Nederlandse boeren in Limousin
Econo
op Anl
stort ir
Nieuwe bei
Fiscus laat ho
certificaat Be
voorlopig mei
BINNENLAND
Tussen de 30 en 50 gezinnen gaan jaarlijks voorgoed naar Frankrijk
ZATERDAG 5 OKTOBER 1996 f\
Het Franse platteland
loopt leeg, er zijn
steeds minder boeren.
Toch staan vele dui
zenden bedrijven te
koop. Tussen de 30 en
50 Nederlandse boeren
nemen jaarlijks de
grote stap en beginnen
opnieuw in Frankrijk.
Met vallen en opstaan.
Met vakmanschap. En
door als Fransen on
der de Fransen te gaan
leven, en hun metho
des te gebruiken, wan
neer weerbarstige
ambtenaren in de weg
zitten. „Een kaasje
doet meestal wonde
ren."
Door Wilko Voordouw
Toen Kees Maris enkele maanden
geleden aan de bouw van de
'wachttoren' voor zijn boerderij
begon, stond gelijk al vast wie de
windvaan op het dak zou sieren:
Betsie 36. Met koe Betsie kwam,
zag en overwon hij in Frankrijk.
Op het ritme van de wind waaiert
de beeltenis van de zwartbonte
koe uit over de bossen, de
maïsakkers en de weiden in de
Limousin.
Het bijna bejaarde dier wandelt
nog altijd in de heuvelachtige
weiden van Le Buisson, 40 kilo
meter van de midden-Franse stad
Limoges. Ze is 15 jaar. Er lopen
zeven generaties nakomelingen
van haar in de veestapel van
tachtig zwartbonte Holstein-
koeien.
Westbrabander Kees Maris boert
al 15 jaar in Frankrijk. Hij heeft
het er prima naar zijn zin. Maris
heeft een melkquotum van
550.000 kilo. Ongeveer 100.000
kilo van die melk blijft op het be
drijf en wordt verwerkt tot kaas.
De Boeren-Goudse (jong, belegen
en oud) met een Frans accent
wordt op twee markten in de
buurt uitgevent. Ook aan huis
wordt verkocht.
Zoals Kees Maris zijn er veel Ne
derlandse boeren in Frankrijk.
„Als ik mijn duim op de kaart zet
dan weet ik zeker dat er in een
straal van 10 kilometer wel een
Nederlandse boer is te vinden",'
aldus Pim de Roos. De 47-jarige
De Roos is 'emigratie-begelei
der', hoewel het begrip emigratie
eigenlijk taboe is. Hij deed zijn
werk eerst bij de Heidemij. Die
maatschappij begon in 1979 een
filiaal in Frankrijk.
Rotzooi
„In Nederland werden boeren
weggesaneerd. Als vereniging
van algemeen nut moesten we
dus nieuwe mogelijkheden geven
aan boeren." Het Franse filiaal
bestond tot drie jaar geleden. Pim
de Roos merkte dat hij met zijn
werk de nodige handicaps moest
overwinnen. Veel Fransen von
den het maar niets dat een bui
tenlandse boer 'hun' grond ging
bewerken. De Franse grondbank
SAFER probeerde zoveel moge
lijk de allerbeste bedrijven („en
dat zijn de bedrijven die Neder
landse boeren zoeken", aldus De
Roos) voor Fransen te reserveren.
„Via hun filiaal Terres d'Europe
werd alleen maar rotzooi ver
kocht", aldus De Roos.
Door met Terres d'Europe te fu
seren hoopte Heidemij gemakke
lijker aan betere bedrijven te ko
men voor Nederlanders. Dat is
ook het geval. „Denk nu niet dat
het allemaal koek en ei is", waar
schuwt de geboren Amsterdam
mer Pim de Roos in zijn tuin in
Feytiat. „We moeten nog steeds
vechten om de goede bedrijven.
