altijd dat gevoel van schaamte' bmen 'En ren Hugo Claus legt Vlaamse zotheid bloot in roman 'De geruchten' Frank McCourt schrijft boek over armoedige Ierse jeugd Bob Mendes overtreft zichzelf Zuiplap Nationalisme Bisschop BOEK Trekpoppen Onnozelaar Hakenkruisen Slachtingen het exemplaar van De as van mijn moeder dat op het bijzetta feltje ligt. Zegt: „Het heeft lang geduurd vóór ik dit kon schrij ven..." Pas toen hij de zestig reeds gepasseerd was, durfde Frank McCourt het aan om zijn herinneringen aan een extreem armoedige jeugd te boek te stel len. Het prijkt hoog op de Ameri kaans bestsellerlijsten. Hij is nu 66, wit haar, zachte stem, levervlekken op de han den. Hij kijkt me ietwat be droefd aan als ik vraag of het al lemaal echt gebeurd is. Of het niet een beetje te veel van het goede is: de peetvader die niet op komt dagen bij de doop omdat hij dronken is, zijn vader die - e- veneens dronken - met de pas toor op de vuist wil en zijn moe der die het kind van de weerom stuit in de doopvont laat vallen. Het lijkt slapstick. „Ik weet 't. Het is absurd. Maar de feiten zijn waar. En dit is nog niks ver geleken met de rest." Zijn vader, zo verhaalt het boek, is een Ierse zuiplap die prachtige verhalen kan vertellen en die zijn geëmigreerde moeder als on wetend meisje, buiten, staande tegen een muur in New York zwanger maakt. Waarna Frank geboren wordt en voorzien van slechts één naam, Francis, heel uitzonderlijk in de katholieke traditie, maar, zoals zijn vader zegt, 'met één naam door het le ven gaan is al moeilijk genoeg'. Het is een ellendig huwelijk. De weinige keren dat vader Mc Court werk heeft, brengt hij het loonzakje doorgaans recht naar de kroeg waarna hij dronken thuis komt en zijn zoontjes op trommelt die midden in de nacht plechtig moeten beloven hun le ven te zullen geven voor moeder tje Ierland. Moeder McCourt stort in als - na achtereenvol gens vier jongens op de wereld te hebben gezet - het langver wachte meisje zeven weken na haar geboorte overlijdt. Het ge zin keert haveloos en tot op de botten berooid met de boot terug naar Ierland om uiteindelijk in Limerick te belanden. Maar ook daar is het crisis. „Het is maar goed", schrijft de jonge Frank in een opstel, „dat Jezus besloten heeft om als jood geboren te worden in dat warme land, want als Hij in Limerick was geboren zou Hij de tering krijgen en binnen een maand zijn gestorven en dan zou er geen katholieke Kerk zijn..." In de sloppenwijk waar Frank McCourt opgroeit zijn de jon gens kaalgeschoren vanwege de luizen, ze lopen op blote voeten omdat de schoenen bij de bede ling op zijn en ze denken dat ze naar de hel moeten omdat ze 'vies' hebben gedaan. „Ach, je wist dat je arm was. Als kind wist je dat je in lompen liep. Je wist dat je niet verder mocht leren, dat je boodschappenjon gen zou worden of fabrieksar beider of naar Engeland zou emigreren." Zegt dan: „Armoede tast je zelfvertrouwen aan. Het houdt je ontwikkeling tegen. We hadden het veel te druk met te denken aan eten en kleren en de rest om ook nog aan ontwikke ling te denken." Stilte. Dan: „En altijd dat gevoel van schaamte... Het heeft jaren geduurd voor ik me er. los van kon maken. Net alsof ik heel lang ziek was ge weest." Hij vertelt nog zo'n episode die niet in het boek staat. Als tienja rige jongen gooide hij 's avonds stiekem twee ruiten in van het huis van de vent van de