rr
De lotgevallen van zo'n rotgans
14,98
Oog kreeft helpt chipsbouwers
'Al miljard geleden
primitieve dieren'
Sceptici krijgen
academische cursus
Wereldnatuurfonds wil zee meer ruimte geven
Wageningse biologen zaten een jaar van hun leven in Siberië
ngwagen3,99'
Gigantisch zwart gat
in middelpunt Melkweg
De la Courtprijzen
1996 toegekend
Kurkentrekker
tegen
ijs vorming
DE STEM
LIJF LEVEN
E3
laakse
lijpmachine
rafter
3KT
Toendra
Paradijs
Blokhut
Dramatisch
Ontroerd
uten speelgoed
Super I
Trailer Set
INFORMATIE 1 1
WOENSDAG 30 OKTOBER 1996
X 52
de zeewering, een moeras in het
TUDEN STUNTMARKT/8TUNTHAL
10.0010112.3» BI VAK 13.3110111.10
i.90-17.00 ZAV/UI1I.W-17.H
13.00 TOT 11.09 Dl GESLOTEN
onder slijpsctiljf)
00 Watt -12500 toeren/min.
svergrendeling
om met handvat
eiligheids-
Trailer Set
IJsselmeer en polders die be-
I heerst vollopen. Dat is het beeld
■I dat het Wereldnatuurfonds voor
R ogen staat bij de toekomstige na-
tuurontwikkeling langs de kust
j| en achter de duinen. De organisa-
tie heeft haar visie maandag ge-
presenteerd in de notitie Mee
groeien met zee
Door de zee landinwaarts meer
vrijheid te geven, ontstaat volgens
het Wereldnatuurfonds in West-
Nederland 'een waterrijke metro
pool'. Daarin moeten stad en na
tuur direct met elkaar verbonden
zijn. De uitbreiding van de natte
natuur verbetert de kwaliteit van
het water. Dat is gunstig voor flo
ra en fauna. Ook creëert een min
der beteugelde kustontwikkeling
volgens het natuurfonds buffers
tegen laag- en hoogwater. Het ge
bied krijgt hierdoor meer veer
kracht om natuurlijke ontwikke
lingen op te vangen, zoals over
stromingen. De huidige aanpak
met steeds hogere dijken en grote
re gemalen als bescherming tegen
de zee is een doodlopende weg we
gens de aanhoudende stijging van
de zeespiegel en bodemdaling. Het
Wereldnatuurfonds bepleit aan
passingen van de estuaria van
Maas en Schelde en het meer land
inwaarts leggen van de kustlijn.
Daardoor zouden in de Noordzee
slikken en schorren kunnen ont
staan. Verder wil de natuurorgani
satie in brede duingebieden inbra
ken van de zee toelaten, voor zover
dat de veiligheid van het achter
land niet in gevaar brengt.
Door het waterpeil in het IJssel
meer en het Volkerak te variëren,
hoopt het Wereldnatuurfonds dat
daar 'tienduizenden hectares'
moeras ontstaan. In het veenwei-
degebied zou hier en daar de be
maling moeten worden gestaakt
zodat de veengroei weer op gang
komt. De organisatie wil ook het
waterpeil in enkele polders, voor
zichtig, verhogen. Daarvoor is het
nodig dat stadsuitbreiding meer
wordt geconcenteerd in of bij de
bestaande steden, terwijl sommige
boeren en tuinders zouden moeten
vertrekken naar elders.
Vierhonderd jaar na Willem
Barentsz hebben twee andere
I Nederlanders de barre om-
I standigheden in Siberië ge-
I trotseerd. De Wageningse bio-
H logen Bart Ebbinge en Ber-
I nard Spaans zaten één jaar
I van hun leven in een blokhut
I met de naam 'Het Behouden
I Huis II'. Samen met steeds
I weer andere collega's uit Ne-
derland, Rusland, Duitsland,
I Engeland en Polen. Om het
II broedgedrag te bestuderen van
de rotgans, een trekvogel die
overwintert op de Wadden.
