'Nederlandse ouders
willen zélf opvoeden'
Oude
Vochtophopingen kunnen wel degelijk behandeld worden
Geslachtsziekte
heet nu een soa
Boek
Drinkende zwangere
vrouw riskeert
hyperactief kind
DE STEM
LIJF LEVEN
Armkous
Lotgenoten
KUB-hoogleraren in publicatie 'Dilemma's van het moderne gezin'
Gevecht
Mechanismen
Tegenstelling
DE STEM
Discussie
Eend
West-Brabant
WOENSDAG 19 FEBRUARI 1997 £2
'Ik heb geleerd naar
mijn arm te luisteren'
Door Debby Vermeulen
Zestig procent van de vrouwen
die aan borstkanker worden
geopereerd, krijgt vroeg of laat
last van vochtophopingen (oe
deem). Dit betekent: opge
zwollen armen, borsten of
schouders. Dat is pijnlijk en
kan in het extreemste geval
zelfs leiden tot invaliditeit. Er
bestaat een adequate behan
deling. Maar toch horen pa-
tiëntes nog al te vaak van hun
arts: 'niets aan te doen, u zult
ermee moeten leren leven'. De
Bredase huidtherapeute Anne
ke Huijbregts studeerde on
langs af met een onderzoek
naar deze problematiek.
„Helaas is in Nederland de be
handeling van oedeem nog niet
erg goed bekend bij patiënt en
arts of specialist," bemerkte
Huijbregts. „Veel vrouwen weten
de weg niet te vinden naar een
goede behandeling." Ook Stich
ting Werkgroep Lymfoedeem
(SWL) stelt dat de problemen met
oedeem sterk worden onderschat
en dat een goede voorlichting nog
altijd ontbreekt.
Oedeem is een vochtophoping in
een van de ledematen die ont
staat doordat de lymfeklieren
hun werk (het afvoeren van vocht
en eiwitten) niet meer aankun
nen. Sommige mensen worden
met te weinig lymfeklieren gebo
ren. Maar meestal is een operatie
of radiotherapie er de oorzaak
van dat iemands lymfestelsel
wordt aangetast. SWL schat dat
in Nederland minstens vijftigdui
zend mensen met het probleem
rondlopen. De grootste groep die
zich bij de stichting heeft aange
sloten, is die van de borstkanker-
patiënten.
Bij een borstkankeroperatie gaat
het natuurlijk om leven of dood.
In geval van een kwaadaardige
tumor haalt de chirurg uit de ok
sel lymfeklieren weg (okseltoilet)
om te kijken of daar uitzaaiingen
zitten. Is dat het geval, dan wor
den vervojgeps £()e lymfeklieren
verwijderd. Maar daarmee wordt
wel het voehtafvoersysteem on
derbroken. Met als gevolg dat een
arm kan opzwellen tot olifanten
proporties.
Vier jaar geleden zijn bij de Bre
dase Betten Kouppe van der
Voort alle lymfeklieren uit haar
oksel verwijderd. Direct na de
borstkankeroperatie zwollen
schouderblad en arm op. Niet
wetende wat er gebeurde, volgde
ze de raad in het ziekenhuis op.
„Ze zeiden dat ik maar flink
moest zijn en goed moest oefenen.
Dus ik was flink en oefende,"
vertelt Rouppe van der Voort.
Met als resultaat dat haar arm
nog dikker en pijnlijker werd.
Rouppe van der Voort betreurt
het dat in het ziekenhuis nauwe
lijks gewaarschuwd wordt dat je
na een borstkankeroperatie oe
deem kunt krijgen. En hoe je er
vervolgens mee om moet sprin
gen.
„Eén op de tien vrouwen heeft
borstkanker," vertelt F. van Ge-
opgezwollen schouder kan het gevolg zijn van een borstkankeroperatie.
Ook in benen kan zich vocht ophopen, als gevolg van baarmoe
der- of prostaatkankeroperaties. Daarbij worden lymfeknopen
weggehaald uit de buik.