bedeling. Hij was boos omdat zijn moeder steeds weer zo'n zelfde soort ver nedering werd aangedaan als toen hij als kind werd afgewezen als misdienaar, vanwege het simpele feit dat hij uit een ach terbuurt kwam. „Ik heb dagen lang in de rats gezeten, omdat ik bang was dat ze me hadden ge zien", zegt hij over die ruiten. Aan de overkant van de Ierse Zee maakt de oude McCourt al vlug naam omdat hij in elke Engelse kroeg Ierse liedjes brult om ver volgens het Britse koningshuis te beledigen, In sommige ogen een daad van authentiek Iers ver zet... Hij: „Ach, ik heb een hekel aan dat absurde nationalisme. Maar we werden er mee doordrenkt. Ook op school. Al die Ierse ge schiedenis en hoe we die Engel sen moesten haten en al dat ge doe. Zoiets is gewoon niet ge zond. Het slorpt je emoties op. Je ziet het momenteel ook met de zwarten in Amerika gebeuren. Ik ken zwarte intellectuelen die hun handen vol hebben met zwart te zijn! Absurd!" „Het heeft mij tientallen jaren plus een hel van een huwelijk ge kost voor ik 't allemaal een beet je verwerkt had... Het is zó zonde van al die verloren tijd." Op de eerste pagina van het boek formuleert hij het ietwat iro nisch: „Uiteraard was het een beroerde jeugd: aan een gelukki ge jeugd valt geen eer te behalen. Erger dan de doorsnee ongeluk kige jeugd is de ongelukkige Ier se jeugd, en de katholieke onge lukkige Ierse jeugd spant de kroon." Nee, zegt hij, dat van dat brood is hij niet gaan biechten. Het jat ten van eten of het stelen van een boodschappentas turf en steen kool van achter de schuttingen in de betere wijken heeft hij nooit ervaren als een zonde. Hij spreekt geagiteerd: „Waar om? Als je honger hebt, pak je wat je nodig hebt. Dat is geen misdaad. Er is genoeg voedsel op de wereld, meer dan genoeg voor iedereen. Niemand zou honger hoeven te lijden! En bovendien denk je niet aan morele principes als je een lege maag hebt, je wilt alleen maar je honger stillen. Be ga je een zonde als je de honger van je broertjes stilt?" Voor zijn gevoel hing er toen hun leven van af. Zijn vader was naar Engeland en al weken lang was de post hun deur voorbij gegaan. Zijn moeder lag met hoge koorts onder een stapeltje oude jassen (dekens en lakens waren er niet). Met zijn drie broertjes zit Frank in het kille huis en ze hebben niks te eten. Om naar de winkel te gaan om nog iets op de pof te halen durft hij niet. En zijn moe der heeft vreselijke dorst en ijlt om limonade - „Ik probeer mu ziek te vinden in mijn eigen hoofd maar alles wat ik hoor is mijn moeder die om limonade jammert." Die avond steelt hij een brood van de achterklep van de bestel wagen van een bakkerij. En twee flesjes limonade voor zijn moe der. Toen hij negentien was, emi greerde Frank McCourt opnieuw naar Amerika. In New York werkte hij in hotels en spaarde geld voor de overtocht van zijn moeder en broertjes. Tijdens de Koreaanse oorlog zat hij bij een Amerikaans legeronderdeel dat in Beieren gestationeerd was. Eenmaal terug kreeg hij de gele genheid om vier jaar Engelse en Amerikaanse literatuur te stude ren, waarna hij leraar werd. Maar pas toen hij de zestig voor bij was, durfde hij het aan zijn jeugdherinneringen te boek te stellen. Hij grijnst: „En nu heb ik einde lijk de goede vrouw getrouwd, er komt geld binnen èn ik ben ge zond. Maar ik bèn een Ier dus, vraag ik me af wanneer het noodlot opnieuw