Wachten op de muurruit
Weerbarstige plantenkweker doet wat hij wil
De kippensoep
van Yasser Arafat
EET WIJZER
Dubbelopkop
DESTEM surplus
Hypocrisie
Gletschermoppen
Kalk
Cobra
Kwekerij
Broccoli
D amesuitvinding
Tuincultuur
Door Marijke Prins
Een Amerikaanse journalist die bij Yasser Arafat in Tunis een
lunch met kippensoep gebruikte, vroeg aan de - toen nog - Pales
tijnse leider in ballingschap of hij wist dat joden kippensoep jood
se penicilline noemen. Arafat, die dat glimlachend ontkende, was
volgens de schrijfster Mimi Sheraton, die met deze anekdote haar
boek De hele wereld houdt van kippensoep begint, misschien wel
de enige persoon ter wereld die niet wist hoe dol joden op kippen
soep zijn.
Maar niet alleen joden, want anders had Mimi Sheraton haar
boek nooit kunnen vullen met honderd heerlijke recepten uit de
hele wereld (ISBN 90 5501 345 5). Het is opmerkelijk dat over de
aardbol kippensoep geneeskrachtige kwaliteiten worden toege
schreven. Er is zelfs onderzoek naar verricht en de uitkomsten on
derbouwen de stelling niet echt, maar dat zal een liefhebbende
kok niet weerhouden om voor een ziek en zwak persoon een ver
kwikkend kopje kippensoep te maken.
Het geheim van kippensoep, zo blijkt uit de prachtige anekdotes
in het boek, schuilt hem vooral in de toewijding van de kok die
domweg gelooft in de geneeskracht van de soep en - niet te ver
geten - kostbare jeugdherinneringen van volwassenen die de
geur van kippensoep associëren met mooie momenten uit hun
jeugd. Neem Alan King: „Ik ben opgegroeid in een kleine flat in
de wijk Williamsburg in Brooklyn, waar de meeste huurders joods
waren. Als je op vrijdagmiddag door de gangen liep dacht je dat je
in een soeppan was terechtgekomen. Je kon zeggen wiens soep je
rook door de verschillende ingrediënten eruit te halen die ieder
gebruikte. Een golf knoflook? Dat moest mevrouw Bernstein op
nummer 3c zijn. Mevrouw Moskowitc op 2B kon maar niet genoeg
uien in de pan krijgen en mijn moeders bijdrage bestond uit dille.
Ik herinner me dat ik op een dag binnenkwam en chocolade rook.
Ik dacht echt dat er iemand gek was geworden. Het bleek een van
de niet - joden in het gebouw te zijn die My - T - Finepudding aan
het maken was, misschien uit zelfverdediging. Je kwam aan al
leen al van die lucht in die gangen. Je hoefde helemaal niks te
eten!"
Maar om bij Yasser Arafat terug te komen. Dit is de lunch met
zijn favoriete kippensoep.
Voor vier personen
Trek twee liter kippenbouillon van 1 kilo kippenpoten met krui
derij naar keuze, zoals wortel, selderij, ui, peterselie, peper en
zout. Zeef de bouillon, haal het vlees van de poten af en snij dit in
kleine stukjes.
verdere ingrediënten:
100 gram witte rijst
1 stukje kaneel
3 eierdooiers
3-4 eetlepels vers citroensap
zout en witte peper naar keuze
5 takjes fijngeknipte peterselie
Breng de kippenbouillon langzaam aan de kook met de rijst en
desgewenst kaneel (in Griekenland voegt men soms kruidnagels
toe, in Albanië en Turkije een laurierblad, kaneel in Libanon en
Tunesie en komijn of kardemom in Egypte). Doe het deksel schuin
op de pan en laat zachtjes 35 minuten koken totdat de rijst gaar
maar nog wel heel is.
Klop in een kom de eierdooiers en 3 eetlepels citroensap met een
vork tot een dun mengsel. Laat onder voortdurend kloppen met
een garde hete, maar niet kokende soep druppelsgewijs vanaf een
pollepel in dit mengsel lopen. Heb je zo een halve liter soep toege
voegd, giet het mengsel dan onder voortdurend kloppen met een
garde terug in de hete soep. Breng op smaak met zout, peper en
eventueel nog wat citroensap. Voeg de stukjes kip toe, laat deze
nog 5 minuten mee opwarmen, maar laat de soep niet meer koken.
Serveer direct en garneer elke portie met peterselie.