We bevinden ons in een geleide
economie. Er zijn zoveel bescher
mende maatregelen. Er is voor
keursrecht voor jonge boeren uit
de streek waar een bedrijf te
koop is, er zijn melk- of zoogkoe
rechten. En een oude boer die zijn
bedrijf van de hand doet krijgt
een hoger aanvullend pensioen
wanneer hij zijn boerderij over
doet aan een Franse starter. Ver-
Guido en Laura Huizinga met hun zoon Silas.
Kees Maris.
der zijn er commissies, geleid
door mensen uit vakbonden. Het
is hier net als elders: wie het
dichtst bij het vuur zit, warmt
zich het best."
Leegloop
Maar goed. Ondanks al die be
lemmeringen rapen jaarlijks zo'n
30 tot 50 Nederlandse boeren alle
moed bij elkaar, zetten de meu
bels op een verhuiswagen, nemen
eventueel het vee mee, en begin
nen een bedrijf in Frankrijk. Zo
als de al eerder genoemde Kees
Maris. De Westbrabander boerde
voor zijn vertrek met een vriend
in de Noordoost-polder. „Maar
het bedrijf was te klein om twee
families te voeden. En aangezien
ik geen eigen vermogen had, was
het onmogelijk om te verkassen
naar bij voorbeeld Canada." Het
werd Frankrijk. Omdat het land
hem aansprak en er goedkope
grond te over was.
Aan het begin van de tachtiger
jaren liep de provincie Limousin
al leeg. En dat is nu niet anders.
Enkele cijfers zijn voldoende om
de ernst van het probleem aan te
duiden. In Frankrijk waren in
1990 nog 900.000 full-time boe
ren. Tien jaar eerder waren dat er
nog 1,4 miljoen. Die sanering is
nog lang niet ten einde. Veertig
procent van de boeren is ouder
dan 60 jaar en zal naar verwach
ting binnen tien jaar met werken
stoppen en het bedrijf verkopen.
Om die pensioneringsgolf volle
dig op te vangen, moeten volgens
de bond van jonge boeren, de CN-
JA, jaarlijks 12.000 nieuwe jonge
Robert Savy, voorzitter van de Regionale Raad in de Limousin: „Als de mensen zich maar gewoon
gedragen, komt het goed.
boeren worden geïnstalleerd.
Voorzitster Christiane Lambert
weet dat die doelstelling onhaal
baar is. Zij vindt dat haar werk is
geslaagd als ze per jaar 9.000
nieuwe boeren kan installeren.
En zelfs dat lukt niet.
De situatie verschilt per streek.
In Bretagne, Normandië, het
graanbekken rond Parijs of in de
Champagne en de Elzas is weinig
ruimte. De Limousin verenigt -
samen met de Alpen, de Pyre-
neëen en het Centraal Massief-
alle handicaps. Een enkel cijfer:
50 procent van de bevolking van
Limoges en omstreken is ouder
dan 65 jaar!
Onzin
Via emigratiebegeleider De Roos
vond Kees Maris zijn bedrijf. Van
24 hectare in de polder groeide
hij uit naar ruim 80 hectare. In
1982, zijn aanvangsjaar, kreeg hij
een melkquotum van 110.000 li
ter. Er kwam een kink in de ka
bel. 1983 was het referentiejaar
bij de instelling van de melkquo
ta. Het risico bestond dat hij zou
blijven steken op een maximaal
produktierecht van 110.000 kilo
melk. „Dat was wat je noemt een
lullige situatie. Om te overleven
ben ik toen begonnen met het
maken van kaas. En ik bestookte
alle autoriteiten om mijn quotum
uitgebreid te krijgen." Dat lukte.
Want in vier jaar groeide hij uit
naar 550.000 liter melk. Ook
drong hij door tot de top-100 van
de melkveehouders in Frankrijk.