Maar met uitsterven bedreigd
wordt.
Door John van Oppen
Nergens oogt de wereld zo leeg,
onherbergzaam, mens- en dier
onvriendelijk als op Taimyr in
het noordelijkste puntje van Si
berië. Taimyr is zo uitgestrekt als
Frankrijk en Duitsland samen,
maar het schiereiland is nage
noeg onbewoond. Deze semipo-
laire uithoek van de wereld ligt
nog eens duizend kilometer
noordoostelijker dan het Nova
Zembla van Willem Barentsz; op
bijna dezelfde hoogte als Spits
bergen en net zo oostelijk als
Bangladesh.
De dk htsbijgelegen nederzetting,
Dickson, ligt op 250 km afstand
aan de monding van de Pyasina
(een rivier zo groot als de Rijn),
op 74 graden Noorderbreedte.
Dat is hoger dan Alaska en daar
mee is Taimyr de meest noorde
lijk gelegen landtong op de aard
bol.
De havenstad telt 1500 inwoners.
Ze werken als zalmvisser, pels-
dierjager, sjouwer of douanier.
De Russische grenspolitie heeft
er namelijk een groot detache
ment. Duizend kilometer zuide
lijker liggen immers goud- en
platinamijnen. De erts wordt ver
scheept of via het plaatselijke
vliegveld overgevlogen naar Mos
kou, dat nog altijd op driedui
zend kilometer afstand ligt in
zuidwestelijke richting.
De toendra in de Pyasina-delta
buiten het morsige Dickson is
tien maanden bedekt met sneeuw
en ijs. Tijdens de lange winter
overleven alleen poolvossen,
sneeuwuilen, lemmingen en een
enkele verdwaalde ijsbeer in de
arctische wildernis.
De lemmingen - een marmotten-
soort - krioelen in een gangen
stelsel dat ze uitgraven in de
sneeuw. Op die manier hopen ze
onvindbaar te blijven voor pre-
datoren. Vaak met succes, want
nadat de dooi was ingevallen
vonden Bart Ebbinge en Bernard
Spaans -allebei verbonden aan
de Dienst Landbouwkundig On
derzoek van het Wageningse In
stituut voor Bos- en Natuuron
derzoek (IBN-DLO) - regelma-
Bart Ebbinge met een opgezette rotgans. Achter hem de kaart van Rusland
tig sneeuwwitte kadavers van
verhongerde poolvossen in het
smeltwater.
Het aantal lemmingen bereikt om
de drie jaar een piek, daarna stort
de populatie om onbekende rede
nen massaal in. Tijdens die twee
tussenliggende jaren hebben
poolvossen en sneeuwuilen het
moeilijk.
Op Taimyr zet de dooi pas half
juni in, vanaf het moment dat de
zon er 24 uur lang laag aan de he
mel staat en een rode gloed over
het landschap werpt. Twee
maanden lang is de toendra dan
een relatief paradijs voor deze
wilde ganzen, die typische dag-
dieren zijn en er vanuit Neder
land een vlucht van 4500 km voor
over hebben om hun broedgebied
te bereiken. Ze vinden er in die
tijd van het jaar uiterst fijn, jong
en mals gras - het ideale voedsel
voor dit dier met zijn snelle ver-
teringssyseem - en hoeven niet
onmiddellijk te vrezen dat hun
eieren en kuikens een prooi vor
men voor poolvos of sneeuwuil.
Die storten zich eerder op de lem
ming, die gemakkelijk te ver
schalken is zodra de doolhof is
weggesmolten die hem tien
maanden heeft beschermd tegen
vijanden. Maar zodra de piek in
die vaste, raadselachtige lemmin
gencyclus voorbij is, barst de hel
los voor de ganzenpaartjes. Van
de pakweg vijf eieren in een nest,
worden er hoogstens vier uitge
broed. Of één van de kuikens
overleeft, valt te bezien. Tachtig
procent van alle ganzenpaartjes
verliest uiteindelijk alle jongen
aan poolvossen, sneeuwuilen óf
meeuwen, die in de zomermaan
den eveneens massaal in Noord-
Siberië jagen op prooi.
