Bange jongens, die Romeinen Stalin in zakformaat Mooie nieuwe vertaling van Suetonius' boek Keizers van Rome Paul de Groot was Nederlands staatsvijand nr. 1 GIDS DE STEM ZATERDAG 4 JANUARI 1997 D ^1 PE STEM De 'goddelijke' keizer Augustus mag gerekend worden tot de allergrootsten uit de geschiedenis. Evenwel: niets men selijks was hem vreemd. Hij was bijvoorbeeld bang in het donker. Lag hij wakker in zijn keizerlijke sponde, dan vat te een vriend, neef of trouwe dienaar post aan zijn zijde. Zo'n 'kleinigheid' vindt men niet bij de grote klassieke ge schiedschrijvers. Wel bij Suetonius (circa 75 tot 150 na Christus) die een prachtig boek over de keizers van Rome schreef. Van dit werk, dat wemelt van de interessante 'kleinigheden', is onlangs een mooie nieuwe vertaling ver schenen Door Cas van Houtert Bang waren ze allemaal: Augustus, die zijn hoge ambt in opperste wijs heid tot een goed einde bracht, Tibe rius, die berucht was om zijn bloedige uitspattingen, en de brave Claudius, die bij het minste of geringste bibber de als een schoothondje. Bang voor moordenaars, bang voor ongunstige voortekenen en bang voor onweer. De goddelijke Augustus dook, zodra de eerste donder had ge klonken, onder in de gewelven van zijn woning. Eens had hij meege maakt dat een pal vóór hem lopende bediende door de bliksem vernietigd werd. Dat moet een traumatische er varing zijn geweest. Zijn opvolger Tiberius plaatste, zodra het onweer losbarstte, een lauwer krans op zijn kruin. Hem was eens verteld dat de bliksem nooit op lau rierbladen sloeg. Keizer Claudius deed bij onweer gauw een doek over zijn hoofd. Als de nood echt aan de man kwam, zocht hij een goed heen komen onder zijn bed. Livius en Tacitus vinden dit soort de tails beneden de stand van grote man nen. Suetonius daarentegen (voluit: Gaius Suetonius Tranquillus) lustte er wel pap van. Hij verzamelde ze met aan wellust grenzende vlijt, zonder overigens de grootheid van zijn on derwerpen uit het oog te verliezen. Wel beseffend - en daarmee onder scheidt hij zich van de ook in zijn tijd florerende roddelpers - dat kleine anekdotes vooral geschikt zijn om be langrijke zaken te verlevendigen. Wetenschappelijk Met veel smaak paste hij dit recept toe in zijn bestseller 'De vita Cae- sarum' (Het leven van de keizers). Twaalf beroemde en/of beruchte kei zers portretteerde hij voor de eeuwig heid. Voor een deel had hij ze in zijn lange leven van dichtbij meegemaakt: Caesar, Augustus, Tiberius, Caligula, Claudius, Nero, Galba, Otho, Vitel- lius, Vespasianus, Titus en Domitia- nus. En hij had het geluk dat er, in de jaren dat hij zich aan dit grote werk wijdde, behoorlijk wat ruimte was voor 'vrije nieuwsgaring'. Onder Ti berius of Caligula zou hij het wel zijn lijf hebben gelaten. Suetonius had wetenschappel pretenties en maakte die ook wi Door de eeuwen heen hebben tal biografen de manier waarop hij feiten rangschikte, nagevolgd. Gel kig was hij toch vooral een goed i teller met een open oog voor piks details en fijne smaak voor ironis zinswendingen. Na bijna twintig e wen leest zijn 'turf' nog als een tr Hetgeen natuurlijk ook te dankei aan de vertaling van D. den Her die aan duidelijkheid niets te wen overlaat. Opmerkelijk genoeg begint Suetor de reeks met Julius Caesar, die de 'Caesares' weliswaar hun naam ga maar zelf, strikt genomen, de kei: lijke waardigheid nooit heeft kun en willen aanvaarden. Hij was t wel de baas. Van alle door Suetor beschreven heersers was Caesar or twijfeld de dapperste. Geen uitdag ging hem te ver. Als soldaat was een levende legende, mateloos po lair bij zijn legioenen. Op zekere dag voer hij, kort na de bij Pharsalus, vrijwel alleen in klein vrachtbootje op de Hellespi Onverwachts stuitte hij op tien vij delijke oorlogsbodems onder com mando van Lucius Cassius. Caesar vluchtte niet maar koerste naar schip van de commandant en e diens overgave. Waarna de geïm neerde Cassius zich met heel smaldeel overgaf. Ook als minnaar was hij onstuitbaar. 