„Maar dat vroeg grote offers. Ik
moest midden in de nacht op
staan om een derde keer te mel
ken. Totdat ik tot de ontdekking
kwam dat ik hier niet ben om ho
ge produktielijsten te scoren.
Want dat heeft een prijs. Niet al
leen in mijn persoonlijke leven,
ook de koeien worden uitgebuit.
Nu melk ik 7000 liter per koe.
Daarmee zit ik ver boven het
Franse gemiddelde (rond 5.500 li
ter), terwijl ik vrijwel niet hoef
bij te voeren. Nu het hier droog
is, geef ik wat hooi. Verder be
staat de voeding uit gras, aange
vuld met kuilvoer, maïs en gras-
kuil, allemaal hier van het be
drijf. Alleen als de nood echt
hoog is voer ik wat brok." Over
die voedingscomplementen en de
steeds maar groeiende behoefte
aan technische hulpmiddelen
heeft Maris een geheel eigen
theorie. „De boeren laten zich
heel veel onzin aanpraten door de
industrie. Als er een probleem is
wordt er gezocht naar een techni
sche oplossing. Voercomputers,
de modernste melkstallen, het le
vert zo weinig op. In de boeren-
wereld wordt veel te weinig na
gedacht. Er valt zoveel op je kos
ten te knibbelen. Heus, kracht
voer besparen, doe je door geen
krachtvoer te geven. Landbouw
moet er simpel uitzien."
Tumult
Door heel extensief te boeren
gaat het Kees Maris prima af. De
kostprijs voor een liter melk ligt
rond 1 franc, 33 cent. „De melk
fabriek betaalt me 1,72 franc,
ruim 57 cent. Door het maken
van kaas verdubbel ik de prijs
van de melk die ik daarvoor ge
bruik." Of hij ooit last gehad
heeft van na-ijver van de buren?
„Het is waar dat niet iedereen
hier even blij was toen ik mijn
bedrijf zo snel kon uitbreiden. Er
ontstond enig tumult in het dorp
toen ik een buurbedrijf overnam.
Maar als eenmaal blijkt dat je je
werk goed doet, dat je niet met je
neus in de wind gaat lopen en ge
woon meedoet aan het leven hier,
dan is de jaloezie zo verdwenen."
Dat is ook de mening van Robert
Savy, de voorzitter van de regio
nale raad in de Limousin. „Als je
recht op de boer afvraagt of hij
buitenlandse collega's bij hem in
de buurt wil hebben zegt hij
waarschijnlijk nee. Maar zodra
iemand zich vestigt, en zich ge
woon gedrhagt en integreert, dan
is er niets aan de hand. Sterker,
dan is die boer gelukkig dat hij
een buurman erbij heeft." De po
liticus is wat blij met de Neder
landse kolonie in zijn provincie.
„Dat de leegloop nu iets minder
snel gaat dan in het verleden
komt omdat er nu elders ook
werkloosheid is." 'Monsieur le
Président' is de afgelopen maan
den geconfronteerd met een groot
probleem, de gekke koeienziekte.
„De mensen kopen geen vlees
meer, terwijl wij hier juist een
groot potentieel aan vleeskoeien
hebben. Het is niet voor niets dat
het beste vleesras van Frankrijk,
de Limousin, dezelfde naam heeft
als onze regio. Het is nu aan ons
om de consument ervan te over
tuigen dat het vlees goed is. Want
hier worden de dieren met gras
gevoed, niet met dierlijk meel.
Lange tijd werden we hier voor
volstrekt ouderwets uitgemaakt,
omdat we geloofden in de exten
sieve landbouw. Maar nu kunnen
we zeggen dat we juist modern
zijn."
