden
trammetjes of treinen die Del
vaux schilderde, gaan nooit er
gens naar toe. Zij zijn er. En dat
is het voornaamste. Ieder kiest de
richting die hij wil. Maar een
maal in die tram gezeten, doet die
er ook niet meer toe. Bestemming
en tijd tellen niet meer.
Trams en treinen zijn niet minder
een obsessie van Delvaux. In zijn
kindertijd bloeide het railver
keer. Iedereen had een tram voor
de deur, zou je haast denken.
Delvaux' obsessie slaat onmid
dellijk over op wie voor zijn
schilderijen komt te staan. Wie
nog geen treinengek is, wordt het
ter plekke alsnog. Want de zin
voor reizen (en ook de tegenzin) is
een ieder aangeboren. Wie
droomt, reist nu eenmaal ook. Zo
eenvoudig is het eigenlijk.
Dame met bloem (1943)
Uit de stad komt een naakte jon
geman aangelopen. Onderweg
passeert hij menige dame. Ge
kleed en ongekleed. De Delvaux-
bezoeker raakt daar ongemerkt
aan gewend. De jongeling niet.
Twee van boven ontblote dames
wachten hem. Nog een dame, in
het groen gekleed, buigt zich
voorover. Ook haar borsten zul
len de aandacht gaan trekken. Zij
buigt zeer diep om een bloem op
te rapen. De jongeman strekt zijn
linker arm. En hij slaat zijn ogen
neer. Zijn initiatie stelt hij eeu
wig uit.
Delvaux en de vrouwen. In dat
opzicht blijft hij een raadsel.
Speculeren over zijn seksuele ge
aardheid is een geliefde bezig
heid van anderen. In de catalogus
van de Delvauxtentoonstelling
blijft het thema zo goed als onbe
sproken. De.conservator zegt, dat
hij alleen voor waar houdt, wat
vastgelegd is. En dat is zeer wei
nig.
Een verhaal duikt steeds weer op.
En Delvaux schilderde ook een
tafereel, dat op dat verhaal past.
Het gaat er om dat de vader de
poezeligheid van zijn zoon beu
was. En op een dag nam hij hem
mee naar een plek waar de heren
uit die tijd zo vaak als nodig was,
kwamen: in het bordeel.
De jongen kreeg de schrik van
zijn leven. Alle bleuheid nam al
leen nog terughoudender vormen
aan. Het (vroege) schilderij dat
op deze gebeurtenis terugslaat,
vertoont een naakte vrouw in ge
duldige afwachting. Achter een
kamerscherm ontdoet de jongen
zich van zijn kleren. Angst en
schaamte zijn aan zijn houding af
te lezen. De eeuwig schuwe jon
geling.
'Paul Delvaux, een levensoverzicht'. Ko
ninklijke Musea voor Schone Kunsten van
België, Regentschapstraat 3, Brussel (schuin
naar omhoog, rechts boven het Centraal
station), t/m 27 juli. Di. t/m zo. 10-17 uur
(wo.-avond tot 21 uur). Toegangsprijs 350
Bfr. (rond 19).
zr&Zsi
Den Bosch (anp) - Prachtig geschil
derde, onschuldig kijkende kinder
kopjes naast een authentieke kak
stoel. Tientallen fraaie voorbeelden
fan kinderspeelgoed en belachelijk
aandoende kinderkleding. Maar ook
touwende moeders bij hun overleden
kind en flagrante voorbeelden van
kinderarbeid.
De tentoonstelling Kinderen van alle tij-
die de komende maanden is te zien
riet Noordbrabants Museum in Den
Bosch, is aandoenlijk en vooral herken
baar. „Het is een thema waarin iedereen
te ooit jong is geweest veel kan herken-
jjen', zegt museumdirecteur drs. M. van
B°ven. Conservator Ch. de Mooij spreekt
een expositie met een grote 'ah-ah
Erlebnis'.
ónderen van alle tijden brengt de
aoidercultuur in de loop der eeuwen in
ee'd De nadruk ligt daarbij op de leef
wereld van het kind in de Nederlanden,
Jjanaf de middeleeuwen tot het heden.
Modern speelgoed, inclusief computers
pelletjes waarmee daadwerkelijk mag
Worden gespeeld, ontbreken dan ook
Met.