'Veel aanzienlijke vrouwen heeft hij verleid', meldt Suetonius met gêne. Hij noemt met naam en toenaam een lange reeks voorbeelden. „Ook de echtgenotes van provinciebewoners versmaadde hij echter niet, zoals mag blijken uit dit korte versje, dat solda ten zongen tijdens de Gallische triomftocht: 'Burgers houdt uw vrou wen binnen: hier komt een kale vrou- wendief. Met het goud dat u hem leende, kocht hij in Gallië zijn ge rief.'" Caesar was dus vroeg kaal ook... Als alleenheerser dreef Caesar de spot Een bangelijk ogende keizer Augustus. met geestelijke en wereldlijke mach ten. De goden ontstal hij hun tempel schatten (hij legde er heimelijk ver guld koper voor in de plaats), de sena toren bruskeerde hij door lomp te blijven zitten toen ze hem kwamen overladen met eerbewijzen. Zijn hoogmoed zou hem noodlottig wor den. Tal van voortekenen maakten de goe de verstaander duidelijk dat zijn val aanstaande was, maar Caesar lapte ze aan zijn laars. „Daags voor de fatale datum werd een winterkoninkje, toen het met een lauriertwijg het senaats gebouw binnenvloog, door vogels van allerlei soort gevolgd en verscheurd." Duidelijker kon het niet. Maar Caesar begaf zich doodgemoedereerd naar de senaatszitting. In de hal trof hij daar een profeet die hem voorspeld had dat hij de Idus van maart niet zou overle ven. Lachend noemde hij hem een 'leugenprofeet', want, zei hij, is de FOTO british museum Idus van maart niet al aangebroken? Maar de profeet antwoordde: „Aan gebroken wel, maar voorbijgegaan nog niet." „Terwijl hij zijn plaats innam, kwa men de samenzweerders om hem heen staan, als om hem te begroeten. Hun leider, Tillius Cimber, greep hem vast bij beide schouders, waarop Caesar riep: „Maar dit is geweld!". Op het zelfde moment bracht een van de ge broeders Casca hem van achteren een >e, even onder de keel. Caesar lasca's arm en doorstak die i schrijfstift. Hij deed een poging om op te q, maar een nieuwe verwon- aakte dit onmogelijk. Toen hij dat hij van alle kanten met ge- n dolken werd belaagd, om- hij zijn hoofd met zijn toga en lij gelijk met zijn linkerhand mien van zijn toga strak om- ot aan zijn voeten, zodat ook iderste deel van zijn lichaam rt zou zijn en hij er behoorlijk du liggen. In deze houding :d hij drie-en-twintig maal orstoken. Alleen bij de eerste ;oot kermde hij zonder een voord, al hebben sommigen vergeleverd dat hij, toen Mar is Brutus zich op hem stortte, i het Grieks tot hem heeft ge- gd: „Ook gij, mijn zoon." nge tijd lag hij levenloos op grond omdat allen de wijk na- n, tot drie eenvoudige slaven in een draagstoel legden en terwijl zijn ene arm slap om- ng, naar zijn huis brachten, is een moord op een vorst in- der beschreven. Caesar had er l 'behoorlijk bij willen liggen' :t noodlot had bepaald dat hij bungelende arm door slaven den afgevoerd. nasie opvolgers zat de schrik voor naarshanden er diep in. Meni- ir kreeg de dood die hij vrees- ïiet Augustus. Hoeveel keer de Goden niet gebeden om een ;e