VRIJDAG 3 JANUARI 1997 e2
De Dubbelopkop.
voor het accessoires-aan-
Van de Kaa
schoffelt elk heilig huisje om
Soms wil de dag wel eens niet
zo goed beginnen. Met het zand
van Klaas nog in mijn ogen
schuifel ik de keuken in op
zoek naar het enige wonder
middel dat op zo'n moment de
zaak nog redden kan: koffie.
Veel koffie.
De makke van deze tijd is ech
ter dat je zelfs over zo'n een
voudig verlangen als een dam
pende kop zwart goud je hoofd
kunt breken. Want wat wil ik
nou eigenlijk precies? Wil ik
een simpel bakkie troost, of
heb ik mijn mok vandaag liever
'verkeerd' gevuld? Prefereer ik
een bijtende espresso of is het
tijd voor een romige cappucci
no? Vier keuzemogelijkheden,
terwijl het warme water al
door de filter met fijngemalen
bruin bonengruis sijpelt.
Rommelend tussen tientallen
kopjes stuit ik op een cadeautje
dat ik onlangs kreeg. Ik heb
nog niet besloten wat voor kof
fie het wordt, maar probeer het
espressokopje en de cappucci-
nokom toch vast half wakker
uit elkaar te trekken. Het lukt
niet. Slecht afgewassen? O nee,
dat was nou juist de clou,
schiet me te binnen. Het is een
Dubbelopkop, speciaal voor de
veelzijdige koffiedrinker, zal ik
maar zeggen. Eenvoudig maar
slim; het vaak overbodige scho
teltje is vervangen door een
tweede kop.
„Tja", antwoordt de Arnhemse
ontwerper Erik-Jan Kwakkel,
bedenker en maker van de
evenwichtige, wit porceleinen
Dubbelopkop. „Hoe kom je d'r
op? Ik maak wel vaker omkeer
bare dingen. Een rubberen
schaal bijvoorbeeld die je kunt
omslaan. En wanneer je dan
nadenkt over zoiets alledaags
als het drinken van koffie, kom
je tot de ontdekking dat je in de
winkel altijd moet kiezen uit
wat voor kopje je wilt drinken.
Je hebt kleine espresso-kopjes,
of grote cappuccino-kommen,
maar een kop waar je allebei
die koffiesoorten uit drinken
kunt, bestond niet. Zo kwam ik
eerst op het idee om bestaande
kopjes aan elkaar te lijmen.
Dat bleek in praktijk echter
zo'n probleem dat ik ze maar
helemaal zelf ben gaan ma
ken."
Twee jaar lang produceerde
Kwakkel zijn Dubbelopkop op
kleine schaal. Een enkele gale
rie ontfermde zich over het
ontwerp en zelfs museum Boij-
mans van Beuningen nam een
exemplaar op in de collectie
keramisch gebruiksgoed. Maar
echt storm loopt het sinds de
Dubbelopkop door het Rotter
damse ontwerperscollectief
REEEL werd omarmd en voor
32,50 verkrijgbaar is bij win
kels als het Bredase Tri-design
en het Eindhovense Yksi.
En terwijl de warme geur van
verse koffie mijn neusgaten
kriebelt, land ik weer lang
zaam op aarde. Om het ontwa
ken nog wat extra vaart bij te
zetten, begin ik met een pittige
espresso. In een handomdraai
tover ik de cappuccinokant van
het kopje om tot schoteltje.
Wat kan eenvoud toch mooi
zijn.
Inlichtingen: V.O.F. REEEL, Vier-
havensstraat 1-7, 3029 BB Rot
terdam, tel/fax 010-4782436.
worden steeds minder als natuur
gezien. Vandaar de paniek als er
zich opeens een luis aandient in
de rozen."
„Ik schrijf omdat ik het leuk
vind. En omdat ik het leuk vind
te communiceren met mensen.
Maar ook omdat er zoveel hypo-
cristie bestaat in de tuinwereld.
Er zijn veel mensen die over tui
nieren schrijven en daarnaast be
lang hebben bij een hoge omzet.
Neem ook zo'n tv-programma dat
gesponsord wordt door Intratuin
en waarin alleen maar over plan
ten gepraat mag worden die in
dat assortiment zitten. En ik er
ger mij aan de onrealistische ma
nier waarop er over planten en
tuinen wordt geschreven. Ze la
ten prachtige plaatjes zien en
schrijven er niet bij dat je dag en
nacht met zo'n plant bezig bent,
of dat hij bij windkracht 2 al plat
ligt."