Als sneeuw en ijs vanaf half sep
tember de toendra bedekken en
de temperatuur begint te zakken
naar veertig graden onder nul,
trekken de rotganzen richting
Noordwest-Europa. Ze overwin
teren langs de Franse en Engelse
kust, waar ze zich in leven hou
den met mals zeegras. In maart
dromt de populatie samen op de
Waddeneilanden, waar hun favo
riete voer dan bij eb droogvalt op
de platen.
Tegen eind mei is ook dat voedsel
te taai. Dan vliegen de vogels
richting Witte Zee, waar het gras
net onder het smeltwater van
daan komt en in die periode
'diepvriesvers' is. Op dit tussen
station 'tanken ze bij' voordat ze
beginnen aan de tweede helft van
hun vlucht naar Taimyr, waar ze
half juni landen.
„Het noordelijk puntje van Sibe
rië is de enige bereikbare plek
waar dan nog volop malse sprie
ten te vinden zijn," aldus Bart
Ebbinge die zes jaar lang leiding
gaf aan een internationaal onder
zoek naar het broedgedrag van de
soort.
Al die jaren zat hij tijdens de arc
tische zomer, van half juni tot
half augustus, in een houten
blokhut in de Pyasina-delta. Af
gesneden van de buitenwereld,
maar nooit alleen. Altijd was hij
in het gezelschap van collega's.
Van die laatste groep maakte
Bernard Spaans alle expedities
mee.
De Wageningse biologen waren
ook vergezeld van een ploeg Rus
sische assistenten: een jager, een
kok, een manusje van alles.
Mondvoorraad en werktuigen
voor die twee maanden namen ze
mee vanuit Dickson, als ze per
helikopter naar 'hun' biotoop
werden gevlogen. Zodra het ge
luid van de wieken was wegge
storven, was de radiozender -
als-ie het al deed - het laatste
flinterdunne lijntje naar de be
schaafde wereld achter de einde
loze vlakte.
„De Russische biologen spraken
een paar woorden Engels. Als
nuttig tijdverdrijf leerden we el
kaar Russisch en Engels spreken.
De jager was tevens onze bakker.
Van het broodgist en de gerst
brouwde hij af en toe ook bier.
Braga, noemden onze Russen dat
brouwsel. En verdomd, het was
FOTO THEO VAN ZWAM
best lekker. Maar dat gebeurde
sporadisch. We concentreerden
ons 24 uur per dag op het leven
van deze wilde gans en raakten
gebiologeerd door wat we za
gen."
Het was dan ook voor de aller
eerste keer dat biologen waren
doorgedrongen tot het broedge
bied van de rotgans, waarvan een
volwassen mannetje maximaal
zo'n 1800 gram weegt. Om te
kunnen vliegen, moet het dier ve
derlicht blijven. Daarom be
schikt hij over een simpel verte
ringssysteem.
Opgenomen voedsel doorloopt in
amper anderhalf uur tijds het
maag- en darmstelsel. Alleen
jong gras is zo mals, dat het zo
vliegensvlug omgezet kan wor
den in energie voor de spiercel
len. Ouder, taaier gras is onge
schikt. Ebbinge: „Niet voor niks
hebben koeien, die zelden aan
drang voelen om te vliegen, vier
magen om het voer te herkau
wen."
De zoektocht naar geschikt voer
verklaart het vaste reispatroon
van deze ganzensoort die zijn
naam dankt aan het geluid dat hij
voortbrengt: rrrot, rrrrot.
Na 1932 liep het jaartotaal van
alle op de Waddeneilanden getel
de exemplaren dramatisch terug
van 200.000 naar 20.000.
Pas vanaf 1972 trad herstel op.