Boer-minded
De integratie van Guido en Laura
Huizinga, die amper twee jaar
geleden zijn neergestreken in het
gehucht Gorre, verloopt op twee
manieren: via de CUMA, een or
ganisatie van een aantal boeren
die samen landbouwmachines
kopen en beheren, en de zoontjes
Silas en David. Drie jaar lang
hebben de Huizinga's Frankrijk
afgeschuimd, op zoek naar een
geschikt bedrijf. Via Terres d'Eu
rope vonden ze de huidige pacht-
boerderij: een bedrijf met 294.000
kilo melkquotum, 110 hectare. Ze
hebben 50 koeien, 15 vaarzen en
jongvee. Gemiddeld melken ze
7500 liter per zwartbonte Hol-
steinkoe. In februari volgend jaar
moet de kaasmakerij operatio
neel zijn.
De Huizinga's hebben geen boe-
renverleden. Guido werkte bij
het NIZO, het Nederlands Insti
tuut voor Zuivelonderzoek.
„Maar zodra ik even vrij was, zat
ik op de boerderij bij een vriend,
in Nijkerkerveen. Altijd bij de
koeien. Laura werkte als boek
houdster bij een reisbureau. We
wilden graag een bedrijf. Maar
Nederland is niet boer-minded",
stelt Guido Huizinga vast in de
keuken van de boerderij.
Hij kon het bedrijf in Gorre
pachten van een man, die beslo
ten had de rest van zijn leven te
gaan wijden aan een sekte. „Het
bedrijf was ernstig verwaarloosd.
De akkers hebben te kampen met
een kalktekort, de koeien die ik
overnam moesten weer op peil
worden gebracht. Dat is tot nu
toe aardig gelukt."
Eerst eten
Boeren in Frankrijk is nogal an
ders dan in Nederland, ontdekte
de 36-jarige Guido. „Je doet
naast melkveehouderij ook aan
akkerbouw. Ik kuil maïs en triti-
cale in. Dat vergt nogal wat. Je
zit hier ook behoorlijk geïsoleerd.
Hier om de hoek hebben we geen
kroeg waar we even een pilsje
kunnen drinken. Het sociale le
ven ziet er anders uit. Wij hebben
de oplossing gevonden in een CU
MA, een vereniging waarbinnen
we met 7 serieuze boeren land
bouwmachines delen. Op de dag
dat de maïs gekneusd moet wor
den, gaan we met z'n allen aan de
slag. We helpen elkaar. Het werk
is daardoor een soort feest. Ter
wijl de mannen op het land zijn,
worden in de keuken feestmaal
tijden bereid. Voor het eten en
drinken wordt veel tijd genomen.
En zelfs al komen de onweers
wolken bovendrijven; dat mag de
feestvreugde niet drukken. Eerst
eten en drinken, dan pas verder
werken. Voor de taal is het per
fect. Door de CUMA is onze inte
gratie heel snel gegaan. Je kan
hier niet op een eilandje gaan zit
ten. Want dan krijg je jaloezie.
Toen wij uit Nederland weg gin
gen, zei iedereen ons dat de Fran-
sen stug zijn, chauvinistisch. Dat
is niet waar. Je kan hier veel
maken. Ze juichen het alleen
maar toe dat je een bijdrage
de samenleving levert." Guido
Huizinga lacht breeduit, „want
ik heb het hier geweldig naarm'n
zin."
Mentor
Hoewel Pim de Roos weigert 'de
mentor te zijn', is duidelijk dat
zijn rol van groot belang is. Aspi-
rant-landverhuizers worden door
hem en zijn medewerkers I
leid, van het eerste gesprek tot en
met het soms moeizame contact
met banken en administraties.
Eerst wil hij weten wat voor vlees
hij in de kuip heeft. „Ik help
graag mensen met een positieve
motivatie. Als ik hoor dat iemand
alleen maar weg wil omdat er te
veel regels zijn, dan zit zo iemand
op het verkeerde spoor." Tussen
het eerste contact en het tekenen
van een contract zit vaak een
jaar. „Je moet voorzichtig zijn. Er
zit veel kaf onder het koren. Je
kan niet zomaar kopen, en h
dat je later quotum of productie
rechten erbij kan krijgen."
