DE STEM
Simon Field zoekt het avontuur
Met ogen en oren
reizen door eeuwen
Acht pieren voor de nieuwe culturele hoofdstad k"'.Lo,
Debuut als directeur van het Filmfestival Rotterdam
Zappen door muziekgeschiedenis
Gitarist Pedro
Bacan verongelukt
Japanse schrijver
Fujisawa overleden
Tentoonstelling voor Thessaloniki in Nederlands Architectuur Instituut Ineke Holtwijk
'Beeld Wim Kan
naar Scheveningen'
3oor Angelique Spaninks
Sen kuststrook van ruim 23 kilometer
takt zich uit van de oude stad tot aan
iet vliegveld. Aan de ene kant van de
smalle kustlijn ligt de blauwe Golf van
Thessaloniki, aan de andere kant de
Griekse stad met dezelfde naam en een
miljoen inwoners. Thessaloniki, de
stadwaarvoor al in 3000 voor Christus
he eerste palen werden geslagen, heeft
hit jaar de estafettevlag van het Deen
se Kopenhagen overgenomen: het is de
nieuwe culturele hoofdstad.
Wie wil kennismaken met dit nieuwe Eu-
'opese brandpunt van kunst en cultuur
hoeft vooralsnog echter niet het vliegtuig
e nemen. In Thessaloniki zelf is nog nau-
velijks iets van alle activiteiten te merken,
toer kun je afreizen naar Rotterdam - de
ted die tot nu toe buiten de boot is geval-
tnin de loting om een dezer jaren als cul-
wele hoofdstad te fungeren. Want in de
tokonzaal van het Nederlands Architec-
uurinstituut is de eerste tentoonstelling in
to kader van Thessaloniki als culturele
loofdstad te zien.
temeerc sea and city, ofwel Tussen zee en
tod, heet de expositie. Daarin staan acht
'leren voor Thessaloniki centraal, stuk
'oor stuk ontworpen door toonaangevende
'Uropese architectenbureaus. Dat deze
«positie, die na Rotterdam ook Duits-
M, Engeland, Spanje en uiteindelijk
■toekenland zal aandoen, samengesteld is
kor het Nederlands Architectuur insti-
®it en als eerste hier te zien is, is geen
1eval Maar liefst twee van de acht bu
reaus zijn Nederlands: Aldo en Hannie van
jStot uit Amsterdam en Rem Koolhaas met
N® Office of Metropolitan Architecture
Rotterdam. De zes andere deelnemers
jln Finn Geipel/Lab FAC uit Parijs, Ma-
10 Botta uit Lugano, Alvaro Siza uit Por-
J; Coop Himmelb(l)au uit Wenen, Enric
taalles uit Barcelona en Giancarlo de
'tao uit Milaan.
e opgave die zij allen kregen voorgezet
fas helder en duidelijk: ontwerp een pier
°°r een van de acht verschillende locaties
an8s de kustlijn van Thessaloniki met een
wtform van niet meer dan veertig meter
eëdte en zo'n honderdtwintig meter
nSte en een paviljoen van niet meer dan
™tig vierkante meter grondoppervlak,
oere pier vormt een halte in een nieuw
zetten veerbootverbinding maar kan
amaast ook eigen recreatieve functies
De pier van Rem Koolhaas/OMA die 's avonds dienst doet als een grote openluchtbioscoop op zee.
krijgen. Verdere regels of normen werden
niet gegeven, het stond de architecten vrij
hun ideeën over de eeuwenoude relatie
tussen zee, stad en mens vorm te geven.
Het resultaat van deze opmerkelijke op
dracht is een kleine staalkaart van eigen
tijdse architectonische oplossingen, de een
sober en eenduidig, de ander veelzijdig en
complex. Opmerkelijk is dat de meeste
ontwerpen niet veel verder komen dan een
mooi vormgegeven arm in de zee, een in-
en uitstapplaats voor de veerbootpassa
giers, een balkon op het water van waaraf,
als de boot eenmaal vertrokken is, het pa
norama van de golven en horizon zich aan
ons kan openbaren.