dood (een 'euthanasie', zo- ,ei). Die kreeg hij dan ook. De verviel hem op een reis door i de goede stad Nola. Hij was oud, moe, ziek en der dagen r sterfbed informeerde hij be- lend of zijn toestand bij het al de nodige onrust had ge ladat hij om een spiegel had d, gaf hij opdracht zijn haar aen en zijn mond, wanneer die el, te sluiten." Vóór hij zijn n wegstuurde, vroeg hij hen onden dat hij zijn rol in de ko medie, die leven heet, behoorlijk ge speeld had. Hij voegde daar de regels aan toe waarmee komedies vaak be sloten worden: „En als het u goed is bevallen, klap dan voor het stuk en doe ons allen uitgeleide met applaus." Zijn laatste woorden waren voor zijn vrouw: „Livia, leef voort indachtig ons huwelijk. Vaarwel." Daarna sliep hij in. Het lijdt geen twijfel of Augustus oogst Suetonius' maximale bewonde ring. Uitvoerig komt zijn soberheid ter sprake. De machtigste man van zijn tijd, die ook de rijkste had kun nen zijn en die Rome van een luister rijk marmeren hart voorzag, namgs. I noegen met een vrijstaand huis opjj Palatinus. Hij droeg eenvoudige kle. ding, voor hem genaaid door zij„ vrouw of zuster. Wel had hij altijdeen I 'net pak' achter de hand als hij onver. wachts op moest treden. Bij zo'ng genheid droeg hij hoge hakken, want hij wilde graag wat groter lijken. Hij at grof brood, kleine visjes, jor.o. kaas en verse vijgen. Ter verfrissing nam hij in de loop van de dag een J stukje brood, in koud water gedoopt I of een stuk komkommer, blaadje sla I of zure appel. Hij was klein van stuk I maar had veel uitstraling, vooral dankzij zijn ogen, die 'goddelijk' wa- ren. Zijn tanden stonden ver uiteen en brokkelden af, zijn wenkbrauw® waren aaneengegroeid en hij kleine oren. Zijn lichaam stond vol I moedervlekken, die in vorm, schik-1 king en aantal overeenkwamen met de sterren van de Grote Beer. Zwakheden Hij had ook zwakheden. Hij nami vrouw in wie hij zin had, getrouwdoll ongetrouwd. Zijn omgeving (inclusief zijn aanbeden echtgenote Livia) zorg de voor geregelde aanvoer van jonge vrouwen, geselecteerd op schoonheid en wellust. Minder vlot slaagde Augustus zijn literaire aspiraties te verwezen] lijken. Lange tijd besteedde hij zijn schaarse vrije uren aan het schrijve] van een tragedie, gewijd aan Ajax, d Griekse held die zich bij Troje in zij: eigen zwaard stortte. Als vrienden vroegen hoe het stond met 'i placht Augustus lachend te antwoor-l den: „Mijn Ajax heeft zich in eer| spons gestort." Zijn enige blunder was de verkiezingl van Tiberius tot zijn opvolger, de mail die met zijn liederlijke wreedheid de] Romeinen de stuipen op het lijf jagen. Augustus, vindt ook Suetonius, had| beter moeten weten. Had zijn eig leermeester, Theodorus van Gadara.l de jonge Tiberius niet reeds getypeeil als 'modder, aangelengd met blotij Had Augustus zelf niet meer dan eensl geklaagd over het 'stug en onuitf staanbaar' karakter van zijn adopj tief-zoon? Pas op zijn sterfbed brak bij Augustal kennelijk het licht door. Na zijn laa'. f ste, een volle dag durend gesprek net j zijn opvolger, riep hij vertwijfeld mt| „Arm volk van Rome dat door trage kaken zal worden fijngemalen] Maar toen was het te laat om de mm sterlijke trilogie van bloed en wellust,! Tiberius, Caligula en Nero, nog te| voorkomen. I Suetonius - Keizers van Rome, verölinjl D. den Hengst, uitgave Atheneum-Pul lak en Van Gennep. ISBN 90 253 496211 Prijs 85,-. 