toeslaat..." Goudgeel oktoberlicht valt Frank McCourt: „Ik heb een hekel aan dat absurde nationalis me. Maar we werden er in Ierland mee doordrenkt. Ook op School.foto prometheus schuin over de gracht. Yeah, zegt hij. Zijn zachte Iers ruist door het Amerikaans. Ja, van bis schop Muskens heeft hij ge hoord. Hij knikt. Glimlacht. Zegt: „Good old Dutch bishop." En zegt dat zij ze zó niet hadden, in Ierland, toen ze het hardste nodig waren... Frank McCourt: 'De as van mijn moeder'. Uitgeverij Bert Bakker, prijs 45. OKTOBER 1996 D6 /EEN nst - Carl-Henning Pedersen 2on Bktt/m 19 jan) - (1 novt/misl, DAM c' 3-'Het vieze tafeltje'-overzirh, - ma t/m zo 11.00-19.00 uur (t/rj t 7 - In living colour - gekleurd, ssoen Gauguin-ma t/m zo 10.00. DE STEM Klucht met DONDERDAG 24 OKTOBER 1996 D7 erk. Voor een paar iedereen een Para- Jan Steen, schilder en verteller 1997) er' RPEN ne Jaren'-Floris en Oscar JesDeru 00-16.45 uur (t/m 3 nov) ERTOG boosaardige ondertoon dius Prinsenlaan 8 - Marieken Co- ze als Motor - ontwikkelingen in t/m vr 10.00-17.00 uur - za en zo Bob Mendes Door Johan Diepstraten De ontknoping van de voortreffe lijke thriller De kracht van het vuur van Bob Mendes speelt zich af in Teheran op de dag dat Kho meini de macht in Iran grijpt. Terwijl de sjah-gezinde troepen hun laatste bloedbad aanrichten, laat de waanzinnige kanselier van de sjah in een tempel het goddelijke vuur branden dat de leugen van de waarheid moet scheiden. Bob Mendes heeft de lezer dan ruim vierhonderd dichtbedrukte pagina's in span ning gehouden om er vervolgens een apotheose uit te knallen - let terlijk - die er mag zijn. Dat Bob Mendes in het Midden- Oosten op vertrouwde bodem is, bewees hij met de thriller Vergel ding (1992) die een jaar later be kroond werd met de Gouden Strop. Dit voorspel tot Saddams oorlog is uitermate sfeervol, ook omdat Mendes de praktijken van de Iraakse geheime politie, de Moekhabarat, zo trefzeker be schreef. Voor De kracht van het vuur week Mendes uit naar het buurland Iran en uit alles blijkt dat hij zich goed gedocumenteerd heeft. Door de nieuwe roman van Bob Mendes ruist de echo van De bloedbruiden van Joseph Koenig - wereldwijd gewaardeerd als de beste thriller die ooit over het Iran van de sjah en de ayatollah's is geschreven. In De kracht van het vuur vertelt Mendes het ijzingwekkende dra ma van de joodse arts Sharon Stern die op haar vlucht in 1953 naar Israël ergens in een woestijn een helicopter ziet crashen. Zij verzorgt de piloot, Fariman, die zij het leven redt. De medepassa gier blijkt de machtige Darius Razdi te zijn, een gewetenloze schurk die zojuist ontsnapt is uit Iran om aan een revolutie te ont komen. Darius Razdi verkracht raat 12-Gé Verhulst/aquarellen Bergen/ objekten en Willem Pak '.00 uur (t/m 7 nov) ZOOM Dick Fluitsma/ tekeningen i 00 uur (t/m 17 nov) n Frik en Hans Hovy - ma t/m za - werk van Joost Verwey en Mat- ur - za 11.00-17.00 uur (t/m 8 nov) Hans Greep/ schilderijen - di t/m r (t/m 26 okt) Justinus van Nassau - Kasteel- stenaars uit de regio Breda - (t/m SCH traat41 - 'De Muze als Motor'-di 00-17.00 uur (t/m 1 dec) OVEN - 'De Muze als Motor' - di t/m zo RLO est Proforma - sculpturen, installa- 'DAAL en, tekeingen en bronzen van Ru uur (t/m 4 nov.) 1DAM en Museumpark 18-20-Willemde 7 (tot 1 dec) - di t/m za 10.00-17.00 uut - ontwerpen van Gispen (t/m (t/m 8 dec) - di t/m za 10.00-17.00 