Alleen Koolhaas/OMA weet de pier om te
toveren tot een stukje stad op zichzelf,
voortbordurend op de langgerekte drij
vende zwembaden die hij ooit eerder in de
rivieren rond Manhattan bedacht. Kool
haas' pier bestaat uit drie naast elkaar ge
legen banen, ieder zeven meter breed. De
eerste baan is een boven het zeewater zwe
vend zwembad, de derde een 165 meter
lange weg die van de stad naar het pier-
platform in de zee leidt. Daartussen be
vindt zich de derde strook, deze bestaat uit
verschillende materialen (zand, kiezels,
hout, schelpen, graniet) en vormt de ver
binding tussen het zwembad en de weg.
Aan het eind van de pier staat een drie ver
diepingen hoog paviljoen met daarin
kaartverkoop, bar, terras en tentoonstel
lingsruimte.
Aan de kant van de stad bestaat de wand
van het paviljoen uit reflecterend materi
aal, waardoor de pier dubbel zo lang lijkt.
Pas op het platform achter het paviljoen
krijg je een volledig zicht op de zee. Dit
platform kan zuiver dienst doen als op
stapplaats maar biedt voldoende ruimte
om ook markten op te houden. En alsof dat
nog niet genoeg is kan het 's avonds wor
den omgebouwd tot een openluchtbio
scoop; de paviljoenwand aan de zeekant
vormt dan het scherm waarop geprojec
teerd wordt.
Bedoeling van zowel de burgemeester van
Thessaloniki als de Griekse ministers van
cultuur en publieke werken is om alle acht
de pieren ook daadwerkelijk te bouwen.
Dat de armoedige, veel te strakke en dood
se kustlijn van de culturele hoofdstad 1997
daardoor aanzienlijk verlevendigd zal
worden staat letterlijk als een paal boven
water.
'Between sea and city - acht pieren voor
Thessaloniki' is nog tot en met 16 februari
te zien in het Nederlands Architectuur insti
tuut, Museumpark 25 Rotterdam. Open: di-
za 10-17 uur, zon en feestdagen 11-17 uur.
De door NAi-uitgevers samengestelde En
gelstalige catalogus kost 39,50.
Gids
DINSDAG 28 JANUARI 1997
Door onze correspondent Wilko Voordouw
Ogen en oren reizen door de eeuwen in het net geopende Mu-
ziekmuseum, dat de 'Cité de la Musique' in het noordoosten van
Parijs compleet maakt. Geheel in de tijdgeest kan de bezoeker
in een half uur door de geschiedenis van de muziek zappen,
maar niemand belet hem om urenlang door de collectie te kuie
ren. Negenhonderd instrumenten, waaronder zeer bijzondere,
zijn luchtig geënsceneerd in een harmonieus en warm univer
sum van hout en beton.
Het heeft allemaal een jaartje
langer geduurd dan uiteindelijk
was voorzien, maar het Muziek-
museum is er dan toch gekomen.
De 'Flaterfoon' van stripheld
Guust Flater ontbreekt, maar
voor de rest lijkt het museum be
hoorlijk compleet. Zeker daar
waar het gaat om de periode, die
ligt tussen de barok tot en met
het begin van eeuw.
Toch zijn er lacunes. Zo leren we
in het museum maar weinig over
niet-westerse muziek. Wat be
treft deze eeuw is er, zo lijkt het,
een beetje hap-snap gewerkt. Er
is een heel mager deeltje gewijd
aan de jazz. De rock wordt maar
net aangestipt en de allermo
dernste muziek - rap, techno,
worldmusic en wat dies meer zij -
is helemaal overgeslagen. Het
'chanson' als waardige opvolger
van de Lieder van bijvoorbeeld
Schubert, lijkt niet te bestaan. De
pure volksmuziek is ook verge
ten. Er is bijvoorbeeld geen ac
cordeon in het museum te zien.
