Weekend Brabants onderzoek uit 1952 is goudmijn voor wetenschappers De schooljeugd van 1952 is nu best gelukkig Zwemmen vanaf Robbeneiland 'Belasting op basis van IQ' Kabinet Geluksladder de STEM In de na-oorlogse fase van wederopbouw maakten Bra bantse provinciebestuurders zich grote zorgen over de door stroming van leerlingen naar het voortgezet en hoger onderwijs. In 1952 lieten ze een onderzoek uitvoeren onder circa 5.800 Bra bantse zesdeklassers in het lager onderwijs. Enkele decennia later ondervroeg professor dr. Joop Hartog, hoogleraar economie aan de Universiteit Amsterdam, de tieners-van-weleer om te zien wat er van hun leven is gewor den. Hartog komt tot zeer opmerkelijke slotsommen, representatief voor de rest van Nederland. Door Dirk Vellenga J Valse roddelaars en anti-monarchisten hebben de laatste weken zitten stoken. Onze koningin zou naar Zuid-Af rika zijn gegaan om ambassa deur mr. Roëll persoonlijk terug te halen, om dat hij het houdt met een andere vrouw. Er is niets van waar. Wij weten toch allemaal dat hare majesteit heel wat gewend is. Zelfs als gemeld zou worden dat haar zus Irene haar le ven wil delen met een dolfijn of een struik an dijvie, dan zou ze nog royaal blijven glimla chen. Hans van Mierlo heeft het nu al tien keer uit gelegd, maar het probleem is dat hij dat doet met een rare, starre blik in zijn ogen. Waar schijnlijk komt het van de zocor die hij. van Bol- kestein ongelimiteerd mag uitproberen. Nee, er zit iets heel anders achter, ledereen heeft tegenwoordig een vriendin, Wijers, Van Mierlo en zelfs Nelson Mandela. Ze hebben al lemaal een meisje, behalve haar oudste zoon, Willem-Alexander. Die zit zonder, sinds Emily verleden tijd is. Daar heeft Beatrix moeite mee. Dat doet haar pijn. De glamour-bladen richten zich tegenwoordig al op prins Johan Friso. Die is veel fotogenieker. Alsof het nooit meer goed zal komen met onze kroonprins. De jongen lijkt verdwaald in de grijze zone die rond het paleis is gelegd. Hij wordt geacht vol op in training te zijn voor de troon en voor de eeuwige trouw. Maar kan een jonge kerel in de kracht van zijn leven daar zijn dagen naar genoegen mee vullen? Ondanks zijn impone rende gestalte is hij kwestbaar, uiterst kwets baar. In de koninklijke mist reist een opvallend gro te ploeg mee van het NOS-Journaal. Grote de len van het Journaal worden ingeruimd voor beelden uit zonnig Zuid-Afrika, waar op straat niemand gevonden kan worden die weet wie koningin Beatrix is en waar Den Haag ligt. Nelson Mandela gaat 's avonds na het banket gewoon vroeg naar bed. Hij neemt niet eens de moeite om te bekijken hoe hij overkomt in het late nieuws. De verslaggevers duwen Wil lem-Alexander naar voren als een nieuwe Jan van Riebeeck, als het boegbeeld van een neo- koloniale expeditie. De prins is zo kwetsbaar dat hij op Robbenei land buiten de camera's en schrijfblokjes om benaderd wordt door een zakenman. Hij luis tert aandachtig, zoals hij dat tijdens de lessen 'buitenlandse bezoeken' heeft geleerd. „U bent een echte sporter, een zwemmer zo te zien," zegt de zakenman. „Zou u van het ei land naar de kust willen zwemmen? Ja toch? Geweldig toch?" Zo ontstaat de firma Prison Holidays, die be weert de zegen van Oranje te hebben. Prison Holidays zet comfortabele veerboten in naar Robbeneiland en geeft aan hoe je het beste terug kunt zwemmen. De toeristen komen uit alle hoeken van de wereld. „Robbeneiland, dat is een begrip," zegt de ene. „Ik zie nog Clint Eastwood uit zijn cel klauteren. O nee, dat was iets anders. Alcatraz bij San Francisco, zegt u? Het geeft niet, de sensatie is hetzelfde." Een andere bezoeker: „Zo, hier heeft Papilion zich dus al die jaren in leven gehouden met ongemarineerde kakkerlakken. Sorry, sorry, ik zit inderdaad even fout. Er zijn ook zoveel van