'Strip is onderdeel van populaire cultuur en kan dus nooit kunst zijn'
d1
the
e r
muziek
boeken
•ker. Blijft dus
er maar
salade van.
pelen.
m te pof-
snijden.
II:
6.99 a s^Zolang de2 voorraad
798
filet,
.5.90
Infantilisme
Opstapje
Acceptatie
Kranten
Tinnef
Geen kunst
Mulisch
KUIM
K-,
mm
at- AH Servicelijn:
06-0305.
De artikelen in dex
O QO advertentie kunt u In
t.yy alle AH winkels kopen.
behalve de artikelen
staan. Die artikelen kunt
am
45
m
Grote Gids
DONDERDAG 10 OKTOBER 1996
r kleine cijfertjes bj
i. Die artikelen kunt
u alleen koDen in ah
U ZOE/CTWERK?.DAM
fSUMT UfA/DE BAtCJES
&AAN k-fJ/CEM.'
/M Ü2 GAATJES M/JMEW
WUJATTA1EW5L WAT
HOEVEEL BETAALT DAT
PERL/C/R?.'
rj»i«7 is een van de nieuwe Nederlandse striphelden. Heel anders dan Tom Poes, maar toch met een eigen schare fans. Dit is een strook uit het album 'Er is niks mis met humor om te lachen,' zegt Ton Schuringa van Het Stripschap. Dit is een fragment 'uit De Bron-
eddie de jong en rené windig zen Sleutel', een album van Suske en Wiske. standaard uitgeverij Antwerpen
£X.
Het Esneranto van de analfabeten?
MAAS. £S ZfdN ZOVEEL QMêEN &£3£üRP P!£
met elkaas te maken hebben.
tóps zijn leuk, zeggen zowel de liefheb-
irals de professor. Maar waar de één het
jeldverhaal zonder meer bestempelt als
pst, sabelt de ander die kwalificering
„Een stripverhaal is een vorm van
jpulaire cultuur. Kunst is elite-cultuur,
'at kan nooit samengaan.
jor Mark van Assen
«vijftig jaar geleden, vlak na de oorlog,
sd de Nederlandse Onderwijsminister er
eer dan genoeg van. Wellicht had hij net De
jionden van - toen nog - Gerard van het
doorgeworsteld, een minutieus verslag
(er de lamlendigheid waarin de jongeren in
verkeerden. Of misschien was hij
el gewoon geheel onvoorbereid de slaapka-
sr van een van zijn kleinzoons binnengestapt
had hij het ventje betrapt op het lezen van
tipboeken.
be het ook zij, in 1948 dicteerde hij zijn secre-
resse een brief aan de directeuren van 's
ids scholen. Of ze zo snel mogelijk het ver-
liden van 'de beeldroman' wilden tegen-
i, zowel op school als daarbuiten. Strip-
Walen werden toen nog beschouwd als ver-
erfelijk, zedenbedervend, slecht voor de fan-
in het algemeen en die van kinderen in
ït bijzonder. En erger nog: de bloem der natie
ju leeslui worden, niet meer in staat tot het
insumeren van 'echte' boeken, van Litera-
ii gevoel van onbehagen bleek universeel,
'ant ook in Amerika sprongen moraalridders
)P de barricaden van het fatsoen. Er moest een
uit komen tegen de vervlakking en de onno-
ilheid die in strips op de loer lagen, als solda-
in een papieren Paard van Troje. 'Het Es-
iranto van de analfabeten', werden de beeld-
irhalen genoemd, en 'missionarissen vail het -
iternationale infantilisme'.
26 oktober 1954 werd dan ook de Comics
ie Authority van kracht, een bundeling of-
Héle richtlijnen waaraan de makers van
^pverhalen zich dienden te houden. Een
leine greep: er mocht geen reclame worden
jemaakt voor de misdaad, de spot drijven met
was uit den boze, het taalgebruik in
moest hoogstaand zijn, de woorden
'"•oren terror mochten niet voorkomen in ti
lls en naakt was al helemaal verboden.