De Roos vindt dat Nederlandse
boeren in het algemeen goed wor
den geaccepteerd, maar sommige
sectoren zijn min of meer taboe.
„We zouden hier veel akkerbou
wers kunnen vestigen. De akker
bouwbond wil daar niets van we
ten, en regelt zijn zaakjes onder
ling." Frankrijk is volgens De
Roos typisch een land voor boe
ren die in de knel komen te zitten,
die enkele hectaren in eigen
kunnen verkopen en er een groter
bedrijf voor terugkop.en, „Siiids
1987 dalen hier de grondprijzen
In een streek als de Limousin
kost de goedkoopste weidegrond
rond 5000 gulden per hectare.'
Per jaar installeert hij nu „tussen
de 30 en 50 boeren, waarvan er
gelukkig maar heel weinig in het
stof bijten. Dat komt omdat we
ruim de tijd nemen om elkaar
leren kennen. We zoeken, tasten
af. En kijken of we iets pass
kunnen vinden. Want als er klap
pen vallen dan zijn ze keihard."
Carrière
Terwijl typische carrière-boeren
(„Zij die heel veel geld in een
kort mogelijke tijd willen verdie
nen", aldus De Roos) eerder kie
zen voor Canada of Australië,
zoeken de Nederlanders die naar
Frankrijk komen ook leefkwali
teit. „Ze kiezen vaak voor na
tuurlijke landbouw. Dat kan
hier, ruimte genoeg. Hier hebben
boerenbedrijven vaak zelfs een
mineralentekort. Ze produceren
niet voldoende mest voor de lan
derijen."
Dat Frankrijk put uit het reser
voir van buitenlandse boeren is
volgens hem logisch. „De over
heid wil het platteland bevolkt
houden. De meeste jongeren heb
ben geen zin om net als hun
ouders in de grond te wroeten en
trekken weg. Frankrijk is bij
voorbeeld een paradijs voor boe
ren die op een biologisch verant
woorde manier een bedrijf willen
voeren. Dat is geen armoede
meer. Zulke bedrijven halen n»
soms dezelfde resultaten als de
industriële bedrijven in net
graanbassin rond Parijs."
Kaasje
Tenslotte laten Kees Maris, Gui
do Huizinga en Pim de Roos hun
licht schijnen over de kwalitei
ten, die een boer moet bezittel
om in Frankrijk een bedrijf te be
ginnen. „Je moet een beetje ei
genwijs zijn", weet Maris. „To®
de quota werden vastgesteld, be
sloot ik een miljoen kilo aan
vragen. Bij de vakbond keken i
me aan of ik gek was. Je moeto»
doortastend zijn." Guido Huizti
ga denkt dat een boer in Fran
rijk „vindingrijk moet zijn.
moet hier vrijwel alles zelf opto
sen. Er is hier niemand die je
de hand neemt. Je moet han s
zijn, veel werk zelf kunnen op
knappen. En je moet ook eo
beetje mazzel hebben.' F'®,
Roos vindt dat een Nederlan
boer die zich in Frankrijk
vestigen positief moet zijn.
hij moet kunnen improviseren-
Kees Maris vat al die eigens®
pen op geheel eigen wijze sam
„In Nederland heb je reen
kan je met je vuist op tafel s
bij een ambtelijke instaatie
kan je niets afdwingen. Een K
je doet meestal wonderen.
Napels (krf/afp) - Italië wil
dat de lire 'zo snel mogelijk'
ferugkeert in het Europees
Monetair Stelsel (EMS). Over
de instapkoers is overleg
gaande met alle Europese
partners, zo zei de Italiaanse
premier Romano Prodi giste
ren na overleg met de Franse
president Chirac in Napels.