En dat, terwijl de zogenaamde
'musique realiste' in Frankrijk -
na jaren van kwakkelend bestaan
- aan een grote opmars bezig is.
Er zijn maar weinig moderne in
strumenten, of geluidsdragers.
De compact-disc is alleen te be
kijken - en te koop - in de mu
seumwinkel. Daarentegen doet
de eerste cassetterecorder van
Philips uit 1963 hopeloos verou
derd aan. Menige museumbezoe
ker blijft er dan ook even verte
derd bij kijken...
Oude fonds
Maar goed. Kritiek is natuurlijk
altijd mogelijk. En een museum
kan helaas nooit volledig zijn.
Zeker niet wanneer men uitein
delijk 'maar' 4000 vierkante me
ter tot zijn beschikking heeft en
moet kiezen uit het oude fonds
van het instrumentenmuseum,
dat uit ruim 4000 stuks bestaat.
Dat oude museum, aan de Rue de
Madrid, was zo dood als een pier.
Het was alleen maar interessant
voor mensen, die zich urenlang
kunnen vergapen aan monumen
tale instrumenten, zonder er ook
werkelijk op te kunnen of mogen
spelen. Daar is nu geen sprake
meer van. Want de makers van
het museum zijn er in geslaagd
om het 'Musée de la Musique' te
laten leven, te laten vibreren.
Wanneer je als argeloze bezoeker
de gratis beschikbaar gestelde
hoofdtelefoon opzet, en naar
bijna iedere willekeurige vitrine
wandelt, krijg je een commentaar
te horen, en muziek als illustra
tie.
Het infrarode systeem is nage
noeg perfect. Wie uit de 'in
vloedssfeer' van de ene band
stapt, gaat ongemerkt over in de
volgende. Het enige dat er nog
aan verbeterd kan worden is dat
iemand een sfeer binnenwandelt
en direct het bandje vanaf het be
gin hoort, en er niet halverwege
invalt.
Zelfs voor iemand die niets met
muziek heeft is het goed toeven in
het museum aan de Avenue Jean
Jaurès in het negentiende arron
dissement. De fraaie collectie
maakt 'la cité de la musique' he
lemaal af. Rond de grote concert
hal van La Villette - onderdeel
van het voormalige, door Baltard
ontworpen slachthuis - staan nu
het conservatorium, een hyper
moderne muziekzaal, een mu-
ziekinformatiecentrum en een
museum.
Het enige dat nog ontbreekt is
dat de instrumentenmakers en -
restaurateurs, die veelal geves
tigd zijn bij het station Saint-La-
zare de overstap naar La Villette
maken.
Maquette
Als we het museum even als een
boek beschouwen, zijn er negen
hoofdstukken. Steeds begint zo'n
afdeling met een maquette. Het
eerste deel, de barok, wordt geïl
lustreerd met muziek uit Orfeo
van Claudio Monteverdi. De ma
quette is die van het hertogelijk
paleis in Mantova, waar Orfeo
voor het eerst werd uitgevoerd.
Daarna volgen Versailles, met
Alceste van Lully; het Palais
Royal in Parijs met Dardanus van
Rameau; de eerste publieke con
certen in de Tuileriën met de Pa-
rijse Symphonie van Mozart; het
Conservatorium, de romantische
periode en de Symphonie Fantas-
tique van Berlioz; de Opera met
Robert le Diable van Meyerbeer;
Bayreuth is vertegenwoordigd
met Parsifal van Wagner; de pe
riode van de Wereldtentoonstel
lingen met de derde Symphonie
met orgel van Saint-Saëns. Uit
deze eeuw zijn er hoofdstukken
omtrent Le Sacre du Printemps
van Igor Stravinsky (1913 in het
Theatre des Champs Elysées) en
Ex-position van Mauricio Kagel
(1978 in de Ircam-projectieruim-
te. Steeds is er dus een theater,
met een toelichting op de orkest
samenstelling. Steeds zijn er ook
vitrines, waarin de geschiedenis
van het een of andere instrument
wordt uitgelegd. Met muziek op
de koptelefoon, uiteraard.