'e kunt niet bepaald zeggen dat de kunste-
Mrs zich daar veel aan gelegen lieten liggen,
n ie loop der jaren ontwikkelde zich een cul-
van zogenaamde Underground strips,
Win vrijwel alles voorkwam wat door de
werd verboden. Het duurde desondanks
108 vrij lang voordat deze regels werden ver-
^ten maar t06n WaS ^ereen ze a^anS ver"
I °enei1 in het verleden zo fanatiek van
r trokken tegen de opkomst van de strips en
e veronderstelde teloorgang van de literatuur
J® ™k konden werpen in een willekeurig
Menands klaslokaal, zou de grond onder
r«en wegzakken. Strips lijken Hun an
te nebben uitgegooid in het taalonderwijs,
I hteratuur. Tom Poes en Ollie B. Bom-
ajn yaste gasten in de literatuurlessen, er
J teerlingen die strips op hun leeslijsten zet-
viimu^jz'in leraren die dat toestaan. Want
L eren die nog niet 'klaar' zijn voor li-
uur, vormen de strips een aardig opstapje,
en ™e,'3e8ripPen als tijd, motief, perspectief
ieeldverh \°men tensl°tte °°k terug in het
essor Ed Tan van de Vrije Universiteit van
Enki Bilal (tekeningen) en Pierre Christin (tekst) laten in het album 'De Jacht' zien dat een stripverhaal een combinatie kan zijn van beeldende kunst en literatuur.
humanoldes associé en uitgeverij big balloon
Amsterdam - docent binnen de vakgroep
Woord en Beeld - is een voorstander van deze
rol van strips. „Het is een verrijking van het li
teratuur-onderwijs. Er is genoeg te halen uit
beeldverhalen. Natuurlijk betreft het dan
vooral de complexere strip, waarvan het lezen
enige competentie vereist. Bovendien, als de
woordcultuur de beeldcultuur verdringt -
wat sommigen zeggen - dan mag je je leerlin
gen best wat 'visueel geletterder' maken."
Leuk, zou je zeggen. Deze langzame, maar ge
stage acceptatie van Kuifje, Asterix, Blake en
Mortimer, Lucky Luke en Thorgal zal de strip
liefhebber deugd doen. Maar de stripliefheb
ber is nog lang niet tevreden.
Ton Schuringa is woordvoerder van Het Strip
schap, het Nederlands centrum voor stripfans.
Het Stripschap is onder meer verantwoorde
lijk voor de organisatie van De Strlpdagen in
Breda.
Schuringa meent dat de strip nog lang niet ge
accepteerd is in Nederland. „Ze denken hier
echt nog dat strips alleen voor kinderen zijn en
dus niet serieus genomen moeten worden. Dat
is nog iets van vroeger en eigenlijk tekenend
voor het conservatisme in de boekenbranche.
Kijk maar eens in de 'serieuze' boekwinkels:
geen strip te bekennen. Dat zijn toch al van die
halve heilige plaatsen, waar praten nog net
niet verboden is. En je weet 't hè, als je strips
verkoopt dan krijg je allerlei lawaaierige, ijs
jes-etende kinderen binnen."
Dit in tegenstelling tot landen als België (met
volwassen humor-strips) en Frankrijk (waar
de historische strip momenteel zeer populair
is). Stap daar maar eens een boekhandel bin
nen, zegt Schuringa lichtelijk jaloers. „Daar
heeft gewoon elke zichzelf respecterende
boekhandel een forse strip-afdeling. En dan
niet zoals hier, met een paar Suske-en-Wiskes,
een enkel Kuifje-boek en als je mazzel hebt
nog wat luxe-uitgaven. Nee, je kijkt daar echt
je ogen uit."
Die achterstand van Nederland is volgens
Schuringa simpel te verklaren. In andere lan
den wordt de strip al van oudsher in kranten af
gedrukt. En kranten hebben een volwassen
leespubliek, dus voila. In Nederland daarente
gen verschenen de strips overwegend in jeugd
bladen en iedereen vond dat dit maar zo moest
blijven ook. „De enige manier om uit die hoek te
komen, was het aanzien van je strip te verande-
In Frankrijk, een
rie 'De Torens van
land met een volwassener stripcultuur dan Nederland, is momenteel de historische roman zeer populair. Dit is een fragment uit 'Khaled', een aflevering uit de se-
Schemerwoude'. De tekenaar is Hermann. strip art features en Hermann
ren. Zo ontstond het typisch. Hollandse beeld
verhaal: losse tekeningen met daaronder de
tekst. Je ziet ook dat die strips een heel andere
status hebben. Kapitein Rob, Eric de Noorman
en Tom Poes natuurlijk, van Marten Toonder.