die gevangenissen." Een derde gast is iets beter geïnformeerd. „Nelson Mandela, de stakker zat hier heel wat jaren. Is hij ondertussen verhuisd? Had z'n vriendin hier een aparte kamer? U weet dat de Hollandse koningin erg stipt is in dat soort za ken." We moeten Van Mierlo nog een keer op laten draven om namens de koningin het misver stand weg te koekeloeren. Willem-Alexander probeert vervolgens uit zijn eigen grijze cel te komen en ondertussen floreert de multinatio nal Prison Holidays. Het succes wordt hun ge woon in de schoot geworpen. Er worden nog steeds gevangenissen bijgebouwd. Elke dag. De ene nog wreder dan de andere. We kun nen tot in de eeuwigheid vooruit met dit pro ject, meldt de directeur trots en uitgebreid in het NOS-Journaal. Op basis van de 'Brabant-data' zijn de afgelopen tijd bijna vijftig wetenschappelijke pu blicaties verschenen, in binnen- en buitenland. Ook werden de 'data' geraadpleegd voor diverse proefschriften. „We zijn nog lang niet uitgepeurd. We kunnen veel onderwerpen meer bedenken om nader te onderzoeken," zegt professor Joop Hartog van de Universiteit Amsterdam. Hij is mo menteel bezig - samen met collegae en studenten - met een studie naar de mogelijkheden van een vaste belastingheffing. „Die heffing zou kunnen worden afgestemd op IQ of be roep. Dan kom je uit op ongeveer dezelfde belastingsom als die mensen nu betalen. Maar met dien verstande dat elke extra gulden die men verdient vrij is van belasting." En dat laatste kan de produktiviteit van mensen vergroten en de economische groei versterken. „Er zitten natuurlijk wat haken en ogen aan," realiseert de hoogleraar zich, „test iemands IQ maar eens als het op belasting betalen aankomt. Maar daar moet toch iets op te vinden zijn, dunkt mij. U hoort nog van ons." (Ingevuld door circa 2.500 Brabanders van 50-plus. (0 diep ongelukkig, 10 koning te rijk. Links het kwaliteitscijfer, rechts het scoringspercentage» 0 1 2 3 4 5 0,5 procent 0,4 procent 0,8 procent 1,2 procent 2,9 procent 7,7 procent 6 7 8 9 10 - 12,0 procent - 27,4 procent - 33,2 procent 8.8 procent 4.9 procent Professor dr. Joop Hartog: „De combina tie van jeugdgegevens met informatie over de latere positie in het leven is vrij zeld zaam in Nederland. Om je vingers bij af te likken.foto fotopersburo dijkstra slechts zes kinderen. Circa vijftig procent van de scholieren kwam uit een gezin met meer dan vijf kinderen. Een kwart van hen moest meewerken in het bedrijf. En last but not least: naar het beroep van de moeder werd niet eens gevraagd." Hartog lacht hardop. „Maar het wordt nog vermakelijker. In 1952 werd de onderwijzer gevraagd een oordeel te vellen over de socia le toestand van de gezinnen, waaruit de scholieren voortkwamen. Zo'n 92 procent kwam uit 'een normaal gezin'. Maar 7,5 pro cent werd door de onderwijzer bestempeld als 'zwak sociaal' en een half procent kreeg het predikaat 'zeer a-sociaal'. Een mooie va riabele voor onderzoek, maar welke onder wijzer durft zo'n soort oordeel nog op papier te zetten?" De hoogleraar, breed gesteund door collegae en promovendi, spoorde in 1983 ongeveer tachtig procent van de voormalige zesdeklas- sertjes op. Hij Jcreeg daarvoor de bereidwil lige medewerking van vrijwel alle gemeen ten. Slechts eentje weigerde medewerking, een enkele bracht onkosten in rekening. „Er heerste nog geen privacy-histerie. Dat zal ongetwijfeld een rol hebben gespeeld. De hulp van de administraties op gemeentekan toren verliep zeer soepel. Sommige veront schuldigden zich zelfs als ze even wat meer tijd nodig hadden, omdat ze het druk had den." Hartog legde de opgesnorde Brabanders - 'inmiddels uitgezworven over heel Neder land' - een lange lijst voor met vragen voor over onder meer vervolgopleidingen, aard van het werk/reden werkeloosheid, inkomen, vermogen, gezondheid