Nadat op Texel een reservaat
werd geopend en overal in Euro
pa jachtbeperkingen werden in
gevoerd, steeg het totaal weer tot
75.000 exemplaren in Nederland
en 250.000 voor heel Noordwest-
Europa. Tot vreugde van natuur
liefhebbers, tot ongenoegen van
bepaalde boeren. Die klagen over
'een plaag' en dringen aan op
heropening van de jacht omdat
de dieren vaak massaal uitwijken
naar cultuurgras en schade aan
richten.
„Dat vormde de aanleiding voor
ons onderzoek. We wilden naar
het broedgebied om te onderzoe
ken hoe groot de kans is dat de
soort in aantal zal toenemen", al
dus Ebbinge.
Na zes expedities kwam hij tot de
slotsom dat dit niet zal gebeuren:
„Het natuurlijk evenwicht is be
reikt. Voor de meeste paartjes is
de retourreis van 9000 km vruch
teloos. Als ze in september lan
den in Noordwest-Europa, heb
ben de meeste stelletjes geen na
geslacht bij zich. Dat is opgevre
ten in Taimyr, of bezweken tij
dens de trek. De vraag om jacht
beperkingen op te heffen is zon
der grond. Gezien alle bedreigin
gen voor het broedsel in Siberië
wordt het al een hele kunst om de
soort te handhaven op het huidi
ge aantal."
Ebbinge kan ontroerd raken van
de dramatische lotgevallen van
een ganzenpaartje. Zo herkende
hij, jaren terug, in de herfst op
Terschelling een monogaam
paartje aan de hand van kleur
ringen die hij gedurende zijn eer
ste zomer op Taimyr zelf had
aangebracht, nadat hij ze met een
inloopkooi had gevangen toen ze
bezig waren een nest te bouwen
vlakbij de blokhut. Het paartje
had op Terschelling geen jong bij
zich en het mannetje liep moei
lijk.
Het volgende jaar kwam het
vrouwtje alleen terug naar de
zelfde plek op het eiland. Het
mannetje was kennelijk gesneu
veld. Het derde jaar herkende hij
de weduwe op Taimyr in gezel
schap van een jonger mannetje,
maar het lukte die partner niet
om haar broedplaats te verdedi
gen. Ze werden weggejaagd door
een ander ganzenstel. Het eiland
is zo vol dat er tussen de vogels
een enorme concurrentie bestaat
voor de favoriete broedplekjes.
„Pas het vierde jaar zag ik haar
op Terschelling terug met partner
én een jong. Haar tweede man
was nu pas ervaren genoeg om
haar broedsel afdoende te be
schermen. Vier jaar vliegen, dat
zijn 36.000 kilometer voor één
kuiken. Je moet er toch niet aan
denken dat zo'n gezin dan alsnog
wordt geschoten door een boer,
die teveel vraatschade lijdt als
moeder de gans van zijn gras
pikt..."
Door Martijn Hover
Hoe meer wetenschappers ont
dekken, hoe duurder het wordt
om de dingen te ontdekken die
oog niet ontdekt zijn. Einstein
son aan het begin van de eeuw
hjn Relativiteitstheorie opstel
len met behulp van niet veel
meer dan zijn brein en een noti
tieboekje.
Geleerden die zich vandaag de
dag verder wilen verdiepen in de
j consequenties van de Relativi
teitstheorie, hebben daarvoor
miljarden kostende deeltjesver
snellers nodig. Het is dan ook
begrijpelijk dat de instanties die
daarvoor over de brug moeten
■tomen hun investering liefst zo
wel mogelijk met rente terug
zien.
^oe begrijpelijk ook, of dat ver
standig is, is echter zeer de
jetlag. Het risico bestaat namë-
''Jk dat de nadruk op resultaat
en koste zal gaan van het zoge
naamde fundamentele onder
zoek. 'Fundamenteel onderzoek'
's onderzoek dat vooral dient om
e nieuwsgierigheid van de we-
cnschapper te bevredigen. Of
Wie nadere informatie wil omtrent
artikelen in deze bijlage, kan
tijdens kantooruren bellen naar:
0/6-5312344 of 076-5312272.
Schriftelijk reageren kan ook.