Kinderen hebben altijd een speciale
■Paats in de samenleving ingenomen,
egl De Mooij. „Dat blijkt onder meer uit
een schat aan overgebleven kunstwerken
en gebruiksvoorwerpen die ons veel ver
tellen over de steeds wisselende visie op
het kind". De tentoonstelling richt zich
op een heel omvangrijke doelgroep, al
dus Van Boven. „We zijn immers alle
maal ooit kind geweest. Op het eerste ge
zicht is het kind een voor de hand lig
gend thema, maar desondanks is het
nooit eerder in deze vorm onderwerp ge
weest van een grote expositie."
Kinderen van alle tijden is cultuurhisto
risch van opzet. Naast hoogwaardige
kunstvoorwerpen, waaronder schilde
rijen uit de zestiende tot en met de twin
tigste eeuw, is een veelheid aan ge
bruiksvoorwerpen en kunstnijverheid te
zien: de nalatenschap van tientallen ge
neraties.
De tentoonstelling gaat thematisch op
een aantal onderwerpen in, zoals de hui
selijk omgeving, het onderwijs en het
spel. Zwaardere thema's, zoals doodgaan
en kinderarbeid zijn bewust niet uit de
weg gegaan, aldus de conservator. „Met
name in het verleden was de dood voor
kinderen veel gewoner dan dat nu het ge
val is. Ze werden er ook veel vaker mee
geconfronteerd."
Hoewel er in het wereldje van kinderen
in de loop der eeuwen het nodige is ver
anderd, zijn ook veel dingen hetzelfde ge
bleven, zegt De Mooij. „Kinderen willen
altijd spelen. Opmerkelijk daarbij is dat
spelletjes die in de middeleeuwen hoog
scoorden, het ook nu nog goed doen.
Denk maar aan knikkers, of een jo-jo."
Een groot verschil is er wel in de wijzer
waarop kinderen spelen, heeft hij ont
dekt. „Vroeger speelden kinderen vooral
samen, met elkaar. Tegenwoordig is dat
allemaal veel individualistischer. Ze zit
ten alleen achter een computer met daar
op een of ander spel. Een alleen spelend
kind was vroeger absoluut ondenkbaar."
Het museum mikt vooral op gezinsbe-
zoek. „Volwassenen zullen waardering
hebben voor de kwaliteit van de kunst
werken, zoals de schilderijen van Pieter
Breugel en Jan Sluijters. Kinderen her
kennen in de speciaal voor hen op oog
hoogte opgehangen delen van de ten
toonstelling ongetwijfeld veel dingen die
tot hun vertrouwde wereld behoort, zij
het veelal in een andere gedaante."
Expositie 'Kinderen van alle tijden'. Noordbrabants
Museum, Verwersstraat 41 in Den Bosch, tot en met 6
juli, open dinsdag t/m vrijdag 10-17 uur, zaterdag en
zondag 12-17 uur.
Kunstwerken uit de historie tonen
aan dat de visie op het kind voortdu
rend veranderde.
De cartoon van Rudy Thijs die in Knokke de persprijs won.
Door Rein van der Helm
Knokke-Heist (B) - Het Internationaal Cartoonfestival in
Knokke-Heist werkt als een magneet op tekenaars over de hele
wereld. Voor de 36e editie van dit grootscheepse festival zonden
764 cartoonisten (een record) ruim 3.500 tekeningen in.
Een internationale jury selec
teerde voor de tentoonstelling,
die 15 juni zijn deuren opent in
cultureel centrum Scharpoord in
Knokke, 400 cartoons. Tegelij
kertijd kende de jury aan drie
tekeningen respectievelijk het
predikaat Gouden Hoed, Zilve
ren Hoed en Bronzen Hoed toe.
De uitslag wordt pas bekendge
maakt op de openingsavond van
het festival.
Traditioneel koos een interna
tionale persjury de Persprijs Ca
sino Knokke. Die prijs was dit
jaar weggelegd voor Rudy Thijs
uit Oud-Turnhout (B). Zijn een
voudige tekening, in zwart-wit,
beantwoordt aan het beeld dat
veel mensen hebben van car
toons. Met enkele lijntjes en op
speelse wijze brengt de uitgeko
zen cartoon de parkeerovertre-
ding in één oogopslag over.