Deze arm is opgezwollen door vocht dat niet meer weg kan. De
huid zwelt op wat pijn veroorzaakt. Wanneer hier niets aan ge
daan wordt, verandert het vocht in bindweefsel en kunnen de
spieren hun werk niet meer doen Dat kan uiteindelijk leiden tot
invaliditeit. Daarom moet het vocht tijdig uit de arm weg ge
werkt worden.
loven, chirurg in het Baroniezie
kenhuis in Breda. „Iedereen heeft
wel een buurvrouw of bekende
met borstkanker en weet van de
bijverschijnselen. Als een patiën
te een kwaadaardige tumor heeft,
blijft ze een dag of tien in het zie
kenhuis. Het behoort tot de taken
van de verpleging dan ook over
de kans op lymfoedeem voor te
lichten. En hoe dit te voorko
men."
Wanneer een vrouw vervolgens
op controle verschijnt met een
opgezwollen arm licht de chirurg
haar in over de verschillende be
handelingsmethoden: het dragen
van een elastische kous, zwachte
len of compressietherapie bij een
fysiotherapeut. „Maar het is een
verdomd hardnekkige complica
tie die moeilijk te behandelen is.
Er bestaan redelijke methodes,
maar weinig die echt helpen. De
klieren zijn weg, die kun je niet
terug brengen."
Dat er wel degelijk een goede be
handelingsmethode bestaat, is de
opvatting van huidtherapeute
Huijbregts: manuele lymfdraina-
ge. Door middel van een voor
zichtige massage kunnen huid-
therapeutes en gespecialiseerde
fysiotherapeuten het vocht af
voeren. „Dat staat als het ware in
de file voor de beschadigde of
verwijderde lymfeklieren. Ik
masseer het vocht naar klieren op
andere plaatsen in het lichaam.
Bijvoorbeeld op de schouder of
buik. Die worden dan extra aan
het werk gezet. Soms zie je in de
eerste week zo'n arm wel twee
centimeter dunner worden," ver
telt Huijbregts.
De behandeling werkt alleen
wanneer zij compleet is. De mas
sage moet worden gecombineerd,
in de eerste fase, met een zwach
tel die het vocht belet terug in de
arm te schieten. Na verloop van
tijd krijgt de patiënte een elasti
sche armkous aangemeten. Veel
vrouwen vinden het een onele
gant 'rotding', maar het moet.
Stopt men met het dragen van de
armkous dan schiet de arm zo
weer vol en wordt in korte tijd
weer net zo dik, 'doof en onbe
weeglijk als eerst.
Belangrijk is ook het in acht ne
men van de zogenaamde 'leefre
gels': wondjes voorkomen en de
arm niet overbelasten. Het is dus
raadzaam nooit alle ramen in één
dag tijd te zemen, handschoenen
aan te trekken bij het werken in
de tuin en 's nachts je arm op een
kussentje te leggen.
Het voordeel van de aanpak door
de huidtherapeute is dat deze te
vens andere bijwerkingen van de
borstkanker kan behandelen: de
pijn van littekens verzachten of
huidproblemen aanpakken.
Niet alle ziekenfondsen vergoe
den een bezoek aan de huidthera
peut. OZ Zorgverzekeringen wel.
Zij vergoedt vijfenzeventig pro
cent van de kosten voor maxi
maal twintig behandelingen. De
behandeling door de fysiothera
peut wordt onbeperkt vergoed,
mits deze ziekenfondsuren heeft.'
Maar niet alle fysiotherapeuten
hebben natuurlijk de speciale oe-
deemtherapie onder de knie.
De gedupeerde arm van Betten
Rouppe van der Voort is na vier
jaar nog nauwelijks dikker dan
de gezonde wederhelft. Ze heeft
haar werk als fysiotherapeute
voorzichtig weer opgepakt. En
volgt een opleiding om de specia
le massagetechniek onder de knie
te krijgen. „Ik wil iets doen met
mijn kanker. Ik wil lotgenoten
helpen, vertelt Rouppe van der
Voort. „Zelf heb ik vier jaar no
dig gehad om eruit te komen. Nu
pen ik zelfs blij met die arm. Als
ik me te druk maak, speelt hij op
en wo
rdt dik. Ik heb geleerd naar mijn
arm te luisteren. Nu kan ik er
goed mee leven.
Meer informatie over de behan
deling van lymfoedeem is ver
krijgbaar bij de Nederlandse Ver-
eniging van Huidtherapeuten,
Oranjelaan 16, 2741 ER Waddinx-
veen. Of Stichting Werkgroep
Lymfoedeem, lepenlaan 5, 8441
BT Heerenveen.