Het parcours door het museum
wordt derhalve steeds muzikaal
begeleid. Hier en daar hangt een
schilderij, dat de muzikale prak
tijk uit een bepaalde periode ver
der onderstreept. De instrumen
ten zijn vrijwel allemaal absolute
meesterwerken. Dat geldt voor de
geëxposeerde Stradivarius-vio
len en die van diens leermeester
Amati, maar vooral ook voor de
magnifieke virginalen en clave-
cimbels van de Antwerpse Ruc-
kers-dynastie. Alles wat maar
met jachttaferelen of meer vrede
lievende onderwerpen beschil
derd kon worden is prachtig be
werkt. Zodat de toehoorders - als
de muziek hen even te veel werd -
zich toch niet hoefden te verve
len.
Geen luxe
Dankzij een jaarlijks aankoop
budget van 1 miljoen gulden
hoopt het museum in de komende
tijd de collectie verder te verrij
ken. Vooral de afdeling moderne
muziek zal daardoor kunnen
groeien.
Dat is geen luxe. Maar tegelijker
tijd kan worden vastgesteld dat
tussen het hertogelijk hof van
Mantova in 1607 en de première
van Le Sacre du Printemps in
1913 de muziekgeschiedenis op
verbluffende wijze in beeld is ge
bracht. Het is natuurlijk voor
mensen die het Frans niet zo goed
beheersen een handicap dat alle
commentaren in de taal van
Molière worden verteld, maar ge
lukkig dat de muziek een univer
sele taal is. Dat maakt een hoop
goed.
Het Musée de la Musique is te vin
den aan de Avenue Jean-Jaurès in
het negentiende arrondissement
van Parijs, op een steenworp af
stand van de Porte de Pantin. Me
tro: Porte de Pantin. Het is open
op dinsdag, woensdag, donder
dag en zaterdag van 12 tot 18
uur. Vrijdag van 12 tot 21.30 uur
en zondag van 10 tot 18 uur. De
entree kost 35 francs, 10 francs
voor jongeren tot 18 jaar.
Sevilla (afp) - De Spaanse fla
mencogitarist Pedro Pena, alias
Pedro Bacan, is zondagavond bij
een verkeersongeluk in de buurt
van Sevilla om het leven geko
men. Dat heeft zijn familie mee
gedeeld. Hij is vermoedelijk op de
weg tussen Sevilla en Cadiz ach
ter het stuur van zijn auto in
slaap gevallen.
Bacan, zoon van de beroemde
zanger Bastian Bacan, is 46 jaar
geworden. Hij was een van de be
kendste leden van de zigeunerfa
milie waarvan bijna allen zich
aan de flamencomuziek hebben
toegewijd. Pedro Bacan nam de
laatste maanden deel aan diverse
festivals in Spanje en het buiten
land. Hij heeft ook bekendheid
gekregen als schrijver van het
muziekstuk in vier delen Noches
gitanas de Lebrija (Zigeuner
nachten van Lebrija).
De Japanse schrijver Shuhei Fu
jisawa, die werd onderscheiden
met twee van de hoogste litera
tuurprijzen van het land, is zon
dag in Tokyo op 69-jarige leeftijd
aan een leverziekte overleden.
Fujisawa kreeg in 1973 de Naoki
Prijs voor zijn roman Ansatsu no
Nenrin (De Annalen van de
Moordaanslag). In 1989 werd
hem de Kikuchi Kan Prijs toege
kend voor zijn beschrijvingen
van het leven in het feodale
Japan.
interessante festival. Het heeft
stijl en staat open voor veel ver
schillende stromingen. Dat bete
kent dat je een avontuurlijk pro
gramma kunt samenstellen,
waarin ook ie eigen smaak door
klinkt."