en gevoel van geluk. Ongeveer de helft van de aangeschreven mensen respondeerde. Ruim tien jaar later deed hij de vragenlijsten nogmaals de deur uit, zodat Hartog en de zijnen nu over een uniek data-bestand kunnen beschikken. „De combinatie van jeugdgegevens met informa tie over de latere positie in het leven is vrij zeldzaam in Nederland. Het is een heuse goudmijn, waarmee we zeer waardevolle analyses kunnen verrichten. Om je vingers bij af te likken." Hij vergelijkt zichzelf met een archeoloog: „Je vindt hier en daar scherven en resten van nederzettingen en op die vondsten bouw je een beeld dat het ontbrekende opvult. Soms is daar veel fantasie bij nodig, soms weinig. De kwaliteit en de betrouwbaarheid van het beeld zijn natuurlijk in de eerste plaats af hankelijk van de scherven die je vindt. Het aantrekkelijke van de 'Brabant-data' is dat we hele goeie scherven hebben." Dat schreeuwt om een toelichting op de be wering dat scholing de beloningsverschillen vergroot en niet verkleint. „In sommige tv- spelletjes wordt de kandidaten vaak even ge toond wat ze hadden gewonnen als ze een an der deurtje hadden opengemaakt. Maar op de arbeidsmarkt is wat er achter dat deurtje ligt niet voor iedereen hetzelfde. Dat hangt af van ieders kwaliteiten. Maar we kunnen nu wel nagaan wat er was gebeurd als iedereen voor hetzelfde deurtje had gekozen. Hadden ze allemaal maar lagere school, dan lagen hun verdiensten dichter bij elkaar, dan wan neer ze allemaal hbs of universiteit hadden gekozen." Hardlopen De 'prof' legt voor het gemak een link met een hardloopwedstrijd. „Zet een willikeurige groep mensen aan de start. Ze zullen zeker niet allemaal in dezelfde tijd aankomen. Als je ze vervolgens een training geeft, zullen de verschillen groter worden. En dat wordt er ger als je de meest intensieve training geeft aan degenen met de meeste aanleg. Precies hetzelfde gebeurt in het onderwijs." Terug naar de zesdeklassertjes-van-toen. Hoe dansten of strompelden zij door het le ven? Welnu, 13 procent haalde een hbs- of mms-diploma, 10 procent voltooide een hbo- opleiding en 3 procent sleepte een academi sche titel in de wacht. „De vrees van de pro vinciebestuurders dat er te weinig doorstro ming was naar het hoger en wetenschappe lijk onderwijs in Brabant bleek dus terecht. Maar inmiddels weten we dat die achter stand ten opzichte van bijvoorbeeld de Randstad ruimschoots is goedgemaakt." Uit de vervolg-enquêtes blijkt dat het aantal werkenden (62 procent) en werkelozen (ruim 4 procent) tussen de jaren 1983 en 1994 vrij wel hetzelfde is gebleven. Alleen het aantal wao'ers steeg aanzienlijk van 4 naar ruim 10 ZATERDAG 5 OKTOBER 1996 P De 'Brabant-data' geven een prachtig beeld van Brabant anno 1952. 95 procent van de kindertjes kwam uit een compleet gezin. De helft kwam uit een gezin met meer dan vijf kinderen. Naar het beroep van de moeder werdi eens gevraagd. fotojj.dei Gek is er in soorten. De tragische, aan want en angsten lijdende patiënt, het lastige, ee wig aandacht vragende en zich altoos m kend voelende type en de prettig gestoord Willem Oltmans, zelf benoemd arbiter in w reldpolitieke kwesties, is er een van de tweec citegorie. Journalist noemt hij zich. Zijn va bond is het daar, ondanks Willems kriikkic pin, mee eens. De vaderlandse autoriteitc net. Otmans, oud-leerling van het eertijds pres geuze handels- en relatie-instituut Nijenrod hieft jaren her de woede van Joseph Luns o giwekt. Oltmans die zich ondanks zijn beroe liever ophoudt in de suites van de grote d a;rde dan op de stoep van belendende perc lei, was op vriendelijke termen met Soekarn Inde tijd van de Nieuw Guinea-crisis - Luri gbriemoment op het internationale politiel tmeel - probeerde hij samen met wat zake vienden die bezorgd waren voor hun invest