Maar dat is dan ook een fenomeen, een uniek
grensgeval tussen literatuür en strip."
Hiermee stapt Schuringa min of meer zijn ei
gen grenzen over, want volgens de zegsman
van Het Stripschap - die dus onder meer ij
vert voor een eigen plaats voor strips in de
boekwinkels - zijn strips geen literatuur.
„Nee. Daar kan ik gelukkig volmondig 'nee' op
antwoorden. Voor mij is een stripverhaal een
van de verhalende kunsten, gewoon op hetzelf
de niveau als film, literatuur en toneel. Een
volwaardige kunstvorm, met een bepaalde
waarde, een bepaald niveau en een bepaalde
complexiteit. Ik zou zelfs willen zeggen dat
strips - en zeker de Nederlandse - gemid
deld genomen meer kwaliteit hebben dan de
zogenaamde literatuur. Als je ziet wat er alle-
maal voor tinnef in boekvorm verschijnt..."
En natuurlijk zijn er ook mindere strips, geeft
hij toe, natüürlïjk. Maar Agatha Christie is
tenslotte ook geen literatuur, terwijl het wel
heel leuk is om te lezen. „Metescapisme is toch
niks mis? Dat geldt ook voor de strip. Lollige
verhalen? Zoals Suske en Wiske? Best. Je moet
niet te ingewikkeld doen over humor om te la
chen."
Professor Ed Tan is het daar helemaal mee
eens. Maar op een ander - en heel essentieel
- punt verschilt hij stevig van mening met
Schuringa. Tan vindt strips namelijk geen
kunst en al helemaal geen literatuur.
„Dat is bijna per definitie zo. Een stripverhaal
is onderdeel van de populaire cultuur. Kunst is
een elitecultuur. En dat kan nooit samengaan.
De strip was aanvankelijk ook een medium
voor 'slechte' lezers: voor kinderen en lager op
geleiden. En strips kunnen natuurlijk nooit li
teratuur zijn, daarvoor zijn ze te beeldend. De
rol van de tekst is ondergeschikt. Onontbeer
lijk, maar ondergeschikt."
Ook Tan haalt Marten Toonder aan als uitzon
dering die de regel bevestigt. Hij kan zich nog
herinneren dat iemand als Harry Mulisch zeer
in zijn nopjes was toen Toonder werd opgeno
men in de Nederlandse Vereniging van Letter
kunde. „De reden hiervoor was natuurlijk
Toonders taalgebruik en niet zijn tekentalent."
Wel gelooft de Amsterdamse hoogleraar dat
strips, literatuur en beeldende kunst elkaar
aanvullen en verrijken. Zeker nadat de strip
wereld in de jaren zestig een andere weg in
sloeg. „Er kwamen meer strips voor volwasse
nen en er werd driftig gezocht naar een eigen
vorm. En je kunt vaststellen dat daarvoor de
richting werd gekozen van de beeldende kunst.
Kijk bijvoorbeeld maar naar de pop art van
Roy Liechtenstein. Maar dat geldt slechts voor
een heel beperkte groep. Een elite-groep, in
derdaad."
Maar ach, zegt Tan, wat doet het er ook toe? De
bezwaren die vroeger de strip golden, richten
zich nü op de televisie. „En zo schuift het oude
medium door naar de categorie 'kunst'. Dat
hebben we ook bij de film gezien, die verdre
ven werd door de televisie. Dus de vraag of
strips kunst zijn, beantwoordt zichzelf over
pakweg een jaar of honderd."
De Strlpdagen, op zaterdag 12 en zondag 13
oktober in Het Turfschip ennet Chassé Theater
in Breda. Openingstijden 10.00-17.00 uur. Toe
gang f 5 en 10.
Meer informatie over De Strlpdagen op onze
Gids-pagina van zaterdag.
Victor Löw
en de intuïtie
m
Concertzaal
Tilburg:
gebouw als
een vleugel
pagina db
IVI
Een wereldreis
door Amsterdam
pagina d4
Venetiaanse
schoonheid
in Rotterdam
pagina d6
Leo Pleysjer:
deel vier van
familieportret
pagina d7