„Mensen die over tuinieren
schrijven zijn dikwijls ook zo on
benaderbaar. Die schrijven: 'En
nu moet je snoeien'. Er wordt
voortdurend gedaan of zoiets een
zaak van leven of dood is. Degene
die schrijft, moet zich beter in de
lezer verplaatsen. De helft van de
mensen die tuinieren vindt een
tuin wel leuk, maar het werken
erin helemaal niet. Die zitten veel
liever met een krat pils onder een
boom om te genieten. Die groep
moet serieus genomen worden.
En schrijvers zouden toch ook
eens met meer realiteitszin naar
de grootte van een doorsnee tuin
moeten kijken. Dan lees je ten
minste niet meer van die zinnen:
'en nu is het tijd om het rijshout
tussen de erwten te zetten'. Alsof
iedereen een grote schuur heeft,
vol met rijshout."
„Nee, een Nederlandse tuincul-
tuur bestaat niet, want dan zou
den al die architecten het min of
meer met elkaar eens moeten
zijn. En de Nederlandse overheid
stimuleert zoiets ook niet. Als er
dan al eens geld vrijkomt voor
iets leuks, wordt het altijd in een
roestig kunstwerk gestopt en
nooit eens in de ruimte."
„...Nee, zo'n park als wat in Pa
rijs op het oude fabrieksterrein
van Citroen is ontstaan, zullen
we hier nooit meemaken. Als ze
in Nederland iets aanpakken
komt dat niet verder als de tuin-
restauratie van het Loo. Ach,
Wilhelmina, die kon pas tuinie-
In deze rubriek geeft
plantenkweker
Romke van de Kaa
wekelijks zijn
eigenzinnige visie
op tuinieren.
Door Romke van de Kaa
Er zijn allerlei trucjes waarmee je een
kleine tuin groter kunt laten lijken: een
vijver werkt als een spiegel, met een per
gola tuinier je boven je hoofd, en zelfs
door het planten van één enkele boom
annexeer je een deel van de hemel boven
je tuin.
Door het maken van niveauverschillen
vergroot je daadwerkelijk de oppervlak
te van de tuin, omdat je er een verticaal
stuk tuin bij krijgt. Een verticale grond-
kering kan gemaakt worden van hout,
zoals bielzen of perkoenpaaltjes, maar
daarmee creëer je al snel een soort be
schoeiing leuk aan de waterkant, maar
potsierlijk op het droge. Bovendien
groeien er op bielzen weinig planten, als
we paddestoelen tenminste buiten be
schouwing laten.
De bedoeling was nu juist om de be-
plantbare oppervlakte van de tuin te
vergroten. Daarvoor is een muurtje beter
geschikt. Een laag keermuurtje kan ge
stapeld worden, maar wordt het hoger
dan een halve meter, dan kunnen we be
ier metselen. Dat komt de stevigheid ten
goede. Alle soorten steen komen in aan
merking: dakpannen, stoeptegels, met
selstenen, het maakt niet uit, hoewel Ty-
roler gletschermoppen in ons Hollandse
landschap soms ietwat uit de toon kun
nen vallen.
Steenbreekvaren.
Stapelen gaat natuurlijk veel sneller dan
metselen, maar bedenk wel, dat niet al
leen gewenste planten zich in stapelmu
ren uitzaaien, maar ook onkruiden.
Vooral bomen en struiken als esdoorns
en vlinderstruiken hebben er een handje
van om zich in een keermuur te vestigen
en als je die er vervolgens uit probeert te
trekken, komt meestal je hele muur mee.
Daarom metsel ik liever, ook als het om
lage bouwsels gaat. Dan is het wel zaak
om hier en daar een kwart of een halve
steen weg te laten en om niet te voegen,
zodat allerlei planten zich in de muur
kunnen vestigen, al dan niet met hulp
van de eigenaar.
Varens hebben het in een muurtje bijna
altijd naar hun zin. Er zijn er slechts een
paar die niet van kalk houden (Osmunda
en Blechnum) en dat merkt u gauw ge
noeg. Soms komen varens vanzelf, want
de lucht is 's zomers vol microscopisch
kleine varensporen die op een vochtige
muur ontkiemen als haren op een hond.
Meestal gaat het dan om de gewone soor
ten: vrouwtjesvarens, mannetjes varens
en stekelvarens. Niet onaardig, maar
vaak wat aan de grove kant voor een laag
muurtje.
De leukste kleine muurvaren, de steen
breekvaren, komt in ons land nauwelijks
meer voor en dat die spontaan ver
schijnt, is dan ook uitgesloten. Asple-
nium trichomanes is de Latijnse naam,
en het is dat leuke varentje dat u tegen
komt wanneer u met vakantie bent en
dat als een zeester tegen muren en rotsen
zit geplakt.