riigen in de Gordel van Smaragd, Nederlar tot een compromis te bewegen. Luns classi eerde hem vervolgens als staatvijand nur ner één en het dossier dat Buitenlandse Zakt caarover aan alle ambassades rondgezond! hpeft, belemmerde Oltmans jarenlang in zi hindel en wandel als journalist. Tot zover is de zaak duidelijk. Oltmans het sdiade geleden door toedoen van Luns i pibbeert die terecht em met steun van z bond via een proces op de Staat der Nederla den te verhalen. Makkelijk gaat dat niet, wa Oltmans begroot zijn inkomstenderving m zes nollen. Vandaar dat hij de aandacht van i medic zoekt. Vlugschrift na pamflet spuu zijn prntertje uit. Het linkse Bredase uitgever tje 'Paoieren Tijger' brengt ze op de mark Met eer voor Oltmans contraproductief pub citair efect. Zijn grootheidswaan en paranc liggen <u in drukinkt vast. Oltman. komt van goede huize. Op zich nc geen pnbleem voor een redelijke loopbaan een geonde verhouding tot de werkelijkhei Maar bi Oltmans heeft het anders gewerl Hij deelteen bijleslerares, in zijn woorden mt een goivernante, met Majesteit. Hij zat Wim Kek en de wel als journalist gerespe teerde Henk Hofland op Nijenrode. In Oltma herinnerng een opleidingsinstituut voor dipl maten, lij heeft, als zovele collegae, gelunc met eniie groten der aarde. Ze heten in z concepts daardoor vrienden. Oltmans wereld is er een van macht en i vloed. Niar eigen inzicht althans. En in dat n lieu wile hij meer dan slippendrager, soi fleur of vaarnemer zijn. Geen diplomaat da; om, ma? journalist. Dat dit per definitie bet kent dalzijn plaats aan de zijlijn is, heeft nooit bejrepen. Kon hij liet begrijpen, want ouderlijk hu school ei vriendenkring hebben hem gelee dat met rijn achtergrond het wereldtoneel c zijn initiaieven zat te wachten. Oltmans is h type vai de kapitalist in de coulissen, i dorpsreent of de Indische planter. Die gel ven dat ïun positie, portefeuille en stentoi tem invked behoort te hebben. Dat hun w meende noblesse oblige'. Dat er naar hun g luisterd noet worden en dat ze daarom g roepen zn zich te laten horen. Dat de verkelijkheid anders is en dat het ni langer on afkomst, kapitaal en relaties draa maar on prestaties, inzicht en intelligen dringt niit door. Oltmans is een Linschoten pe. Niet tie van de heengezonden staatsseci taris, mair van Ab Gietelinks recente tone stuk 'Baavia'. Een fantasiegeschiedenis v Indië, geoncentreerd rond een geslacht V Linschotn. Begonnen met de 16e eeuw reisverslaigever Jan Huygen en eindigend rr een patrbttisch koloniaal uit net naoorlog jaren. Hijvindt het even vanzelsprekend c zijn njai hem baadt, droogt en kamt als dat k pitein Vesterling hem om toestemmii vraagt zjn pacificerende werkzaamhed voort te zetten. De laatste Van Linschot keft in (ietelinks weergave in een kabira Geen pla ts van pluche of torentjes, maar e rariteitenerzameling. Oltmans'gekte begrijpt dit niet. Hij kent ma «n betelenis van het woord kabinet en da; in voelt h zichzelf op een troon, maar dwa hi] in feitf malend rond. Oltmans had er be' aan gedan zich niet te spiegelen aan zijn c neratiegeioten Kok en Hofland. De vori week oveleden Esteban Lopez was meer v 2lJn nivezj. Een margefiguur in de literate met eenoaar aardige boeken op zijn naa een °vei zijn mislukte Nijenrode-studie t voorbeek. Lopez leefde vrolijk op het klei Piza en on daar boeiend over verhalen. koos een/vereld die bij zijn talent paste. Door Ap van den Berg Professor dr. Joop Hartog (50) valt meteen met de deur in huis. „We hebben lange tijd geleefd in de veronderstelling dat onderwijs de beloningsverschillen ver kleint, maar dat is niet juist. Het vergroot de verschillen in inkomens," merkt de inwoner van Hoornaar (bij Gorinchem) bijna triom fantelijk op. Toegegeven: een boude bewering, maar die is geenszins gebouwd op los