'Stalin in zakformaat': zo noemt journalist Igor Corne- lissen de vroegere leider van de Communistische Partij Nederland, Paul de Groot. Volgens zijn biograaf was De Groot een keiharde, wantrou wende man met menselijke trekjes. Voor de BVD was hij staatsvijand nummer 1. Maar de staatsvijand en de veilig heidsdienst waren vooral door elkaar geobsedeerd. Door Kees Buijs De enige momenten waarop de com munistenleider Paul de Groot zich echt op zijn gemak voelde, waren aan tafel. Hij had altijd een krant of een boek naast zich, en dan genoot hij zichtbaar en hoorbaar. 'Hij was gek op gekookte vis, en dan zoog hij zo'n hele kop af, de ogen inbegrepen,' aldus zijn stiefzoon. De Groot noemde zich lid van een zéér geheim genootschap, het I.V.A. Dat stond voor Ik Vreet Alles. Gerard Kornelis van het Reve heeft de CPN-voorman op een weinig flatteuze wijze geportretteerd in Nader tot U: 'Vaak zagen we hem, met zijn blauwig paars gezicht en rundervagijn van een mond, in een hoek van de keuken aan een tafeltje zitten, waarop hem door zijn vrouw grote hoeveelheden voedsel werden geserveerd. Hij at niet als een hond of een kat, want die eten heel keurig, noch met de kalme drift van een vogel, maar als een onbekend dier, dat zijn gedode prooi nog bij het op eten blijft haten.' Over Paul de Groot (1899-1986) verza melde journalist Igor Cornelissen sinds de jaren vijftig dozen met knip sels, brochures en aantekeningen. Na De Groots dood zocht Cornelissen de kameraden op die met hem samen werkten. Een aantal van hen was door de vroegere leider aan de kant gezet en diep gegriefd, zoals zovelen in de com munistische beweging is overkomen. Het was een beweging die bij elke te genslag en bij de geringste kritiek op de leiding samenzweerders, CIA- spionnen en verraders in eigen kring vermoedde, en dus prompt 'ontmas kerde'. Zo meldde De Groot op het partijcongres van 1950 enthousiast de uitsluiting van de partijvijand Van Exter uit Laren, van de rechtse oppor tunist en saboteur Jan Snel in Gouda, van de verbeten partijvijand en agent van de reactie Roorda in Opsterland, zijn werktuig Douma in Amsterdam- Noord, de defaitist en saboteur De Heer in Den Haag, de handlanger van de trotskisten onder de havenarbei ders Reyenga in Amsterdam en de ca- pitulant Bosma in Groningen. Dit was overigens nog een kleine zuivering, vergeleken met de grote afrekening in 1957-1958, toen De Groot vooraan staande partijleden als Wagenaar en Gortzak op de mestvaalt van de arbei dersbeweging wierp. De Moskouse schijnprocessen uit de Stalintijd wer den in Amsterdam nog eens overge daan. Het resultaat van vele dozen en ge sprekken is de buitengewoon boeiende biografie 'Paul de Groot, staatsvijand nr. 1'. Eigenlijk is het een biografische schets, want het leven van de CPN-lei- der kent veel witte plekken. Een bij zondere bron vormde voor Cornelissen de rapporten van de Binnenlandse Veiligheids Dienst; De Groot werd 25 jaar lang afgeluisterd. Geen andere communist werd zo intensief geobser veerd. Wantrouwend 'Stalin in zakformaat' noemt Cornelis sen de oud-diamantbewerker. De meesten van zijn vroegere medestrij ders omschrijven De Groot als de slimme, nooit twijfelende leider; kei hard, maar ook met onverwachte, menselijke kanten; een alles en bijna iedereen wantrouwende man, geen te genspraak duldend, een cynicus, nurks, maar ook verlegen en schuw. Hij kon enthousiast over een schilder vertellen. En hij was nauwelijks in staat in z'n eentje een drukke straat over te steken. Henk Gortzak, een van zijn politieke slachtoffers, maakte nooit iemand mee 'die