"et adres daarvoor is:
De Stem, redactie Lijf Leven,
Postbus 3229,4800 MB Breda,
dredactie: René van der Velden.
dat iets 'nuttigs' of 'commercie
els' zal opleveren, vindt de ge
leerde in kwestie minder interes
sant.
Desondanks kan ook het meest
fundamentele onderzoek onver
wachte vruchten afwerpen, zoals
het Britse tijdschrift New Scien
tist afgelopen zomer meldde. Het
verhaal begint in de jaren zeven
tig, als twee biologen, de Brit
Mike Land en de Duitser Klaus
Vogt, onafhankelijk van elkaar
de werking van het oog van de
kreeft weten te doorgronden.
De kreeft heeft ogen die uit een
groot aantal 'mini-oogjes' of fa
cetten zijn samengesteld. Ze lij
ken op de ogen van een vlieg,
maar anders dan het gezichtsor
gaan van de vlieg heeft het oog
van de kreeft geen lensjes nodig
om het licht op het netvlies te
projecteren. Bij de kreeft funge
ren de wanden van de facetten
als spiegels die het opgevangen
licht concentreren.
Kermis van hun ontdekking zou
waarschijnlijk tot biologische
kringen beperkt zijn gebleven,
als Land in 1978 niet een artikel
aan zijn ontdekking had gewijd
in het populair-wetenschappe-
lijke tijdschrift Scientific Ame
rican. Dat artikel werd gelezen
door telescoop-ontwerper Roger
Angel, die onmiddellijk de im
plicaties ervan besefte voor de
Röntgen-astronomie.
Het oog van de kreeft wordt nog eens commercieel uitgebuit
Röntgen-astronomie houdt zich,
zoals de naam al doet vermoe
den, bezig met het bestuderen
van Röntgen-straling uit het
heelal. Sterrenkundigen hopen
met behulp daarvan bijvoor
beeld zwarte gaten te kunnen
ontdekken. Het probleem met
Röntgen-straling is dat zij als
gevolg van haar zeer kleine golf
lengte niet, zoals zichtbaar licht,
kan worden gebogen met behulp
van een lens. Dat kan alleen ge
beuren met behulp van spiegels -
FOTO COR VIVEEN
zoals in het oog van de kreeft.
Na jaren van noeste vlijt is de
Röntgen-telescoop nu bijna een
voldongen feit. Hij lijkt inder
daad sprekend op het oog van
een kreeft: een verzameling holle
buisjes met spiegelende wanden
Washington (dpa) - De eerste
primitieve dieren bestonden
mogelijk al meer dan een mil
jard jaar geleden. Dit vermoe
den spreken Amerikaanse we
tenschappers uit in de nieuwe
editie van het gezaghebbende
blad Science.
Ze baseren zich op genetische
ramingen. Die ondergraven de
tot dusver gehanteerde theo
rieën, volgens welke het die
renleven tamelijk plotseling
ontstond in het vroege Cam-
brium-tijdperk. De eerste fos
sielen dateren uit deze era van
rond 565 miljoen jaar geleden.
Volgens de theorie ontwikkel
den zich in het dierenrijk
daarna alle grotere groepen
en stammen in een 'razend'
tempo van slechts 20 miljoen
jaar.
De nieuwe, precieze, bereke
ning gaat uit van de ontwik
keling van het dierenrijk ge
durende een veel langere tijd.
De berekening komt daarom
dichter uit bij de evolutie
theorie van Darwin dan bij de
'explosie'-theorie.
De wetenschappers deden on
derzoek in genetische data
banken van onder meer die
rentuinen. Ze vergeleken er
felijk materiaal van dieren uit
zestien soorten op zoek naar
moleculaire afwijkingen op
zeven genen. Uitgaande van
de these dat genetische veran
deringen alleen over lange en
regelmatige perioden plaats
vinden, kwamen zij tot de be
rekening dat het dierenrijk
1,2 miljard jaar geleden ont
stond.