nstelling 3 Scales/4 Architects (t/m n Hendrik Paulides (1892-1967) - 17 nov) RG kestraat 96 - Flexible 2 - pan-euro- t/mvr 10.00-17.00 uur - za en zo /luze als Motor' - di t/m zo 11.00- HOUT at 92 - schilderijententoonstelling Nieuwe Maan - do t/m za 11.00- m 17 nov) CHT etenstraat 1 - Take Two - di t/m za (t/m 27 okt) wegracht 63 - 'Het Utrechts Psal- rond een beroemd handschrift-di 00-17.00 uur (t/m 17 nov) NGEN - Werken van Klaus Kröger, Phil wo t/m zo 12.00-17.00 uur (t/m 24 Door Johan Diepstraten Met Belladonna (1994) reken de Hugo Claus af met de Vlaamse culturele wereld. In deze satirische roman introdu ceerde hij een duizelingwek kende hoeveelheid personages die van hun voetstuk vallen. Al die geldwolven, hielenlikkers en profiteurs zijn zwaar aan gezet, de situaties zijn hila risch en overtrokken en van subtiel engagement is geen sprake. Een kostelijke roman, dat wel, maar op bepaalde mo menten dreigde Claus zijn hand te overspelen. Be nieuwe roman De geruchten is volgens hetzelfde literaire procédé opgezet en balanceert op dezelfde grens. Zo'n twintigtal personages figureren in deze boe renroman die is gesitueerd in het Vlaamse dorp Alegem in het mid den van de jaren zestig. De ge beurtenissen zijn haast nauwe lijks geloofwaardig: de Eerwaar de Heer Lamantijn drinkt zich ongans en dondert van de preek stoel met fatale gevolgen. De postbode Edmond Staelens be landt met zijn hoofd in een em mer zoutzuur van 14 procent en de verzekeringsagent Hubert van Hoof, gepromoveerd tot verslag gever van Het Belang van Lim burg, wordt met een koekenpan naar de andere wereld geholpen. De lezer maalt niet om hun ver scheiden, want de personen zijn trekpoppen waar Hugo Claus al naar gelang zijn humeur tijdens het schrijven mee donderjaagt. Voor het verloop van de roman doet het er ook niet toe of ze voor het voetlicht op het toneel staan ot definitief in de coulissen ver dwijnen. Net als in Belladonna mogen de personages even stijgen om daarna een flinke smak te maken. 'Tis all in pieces, all cohe rence gone,' luidt het motto van de roman naar John Done. En in derdaad: De geruchten bestaat uit brokstukken waarin iedere van Claus. De lezer weet dan al lang dat de builenpest niet letter lijk opgevat moet worden. René Catrijsse, die niets met de epide mie te maken heeft, is het sym bool van het kwaad, maar even zogoed van het kwade geweten van de dorpelingen bij wie het schuldbesef groot is. In café De Doofpot - de naamgeving is dui delijk - had Meester Arsene het na veel pinten wollig uitgelegd: 'Het gezichtspunt van geruchten, de definities die anderen geven op geruchten, opgelet, het wor den gauw complexe interacties, en woorden doen daar niet veel goeds aan, woorden, oordelen, andersmans accenten.' En gelijk heeft hij: er wordt ge roddeld en gekwekt en voordat de rust is weergekeerd in het dorp is de beerput opengetrok ken. Iedereen komt er wel geha vend uit, maar, zo blijkt uit de epiloog vanuit café De Doofpot, het leven gaat gewoon verder. De dorpsgemeenschap herstelt zich, een enkeling zoekt zijn heil er gens anders, maar verder wordt iedereen ouder en ouder. 