„In Rotterdam is bijvoorbeeld
altijd veel aandacht geweest
voor de Aziatische cinema. Daar
gaat mijn voorliefde naar uit, net
als naar de avant-garde en sub
versieve cinema. Ik vind het
prachtig om een zo uitdagende
en confronterende film als Crash
van David Cronenberg te pre
senteren. De film geeft een eigen
draai aan de beproefde thema's
seks en geweld. Geloof maar dat
die film voor veel tumult zal zor
gen, net als vorig jaar in Cannes
en momenteel in Engeland. Maar
ook ben ik heel blij met Abel
Ferrara, van wie we The Funeral
draaien. Ferrara is iemand die
zowel binnen als buiten Hol
lywood werkt, maar altijd zijn
eigen gang gaat."
Simon Field wil niet al te na
drukkelijk een persoonlijk stem
pel op het filmfestival drukken.
„Aan de basis van het festival
ligt een uitstekende organisatie.
Dat is het eerste wat me opviel
en wat natuurlijk voor mij bij
zonder aangenaam is. Waarom
zou je dat veranderen? De films
die we dit jaar vertonen passen
ook in de traditie van Rotter
dam, een traditie van conti
nuïteit, vernieuwing en durf. Ei
genlijk is mijn taak tweedelig:
het Nederlandse publiek ver
maak bieden en zorgen dat het
festival ook internationaal blijft
meetellen. Daarom vind ik het
ook jammer om bepaalde films
aan Berlijn te verliezen, want
een competitie-element tussen
festivals is onvermijdelijk."
Video
De presentatie van de films is
volgens hem nog wel voor verbe
tering vatbaar. „Een festival als
dit biedt een prima mogelijkheid
om in de vorm van retrospectie
ven en specials iemand voor het
voetlicht te halen. Dat moet je
dan ook goed begeleiden, met
veel publiciteit en documentatie.
Ook hoop ik de vermenging van
kunstvormen nog wat uit te brei
den. Sinds de opmars van de vi-
Den Haag (anp) - Ineke Holtwijk
heeft gistermiddag in het RAI
Congres Centrum het Gouden
Ezelsoor 1997 in ontvangst geno
men voor haar boek Kannibalen
in Rio. De literatuurprijs wordt
om de twee jaar uitgereikt aan de
schrijver van het best verkochte
debuut.
Kannibalen in Rio geeft een beeld
van de tegenstellingen tussen rijk
en arm in Brazilië. Ook beschrijft
Holtwijk in haar boek het be
roemde carnaval van Rio. Nu
eens niet als euforisch-folkloris-
tisch gebeuren, maar als toneel
van mafiapraktijken, corruptie,
glamour en geweld.
Holtwijk is correspondente La-
tijns-Amerika voor de Volks
krant en Elsevier. Zij verblijft het
grootste gedeelte van het jaar in
Rio de Janeiro.
Scheveningen (anp) - Het stand
beeld van Wim Kan en Corry
Vonk, dat volgens de gemeente
Amsterdam niet meer op het
Leidseplein in Amsterdam kan
blijven staan, kan het beste bij
het Kurhaus in Scheveningen ko
men. Dat vinden cabaretkenner
Wim lbo en de Stichting Promo
tie Den Haag.
Het beeld werd donderdag van
zijn plek gehaald in verband met
de herinrichting van het Leidse
plein. Het staat nu in een opslag
ruimte en het kan volgens de ge
meente niet terug naar zijn oude
plaats.
lbo wijst erop dat Wim Kan in
Scheveningen is geboren, op 15
januari 1911 in de Cornelis Jol-
straat.
„Hij liep verder heel graag op het
strand." Kan had volgens de
Stichting Promotie ook een flat
bij het Kurhaus. „Bovendien
vierde hij triomfen in het Kur
haus Paviljoen." De Haagse wet
houder Noordanus (Ruimtelijke
Ordening) staat er welwillend
tegenover.
Door Jos Kessels
Als hij al onder druk staat,
dan laat Simon Field het
in ieder geval niet merken.