In een commentaar schrijft
Science dat de eerste verte
genwoordigers van het die
renrijk waarschijnlijk zeer
klein waren en mogelijk op de
bodem van de zee leefden. Dit
zou verklaren waarom er geen
fossielen uit deze tijd bestaan.
Londen (reuter) - Duitse astro
nomen zeggen mogelijk een
massief zwart gat te hebben ge
vonden in het centrum van de
Melkweg, het sterrenstelsel
waarvan wij deel uitmaken. Dit
staat in het jongste nummer van
het vakblad Nature.
Zwarte gaten zijn lichamen in
het heelal met zo'n grote mate
van dichtheid dat zij materie
aanzuigen en dat zelfs licht er
niet aan kan ontsnappen; van
daar zwart gat. De enige manier
waarop zij kunnen worden ont
dekt, is door de vermeende in
vloeden van hun zwaartekracht
op omliggende voorwerpen, zo
als andere sterren.
Keiharde bewijzen voor het be
staan van zwarte gaten zijn er
niet, juist omdat men ze niet kan
zien. Maar de laatste twintig
jaar stapelen sterke aanwijzin
gen zich op. Zo ook voor onze
Melkweg. Richard Genzel en
zijn collega's van het Duitse
Max Planck instituut in Heidel-
berg begonnen in 1992 aan hun
onderzoek.
Zij vonden naar eigen zeggen de
beste, maar nog geen sluitende,
bewijzen dat er in het centrum
van de Melkweg een zwart gat is
met een massa 2,5 miljoen keer
groter dan onze zon. „Wat de
metingen zo uniek maakt is het
feit dat wij zo dicht bij het cen
trale object konden komen en de
snelheid van de sterren konden
testen".
Het vermeende zwart gat be
vindt zich dichtbij de zeer
krachtige bron van radiogolven
Sagittarius A. De Duitse bevin
dingen komen overeen met de
mogelijkheid dat het zwarte gat
zich helemaal in Sagittarius A
bevindt.
Zij beantwoorden aan de theorie
over de wijze waarop hete gas
sen die door een zwart gat wor
den opgeslokt, zich zouden moe
ten gedragen, schreef Mark
Morris van de universiteit van
Californië in een commentaar.
Sinds 1992 begonnen onderzoe
kers van het Max-Planck Insti
tuut voor Astrofysica in Heidel-
berg de eigenlijke beweging te
meten van 39 sterren in ons ster
renstelsel vanuit rechte hoeken
op hun bewegingssnelheid.
Zij ontdekten dat de sterren in
circulaire banen draaiden rond
een grote centraal gelegen mas
sa met een zwaartekrachteffect.
Indien die omlopen onregelma
tig zouden zijn geweest, zou dit
hebben gewezen op een veel
kleinere massa.
In Friesland zullen slechts ijs
meesters met koudwatervrees er
blij mee zijn, maar havenmees
ters in koude streken van de
Aarde zullen het met open ar
men ontvangen: Per Andersens
idee om het dichtvriezen van ha
vens in de winter tegen te gaan.
Andersen, een Canadese inge
nieur, heeft een 'golfgenerator'
bedacht die het water in de ha
ven in beweging houdt door
kunstmatige golven op te wek
ken.
Daardoor wordt dieper, warmer
water naar het oppervlak ge
transporteerd waardoor ijsvor-
ming wordt voorkomen.
Een eerste proef in de haven van
Oshawa (Ontario) was volgens
de uitvinder succesvol. Het ap
paraat bestaat uit een 7,4 meter
lange kurkentrekker die aan bei
de uiteinden door pontons wordt
ondersteund. Een elektromotor
draait de schroef rond wardoor
golven worden opgewekt. Bij de
proef in Oshawa ontstond een
golfslag van gemiddeld 150 mil
limeter, de helft meer dan An
dersen had verwacht.
die tot een bundel zijn samenge
voegd. De bedoeling is dat het
toestel in 2001 in de ruimte
wordt gebracht om voor het
eerst grote delen van het heelal
op Röntgen-bronnen te onder
zoeken.