Met behulp van een stevig zakmes peuter
je dan een exemplaar uit een rotsspleet,
dat vervolgens op de terugreis in de auto
verdroogt. Al die moeite kunt u zich be-
Tongvaren.
sparen, want de steenbreekvaren is bij
ieder tuincentrum verkrijgbaar. Zo tus
sen de rijksdaalder en de vijf gulden,
hoort de prijs te liggen.
Als de omstandigheden gunstig zijn, heb
je aan één exemplaar genoeg, de plant
zaait zichzelf dan verder wel uit. De
steenbreekvaren doet het in de zon, maar
groeit weelderiger in de schaduw. Het
zelfde geldt voor de schubvaren, Asple-
nium ceterach, een varentje dat zich tij
dens perioden van droogte oprolt om
zich dan, soms na maanden, na een flin
ke regenbui weer te ontvouwen. Een mi
rakel. Ook de schubvaren is hier en daar
wel te koop.
De tongvaren, Asplenium scolopen-
drium, is een van de weinige varens
waarvan het blad niet geveerd is. Hij
wordt wat groter dan de vorige twee en
FOTO'S ROMKE VAN DE KAA
is fascinerend in het voorjaar wanneer
het blad zich ontrolt en een treffende ge
lijkenis met een dreigende cobra toont.
Varens hebben überhaupt iets dierlijks;
er is niet veel fantasie voor nodig om oc
topussen, zeepaardjes en vogelspinnen te
herkennen.
De tongvaren zaait zich niet alleen in
muren uit, maar ook in andere delen van
de tuin. De enige varen die van een dro
ge standplaats in de brandende zon
houdt, is de muurruit, Asplenium ruta-
muraria. Die is beslist niet zeldzaam en
komt veelvuldig voor in het rotte metsel
werk van oude muren. Muurruit is de
enige varen die niet tegen gevangen
schap kan en niet in een pot te kweken is.
De plant is dan ook nergens tekoop. Niet
alles valt te temmen. Geduldig wachten
tot hij komt aanwaaien is de enige ma
nier om de muurruit in de muur te krij
gen.
Vanaf vandaag verschijnt
in De Stem wekelijks een
tuinrubriek, die geschre
ven is door Romke van de
Kaa. De bekende plan
tenkweker is nogal een
weersbarstig type. Een
interview.
DoorCéline Rutten
INroRkUTlE surplus!
Wie nadere informatie wil omtrent
artikelen in deze bijlage, kan
tijdens kantooruren bellen naar
076-5312344 of 076-5312272.
Schriftelijk reageren kan ook.
Het adres daarvoor is:
De Stem, redactie Surplus,
Postbus 3229,4800 MB Breda.
Eindredactie: Wim van Leest.
Steeds wanneer er een boek van
Romke van de Kaa is verschenen,
zit half tuinierend Nederland al
lezend te gniffelen. Dit terwijl de
auteur in ieder hoofstuk wel een
van die heilige huisjes in elkaar
schopt, die in iedere gekoesterde
tuin ruim voorradig zijn.
Met een weerbarstige nuchter
heid schoffelt hij in zijn kolom
men hele rozenperken om als
zijnde lelijk en onpraktisch, ver
oordeelt hij seringen tot flodder
bomen en over gif zegt hij: „Als u
per se met vergif in de tuin wilt
werken, bedenk dan dat u ook
dieren kunt treffen die niet tot
uw doelgroep behoren. Zo zijn de
meeste honden dol op slakken-
korrels." Hij schrijft ook in tuin-
tijdschriften en kranten. Vanaf
vandaag iedere week ook in deze
krant,
Hij exploiteert zelf een kwekerij
in Dieren. Een kwekerij zonder
de obligate rijtjes coniferen,
maar met een gigantische bloe
menzee, die de tuinmuren erom
heen bijna uit hun voegen laat
barsten. Op bepaalde plekken
kun je dan ook nog planten ko
pen. Het is een tuin, zo mooi dat
er ook mensen komen die hele
maal niks nodig hebben. Zo
wrong zich afgelopen zomer een
complete familie door het toe
gangspoortje, met opa's en oma's
in diverse uitvoeringen, kinderen
en kleinkinderen. Zonder pardon
liepen ze naar een comfortabele
bank, droegen picknickmanden
aan en genoten.
Van de Kaa: „Er komen ook re
gelmatig kantoormensen uit Die
ren 's middags hier hun boter
hammetjes opeten en ik tref er
steeds vaker bruidsparen met fo
tografen aan. Ik vind dat wel
leuk. Kijk, tienduizend conife
ren-stekken kan een chimpansee
ook wel nemen. Ik wil de dingen
doen die ik de moeite waard vind.