De tf
wisse
weg
aan d
re Un
niets
eerde
Willemstad (anp) - Het gaat slecht me
derlandse Antillen. De Centrale Bank
afname geconstateerd van het reële n
in het eerste kwartaal gedaald met me
Vrijwel alle belangrijke sectoren
van de economie, zoals toerisme,
handels- en transportactiviteiten
en de internationale dienstverle
ning boekten achteruitgang. De
exporten verminderden, evenals
de koopkracht. Als gevolg van
gestegen importen staan de de
viezenreserves onder nog grotere
druk.
De sterk gestegen waarde van de
invoer wordt vooral toegeschre
ven aan de wederopbouwactivi-
teiten op St. Maarten. Door de
vernielingen die de orkaan Luis
er in september vorig jaar aan
richtte, moet veel materiaal uit
het buitenland komen.
„Het beeld is inderdaad somber,"
zegt Johan Lieuw, directeur van
de Vereniging Curaqaos Bedrijfs
leven. Hij wijst erop dat de infor
matie van de Centrale Bank al
leen het eerste kwartaal betreft.
„Daarna is de omzetbelasting in
gevoerd. Het kan daarom niet an
ders: De situatie moet intussen
zijn verergerd."
Lieuw wijst erop dat externe fac
toren de al sombere situatie ver
der hebben doen verergeren. „De
stijgir
intern
beeld,
leiden
de inf
ren."
De
drijfsl
dat df
haar
aanva
burge:
instan
en tec
regeri
mes ir
paar
pen.'
Ook e-
van oi
tot de
lijke e
zet.
raqao.
seffen
zit, dc
werelc
raqaos
seerd
haven:
Amsterdam (anp) - Aanstaande eer
stichting Begaclaim hoeven de belastii
te vrezen.
Het ziet er naar uit dat de fiscus Begem
deze certificaten pas belast zodra kwesti
de torenhoge claims van zaken- ben ge
man Joep van den Nieuwen- Om d
huyzen en Begemann tegen de aandet
Nederlandse Staat worden geho- lijk te
noreerd. Dat verklaarden giste- komst
ren Jeroen van den Nieuwen- certifk
nuyzen van Begemann en profes- ting B
sor P. van Schilfgaarde, die op- houder
treedt als advocaat voor deze in- per aa
dustriële participatiemaatschap- recht g
M' van de
vertegenwoordigers van Bege- Aanva:
mann zijn nog steeds in gesprek caten
met de Belastingdienst over de jaarver
hscale afhandeling van de certi- ging ei
hcaten. Volgens Jeroen van den van de
bheuwenhuyzen kan dat overleg waren
binnen drie weken zijn afgerond, want b
waarna de certificaten aan de van de
aandeelhouders Begemann kun- recht
«worden verstrekt. Van 180 gul
r k de is minder optimis- Mocht
in w "^aar er zit wel voortgang certific
we gaan gestaag verder." laten,
juni maakten Joep van den mann
reuwenhuyzen (ex-Begemann, het lar
mans directeur van de RDM- moet
m! i -?1 Begemann bekend geza- claimp;
mUiard gulden te ei- wachti
Va j Justitie. Zij zien dit als tussent
Hpq6®uuening in verband met de verhan
die v 811 ^DM-voorkenniszaken, de effe
iar ^en Nieuwenhuyzen na de geer
wel van®e Prueedures won. Zo- ze zaak
van den Nieuwenhuyzen als le bela
SleLdam (anP) - De bijna vier-
f„ e™ iaar oude Amsterdamse ef-
tio eurs en de in de jaren zeven-
s£p PS^tdehte Optiebeurs willen fu-
m„ daarvoor wordt een nieuwe
dam p aPPb) opgericht, de Amster-
Den j anSes (AEX). Samen ho-
cium e.twee de internationale con-
urrentïe beter aan te kunnen.
beHe°ht0ter moet duidelijk worden of de
acbepterm nn *de. voorgelegde plannen
de oprichu e §estalte door
ichan j- S Y311 een structuurvennoot-
e geleid wordt door de huidige