Van onze verslaggeefster
Het aantal vrouwen op de ar
beidsmarkt neemt toe maar de
verdeling van het huishoude
lijk werk is ongeveer hetzelfde
gebleven. In hun boek Dilem
ma's van het moderne gezin
zien de Tilburgse hoogleraren
G. Frinking (demografie) en
T. Willemsen (vrouwenstu
dies) daar weinig verandering
in komen.
„Het was zo niet gepland, nee...
het is eigenlijk vanzelf zo ge
groeid." Dit en soortgelijke cita
ten zijn in het boek Dilemma's
van het moderne gezin opgete
kend uit de 25 diepte-interviews
met echtparen over de verhou
ding werk/gezin. Daaruit blijkt
vooral dat er een groot verschil is
tussen wat mannen en vrouwen
vinden over de verdeling van het
werk thuis, en hoe er in de prak
tijk gehandeld wordt.
Ondanks allerlei afspraken komt
het merendeel van de zorgtaken
geleidelijk toch weer op het bord
je van de vrouwen terecht. En ze
lijken er niet eens zo ongelukkig
mee te zijn. De meeste vrouwen,
zo concludeerden de interviewers
in hun analyse, „hebben uitein
delijk voor zichzelf besloten dat
het hebben van een gezin belang
rijker is dan een gelijke taakver
deling." Dat is opmerkelijk, want
part-time werkende moeders
hebben het, zo blijkt uit onder
zoek, aanzienlijk zwaarder dan
moeders die niet buitenshuis
werken en moeders met een vol
ledige baan, die vaak hulp inhu
ren.
Volgens prof. Frinking hebben de
vrouwen er wel voor gevochten,
maar hebben ze geen zin daar
over steeds het gevecht aan te
gaan met hun partner. „Ze nemen
genoegen met minder en hebben
de overtuiging gekregen dat er
goed mee te leven valt onder het
mom dat een relatie nu eenmaal
geen zakelijke overeenkomst is."
De diverse onderzoeken die in het
boek gebundeld zijn, beschouwt
Frinking als een voorstudie voor
een groot Europees project waar
in gezocht gaat worden naar de
effecten van beleid op de verde
ling van betaald en onbetaald
werk. Over mogelijke verande
ringen binnen de Nederlandse sa
menleving zijn hij en zijn collega
pessimistisch. Want nergens an
ders is volgens Frinking de op
vatting dieper verankerd dan in
Nederland dat de ouders de beste
opvoeders zijn. „Zowel op het ni
veau van de samenleving als in de
gezinnen zelf. Er bestaan hier
grote reserves tegen het delege
ren van de opvoeding bij crèches
en andere opvangmogelijkheden.
Dat is bijna nooit full-time."
„De Nederlandse vrouwen zijn
dan ook kampioen als het gaat
om part-time banen. Een begin
van economische zelfstandigheid,
maar het zijn daarmee ook de
vrouwen die zelf blijven opvoe
den. Zo houden we een systeem in
stand."
Hoewel Nederland procentueel
ook de meeste part-time werken
de mannen heeft, treden er vol
gens Frinking na de komst van
kinderen allerlei subtiele mecha
nismen in werking die toch tot
een behoudende keuze leiden.
Dat vrouwen al snel denken het
zelf beter te kunnen en een stukje
De samenstellers van het boek 'Dilemma's van het moderne gezin', de hoogleraren T. Willemsen
(links) en G. Frinking. foto ton toemen
eigen domein, status en macht
willen hebben, speelt daarin ze
ker geen onbeduidende rol. Ver
der is er de financiële afweging:
wie verdient het meest (vaak nog
de man) en heeft de beste moge
lijkheden om carrière te maken.
Vooral de wens om zelf de opvoe
ding ter hand te blijven nemen
ziet Frinking als een obstakel om
echt veranderingen door te voe
ren. „Het lijkt nu op een gesanc
tioneerde ongelijke verdeling,
maar als er naar gevraagd wordt,
wil iedereen het toch anders.
Daar zit dus een grote tegenstel
ling in." Zaken als ouderschaps
verlof moeten volgens hem finan
cieel beter geregeld en verdeeld
worden, maar bij meer kinderop
vang heeft hij zijn twijfels. „Je
neemt voor vrouwen een beletsel
weg om zich beschikbaar te stel
len voor de arbeidsmarkt maar
het is de vraag of je er verder mee
komt.