Ik streef ernaar dat alle planten
die ik verkoop, ook in het echt te
zien zijn. Voor een groot deel is
Romke van de Kaa: „Ik ben een slechte middenstander: ik raad de mensen meestal meer af, dan aan.
FOTO MARC BOL5IUS
de kwekerij dus mijn eigen lol.
Maar ik ben een slechte midden
stander: ik raad de mensen
meestal meer af, dan aan."
Als plantenkweker is hij auto-di-
dact. Na een niet afgemaakte stu
die biologie vertrok hij naar En
geland om te werken. Dat bracht
hem bijvoorbeeld ook in de enor
me Ierse tuin van de Duke en
Duchess of Devonshire, waar hij
verantwoordelijk was voor de
moestuin. „Ik moest ervoor zor
gen dat als er, wanneer dan ook
in het jaar, opeens zo'n man of
dertig kwam logeren, voldoende
groenten waren. En owee, als de
broccoli dan mislukt was. Soms
kwam er ook wel eens een heel
jaar niemand. Zat je met bergen
groentes die je weg kon gooien."
„Ik ben gevormd door Christop
her Lloyd; maar nee, ik zie Enge
land niet als een soort tuin-mek-
ka. Misschien is het assortiment
aan planten er iets beter. Maar de
Engelse tuincultuur is net als de
politiek daar: je hebt er het rijke
deel van de maatschappij met de
tuinen die wij bezoeken. Maar die
van de gewone man zijn veel min
der dan in Nederland. In die tui
nen liggen toch vooral vaak oude
ijskasten en autobanden. En wie
dan wel iets in zijn tuintje doet,
kweekt kolen of tomaten. Er is
toch geen enkel land, waar zoveel
competities zijn wie de grootste
ui, pompoen of peen kan kweken,
dat is typisch Engelse tuincul
tuur van de kleine man. Dan zie
je in Nederland buiten toch bete
re dingen gebeuren."
„Ach wat, cottagetuinen. Die be
staan toch helemaal niet. In Ne
derland praten ze over boeren
kaas, boerenmelk, boerenbehang.
In Engeland doen ze aan cottage-
bloemen, cottage-weet-ik-veel.
Maar de cottage-tuin is gewoon
een uitvinding van mensen als
Gertrud Jekill - de dames die ro
mantisch verlangden naar de
sfeer op het platteland. Maar het
is van oorsprong niet meer dan
iemand die een rijtje goudsbloe
men tussen zijn uien zaaide. Ik
werd laatst opgebeld door een
dame of ik een lezing wilde hou
den over boerentuinen. Ik vroeg
me af, of die wel bestonden. 'Ja
hoor', zegt de dame. 'Ik woon zelf
in een boerentuin'. Ik informeer
de meteen belangstellend of ze
een akkerbouwbedrijf had, of
aan veeteelt deed. 'Nee', zei ze.
'Mijn man is specialist.' De lezing
die ik moest houden was bedoeld
voor allemaal specialistenvrou
wen die allemaal een boerentuin
hadden. Misschien zijn deze tui
nen dus wel De Boerentuin van
de toekomst. Ik vroeg 350 gulden
voor de lezing. Maar dat konden
ze met z'n zevenen niet betalen.
Bestaat er eigenlijk zoiets als een
Nederlandse tuincultuur?
„Nou... als ik een groep buiten
landers rond moest leiden, dan
kun je naar de Keukenhof, Het
Loo en dan ben je al bijna uitge
praat. Dat neemt niet weg dat er
op particulier gebied een hele
hoop gebeurt wat mooi is. Dik
wijls zijn die tuinen afgeleid van
Engelse tuinen als Sissinghurst,
maar toch. En met Mien Ruys heb
ik weliswaar voortdurend ruzie
over plantjes, maar ze heeft
enorm veel betekend voor de ar
chitectonische kant van een
tuin."
„Maar als ik lang nadenk is het
specifiek Nederlandse in tuinen
het hout. Je ziet nergens op de
wereld zoveel hout in tuinen als
hier. Bielzen is een uitvinding
van Mien Ruys. En daarnaast heb
je die vierkante vlonders die el
kaar in een hoek overlappend
overal worden neergelegd. Liefst
ook nog met hoogteverschillen
zodat je je nek erover breekt. En
schuttingen natuurlijk. Tuincen
tra halen driekwart van hun om
zet uit dode materialen. Veel
tuinbladen en tv-programma's
zien de achtertuin als een verlen
ging van de huiskamer. Tuinen