zo de rottigste en de meest menselijke dingen vere nigde'. Paul de Groot was een gestaalde stali nist, en tegelijk een tragische figuur. Na de Tweede Wereldoorlog etaleerde de CPN zich als de antifascistische partij bij uitstek, als de beweging die het verzet in de oorlog had gedragen en Hitier had verslagen. Maar uitgere kend voor de leider van de CPN was de oorlog een traumatische periode. Als communist van joodse afkomst had hij in mei 1940 naar de Sovjet unie willen vluchten. Communisten leiders uit andere landen konden dat wel, maar hij moest van Moskou het verzet in Nederland organiseren. In 1943 wist hij aan arrestatie te ontko men, maar zijn vrouw en enige dochter werden opgepakt en kort daarop in Auschwitz vergast. Daarna liet de or ganisatie van het verzet hem vrijwel koud. Na de oorlog herschreven de commu nisten de Nederlandse geschiedenis, volgens het gebruikelijke stalinistisch recept. Nadat De Groot door de partij was 'gezuiverd', kreeg hij achteraf een heldenrol toebedeeld. Maar zodra de kameraden die wèl actief waren ge weest in het verzet, één kritische op merking over de leider in oorlogstijd maakten, liet de wraakneming nooit lang op zich wachten. De oorlog bleef De Groots achilleshiel. Boze wereld Omdat De Groot en de CPN tot zijn val in 1978 in hoge mate samenvielen, doet Cornelissens biografie de vraag rijzen hoe het komt dat het communis me in Nederland zo'n stalinistisch ka rakter had en zo lang in de ban bleef van het Koude-Oorlogsdenken. Com munistische partijen in andere West- Europese landen waren aanzienlijk gematigder. Dat lag niet aan De Groot alleen. Een mogelijke verklaring ligt in het isolement van de CPN. Buiten de par tij bestond slechts de grote boze we reld, en die wereld moest - op een korte periode na de Tweede Wereld oorlog na - absoluut niets van de communisten hebben. De zeldzame keer dat De Groot als Tweede-Kamer lid enthousiast meedeed aan de voor bereiding van een wet (de kinderbij slag), werd hij tot zijn stomme verba zing normaal aangesproken door Ka merleden van PvdA, KVP en CHU. Dat had hij nog nooit meegemaakt. Waarschijnlijk leidde ook de verzuilde cultuur tot orthodoxie en fanatisme. Binnen elke zuil zocht men energiek naar een eigen gezicht en een eigen plaats in de Nederlandse natie. En zo als de katholieken in de hoogtijdagen van de verzuiling roomser waren dan Paul de Groot spreekt zijn partijgenoten toe op een CPN-bijeenkomst in 1947. foto** Rome, zo waren de communisten stali- nistischer dan Moskou. Elke zuil wilde voorbeeldig zijn. Staatsvijand De boze buitenwereld droeg aan het isolement een steentje bij. Tijdens de Koude Oorlog stond De Groot te boek als staatsvijand nummer één. In zijn woning zat afluisterapparatuur; toen hij verhuisde, verhuisden de micro foons mee. Dag en nacht werd hij ge schaduwd door de BVD. De Groot wist het; het werd een obsessie voor hem. 'Jij kan je mond niet houden', schreeuwde hij eens tegen zijn (twee de) vrouw; 'je staat alles te vragen en te zeggen hier in huis, terwijl je weet dat hier de moffen alles afluisteren.' De moffen en de BVD - het was voor hem hetzelfde. Om aan zijn achtervolgers en afluis teraars te ontkomen, maakte hij met bezoekers wandelingen langs de Am- stel of in het Vondelpark. Ook nam hij regelmatig lange vakanties in een 'so cialistisch' land. Dit maakte de BVD alleen maar argwanender. De staats vijand en de staatsveiligheidsdienst hielden elkaar gevangen in een spiraal van achterdocht. Daardoor beseft rest van Nederland niet hoe gezeg® een land was waarin staatsVJJ® nummer één Paul de Groot heette. 