Ondanks vier kinderen in de leef
tijd van 12, 7, 2 jaar en vier
maanden heeft de hoogleraar wel
een full-time werkende partner.
De oplossing: een au pair in huis.
Doordrs J.
Paalman
Als mensen
vroeger een ge
slachtsziekte
opliepen dan
was het altijd
syfilis of go-
norroea, alias
de sief en de
druiper.
Je had daar
heel beroemde
patiënten on
der. Zoals de
Franse schrijver Flaubert die
op een reisje door Noord-Afri-
ka in een brief naar huis opge
wekt meldde dat de zweer op
zijn geslacht alweer verdwe
nen was. Wist hij veel dat syfi
lis zich in het zenuwgestel te
rugtrekt en dat je daar ver
lamd en razend gek van kunt
worden. Andere beroemdhe
den met sief waren Randolph
Churchill (de vader van Wins
ton), de 'filosoof met de ha
mer' Friedrich Nietsche en
pechvogel Franz Schubert die
de eerste de beste keer dat hij
met een meisje naar bed sine
syfilis opliep.
Sindsdien is er veel veranderd:
het aantal infecties met gonor-
roea is enorm gedaald, syfilis
komt in vergelijking met vroe
ger nauwelijks meer voor en
de top tien van geslachtsziek
ten wordt aangevoerd door
een ziekte die de meeste men
sen hooguit vaag van naam
kennen: chlamydia.
Wat ook veranderd is is de
term voor geslachtsziekte.
Men noemt die nu een soa, wat
een afkorting is voor seksueel
overdraagbare aandoening.
Dit omdat lang niet altijd het
geslachtsorgaan zelf is aange
daan zoals bij hepatitis B en
aids. En het seksueel over
draagbare benadrukt dat een
soa vooral een gedragsziekte
is. Want je krijgt een soa niet
zomaar: je moet er iets voor
doen, je moet 'het' doen.
Vanaf het begin van de jaren
tachtig, toen het raadselachti
ge en dodelijke aids epidemi
sche vormen dreigde aan te
nemen, is men het seksuele ge
drag van de Nederlander in
tensief gaan bestuderen. Want
met het gedrag verandert ook
het risico en dat gedrag veran
deren lukt alleen als je precies
weet wie, wat, waar, wanneer,
waarom en hoe vaak.
Welaan. 'Nederlanders,' zo
staat te lezen in de factsheet
van de Nederlandse Stichting
ter Bestrijding van SOA, 'zijn
relatief monogaam.' Wie had
dat durven denken? Tachtig
procent heeft een vaste relatie
die in meerderheid langer dan
zeven jaar duurt, tien procent
heeft geen relatie en nog eens
tien procent heeft sterk wisse
lende contacten. Van de ge
huwde mannen zegt (let wel:
zégt) tien procent ooit vreemd
te zijn gegaan, tegen vijf pro
cent van de gehuwde vrouwen.
Jaarlijks gaan twee procent
van de heteromannen met een
vaste relatie naar een van de
10.000 hoeren van Nederland.
Hiervan tippelt tien procent,
zit dertig procent achter het
raam, werkt dertig procent in
sexclubs en de resterende der
tig procent is huisnijverheid.
Van alle Nederlanders zegt
tussen de drie en vijf procent
homoseksueel te zijn en onder
de niet-monogamen is tien
procent homoseksueel. Van de
vijftien miljoen Nederlanders
heeft tien procent, dus ander
half miljoen, een vergrote kans
op het oplopen van een soa.
Hoe meer wisselende contac
ten en hoe onveiliger (dus zon
der condoom), hoe groter de
kans op soa. Een speciale risi
cogroep zijn de jongeren. Jon
geren hebben vaak meerdere
opeenvolgende korte relaties
en gebruiken het condoom
minder dan zou moeten. Een
op de tien jongeren loopt ooit
een soa op en de 20- tot 24-ja-
rigen nemen elk jaar een
kwart van alle soa's voor hun
rekening, meer dan de hoeren
en hoerenlo
pers bij elkaar
Ze realiseren
zich vaak niet
dat je ziekte
kundig gezien
niet alleen met
ie partner
slaapt, maar
ook met al
diens
vorige
partners.
Bezint eer gij
bemint. Ziek
ten als het ern
stige hepatitis B, het pijnlijke
herpes genitalis, de zeer hin
derlijke genitale wratten en
het dodelijke aids zijn vaak
niet te genezen en kunnen een
bezit zijn voor het leven. 'Om
zonder condoom te kunnen
zul je eerst met je partner
moeten praten,' aldus de fol
der Ik vrij veilig, of ik vrij niet.