Maar daarmee is het verhaal nog
niet uit. Ook in de micro-elek-
tronica wordt momenteel ge
werkt aan toepassingen voor het
door de twee nietsvermoedende
biologen ontdekte principe. De
circuits op micro-chips worden
nu nog vervaardigd met een
vorm van 'lithografie' die werkt
met zichtbaar licht. Met behulp
van een 'oog van de kreeft' moet
het mogelijk zijn Röntgen-stra
ling zodanig te concentreren dat
ze ook voor dat doel gebruikt
kan worden. Doordat Röntgen
straling een veel kleinere golf
lengte heeft dan zichtbaar licht,
zouden elektronische onderde
len honderden malen kleiner
kunnen worden gemaakt dan nu
nog het geval is.
De technologie kan een revolutie
in de miero-elektronica veroor
zaken en een industrietak ople
veren waar miljarden dollars in
omgaan. Om met bioloog Mike
Land te spreken: „Ik wou dat we
het idee hadden kunnen patente
ren. Ik hoop nu maar dat de
computerbonzen ons biologen
niet vergeten als ze het oog van
de kreeft eenmaal commercieel
gaan uitbuiten. Misschien hou
den ze wat grijpstuivers over
voor fundamenteel onderzoek -
daar is het tenslotte allemaal
mee begonnen."
Het Amerikaanse Comité voor
het Wetenschappelijk Onderzoek
naar Paranormale Beweringen
(CSICOP) heeft een academische
cursus op poten gezet ter oplei
ding van sceptici.
CSICOP wil daarmee weerstand
bieden aan wat het omschrijft als
'een opkomend getij van irratio
naliteit'. Het verwijst daarbij on
der meer naar het feit dat 48%
van de Amerikanen in vliegende
schotels gelooft en dat van hen
bijna tweederde geloof hecht aan
beweringen dat aardse regerin
gen al contact hebben gehad met
buitenaardse beschavingen.
Volgens CSICOP-voorzitter Paul
Kurtz betreft de cursus 'de eerste
poging om methoden te ontwik
kelen om sceptisch denken in een
systematische vorm te gieten en
toe te passen op een breed scala
aan vraagstukken'.
Sceptici zijn - uiteraard - scep
tisch over de plannen. Zoals spe
cialist Ray Hyman het uitdrukte:
„Er zijn geen basisregels of hand
boeken die je kunnen leren een
goed scepticus te zijn. We hebben
vaak meer problemen met zoge
naamde sceptici die niet weten
waar ze het over hebben, dan met
paranormale gelovigen."
Amsterdam (anp) - De Konink
lijke Nederlandse Akademie van
Wetenschappen heeft de De la
Courtprijzen 1996 toegekend. De
prijzen belonen wetenschappe
lijk werk dat onbezoldigd wordt
verricht met een bedrag van
10.000 gulden en een zilveren
medaille.
De Johan de la Courtprijs voor
alfa-wetenschappen is toege
kend aan dr. A. van Lehr (1929)
voor zijn gehele onderzoek op
het gebied van de campanologie
en de beiaardkunst. Lehr is di
recteur van het door hem opge
richte Nationaal Beiaardmu
seum in Asten.
De Pieter de la Courtprijs voor
de gamma-wetenschappen is
voor drs. H. van Voorst Vader-
Duyckinck Sander (1936) voor
haar studie Leven en laten leven.
Zij beschrijft daarin het leven
van haar grootvader ir. Adriaan
Stoop, de oprichter van de
Dordtsche Petroleum Maat
schappij in Nederlands-Indië.
De auteur gaat ook in op techni
sche en economische aspecten
van de toenmalige oliehandel.
Verder heeft de KNAW aan prof.
dr. M.C. Horzinek dit jaar de Dr.
M.W. Beijerinck Virologie Me
daille toegekend. Deze prijs
wordt sinds 1966 eenmaal in de
drie jaar toegekend. Horzinek,
hoogleraar aan de Universiteit
Utrecht, is internationaal ver
maard om zijn onderzoek naar
nieuwe virussen en de evolutie
daarvan.