'Zijn tragedie was', concludeert V nelissen, 'dat hij meende dat hij communist en partijleider overbo* menselijke eigenschappen dien» beschikken. Die bezat hij niet. Hij» zichzelf alleen maar uitvergroten «l anderen te kleineren en verdacW maken.' Igor Cornelissen - 'Paul de Groot,st* vijand nr. 1', uitgeverij Nijgh SVan mar, prijs 39,90. SPEELFILMS ZATERDAG Silk Stockings Amerikaanset speelfilm uit 1957. Regie: Rou-; ben Mamoulian. Hoofdrollen:! Fred Astaire, Cyd Charisse enl Janis Paige. Muzikale komediej Drie partijfunctionarissen krij-T gen de opdracht om in Parijs da Russische componist PeteJ Boroff over te halen om terug tel keren naar de Sovjet-Unie. Dq Russen willen tot elke prijs ver-| hinderen dat Boroff de muziek schrijft voor de nieuwe film van de Amerikaanse producer Stevel Canfield. Als het drietal faalt| wordt de missie toevertrouwt) aan de knappe Ninotchka. (België Nederlands 1, 13.50-1 15.45) II piccolo mondo di Don Camillo Italiaans-Franse speelfilm uilf 1951 (zwart-wit). Regie: Julien Duvivier. Hoofdrollen: Fernan-I del en Gino Cervi. Komedie! Hoewel het lijkt alsof de Itali-f aanse dorpspastoor Don Camillcf zijn eigen rechtstreekse lijntje naar Onze Lieve Heer heeft! krijgt hij van die kant weinig steun bij het dwarszitten van dl communistische burgemeesteij Peppone. (Nederland 1,15.36-17.17) Some Came Running Ameri-I kaanse speelfilm uit 1958. Regie! Vincent Minnelli. Hoofdrollen! Frank Sinatra, Dean Martin eif Shirley MacLaine. Een schrijve! keert na de oorlog terug naai zijn geboorteplaats. Daar ont-s dekt hij zichzelf, met name dooa zijn relaties met de conservatie] ve Gwen en de onconventionele Ginny. (BBC 2,15.50-18.00) Jaws Amerikaanse speelfilm uil 1975. Regie: Steven Spielberg! Hoofdrollen: Roy Scheider, Ro-f bert Shaw, Richard Dreyfuss eq Lorraine Gary. Als op een kleü toeristeneiland voor de Ameri-I kaanse kust een studente tijden! het zwemmen verdwijnt en haal vriend de volgende dag haar ver! minkte lichaam op het strand vindt, zijn de eilandbewoners ij rep en roer. De suggestieve mul ziek van John Williams werd be| kroond met een Oscar. (RTL 5, 20.05-22.25) Commando Amerikaanse speell film uit 1985. Regie: Mark L! Lester. Hoofdrollen: ArnoM Schwarzenegger, Rae Dawii Chong en Dan Hedaya. He dochtertje van een ex-commanl do wordt ontvoerd door een Zuid-Amerikaanse dictator. Del ze kan de spierkracht van haal vader goed gebruiken en hoop] met de actie de man te verplichl ten aan zijn zijde te staan. Maal hij heeft buiten de waard gerei kend. (SBS 6, 20.20-21.55) SPEELFILMS ZONDAG JL> De rechtbankserie uit 'In th ion!!13 ^eense speelfilm ux *395 Regie: Lars Hesselholdl hoofdrollen: Simon Hoik, Emf na Isovia en Rade Serbedija. Df ^tienjarige Rasmus wordt hd Peloos verliefd op Belma, eel «osnische vluchtelinge. Hij doJ «nes om haar voor zich te i nen. (Nederland 3,14.00-15.15) Kwghts of the Round Table Er. grise speelfilm uit 1953. Regil Richard Thorpe. Hoofdrollej «obert Taylor, Ava Gardner e1 eek f' Pe Salante Sir Laa verdedigt aan de zijde va honing Arthur het land. Als bj op,.*Prdt ki) benoemd tot cj sooniijke beschermer vd «omngm Guinevere, maar Ar 8et "iet dat Lancelot hej Sn- u v? iefd is °P Guineverj de „M1°rdred vertelt Arthur ov| ntfir ftlrne relatie' 2,15.15-17.05) aws Amerikaanse speelfilJ

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1997 | | pagina 38