'Dat is vaak niet gemakkelijk'
Je moet immers allebei eerlijk
vertellen welk risico je in het
verleden hebt gelopen.'
Eventueel kan de huisarts of
een sociaal-verpleegkundige
van een GGD het risico in
schatten. 'Als je besluit met
stoppen met condoomge
bruik,' zo gaat de folder ver
der, 'maak dan met je vaste
partner een afspraak: je vrijt
met niemand anders öf je vrijt
met iemand anders altijd vei
lig-'
De zeer openhartige (en voor
buitenlandse begrippen zeer
botte) voorlichtingscampag
nes hebben hun nut gehad.
Aids is niet zoals men aanvan
kelijk vreesde uitgegroeid tot
een nieuwe pest. Op 1 april
1996 telde Nederland 4000 ge
vallen van aids waarvan de
helft is overleden. Het aantal
geïnfecteerden is 8000 en elk
jaar komen er 500 bij. Dit is
enorm veel minder dan men
aanvankelijk heeft gevreesd,
aids staat nu op een gedeelde
tiende plaats op de soa-top-
tien.
Het aantal gevallen van het
eens zo gevreesde syfilis is
sinds 1983 met 75 procent ge
daald tot nog geen 750 nieuwe
gevallen per jaar en staat op
plaats zes. Het onbehandelba
re en soms dodelijke hepatitis
B (3000 nieuwe gevallen per
jaar) staat op nummer vijf, go-
norroea (6000 nieuwe geval
len) op vier, herpes genitalis
(een zeer pijnlijk „bezit voor
het leven) staat met 12.000 ge
vallen op de derd? d?laats, de
hinderlijke en heel moeilijk te
behandelen genitale wratten
(25.000) op twee en de lijst
wordt aangevoerd door het
volkomen onbekende chlamy
dia, goed voor 60.000 nieuwe
gevallen per jaar.
Die onbekendheid zou nog
niet zo erg zijn als chlamydia
onschuldig zou zijn. Maar dat
is niet zo. Het verraderlijke
van deze soa is dat je er in de
meeste gevallen nauwelijks
iets van merkt. Een minder
heid heeft pijn bij plassen of
heeft een vage pijn in de on
derbuik. Intussen grijpt de
bacterie om zich heen. Hij
klimt bij 10.000 vrouwen per
jaar ziekmakend de baarmoe
der in en gaat bij nog
7000 vrouwen de eileider in
met een eileiderontsteking tot
gevolg. Dat kan heel opvallend
gaan, met hoge koorts en pijn
in de onderbuik of zeer slui
pend, maar het resultaat is er
dan niet minder om.
Door de ontsteking verkleven
de wanden van de eileider. Bij
een gedeeltelijke verstopping
is de kans groot dat een be
vruchte eicel als het ware in de
eileider blijft hangen met een
buitenbaarmoederlijke zwan
gerschap tot gevolg. Dit ge
beurt driehonderd keer per
jaar. Als de eileider geheel
verstopt is, kan de eicel de
baarmoeder niet meer berei
ken. Het onbekende chlamy
dia maakt elk jaar duizend
vrouwen onvruchtbaar.
Soa-infolijn: 06-910.910.69 (4»
ct per min.)
Vrouwen die gedurende hun ge
hele zwangerschapsperiode meer
dan één glaasje alcohol per dag
nuttigen hebben een grotere kans
op een hyperactief kind. Die con
clusie trekt de arts-epidemioloog
Paul Verkerk in zijn proefschrift
over alcohol en zwangerschap
waarop hij aan de Rijksuniversi
teit Leiden is gepromoveerd.
Al eerder is aangetoond dat over
matig alcoholgebruik door
zwangeren kan leiden tot kinde
ren met karakteristieke gelaats
vorming, groeivertraging en af
wijkingen in de hersenen. Ver-
kerks onderzoek was bedoeld om
na te gaan of ook matig drankge
bruik effect heeft op het ongebo
ren kind. Hij deed zijn promot»
onderzoek in opdracht van TNO-
Verkerk komt tot de slotsom
bij vrouwen die veel roken J
meer dan twaalf glazen
per week drinken het gebu-
wicht van het kind gemiddeld
procent lager is dan bij zww
eren die wel roken maar de drai»
laten staan. t.