'Het on kruid overwoekert alles,' luidt één van de laatste zinnen. Een boosaardig boek is het ge worden, omdat Claus geen enkel mededogen toont met zijn perso nages. Ze deugen niet: meelopers, draaikonten en stiekeme belagers van dertienjarige meisjes zijn het. Als er iemand een goede inborst heeft, de broer van René, dan blijkt hij een onnozelaar te zijn. Nee, de Vlaamse samenleving die Claus in beeldende zinnen schetst, is verdorven tot op het bot. Om dat te illustreren heeft hij ge kozen voor de zap-constructie. In korte, wisselende hoofdstukjes met de naam van de persoon als titel, draven ze op om letterlijk in het blauw te verdwijnen. Wat be klijft, is de gedachte dat het leven steeds meer begint te lijken op een zotte bedoening. Maar dat wisten we al van Claus. Hugo Claus: 'De geruchten'. Uitg. De Bezige Bij, prijs 34,50 Sharon die precies veertig weken later een zoon baart, Simon. Het is niet zeker of Darius inder daad de vader is, omdat Sharon enkele dagen na die dramatische gebeurtenis trouwt met de zionist Samuel Hofman met wie zij in de huwelijksnacht de liefde bedrijft. Vader of niet, de machtige Darius zet alles op alles om de zoon terug te brengen naar Iran. Maar tel kens als de Savak, de geheime politie van de sjah, het gezin van Sharon en Simon op het spoor zijn, komen er anonieme tele foontjes die waarschuwen dat er een ontvoering is gepland. Sha ron, Samuel en Simon leven on der schuilnamen in de wereld om te ontkomen aan de greep van de kanselier van de sjah. Dit is de uitgangssituatie voor een thriller waarmee Bob Mendes zijn vorige werk overtreft. Wer kelijk prachtig is het hoe hij de figuur Darius Razdi steeds waan zinniger laat worden. Hij is een volgeling van Zarathoestra en behoort tot de zoroastriërs die al 2500 jaar over het koninkrijk heersen via de Raad der Vaderen. Darius is de opperpriester, de aartsvader die zijn macht steeds verder uitbreidt. Mendes beschrijft dit proces te gen de achtergrond van de totale ineenstorting van het Perzische rijk. Naarmate de fundamenta listen meer invloed gaan krijgen, wordt Darius Razdi wreder en waanzinniger. Hij is ervan over tuigd dat het Gods wil is dat er zoon geboren werd na de ver krachting en zet alle middelen in om het joodse gezin op te jagen. De gevolgen van de grootheids waanzin van Darius Razdi, heeft Bob Mendes in een akelig span nende thriller beschreven. Bob Mendes: 'De kracht van het vuur'. Uitg. Meulenhoff/Manteau, prijs 39,90. niet alleen over oog k ook letterlijk moet sijn, zo bewijst Sam estel mijn handge- ;ciaal in Duitsland, et teruggestuurd. Er ïat kan ik proeven, aan het papier. Wat freak. Parabirsingh. Galerie Breda. Tot en met 23 Van onze kunstredactie Zondag in Amsterdam, voor de laatste keer zomer. Buiten dren telen de mensen voorbij met hun jasjes uit. En hier, in een grach tenhotelletje, zit ik te luisteren naar het verhaal van het kindeke Jezus in Limerick! „Jesus aat Frank McCourt zich ontval len in zijn Iers-Amerikaans ac cent. McCourts moeder was toen vijf °f misschien zes en ze had intens medelijden met het Jezuskind nat achterbleef in de kribbe in nie steenkoude kerk. Limerick is nu eenmaal kil en vochtig, voor al in de winter. Zijn moeder had an n medelijden dat ze het Kind je op Kerstavond meenam, naar nuis, waar ze het warm hield on der een oude jas. „Héél Limerick stond op z'n kop. Dit was een jan de grootste wandaden ooit tegen de kerk gepleegd. De kerk jyas ontheiligd!", vertelt hij over ne commotie die haar daad te weeg bracht. »Zo was mijn moeder", zegt hij, "daar familie was zo arm als een rat, maar toch nam zij het op y°or de mensen die er nóg