Een algemene trend dit jaar was
de macabere humor in veel car
toons. Toch ontbraken de tradi
tionele onderwerpen, zoals de
Ark van Noach, de dronken
echtgenoot die te laat thuis
komt, en seks niet bij de inzen
dingen. Natuurlijk wordt ook in
gespeeld op de actualiteit. De
gekke-koeien-ziekte was inspi
ratiebron voor menige tekening.
Slechts éénmaal wordt gezin
speeld op de affaire-Dutroux,
die België op zijn grondvesten
doet schudden.
Dat de computer zijn opgang in
cartoonistenland heeft gemaakt,
blijkt uit inzendingen die op de
ze apparatuur is gemaakt. „In
het reglement staat vermeld dat
het moet gaan om originele car
toons. Wellicht Zal in de toe
komst een en ander aangepast
moeten worden, want er zijn
zelfs tekeningen op CD-Rom in
gezonden", zegt jury-secretaris
Wilfried de Schepper. Hij wijst
ook op het gevaar dat bestaande
tekeningen gemanipuleerd kun
nen worden. Hiermee wordt de
originaliteit geweld aangedaan
en kan er zelfs sprake zijn van
een vorm van plagiaat.
Het Belgische weekblad Knack,
een van de sponsors van het fes
tival, kent traditioneel een
Knack Cartoon Award toe. Dit
jaar gebeurt dat op zeer moderne
wijze. Knack selecteerde zelf
acht ingezonden tekeningen en
zette die op de Knaek-site van
Internet. Het is aan de bezoekers
van dezeM site om uit te maken
wie uiteindelijk de prijs krijgt
toegekend.
Zoals gebruikelijk wordt op de
tentoonstelling ook een speciaal
land in het zonnetje gezet. Dit
jaar is dat Roemenië. Een goede
keuze want afgelopen jaren
kaapten diverse Roemeense te
kenaars heel wat prijzen weg
met als absolute topper Con-
stantin Ciosu. Hij won vorig jaar
de eerste prijs (Gouden Hoed),
na in 1991 brons en in 1995 zil
ver te hebben gewonnen. Voor
deze speciale afdeling selecteer
de Albert Poch niet minder dan
22 tekenaars.
36e Internationaal Cartoonfestival. Van 15
juni tot 27 juli in Cultureel Centrum Schar
poord, Meerlaan 32, Knokke. Openingstij
den dagelijks, ook in de weekends, van
10.00 tot 19.00 uur).
Van onze kunstredactie
De beste drummers en percussionisten uit het Afrikaanse
Guinée komen op zondag 6 april naar de Bredase Chassé-
sehouwburg met een show vol daverend ritmisch vuurwerk,
aangevuld met drie danseressen. Het programma heet Wofa,
percussions et danses de Guinée.
De uitvoering wordt H
gegeven door
jonge klassieke drum-
mers uit verschillende H
delen van dit Westa- 4 1
frikaanse land. In an- j I I
dere samenstellingen If -a
zijn zij al eerder in
Europa op toernee ge
weest. Zowel de
drummers als de dan
seressen zijn gewor
teld in de traditionele
muziek van hun land.
Zij presenteren een
show vol vitaliteit en
energie, waarin een
hoofdrol is weggelegd
voor de djembé, een
trom die tussen de be
nen wordt gehouden
en aan de zijkant een
paar flappen heeft die
als een soort tamboe
rijn fugeren. De djem-
bé-spelers laten op
hun instrument een
soort dialoog klinken. Vroeger
werd op deze manier gecommu
niceerd tussen de verschillende
Afrikaanse dorpen.
De overige belangrijke percus
sie-instrumenten zijn: de sikko,
gemaakt van een vierkant hou
ten frame bespannen met geiten
leer, de dounoun; een grote bast-
rommel, de balaphone; een soort
Meesterdrummers uit Guinée
FOTO WILFRED BERGER
xylofoon en de krins; uitgeholde
boomstammen op een ijzeren
voetstuk. Daarnaast worden nog
allerlei kleinere ritme-instru
menten bespeel waaronder op
elkaar gestapelde, lege kalebas
sen.
I Wofa: Les percussions et danses de Guinée,
zondag 6 april in Chassé Theater in Breda