Ook is er een duidelijke relatj-
tussen grotere hoeveelheden
cohol en het gedrag van het W J
in de leeftijd van vijf tot zes
Kinderen van wie de nv
meer dan één glaasje per
zich neemt, lopen een
maal zo grote kans op hyperac
viteit.
poor Leo van Lieshout
Het is zowat halverwege
ment in het Prehistorisc
hoven, begin 1995, als
ruzies bijna, de sfeer verz
januari proberen vier vr
mannen gedurende twee
groot mogelijke afzonde
in de ijzertijd, meer dan
den.
Alle zes hebben ze enige
ervaring' als vrijwilliger,
op in het Eindhovense
dorp, de ander in een de
ling in België. Twee jaar v
aan het leefexperiment vo
Op de 30e dag komt een
loog aan, Christian Vall
seerd in de ijzertijd. Hij z
dere duur van het experi
Enkele dagen eerder zijn
de twee geiten in het do
ren.
Anneke Boonstra, directri
historisch Openluchtmuse
de zes 'vaste' deelnemers a
ment noteert het volgend
boek: 'Tijdens de lunch on
felle discussie. Gaan
drinken of niet? Als we m
daar ben ik voor da
quentie dat de kleine geitj
Moeten ze geslacht wo
me niet zo prehistorisch...'.
De dagboekfragmenten zij
het boek dat over het ijze
riment is geschreven en da
werd gepresenteerd. Twee
de titel ervan. Uit dat boe
ook al in de voorbereidings
cussies waren geweest over
het experiment. Tijdens de
de geitenmelk komt dit 'o
naar boven.
'Haar grootste drijfveer,' n
tra in haar dagboek over
Franka Poels, 'is een serie
te doen die ze zich heeft
Sigurs (Jeroen Berben) wil
alleen een soort moeilijk
kamp, waarin hij alles zo
verantwoord mogelijk wi
doen. Ik wil door het 1
boer te spelen zo dicht mo
tot het waarschijnlijke lev
Hor (de Belgische deel
Timmerman) wil alles no
vastleggen voor wetenscha
blicatie. Wat Tio (de Fra'
archeoloog Christian Vallet
niet helemaal duidelijk. H'
maar pas. Hij zal het wel n!
den dat er zo stevig ge
wordt'.
De Franse archeoloog Chri
begreep er inderdaad niets
niet als hij zes dagen later
met een door hem gevange
aanzetten. Jeroen Berben en
weigeren van de eend te ete
uit de vervuilde Tongelre
VERVOLG VAN VOORPAGINA
LIJF LEVEN
De inheemse natuur mag er
niet best voorstaan, er is nog h<
Hoop die 'groeit' in tienta
oude natuurgebiedjes in Brat
en Zeeland. In het onderstaa
overzichtje van die natuurgeb
jes noemen we ook wat inhee
planten die in het gebied zijn
vonden.
Brabant was ooit een van de b(
nisch rijkste provincies maar n
nu tot de armste gerekend w
den. Zeldzaam in Brabant z
haagbeuk, steeliep, gladde
zoete kers, witte els, winterlii
kraakwilg, tweestijlige meidot
wegedoorn, wilde kardinai
muts, beuk, schietwilg, amant
wilg, rossige wilg en verschiilei
rozensoorten.
Waarschijnlijk zijn uitgestorv
grove den, hulst, koraalmeidoo
wilde appel, wilde peer, zwa
populier, katwilg, bittere wi
taxus, Spaanse aak en winterei
In de Baronie komt nog wel t
unieke bramensoort voor: de 1
bus baronicus (baroniebraai
Verder zijn de bramensoort
buiten beschouwing gelaten.
Oudland ten zuiden van Stee
bergen: elzen-broekbos, vogt
kers-essenbos en sleedoornsti
weel met zachte berk, grau\
wilg, Gelderse roos, hondsroos
hptfgeroos.
„,-n n?c'e.re informatie wil omtrent
artikelen in deze bijlage, kan
'Jdens kantooruren bellen naar:
o'6-5312344 of 076-5312272.
Sdwiftelijk reageren kan ook.
net adres daarvoor is:
r® *em. redactie Lijf Leven,
postbus 3229,4800 MB Breda,
redactie: René van der Velden.