slech ter aan toe waren." jhj vertelt dat het verhaal over I kerstkind één van de verha- en is die niet in zijn boek staan. lJ: rik kan soms woedend op ezelf worden omdat ik zoveel ergeten ben. Ik heb zelfs de uit gever gevraagd het manuscript erug te sturen. Maar hij vond et zo genoeg. De rest moest ik aar m een njeuw zetten." tikt met zijn vingertoppen op FOTO dijkstra man niet naar om genuanceerd over het koloniale optreden te schrijven. Dat verleden behoort tot het zwartste uit de Vlaamse geschiedenis. Summiere beschrij vingen over de wreedheden in flash-back zijn voldoende. En er was ook niet meer, zo lijkt Claus te betogen, alles over die Kongo- leese tijd is alleen maar via ge ruchten in het vaderland geko men, de echte waarheid is nog onder de mestvaalt verstopt. Ver rassend is het niet dat hij die duistere koloniale geschiedenis in verband brengt met de rol van de flaminganten in de Tweede Wereldoorlog. Niet voor niets blijkt René Ca trijsse de zoon te zijn van een Vlaamse Obergruppenführer met wie moeder Alma (de oermoeder) in een lazaret enkele vurige nach ten doorbracht. De hakenkruisen die op het win kelpand ge schilderd wor den na de te rugkeer van dé verloren zoon uit de Kongo tonen dat de dorpsgemeen schap dat verle den niet is ver geten. René Catrijsse heeft zich op zijn slaapkamer verstopt en staart de hele dag naar het plafond. Een enkele gendar me klopt aan de deur, maar de Rijkswacht is niet echt naar de deserteur op zoek. Catrijsse heeft alleen contact, 's nachts, met een lief en met zijn vroegere maten uit de Kongo. In het dorp gonst het van de geruchten, om dat er een epi demie is uitge broken. De een na de ander krijgt blauw zweet op het voorhoofd, blauwe lippen en spuugt blau we gal. De bui- foto klaas koppe lenpest is neer gedaald in Ale gem, de patiënten krijgen 'blau we plekken met gouden randen waar, als ge d'r op duwt, gelige kwak uitspringt.' Iedereen ver denkt René Catrijsse ervan dat hij een Afrikaans virus heeft meegebracht. Dat aan het einde van de roman een professor een parasiet isoleert die tegelijkertijd zou bestaan uit 'cyclospora van frambozen uit Guatemala en bac teria uit de plaatselijke melkfa briek', is een wat melige vondst samenhang lijkt te ontbreken. Maar dat is schijn. Hugo Claus is natuurlijk niet de schrijver die even een zotte klucht heeft be dacht. De ro man is in feite een zeer boos aardig en geraf fineerd ge schreven boek waarin Claus afrekent met de middelmatig heid en de col lectieve dom heid van een dorpsgemeen schap. Het is een bekend the ma in zijn werk, even bekend als de manier om de conflicten op scherp te krij gen. Het is niet voor de eerste keer dat Claus een zonderling uit een dorp de wereld instuurt om hem na ver loop van tijd te laten terugke ren naar de ge sloten gemeen schap. René Catrijsse deugde al niet voordat hij het dorp Alegem verliet om in Hugo Claus Belgisch Kongo te strijden voor zijn vaderland. Wat hij precies heeft uitgespookt voor zijn vertrek, laat Claus in het midden, maar iedereen ver denkt hem van brandstichting, vandalisme en inbraak. Over zijn verblijf in Afrika laat Claus geen misverstanden be staan. Samen met enkele deser teurs heeft Catrijsse ware slach tingen aangericht. Claus is er de Enz. Mevr. Lariss t rabirsi^ 100% result, ooi Tel: 00-32.338 Zoersel Bel

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 31