Ontspannen praat de 50-
jarige Brit over zijn eerste
Filmfestival van Rotter
dam als directeur. Toch is
bet niet niks om Emile
Fallaux op te volgen. On
der het vijfjarig bewind
yan Fallaux is het Filmfes
tival van Rotterdam, dat
morgen begint, uitgegroeid
tot het drukst bezochte
culturele evenement van
ons land. Voor het buiten
land is Rotterdam nog
steeds de baken aan zee
van de kleine, onafhanke
lijke cinema.
Daar komt bij dat het filmfesti
val dit jaar voornamelijk gehuis
vest is in het nieuwe Pathé-com-
plex. Op zoek naar een rustig
café om te praten lopen we langs
de mega-bioscoop. „Beautiful,"
vindt Field de kolos, „Inspire
rend".
„Het wordt me in deze dagen
veel gevraagd of ik nerveus ben.
Natuurlijk voel ik een zekere
spanning, een nerveuze opwin
ding, kun je zeggen. Het is mijn
debuut en ik weet wat het festi
val voor Nederland betekent.
Tegelijk ben ik een vreemdeling,
althans voor het grote publiek.
Toch bezoek ik al zeven jaar het
festival, vanwege mijn vorige
functie als programmeur en dis
tributeur van de filmafdelïng
van het Londense Institute of
Contemporary Art."
Stijl
Hij ziet zijn vierjarig contract
als festivaldirecteur als een lo
gisch voortvloeisel. „In Londen
had ik te maken met hetzelfde
type films als in Rotterdam ge
draaid wordt. De benoeming
kwam ook niet helemaal als een
verrassing, omdat ik van meet af
aan bij de procedure betrokken
was. Het is wat veel om te zeggen
dat mijn droom uitgekomen is,
er zijn al te veel festivals en di
recteuren, maar Rotterdam is
voor mijn gevoel wel het meest
FOTO INGRID VAN BEEK
deo-clip houden steeds meer
kunstenaars zich bezig met vi
deo. Daar moet je in meegaan,
omdat het tot verrassende films
leidt. Datzelfde geldt voor film
en muziek. Daar kun je ook nog
meer mee doen. Ik ben geen ken
ner of verzamelaar, maar kan
wel bijzonder gemeten van de
Tex-Mex in Lone Star van John
Sayles, omdat de muziek nauw
verbonden is met de karakters
en de locaties."
Sprekend over locaties valt het
oog weer op het grote Pathé-ge-
bouw. „Rotterdam is altijd een
intiem festival geweest, met een
druk verkeer tussen de bij elkaar
liggende bioscopen. Ik hoop dat
het publiek de verhuizing accep
teert. Ik denk dat het lukt, om
dat de sfeer niet wezenlijk an
ders zal zijn. Het gaat toch voor
al om de films en die komen in
deze ambitieuze bioscoop uitste
kend tot hun recht."
Voyeurisme
Op de vraag wat film voor hem
persoonlijk betekent is het even
stil. Dan: „Heel veel, altijd al.
Film brengt je in andere werel
den, Iaat je kennismaken met
andere levens. Het ene moment
ben je in Amerika, het volgende
in Japan.
In feite stelt cinema telkens een
verschillende wereld samen,
steeds anders verteld. Cinema
komt ook tegemoet aan onze
hang naar voyeurisme en kan
veel gevoelens losmaken. Denk
maar aan de Dekalog-serie van
Kieslowski, waar ik helemaal
kapot van was. Een ideale com
binatie van een eigen vertelstijl
en emotie."
Film is ook universeel, wat hem
weer terugbrengt op het feit dat
hij een Englishman abroad is.
„Ik spreek nog geen Nederlands,
maar kan het inmiddels wel een
beetje verstaan. Na het festival
ga ik les nemen. Ik voel me hier
al erg op mijn gemak. De mensen
van de festival-organisatie zijn
bijzonder aardig en behulpzaam.
Eigenlijk heb ik alleen nog maar
warmte ontmoet. Jullie staan
ook opvallend open voor andere
culturen, zeker als je dat verge
lijkt met Engeland. De Britse
politici willen ons doen geloven
dat het buitenland niet bestaat."
Simon Field...voorliefde voor Aziatische cinema...