zand. De omvang rijke enquête uit de jaren vijftig bevat een schat aan gegevens voor wetenschappelijk onderzoek. Jan en Alleman doet een beroep op de 'Brabant-data' zoals de rapportage, die Hartog opdook in het Katholiek Sociaal Ker kelijk Instituut in Nijmegen, in de wandel gangen is gedoopt. De 'Brabant-data' bevatten gegevens over kinderen uit alerlei delen van de provincie, die rond 1940 werden geboren. Ze geven ruim inzicht in het gezin waaruit de (toen) elf- en twaalfjarigen voortkwamen, verhalen over hun schoolvorderingen, vertellen iets van de school waarop ze zaten en doen ver slag van de resultaten van diverse intelligen tietests. Scheiding „Je krijgt zodoende een prachtig beeld van het Brabant anno 1952. Een paar karakteris tieken: liefst 95 procent van de kindertjes kwam uit een compleet gezin. De afwezig heid van een ouder door scheiding trof procent. Van de respondenten had 6 pro< een schuld van meer daoo50i.0.00 gulden, en nabij de 9 procent bezat meer dan eenb miljoen gulden. Hartog: „Aardig om te we is dat de vermogenden meer moeten wor gezocht in kringen van de hbs'ers - teg woordig vwo'ers - en niet in die van aca mici. De laatsten hebben een hoge opleid gehad en genieten een hoog inkomen. M maken waarschijnlijk gewoon meer op i anderen." Hoog IQ Hartog en de zijnen hebben voorts kun vaststellen dat de beloningsverschillen op arbeidsmarkt voor de helft zijn toe te schi ven aan scholing, Het gezinsmilieu sj* slechts voor 30 procent een rol en het IQ v 20 procent. „Dat laatste lijkt eigenaan maar is logisch verklaarbaar. Heb je hoog IQ en je doet niets aan scholing,! maak je je potentieel niet ten gelde. Zo si pel is het eigenlijk." Het milieueffect op de onderwijssoorten i nauwelijks meer, oordelen de onderzoelf „Schooladviezen en feitelijke schoolkeuze de lagere school/basisschool zijn sinds 1| sterker gebaseerd op testscores dan ouderlijk milieu." Ook zijn de verschille tussen opleidingen van jongeren uit desl en van het platteland verdwenen. Geluksladder Vanuit het principe 'wealth, health andb ness' vroeg Hartog de mannen en vroui uit zijn doelgroep de kwaliteit van hun lf te vertalen in een cijfer op een zelf gefabn te geluksladder, met een schaal van 01» ongelukkig) tot 10 (koning te rijk). De op som van de persoonlijke beoordelingenis' zonder. „Er is echt maar één conclusie mo| lijk: de Brabanders van ruim vijftig jaar z een gelukkig volkje. Ja, zelfs een zeer gek kig volkje," meldt de hoogleraar. „Slee!® procent van de mensen komt op een on doende." Ook op de geluksladder scoren de hos hoog: „De top ligt op het huidige vwo- veau. Daarna, bij hbo'ers en wo'ers, daa mate waarin mensen zich gelukkig voe Zoals vaak is verondersteld hebben mei veel over voor een goede gezondheid vooruitzicht van een tanende gezon hangt mensen als een molensteen om de „Uit ons onderzoek blijkt dat mensen er twee tot drie ton voor over hebben o voorkomen dat ze een gezondheids zakken. Gezondheid is zeer belangrijk mensen. Voor medici dus een mooie geieg heid om flink af te tappen en dat gebeun ook volop." Maar hoe zit het eigenlijk met Hartog positie op de geluksladder? Lachend. „Laat ik zegen dat ik hoog scoor, al va dat uiteraard van dag tot dag. Mms denk ik wel eens, heeft die hoge score ken met het feit dat het leven pas bij begint. Althans, zo voel ik dat en mis geldt dat ook wel heel sterk voor de r F denten. Ze zijn immers net zo oud. mezelf in elk geval lekker ontplooid. goed gegaan. Mijn leven ziet er goed Maar meer nog speelt waarschijnlijk dat de hoogleraar nog niet is gecon:n met werkeloosheid, verlies van zijn F of een kwakkelende gezondheid, zijn de drie factoren die, zo bleek ui gen enquêtes, het 'geluksgevoel van het meest negatief beïnvloeden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 42